Wet van 2 juli 1998, houdende privatisering Fonds Voorheffing Pensioenverzekering (Wet privatisering FVP)

Wet privatisering FVP

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering te privatiseren en in verband hiermee de Wet van 13 december 1972 tot bevriezing van het kinderbijslagbedrag voor het eerste kind, alsmede oprichting van het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering, in te trekken en enige aanvullende voorzieningen te treffen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

Definities

In deze wet wordt verstaan onder:

Artikel

2

Aanwijzing van een stichting

Artikel

3

Vermogensoverdracht

Artikel

4

Archiefoverdracht

Archiefbescheiden van het fonds gaan met ingang van de datum waarop het besluit tot aanwijzing van de stichting in werking treedt over naar de stichting, voorzover zij niet overeenkomstig de Archiefwet 1995 zijn overgebracht naar een archiefbewaarplaats.

Artikel

5

Toezicht

Artikel

6

Ondertoezichtstelling

Artikel

7

Verslaglegging en informatieverplichting

Artikel

8

Informatie- en medewerkingsplicht

Artikel

9

Kosten

De kosten verbonden aan:

  • a.

    de administratieve werkzaamheden ten behoeve van de uitvoering van de doelstelling;

  • b.

    het verlenen van medewerking als bedoeld in artikel 8, tweede lid;

  • c.

    het toezicht door de Nederlandsche Bank, bedoeld in artikel 5, eerste lid;

  • d.

    de door de Nederlandsche Bank te verrichten activiteiten of te nemen maatregelen die voortvloeien uit het toezicht;

komen ten laste van de stichting.

Artikel

10

Burgerservicenummer of, bij het ontbreken daarvan, sociaal-fiscaalnummer

Artikel

11

Geheimhouding

In de statuten van de stichting wordt opgenomen dat een ieder die direct of indirect betrokken is bij de uitvoering van deze wet door de stichting en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift terzake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, verplicht is tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voorzover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit.

Artikel

12

Geschillen

Van burgerlijke rechtsvorderingen terzake van geschillen inzake het voorzien in aanvullende pensioenvoorzieningen door de stichting neemt de kantonrechter kennis.

Artikel

14

Overgangsbepaling

Door personen tot de dag van inwerkingtreding van het besluit tot aanwijzing van de stichting opgebouwde aanspraken, gebaseerd op artikel 4a van de FVP-wet, worden met ingang van de dag van inwerkingtreding van het besluit tot aanwijzing van de stichting, overgenomen door de stichting.

Artikel

15

Intrekking FVP-wet en opheffen fonds

Artikel

16

Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

17

Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Wet privatisering FVP.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, F. H. G. de Grave
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager