Besluit mobiele telecommunicatie ATF 3 niet verplichte periode en SMF 3

De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Gelet op artikel IV, onderdeel B, zesde lid, onder b en c, van de Wet van 16 juni 1994, houdende wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen, het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de doorbreking van het exclusieve recht van de concessiehouder in hoofdzaak door middel van de invoering van een gelimiteerd vergunningenstelsel voor specifieke vormen van openbare mobiele telecommunicatie (mobiele telecommunicatie) en artikel 17 van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen;

Besluit:

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

a.
wet:

Wet op de telecommunicatievoorzieningen;

b.
Wet van 16 juni 1994:

de Wet van 16 juni 1994, houdende wijziging van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen, het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering in verband met de doorbreking van het exclusieve recht van de concessiehouder in hoofdzaak door middel van de invoering van een gelimiteerd vergunningenstelsel voor specifieke vormen van openbare mobiele telecommunicatie (mobiele telecommunicatie);

c.
minister:

Minister van Verkeer en Waterstaat;

d.
KPN:

Koninklijke PTT Nederland N.V.;

e.
ATF 3:

dienst met betrekking tot het direkte transport van spraak met en tussen mobiele gebruikers die KPN op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling aanbiedt onder de naam ATF 3;

f.
SMF 3:

dienst met betrekking tot het direkte transport van data met mobiele gebruikers die KPN op het tijdstip van inwerkingtreding van deze regeling aanbiedt onder de naam SMF 3;

g.
ATF 3 machtiginghouder:

KPN of een door haar aangewezen dochtermaatschappij in de zin van artikel 24a, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, als houdster van een bij artikel IV, onderdeel B, eerste lid, van de Wet van 16 juni 1994 aan haar toegekende machtiging voor ATF 3;

h.
SMF 3 machtiginghouder:

KPN of een door haar aangewezen dochtermaatschappij in de zin van artikel 24a, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, als houdster van een bij artikel IV, onderdeel B, eerste lid, van de Wet van 16 juni 1994 aan haar toegekende machtiging voor SMF 3;

i.
peildatum:

31 december van het kalenderjaar waarover informatie wordt verstrekt;

j.
het drukste uur:

het klokuur waarin de hoeveelheid verkeer het grootste is.

Artikel

2

Het Besluit algemene richtlijnen telecommunicatie, zoals dit luidt op 1 september 1994, is in de periode van de niet verplichte aanbieding van ATF 3, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van het Besluit overgangsregeling ATF en SMF, van toepassing op de aanbieding door de ATF 3 machtiginghouder van ATF 3 en door de SMF 3 machtiginghouder van SMF 3, met uitzondering van de volgende onderdelen daarvan:

  • 2.1 tot en met 2.3 en 2.4, tweede volzin, 2.6 tot en met 2.13,

  • 4.2,

  • 5.2 tot en met 5.5,

  • 6.2,

  • 7.1, onder a, 4°, 5° en 6°, 7.1, onder c,

  • 7.4,

  • 8, en

  • 10.2.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

De ATF 3 machtiginghouder respectievelijk de SMF 3 machtiginghouder verstrekt de minister jaarlijks voor 1 april over het daaraan voorafgaande kalenderjaar informatie over de capaciteit, kwaliteit en de eigenschappen van zijn telecommunicatie-inrichting, blijkende uit:

  • a.

    de belasting van de telecommunicatie-inrichting in relatie tot de beschikbare capaciteit, blijkende uit de volgende gegevens:

    • 1º.

      het gemiddeld verkeer per uur, gemiddeld over de periode van 1 juli tot 31 december, in milli-Erlang per abonnee, en

    • 2º.

      het gemiddeld verkeer in het drukste uur, gemiddeld over de periode van 1 juli tot 31 december, in milli-Erlang per abonnee,

  • b.

    de wijze waarop uitvoering is gegeven aan door de minister op grond van de in hoofdstuk XI van de wet in buitengewone omstandigheden gegeven aanwijzingen, en

  • c.

    de getroffen maatregelen met betrekking tot de beveiliging van de telecommunicatie-inrichting.

Artikel

8

Artikel

9

De ATF 3 machtiginghouder respectievelijk de SMF 3 machtiginghouder verstrekt de minister eenmaal per kwartaal een overzicht op diskette (3, 5") van de in gebruik zijnde basisstations, waarbij voor elk station de gegevens worden verstrekt als aangegeven in bijlage 6, behorende bij dit besluit, overeenkomstig het in deze bijlage opgenomen model.

Artikel

10

Indien KPN een andere dochtermaatschappij als bedoeld in artikel 24a, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, dan PTT Telecom B.V. aanwijst om ATF 3 of SMF 3 te verzorgen stelt zij de minister onverwijld op de hoogte van de naam en de vestigingsplaats van de dochtermaatschappij.

Artikel

11

Op verzoek van de minister wordt door de ATF 3 machtiginghouder respectievelijk de SMF 3 machtiginghouder ten aanzien van de op grond van de artikelen 7, onder a, en 8, tweede lid, onder a, overlegde gegevens, informatie verstrekt met betrekking tot de wijze waarop deze zijn opgebouwd, samengesteld en verkregen.

Artikel

12

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 september 1994.

Artikel

13

Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit mobiele telecommunicatie ATF 3 niet verplichte periode en SMF 3.

Dit besluit zal, met uitzondering van de bijlagen 1, 2, 3, 4 en 5 in de Staatscourant worden geplaatst. De bijlagen 1, 2, 3, 4 en 5 liggen ter inzage bij de Directie Voorlichting van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Plesmanweg 1–6 te 's-Gravenhage en bij de Directie Operationele Zaken van de Hoofddirectie Telecommunicatie en Post, Van Swietenlaan 27 te Groningen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, dr. J.E.Andriessen