Wet van 23 december 1993, tot wijziging van de Vreemdelingenwet en van het Wetboek van Strafrecht

Wijzigingswet Vreemdelingenwet, enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Vreemdelingenwet te wijzigen met het oog op het toenemend aantal verzoeken om toelating hier te lande alsmede in het Wetboek van Strafrecht voorzieningen te treffen tegen handelingen die het verblijf van niet toegelaten vreemdelingen hier te lande begunstigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Saten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

II

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

III

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

IV

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

V

Artikel

VI

Voor de plaatsing van deze wet in het Staatsblad brengt onze Minister van Justitie de in deze wet voorkomende aanhalingen van artikelen van hoofdstuk 8 van de Algemene wet bestuursrecht in overeenstemming met de opnieuw vastgestelde nummering daarvan.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin
De Staatssecretaris van Justitie, A. Kosto
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin