Artikel
1
Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
-
minister:
de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen;
-
wet:
Besluit:
In deze regeling wordt verstaan onder:
minister:
de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen;
wet:
De minister kan subsidie verstrekken voor activiteiten ten behoeve van specifieke groepen van leerlingen, emancipatie, onderwijsvernieuwingen, internationalisering en bijzondere aangelegenheden, voor zover deze passen in het regeringsbeleid ten aanzien van het voortgezet onderwijs, al dan niet in samenhang met één of meer andere beleidsterreinen.
Indien subsidie per boekjaar wordt verstrekt, is de subsidieontvanger vrijgesteld van artikel 11, eerste lid, van de wet.
Subsidie wordt verstrekt aan een natuurlijke persoon of aan een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid waarvan de statutaire doelstelling past binnen het doel van de subsidieverlening.
De subsidieaanvraag omvat:
een activiteitenplan,
een meerjarenactiviteitenplan voor zover de subsidieaanvraag meerdere jaren bestrijkt,
een begroting,
een meerjarenraming voor zover de subsidieaanvraag meerdere jaren bestrijkt,
overige voor de subsidieverlening noodzakelijke gegevens.
De subsidieaanvraag die wordt ingediend door een privaatrechtelijk ingestelde rechtspersoon gaat de eerste maal vergezeld van de statuten dan wel de reglementen zoals deze laatstelijk zijn vastgesteld of gewijzigd, alsmede het laatst opgemaakte financieel verslag of jaarrekening dan wel een schriftelijk overzicht van de financiële situatie van de subsidieaanvrager. De financiële bescheiden zijn voorzien van een accountantsverklaring, tenzij de minister dit gelet op de hoogte van het subsidiebedrag niet noodzakelijk oordeelt.
Het activiteitenplan omvat een overzicht van de aard en de omvang van de voorgenomen activiteiten alsmede een omschrijving waaruit blijkt dat de subsidiedoeleinden op effectieve wijze worden bereikt.
Het meerjarenactiviteitenplan omvat de hoofdlijnen van de activiteiten en de daarmee beoogde resultaten in de jaren waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft.
De begroting gaat vergezeld van een gemotiveerd overzicht van de liquiditeitsbehoefte.
De meerjarenraming biedt inzicht in de inkomsten en uitgaven die de aanvrager in verband met de te subsidiëren activiteiten voorziet in de jaren waarop de raming betrekking heeft.
De subsidie wordt verleend voor een periode van ten hoogste één kalenderjaar, tenzij de minister anders bepaalt.
In het geval van het niet vervullen van de voorwaarde, bedoeld in artikel 4.34, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, worden de op grond van artikel 2 verleende subsidiebedragen verlaagd tot het bedrag van de subsidie dat na vaststelling of goedkeuring van de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen ter beschikking staat, een en ander naar rato van het aantal subsidieaanvragers aan wie subsidie is verleend en van de hoogte van de verleende subsidiebedragen.
De subsidieontvanger werkt mee aan door of namens de minister ingestelde onderzoeken die erop gericht zijn de minister inlichtingen te verschaffen ten behoeve van de ontwikkeling van het beleid.
Voor de beschikbaarstelling van goederen aan derden of het verrichten van diensten voor derden brengt de subsidieontvanger een vergoeding in rekening die tenminste kostendekkend is.
De subsidieontvanger is aan het Rijk een door de minister te bepalen deel van de inkomsten, rente uitgezonderd, die rechtstreeks of middellijk voortvloeien uit activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, verschuldigd. Dit deel bedraagt ten hoogste 50% van de desbetreffende inkomsten, maar niet meer dan het subsidiebedrag.
Voorafgaande instemming van de minister is vereist met:
het aangaan van huur- of koopovereenkomsten die leiden tot een jaarlijkse last van meer dan € 25.000,–,
het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot intellectuele eigendomsrechten die rechtstreeks of middellijk voortvloeien uit activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt,
het aangaan van meerjarige verplichtingen in het kader van een automatiseringsproject,
rechtshandelingen die in het lopende begrotingsjaar of in de daarop volgende begrotingsjaren tot een aanmerkelijke niet in de begroting of meerjarenraming voorziene lastenstijging of inkomensvermindering kunnen leiden, of
het gebruik van diensten van derden voor het verrichten van activiteiten waarvoor subsidie verleend is, indien daarmee een belang is gemoeid dat meer bedraagt dan 50% van het subsidiebedrag.
De minister kan op diverse tijdstippen een voortgangs- dan wel eindrapportage vragen. De betaalbaarstelling van de voorschotten kan hiervan afhankelijk worden gesteld.
De minister kan in verband met de hoogte van het subsidiebedrag of de aard van de te verrichten activiteiten, toestaan dat wordt afgeweken van de artikelen 12 tot en met 15.
Indien het subsidiebedrag meer bedraagt dan € 50.000,– gaat de financiële verantwoording vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
De minister kan een controleprotocol opstellen voor het onderzoek door de accountant, bedoeld in artikel 17, eerste lid. De subsidieontvanger bedingt bij de accountant dat deze zijn onderzoek inricht overeenkomstig het controleprotocol.
Het ingevolge artikel 4:45 van de Algemene wet bestuursrecht in te dienen verslag van activiteiten bevat een overzicht van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten.
Het subsidiebedrag wordt in twaalf gedeelten betaald. Het eerste gedeelte wordt betaald vier weken na de subsidieverlening, en de daarop volgende gedeelten binnen een jaar. De minister kan van de eerste en tweede volzin afwijken.
Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW-Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van publicatie Uitleg OCenW-Regelingen waarin deze regeling is geplaatst.
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling subsidies voortgezet onderwijs.