Regeling Pilot Trajectbegeleiders

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

Besluit:

Artikel

1

Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
minister:

de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, tenzij anders blijkt;

b.
regio:
c.
onderwijsinstelling:

een school voor voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, een school voor voorbereidend beroepsonderwijs als bedoeld in artikel 10a van de Wet op het voortgezet onderwijs, een school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in artikel 5, onder a en b, van de Wet op het voortgezet onderwijs, of een instelling als bedoeld in artikel 1.3.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs,

d.
ondersteunende organisatie:

een organisatie die werkzaamheden verricht ten behoeve van het voorkomen en bestrijden van voortijdig schoolverlaten;

e.
voortijdig schoolverlater:

degene voor wie op 1 augustus 1998 de verplichting tot inschrijving, bedoeld in artikel 3 van de Leerplichtwet 1969, is geëindigd, en die voor het bereiken van de leeftijd van 18 jaren

  • 1.

    het onderwijs aan de onderwijsinstelling waarin hij is ingeschreven, gedurende een aaneengesloten periode van ten minste twee maanden niet meer volgt, of

  • 2.

    niet aan een onderwijsinstelling staat ingeschreven en niet in het bezit is van tenminste:

    • a.

      een diploma beroepsonderwijs van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs,

    • b.

      een bewijs dat de eerste drie leerjaren van een school voor hoger algemeen voortgezet onderwijs of van een school voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs met gunstig gevolg zijn doorlopen,

    • c.

      een diploma middelbaar algemeen voortgezet onderwijs,

    • d.

      een ander diploma voorbereidend beroepsonderwijs of lager beroepsonderwijs, dan een diploma verkregen op grond van een eindexamen waarbij één of meer vakken volgens het A-programma en de overige vakken volgens het B-programma zijn geëxamineerd, of

    • e.

      een diploma of bewijs dat overeenkomt met een onder a tot en met d verkregen diploma of bewijs;

f.
contactgemeente:

een door de gemeentebesturen in een regio aangewezen contactgemeente als bedoeld in artikel 5 van het Tijdelijke besluit regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten;

g.
trajectbegeleider:

een door de contactgemeente benoemde functionaris die voortijdig schoolverlaters in de regio begeleidt bij hun keuze uit het bestaand aanbod van voorzieningen op het gebied van onderwijs, arbeidsmarkt en jeugdhulpverlening.

Artikel

2

Doel van de regeling

Deze regeling heeft tot doel voortijdig schoolverlaters te begeleiden naar een opleiding met arbeidsmarktperspectief of naar werk. Daartoe wordt aan de op grond van deze regeling geselecteerde contactgemeenten een specifieke uitkering verstrekt om trajectbegeleiders te benoemen.

Artikel

3

Specifieke uitkering

Artikel

4

Subsidieplafond

Voor het verlenen van specifieke uitkeringen op grond van deze regeling is een bedrag beschikbaar van f 5.000.000,-.

Artikel

5

Advisering

Artikel

6

Aanvragen

Artikel

7

Plan van aanpak

Het plan van aanpak behelst de navolgende onderwerpen:

  • a.

    een schets van de in de regio aanwezige randvoorwaarden, waaronder tenminste de invulling van de regionale meld- en coördinatiefunctie, het beleid van de regio met betrekking tot de opvang van voortijdig schoolverlaters, de omvang van de groep voortijdig schoolverlaters op 1 oktober 1997, de omvang van de groep voortijdig schoolverlaters, bedoeld in artikel 1 van het Tijdelijke besluit regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten over het studiejaar 1997/1998, en de samenwerking tussen de organisaties die zich met bedoelde groep bezighouden,

  • b.

    een afschrift van de samenwerkingsovereenkomst tussen de contactgemeente en een of meer instellingen, bedoeld in artikel 1.3.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs, in de regio ten behoeve van deze pilot,

  • c.

    een afschrift van de samenwerkingsovereenkomst tussen de contactgemeente en een of meer samenwerkingsverbanden Voortgezet Onderwijs/Voortgezet Speciaal Onderwijs in de regio,

  • d.

    de bereidverklaring van de contactgemeente om mee te werken aan een kwalitatief onderzoek naar de opbrengsten van deze pilot,

  • e.

    de contactpersoon die in het kader van de regeling door de contactgemeente is benoemd,

  • f.

    een indicatie omtrent het aantal en een omschrijving van de wijze waarop gesubsidieerde arbeidsplaatsen in het kader van de Wet inschakeling werkzoekenden zullen worden ingezet,

  • g.

    een opgave van de inzet van eigen middelen van de bij de aanwijzing van de contactgemeente betrokken gemeenten in de regio,

  • h.

    een beschrijving van de opzet en werkwijze van de pilot, met inbegrip van het aantal te benoemen trajectbegeleiders;

  • i.

    een opgave van de plaats waar de trajectbegeleiders hun werkzaamheden verrichten,

  • j.

    een overzicht van de samenwerkingsrelaties met de ondersteunende organisaties en de organisaties van het bedrijfsleven in de regio,

  • k.

    een beschrijving van de wijze waarop de samenwerkingsrelaties worden ingezet ten behoeve van de voortijdig schoolverlaters, en

  • l.

    een beschrijving van de wijze waarop aandacht wordt besteed aan de specifieke problematiek van voortijdig schoolverlaters uit etnische minderheidsgroepen.

Artikel

8

Beoordeling aanvraag

Artikel

9

Gronden van afwijzing

De minister beslist in ieder geval afwijzend op een aanvraag indien het externe bureau een negatief advies heeft uitgebracht.

Artikel

10

Verdeling

Artikel

11

Beslissing op de aanvraag

De minister geeft een beschikking binnen twee maanden na ontvangst van de aanvraag. Indien de beschikking niet binnen twee maanden kan worden gegeven, stelt de minister de aanvrager daarvan in kennis en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien.

Artikel

12

Bestemming

De contactgemeente voert de activiteiten uit overeenkomstig het plan van aanpak waarop de verleende specifieke uitkering betrekking heeft en besteedt de specifieke uitkering uitsluitend aan de activiteiten waarvoor zij blijkens de verlening van de specifieke uitkering bestemd is.

Artikel

13

Administratieverplichtingen

Artikel

14

Verslaglegging

Artikel

15

Vaststelling specifieke uitkering

De minister geeft een beschikking tot vaststelling van de specifieke uitkering binnen drie maanden na ontvangst van de aanvraag dan wel nadat de voor het indienen ervan geldende termijn is verstreken. Indien de beschikking niet binnen drie maanden kan worden gegeven, stelt de minister de betrokkene daarvan in kennis en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien.

Artikel

16

Onderzoek vanwege de minister

De contactgemeente verstrekt degene die door de minister is belast met het onderzoek naar het functioneren van de pilot alle inlichtingen die deze voor de uitvoering van zijn taak nodig oordeelt en geeft desgevraagd inzage in informatie, boeken en bescheiden betreffende de pilot.

Artikel

17

Bekendmaking

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Artikel

18

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Artikel

19

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Pilot Trajectbegeleiders.

Zoetermeer
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, L.M.L.H.A.Hermans