Regeling vaccinatie Newcastle disease

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
Gelet op richtlijn 92/66/EEG van de Raad van 14 juli 1992 tot vaststelling van communautaire maatregelen voor de bestrijding van de ziekte van Newcastle (PbEG L 260) en richtlijn 90/539/EEG van de Raad van 15 oktober 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren (PbEG L 303);

Besluit:

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
Minister:

Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

b.
dieren:

kippen en kalkoenen;

c.
pluimveebedrijf:

inrichting die wordt gebruikt voor het anders dan voor recreatieve of educatieve doeleinden fokken, opfokken of houden van fokdieren, vleesdieren of legdieren;

d.
koppel:

groep dieren met dezelfde gezondheids- en immuniteitsstatus, die in eenzelfde lokaal of een zelfde uitloopruimte wordt opgefokt en die een epizoötiologische eenheid vormen;

e.
eendagskuikens:

dieren die nog geen 72 uur oud zijn en die nog niet zijn gevoerd;

f.
vleeskuikens:

kippen van 72 uur en ouder die worden opgefokt voor de productie van vlees;

g.
vleeskalkoenen:

kalkoenen van 72 uur en ouder die worden opgefokt voor de productie van vlees;

h.
richtlijn 92/66/EEG:

Richtlijn 92/66/EEG van de Raad van 14 juli 1992 tot vaststelling van communautaire maatregelen voor de bestrijding van de ziekte van Newcastle (PbEG L 260);

i.
leghennen:

dieren bestemd voor productie van consumptie-eieren;

j.
reproductiedieren:

dieren bestemd voor productie van broedeieren;

k.
koppel vleeskuikens:

vleeskuikens, gehuisvest op een locatie met hetzelfde UBN, met dezelfde gezondheids- en immuniteitsstatus die binnen een periode van drie achtereenvolgende dagen zijn geboren;

l.
koppel vleeskalkoenen:

vleeskalkoenen van hetzelfde geslacht, gehuisvest op een locatie met hetzelfde UBN, met dezelfde gezondheids- en immuniteitsstatus, die binnen een periode van drie achtereenvolgende dagen zijn geboren;

m.
UBN:

een, ter identificatie van het bedrijf, door de Minister erkend uniek bedrijfsnummer;

n.
VWA:

de Voedsel en Waren Autoriteit, ingesteld bij besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 juli 2002 (Stcrt. 127);

o.
NCD:

Newcastle disease (pseudovogelpest).

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Vervallen

Artikel

5

Vaccinatieverklaringen die overeenkomstig artikel 9, eerste lid, van de Verordening N.C.D.-bestrijding 1976 van het Landbouwschap zijn ingevuld en ondertekend, worden beschouwd als vaccinatieverklaringen in de zin van deze regeling.

Artikel

6

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2001.

Artikel

7

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling vaccinatie Newcastle disease.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, L.J.Brinkhorst

Bijlage

I

bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Regeling vaccinatie Newcastle disease

Vaccinatiemethoden:

  • injectie;

  • spray;

  • aërosol;

  • oogdruppels.

Voorschriften ten aanzien van vaccinatie:

  • De dieren worden in de periode van 72 uur na de geboorte tot de achttiende levensdag ten minste eenmaal gevaccineerd.

  • Dieren die bestemd zijn voor de productie van broed- dan wel consumptie-eieren worden tevens geïnjecteerd met een geïnactiveerd vaccin.

  • Alle koppels van 10 weken of ouder, niet zijnde vleeskuikens of vleeskalkoenen, die worden verplaatst van het ene pluimveebedrijf naar het andere worden 14 tot 42 dagen vóór het vervoer gevaccineerd met een levend vaccin.

  • Alle koppels van 10 weken of jonger, niet zijnde vleeskalkoenen of vleeskuikens, worden, indien ze worden verplaatst, ten minste tweemaal gevaccineerd, waarbij de laatste vaccinatie tussen 14 tot 42 dagen vóór het vervoer wordt toegediend. Dit geldt niet voor dieren die binnen een bedrijf naar een ander lokaal worden verplaatst, mits daarbij geen vervoer over de openbare weg plaatsheeft.

  • Op de vaccinatieverklaring wordt iedere vaccinatie tegen Newcastle disease geregistreerd, onder vermelding van de gehanteerde methode.

  • De vaccins voldoen aan de criteria, bedoeld in Beschikking 93/152/EEG van de Commissie van 8 februari 1993 houdende vaststelling van de eisen waaraan in het kader van de programma's inzake routinevaccinatie tegen Newcastle disease te gebruiken vaccins moeten voldoen (PbEG L 059).

Bijlage

II

bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Regeling vaccinatie Newcastle disease

Voorschrfiten ten aanzien van bloedonderzoek:

De effectiviteit van de vaccinaties van reproductiedieren en leghennen van 10 weken of ouder dient, door middel van onderzoek van bloed van ten minste 30 willekeurig gekozen dieren per koppel, in ieder geval te worden gecontroleerd, vóór verplaatsing van het koppel en tevens maximaal 9 weken voor de slacht. Dit geldt niet voor dieren die binnen een bedrijf naar een ander lokaal worden verplaatst, mits daarbij geen vervoer over de openbare weg plaatsheeft.

De effectiviteit van de vaccinaties van vleeskuikens en vleeskalkoenen dient, door middel van onderzoek van bloed van ten minste 30 willekeurig gekozen dieren per koppel en ten minste 5 dieren per lokaal wanneer op het bedrijf wordt getapt en 30 willekeurig gekozen dieren per koppel wanneer op het slachthuis wordt getapt, in ieder geval te worden gecontroleerd:

bij vleeskuikens:

vanaf een leeftijd van 4 weken op het bedrijf, dan wel aan de slachtlijn;

bij vleeskalkoenen:

vanaf een leeftijd van 13 weken op het bedrijf, dan wel aan de slachtlijn.

Het afnemen van bloed op het bedrijf geschiedt door een dierenarts dan wel door een op aanwijzing van en onder controle van een dierenarts handelende dierenartsassistent als bedoeld in artikel 9 van het Besluit paraveterinairen. Het afnemen van bloed aan de slachtlijn geschiedt onder verantwoordelijkheid van een dierenarts.

Bijlage

III

bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Regeling vaccinatie Newcastle disease

Bijlage

IV

bedoeld in artikel 2, derde lid, van de Regeling vaccinatie Newcastle disease

Inzendformulier bloedmonsters pluimvee (Regeling vaccinatie NCD)

Bijlage

V

bedoeld in artikel 2, achtste lid, van de Regeling vaccinatie Newcastle disease

Aangepast vaccinatieregime

Vleeskuikens:

Eerste verplichte vaccinatie:

uit te voeren tussen 3e en 10e levensdag met levende entstof spray;

Tweede verplichte vaccinatie:

uit te voeren na de 17e levensdag met gecloneerde entstof met spray of aerosol.

Vleeskalkoenen:

Tussen de 14e en de 16e levensdag:

levende entstof spray;

Tussen de 28e en de 30e dag:

levende entstof aerosol;

In de 10e levensweek:

levende entstof aerosol;

Voor de hanen bovendien in de 17e levensweek:

levende entstof aerosol.