Regeling opbrengsten ingebruikgeving en verhuur

De minister van onderwijs en wetenschappen,
Gelet op artikel 96m, tweede lid onderdeel e, van de Wet op het voortgezet onderwijs, artikel F.47 van de Wet op het cursorisch beroepsonderwijs in samenhang met de artikelen 39, eerste lid onderdeel d, en 41 van de Wet op het leerlingwezen en met artikel 39 van het Besluit proefprojecten deeltijd vervolg/beroepsonderwijs, zoals deze bepalingen luidden op 31 juli 1993, artikel 3.47, tweede lid onderdeel e, van de Wet op het cursorisch beroepsonderwijs, artikel 4 van de Experimentenwet onderwijs, en de artikelen 61 en 62 van het Besluit vormingswerk voor jeugdigen;

Besluit:

Artikel

1

Begripsomschrijving

In deze regeling wordt verstaan onder

b.
de WCBO:

de Wet op het cursorisch beroepsonderwijs;

c.
de WLW:

de Wet op het leerlingwezen, zoals deze luidde op 31 juli 1993;

e.
in gebruik geven:

tenzij in deze regeling anders bepaald, het in (mede)gebruik geven en verhuren zoals bedoeld in:

  • 1.

    de artikelen 100a, 100b en 100c van de WVO;

  • 2.

    de artikelen 3.20, 3.21 en 3.22 van de WCBO;

  • 3.

    de artikelen 61 en 62 van het Besluit vormingswerk voor jeugdigen;

f.
instelling:
  • 1.

    een school voor v.w.o., als bedoeld in de WVO;

  • 2.

    een school voor h.a.v.o., als bedoeld in de WVO;

  • 3.

    een school voor m.a.v.o., als bedoeld in de WVO;

  • 4.

    een school voor v.b.o., als bedoeld in de WVO;

  • 5.

    een dagschool voor m.b.o., als bedoeld in de WVO, zoals deze luidde op 31 juli 1993;

  • 6.

    een school voor m.b.o., als bedoeld in de WVO;

  • 7.

    een avondschool, een dag-avond-school of cursussen, als bedoeld in de WVO, zoals deze luidde op 31 juli 1993;

  • 8.

    een school voor v.a.v.o., als bedoeld in de WVO;

  • 9.

    een streekschool, bekostigd op grond van artikel 75 van de WVO, zoals dit artikel luidde op 31 juli 1993;

  • 10.

    een school voor b.b.o., als bedoeld in de WCBO;

  • 11.

    een landelijke orgaan van het leerlingwezen, als bedoeld in de WLW, zoals deze luidde op 31 juli 1993;

  • 12.

    een landelijke orgaan, als bedoeld in de WCBO;

  • 13.

    een landelijke organisatie als bedoeld in het Besluit vormingswerk voor jeugdigen;

  • 14.

    een vormingsinstituut als bedoeld in het Besluit vormingswerk voor jeugdigen;

  • 15.

    een instituut voor deeltijd vervolg/beroepsonderwijs, als bedoeld in het Besluit proefprojecten deeltijd vervolg/beroepsonderwijs, zoals dat luidde op 31 juli 1993;

  • 16.

    een instelling voor middenschool of VBaO-experimenten, voorzover een dergelijke instelling in de gehele periode van 1 januari 1993 tot en met 31 juli 1993 op grond van een wettelijk voorschrift bevoegd was tot het in gebruik geven;

g.
bevoegd gezag:

het bevoegd gezag of het bestuur van de instelling, bedoeld in artikel 1 onder f1, f2, f3, f4, f6, f8, f10, f12, f13 en f14;

h.
opbrengst:

het positieve saldo dat resteert nadat de inkomsten zijn aangewend voor de als gevolg van het in gebruik geven voor rekening van het bevoegd gezag komende lasten.

Artikel

2

Mindering rijksvergoeding

De opbrengst die het bevoegd gezag van de instelling geniet, in voorkomende gevallen als rechtsopvolger van een instelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel f, ten vijfde, ten zevende, ten negende, ten elfde, of ten vijftiende uit het in gebruik geven van gebouwen, terreinen en roerende zaken, waarvoor vergoeding wordt genoten, wordt in mindering gebracht op de rijksvergoeding.

Artikel

3

Verantwoording opbrengst

Artikel

4

Nadere voorschriften voor landelijke organen

De artikelen 2 en 3 hebben voor wat betreft de landelijke organen van het leerlingwezen betrekking op de opbrengst, verkregen in de periode 1 januari 1993 tot en met 31 juli 1993 voor het verhuren van gebouwen en lokalen, bedoeld in artikel 39, eerste lid, onderdeel d, van de WLW, zoals dat luidde op 31 juli 1993.

Artikel

5

Bekendmaking

Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OenW-Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

Artikel

6

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van Uitleg OenW-Regelingen, waarin deze regeling is bekendgemaakt en vindt voor het eerst toepassing ten aanzien van de opbrengst, verkregen in het boekjaar 1993.

Artikel

7

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling opbrengsten ingebruikgeving en verhuur.

De minister van onderwijs en wetenschappen, dr. ir. J.M.M. Ritzen