Artikel
1
1
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
gronden waarop enige vorm van akkerbouw, weidebouw, veehouderij, pluimveehouderij, tuinbouw – daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen en bloembollen -, en elke andere vorm van bodemcultuur hier te lande met uitzondering van bosbouw, wordt bedreven of onmiddellijk kan worden bedreven;
natuurlijke persoon die als bedrijfshoofd voor eigen rekening en risico een landbouwbedrijf exploiteert, of rechtspersoon die blijkens de statuten de exploitatie van een landbouwbedrijf ten doel heeft, en die krachtens eigendom, pacht, enig ander duurzaam persoonlijk recht of gebruiksrecht landbouwgronden in gebruik hebben;
geheel van produktie-eenheden in Nederland, bestaande uit één of meer gedeelten daarvan en daarbij behorende landbouwgrond, uitsluitend dienende tot uitoefening van de landbouw;
Stichting Lange-Afstand-Wandelpaden, gevestigd te Amersfoort;
Dienst Landelijke service bij regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
2
Voor de toepassing van deze regeling wordt onder landbouwbedrijfshoofd mede verstaan:
-
a.
de directeur of bedrijfsleider die zijn hoofdberoep op het landbouwbedrijf heeft, voor zover handelende met toestemming van de eigenaar van dit bedrijf, of
-
b.
natuurlijke of rechtspersonen die voor gezamenlijke rekening en risico een landbouwbedrijf exploiteren.