Artikel
1
In deze regeling wordt verstaan onder:
de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
geheel van productie-eenheden in Nederland, bestaande uit één of meer gebouwen of gedeelten daarvan en daarbij behorende cultuurgrond, uitsluitend of ondermeer dienende tot uitoefening van de landbouw;
rechtspersoon, anders dan een publiekrechtelijke rechtspersoon;
runderen, paarden of schapen, die blijkens een registratie door een ingevolge artikel 3 van het Fokkerijbesluit erkende organisatie voor ten minste de in bijlage I bij deze regeling genoemde bloedvoeringspercentages behoren tot een ras dat is opgenomen in bijlage I;
Dienst Landelijke service bij regelingen van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
grootvee-eenheid als bedoeld in bijlage II bij deze regeling.
iedere, voor het bedrijfsregister relevante, wijziging ten aanzien van het zeldzame landbouwhuisdier waarvoor subsidie is aangevraagd, daaronder begrepen aanvoer, afvoer, geboorte en dood;
een door LASER voorgeschreven register van de gehouden zeldzame landbouwhuisdieren waarvoor subsidie is of wordt aangevraagd, gespecificeerd naar registratienummer aan of in het dier of bij paarden naar hippisch registratiebewijs met bijbehorende schets, soort, ras, geslacht, leeftijd en aantal, waarin tevens iedere mutatie ten aanzien van een zeldzaam landbouwhuisdier waarvoor subsidie is aangevraagd wordt vermeld;
oppervlakte in gebruik door het landbouwbedrijf ten behoeve van het voederen van de zeldzame landbouwhuisdieren, waarvoor subsidie is aangevraagd of verleend;
geheel aan gegevens omtrent mutaties, koop, verkoop, destructie, keuring en andere relevante bescheiden ten aanzien van de gehouden zeldzame landbouwhuisdieren waarvoor subsidie is aangevraagd evenals alle bescheiden ten aanzien van het voederareaal;
de geldende nationale en Europese minimumnormen op het gebied van milieu, dierenwelzijn en hygiëne, hetgeen in ieder geval omvat de geldende normen bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet verontreiniging oppervlaktewater, de Meststoffenwet, de Wet bodembescherming, de Bestrijdingsmiddelenwet 1962, de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, de Diergeneesmiddelenwet en de Plantenziektenwet;
getal dat de verhouding weergeeft tussen het aantal GVE aan gehouden en gesubsideerde zeldzame landbouwhuisdieren en het voederareaal van het bedrijf dat voor de voedering van deze zeldzame landbouwhuisdieren wordt gebruikt.