Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus

De Minister van Justitie,

Besluit:

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

(definitiebepalingen)

Artikel

2

(optreden naar buiten)

De wijze van acquisitie en promotie door een beveiligingsorganisatie, alsmede het optreden naar buiten, de presentatie en de uitvoering van de werkzaamheden, zijn niet in strijd met de belangen van de veiligheidszorg of de goede naam van de bedrijfstak.

Artikel

3

(opzet en inrichting)

Artikel

4

(vertrouwelijke gegevens)

Een beveiligingsorganisatie of recherchebureau treft maatregelen om te voorkomen dat persoons- en andere vertrouwelijke gegevens in handen van onbevoegden komen.

2

Opleidingseisen

Artikel

5

(algemene opleiding)

Artikel

6

(bestuursorganen)

Artikel 5, eerste, tweede, derde en vijfde lid, van deze regeling, is van overeenkomstige toepassing op personen in dienst van een bestuursorgaan, die in de uitoefening van hun functie beveiligingswerkzaamheden verrichten.

Artikel

7

(horeca-ondernemingen)

In afwijking van artikel 5, eerste lid, van deze regeling, belast een beveiligingsorganisatie uitsluitend een persoon met beveiligingswerkzaamheden ten behoeve van een horeca-onderneming, indien deze in het bezit is van een op zijn naam gesteld diploma horecaportier van SVH onderwijscentrum.

Artikel

8

(betaald voetbal organisaties)

In afwijking van artikel 5, eerste lid, van deze regeling, belast een beveiligingsorganisatie uitsluitend een persoon met beveiligingswerkzaamheden bij voetbalwedstrijden, indien hij in het bezit is van een op zijn naam gesteld certificaat Voetbalsteward van de Koninklijke Nederlandse Voetbal Bond.De eerste volzin is slechts van toepassing indien betrokkene in dienst is van de betaald voetbal organisatie dan wel de eigenaar van het stadion en voor zover het betreft beveiligingswerkzaamheden kort voor, tijdens en kort na de wedstrijd van een betaald voetbal organisatie in en rond het stadion waar de wedstrijden plaatsvinden.

Artikel

9

(ongeuniformeerden)

Artikel

10

(particulier rechercheurs)

Artikel

11

(alarminstallateurs)

3

Uniformen

Artikel

12

(uiterlijk uniform en ontheffing)

4

Legitimatiebewijzen

Artikel

13

(model legitimatiebewijs)

5

Instructie van en controle op het personeel

Artikel

14

(instructie voor personeel)

Een beveiligingsorganisatie of een recherchebureau brengt de instructie bedoeld in artikel 9, negende lid, van de wet, na de goedkeuring door de minister, ter kennis van de korpschef van de regio waar de beveiligingsorganisatie of het recherchebureau dan wel een onderdeel daarvan is gevestigd of, indien de beveiligingsorganisatie of het recherchebureau dan wel een onderdeel daarvan is gevestigd op een luchtvaartterrein, van de commandant.

Artikel

15

(controle van personeel)

Een beveiligingsorganisatie of een recherchebureau oefent voldoende en regelmatige controle uit op de verrichtingen van het personeel en draagt er zorg voor dat het personeel handelt overeenkomstig de bij of krachtens de wet vastgestelde voorschriften.

6

Verslaglegging

Artikel

16

(jaarlijks verslag)

7

Uitrusting

Artikel

17

(gebruik hond)

8

Behandeling van klachten

Artikel

18

(vaststellen klachtenregeling)

9

Afstemming met politie

Artikel

19

(informeren politie)

10

Bijzondere bepalingen voor particuliere alarmcentrales

Artikel

20

(eisen particuliere alarmcentrale)

Artikel

21

(eisen alarmapparatuur)

Artikel

22

(informeren politie)

Zodra door een beveiligingsorganisatie die werkzaamheden verricht als bedoeld in artikel 3, onder b, van de wet, een aanvang wordt gemaakt met nieuwe beveiligingswerkzaamheden stelt deze beveiligingsorganisatie de korpschef van de regio waar zich de objecten bevinden, die door de alarmcentrale worden beveiligd, of, indien de objecten die door de alarmcentrale worden beveiligd zich bevinden op een luchtvaartterrein, de commandant,op de hoogte van:

  • a.

    de aanvang en de beëindiging van een overeenkomst met een abonnee die strekt tot een aansluiting op de particuliere alarmcentrale van alarm-apparatuur,

    en voorzover de korpschef daarom schriftelijk verzoekt tevens van:

  • b.

    de aard en situering van het object, de in- en uitgangen en het beveiligd gebied met haar afzonderlijke zones;

  • c.

    de soorten alarm waarvoor assistentie kan worden gevraagd (inbraak, overval, brand);

  • d.

    de naam en het adres van de persoon die de alarmapparatuur heeft geïnstalleerd of zorgdraagt voor het onderhoud;

  • e.

    het sleuteladres;

  • f.

    de instantie of persoon die na het doorgeven van een alarm binnen 15 minuten bij het pand aanwezig zal zijn.

11

Bijzondere bepalingen voor geld- en waardetransporten

Artikel

23

(eisen voor geld- en waardetransportbedrijf)

12

Vergoeding van kosten

Artikel

24

(kosten vergunning, toestemming en legitimatiebewijs)

13

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

25

(overgangsregeling opleidingseis bestuursorganen)

Artikel

26

(particulier rechercheur)

Artikel

27

(alarminstallateur)

Artikel

28

(alarmapparatuur)

Artikel

28a

In afwijking van het bepaalde in artikel 5 lid 1 en 2 kan tot 1 januari 2003 nog een beroep worden gedaan op de volgende tekst:

Een beveiligingsorganisatie belast uitsluitend een persoon met beveiligingswerkzaamheden, indien deze in het bezit is van een op zijn naam gesteld diploma Algemeen Beveiligingsmedewerker van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties en de Stichting Ecabo.

De verplichting in het eerste lid geldt niet voor:

  • a.

    een periode van 12 maanden, te rekenen van af de dag dat de betrokkene voor het eerst bij een particuliere beveiligingsorganisatie met beveiligingswerkzaamheden wordt belast, indien betrokkene door middel van een verklaring van de Stichting Ecabo kan aantonen, dat hij in de periode waarop de aanvraag betrekking heeft, via de beroepsbegeleidende leerweg, de opleiding voor het diploma Algemeen Beveiligingsmedewerker van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties en de Stichting Ecabo volgt;

    of

  • b.

    een periode van 2 maanden, te rekenen vanaf de dag dat de betrokkene voor het eerst bij een particuliere beveiligingsorganisatie met beveiligingswerkzaamheden wordt belast, indien betrokkene een verklaring overlegt waaruit blijkt dat hij, voor de duur waarop de aanvraag betrekking heeft, via de beroepsopleidende leerweg een beroepspraktijkvormingsovereenkomst is aangegaan die onder toezicht van de Stichting Ecabo tot stand is gekomen.

Artikel

29

(voorkomen handelsbelemmeringen)

Met het in deze regeling bedoelde materieel wordt gelijk gesteld materieel, dat rechtmatig is geproduceerd of in de handel is gebracht in een andere lidstaat van de Europese Unie dan wel rechtmatig is geproduceerd in een staat die partij is bij de overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte en dat ten minste aan gelijkwaardige technische eisen voldoet.

Artikel

30

(intrekken voorgaande regeling)

De Regeling particuliere beveiligingsorganisaties (Stcrt.1997, 237) wordt ingetrokken.

Artikel

31

(inwerkingtreding regeling)

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de wet in werking treedt.

Artikel

32

(titel regeling)

Deze regeling kan worden aangehaald als: Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlagen 3 en 5 die ter inzage worden gelegd in de bibliotheek van het Ministerie van Justitie, Schedeldoekshaven 100 te Den Haag.

Den Haag
De Minister van Justitie, A.H.Korthals

Bijlage

1

Embleem uniform (art. 12 RPB)

Model en afmetingen

Bijlage 1a bevat het model van het in artikel 12, eerste lid, bedoelde embleem.

Plaats op het uniform

Het uniform is te allen tijden en onder alle omstandigheden duidelijk zichtbare wijze van het embleem voorzien.

Voorzover het tunieken, colberts en soortgelijke kledingstukken betreft, is het embleem aangebracht aan de linker- of rechtervoorzijde, op de revers.

Voorzover het kledingstukken betreft die niet van revens zijn voorzien, zoals blousons, jacks, truien, overhemden en blouses, is het embleem aangebracht op de plaats die overeenkomt met de voor tunieken en colberts voorgeschreven plaats.

Het uniform vertoont, noch ten aanzien van uitvoerng, noch ten aanzien van kleurstelling, meer dan noodzakelijke overeenkomst met uniformen zoals die worden gebruikt door de politie en de krijgsmacht.

Uitvoering

Het embleem is vervaardigd uit metaal of is door middel van borduurwerk op het uniform aangebracht, met inachtneming van de volgende voorschriften.

Borduurwerk

Voor het volle vlak van het embleem, alsmede voor de letters in het embleem, is zilverdraad gebruikt.

Metaal

Het volle vlak van het embleem, alsmede de letters in het embleem, zijn zilverkleurig.

Het metaal tussen de leeters is uitgevoerd in de kleur PMS 432 (grijs).

De voorzijde van het metalen embleem is voorzien van blanke lak.

Het seal embleem

Het volle vlak van het embleem alsmede de letters in het embleem, zijn zilverkleurig, zijn zilverkleurig. Het kunststof tussen de letters is uitgevoerd in de kleur PMS 432 (grijs). Het embleem wordt aangebracht door middel van hitte en druk. (Niet aan te brengen met een strijkijzer).

Bijlage

1A

Embleem uniform (art. 12 RPB)

Bijlage

2

Model legitimatiebewijs (art. 13 RPB)

Bijlage

2A

Grijs legitimatiebewijs voor- en achterzijde

Bijlage

2B

Grijs legitimatiebewijs voor- en achterzijde

Bijlage

2C

Groen legitimatiebewijs voor- en achterzijde

Bijlage

2D

Blauw legitimatiebewijs voor- en achterzijde

Bijlage

2E

Geel legitimatiebewijs voor- en achterzijde

Bijlage

3

wordt niet gepubliceerd

Bijlage

4

Aanmeldingsformulier beveiligingswerkzaamheden (art. 19 RPB).

Naam + adres beveiligingsorganisatie:

Vergunning nummer:

Vergunning geldig tot:

Contactpersoon :

Telefoonnummer :

Betreft:

  • aanmelden (nieuwe) werkzaamheden

  • aanmelden wijziging werkzaamheden

  • afmelden werkzaamheden

Met ingang van d.d. .........verricht bovenstaande organisatie

  • geen beveiligingswerkzaamheden meer

  • vaste post

  • mobiele surveillance

  • winkelsurveillance

  • overige:

bij onderstaand bedrijf/object:

naam bedrijf/ object:

adres :

plaats :

* Omcirkelen wat van toepassing is.

z.o.z.

De omvang van de werkzaamheden is:

...........................

...........................

...........................

...........................

Het aanmelden van de personen die de beveiligingswerkzaamheden ongeuniformeerd gaan uitvoeren, dient op een aparte bijlage te geschieden. Met betrekking tot deze personen moeten de volgende gegevens worden ingevuld:

  • naam + voornamen

  • adres

  • geboortedatum + geboorteplaats

  • kleur + nummer legitimatiebewijs

  • geldigheidsduur van legitimatiebewijs

  • de instantie die het legitimatiebewijs heeft afgestempeld

Bijlage 5 wordt niet gepubliceerd.

Bijlage

5

wordt niet gepubliceerd