Artikel
1
In deze regeling wordt verstaan onder
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder
De rente, bedoeld in artikel 8, vierde lid, van het besluit wordt berekend aan de hand van het u-rendement geldend op 1 januari van het jaar waarin de overdrachtsdatum valt, waarbij de periode wordt vastgesteld in volle maanden. Het aantal volle maanden wordt bepaald op het verschil in maanden en dagen tussen de overdrachtsdatum en de datum van betaling van de overdrachtswaarde, waarbij alle kalendermaanden op 30 dagen worden gesteld.
Het standaardtarief, bedoeld in artikel 9, eerste lid, van het besluit wordt vastgesteld met behulp van de formules en symbolen opgenomen in de bijlage.
Bij de vaststelling van het standaardtarief wordt uitgegaan van de afgeronde overlevingstafels Gehele Bevolking mannen en vrouwen 1990–1995 gepubliceerd door het Actuarieel Genootschap, zonder leeftijdsverschuivingen en met een opslag wegens stijgende levenskansen van 5% over de contante-waardefactoren.
Voor het ongehuwden-ouderdomspensioen en het nabestaandenpensioen wordt uitgegaan van de gehuwdheidsfrequenties zoals deze bij de sterftetafels Gehele Bevolking mannen en vrouwen 1985–1990 laatstelijk zijn gepubliceerd door het Actuarieel Genootschap. Mannen worden geacht gehuwd te zijn met een drie jaar jongere vrouw, vrouwen worden geacht gehuwd te zijn met een drie jaar oudere man.
Voor de berekening van de pensioenaanspraken bedoeld in artikel 12, tweede lid, van het besluit gelden de formules en symbolen opgenomen in de bijlage.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staats-courant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 8 juli 1994.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
ouderdomspensioen
tijdelijk ouderdomspensioen
ongehuwden-ouderdomspensioen
nabestaandenpensioen
In de vermelde formules is gebruik gemaakt van de navolgende symbolen.
Leeftijd en duren
de leeftijd van de rechthebbende
de leeftijd van de (huwelijks)partner
het verschil tussen de pensioeningangsdatum en de overdrachtsdatum in jaren en maanden
de uitkeringsduur bij tijdelijk pensioen
Communicatietekens
Lijfrentesymbolen
symbolen en afkortingen |
omschrijving |
f |
kortingsfactor |
a |
de verhouding nabestaandenpensioen/ouderdomspensioen in de regeling ondergebracht bij het overnemende uitvoeringsorgaan zoals deze voor de rechthebbende geldt op de overdrachtsdatum |
ß |
de verhouding tussen een eventuele andere pensioenvorm en het ouderdomspensioen, zonodig berekend uit de totale aanspraken (zonder overdracht) volgens de regeling ondergebracht bij het overnemende uitvoeringsorgaan zoals deze voor de rechthebbende geldt op de overdrachtsdatum |
OP(nw) |
ouderdomspensioen |
NP(nw) |
nabestaandenpensioen |
OV(nw) |
overige pensioenvormen |
OW |
overdrachtswaarde |
OWF |
overdrachtswaarde van de achterblijvende en fictieve aanspraken op nabestaandenpensioen |
ANP |
totaal van de aanspraken op achterblijvend en fictief nabestaandenpensioen |
kps-OP |
de contante-waardefactor voor OP volgens het standaardtarief |
kps-NP |
de contante-waardefactor voor NP volgens het standaardtarief |
kps-OV |
de contante-waardefactor voor eventuele overige pensioenvormen (vormen van tijdelijk ouderdomspensioen, bijzondere vormen van nabestaandenpensioen) volgens het standaardtarief |
De eventuele toevoeging nw aan OP, NP en OV duidt aan dat het pensioenaanspraken in de regeling ondergebracht bij het overnemende uitvoeringsorgaan betreft uit hoofde van de overdracht.
OPnw= |
OW + OWF |
|
f x (kps-OP + a x kps-NP + ß x kps-OV) |
NPnw = axOPnw - ANP, waarbij ANP = |
OWF |
|
f x kps-NP |
OVnw = ß x OPnw