Artikel
1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
distributie van elektriciteit: het leveren van elektriciteit aan beschermde afnemers, bedoeld in artikel 56 van de Elektriciteitswet 1998;
distributie van gas: het leveren van gas aan beschermde afnemers, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel n, van de Gaswet, met uitzondering van de leveringen van gas bedoeld in artikel 21, tweede lid, onder b, van die wet;
distributie van warmte: het leveren van warmte aan verbruikers, behoudens voor zover dit leveren geschiedt door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die
-
–
hetzij warmte levert aan niet meer dan tien verbruikers tegelijk,
-
–
hetzij per jaar niet meer warmte aan verbruikers levert dan 10 000 gigajoules,
-
–
hetzij eigenaar is van de gebouwen, ten behoeve waarvan de warmte wordt geleverd;
verbruiker van elektriciteit: een afnemer als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c, van de Elektriciteitswet 1998;
distributiebedrijf: een organisatorische eenheid die zich bezighoudt met het geheel of ten dele in het kader van de distributie leveren van elektriciteit of gas of met de distributie van warmte;
Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken.