In afwijking van het eerste lid is, indien ten genoegen van de SVB aannemelijk is gemaakt dat zulks tot een lagere uitkomst leidt, H gelijk aan het premie-inkomen voor de premieheffing in de zin van artikel 8 van de WFV, en K gelijk aan de voor de premieplichtige toepasselijke heffingskorting berekend op grond van artikel 10 van de WFV.
3
Voorzover de AWBZ-premie slechts is verschuldigd voor een gedeelte van een kalenderjaar, wordt de overeenkomstig het eerste en het tweede lid berekende AWBZ-premie verminderd naar evenredigheid van dat gedeelte van een kalenderjaar.
4
In afwijking van het eerste, tweede en derde lid, stelt de SVB, op verzoek van de belanghebbende die een gedeelte van een kalenderjaar van rechtswege AWBZ-verzekerd is geweest, de AWBZ-premie over dat kalenderjaar zodanig vast, dat de over het gehele kalenderjaar verschuldigde premie voor de AWBZ-verzekering van rechtswege en voor de vrijwillige verzekering tezamen niet meer bedraagt dan het premiebedrag dat de belanghebbende maximaal verschuldigd zou zijn, indien hij in dat gehele kalenderjaar van rechtswege verschuldigd zou zijn geweest.
Artikel
3
1
Bij de toepassing van artikel 2 wordt de waarde van inkomen in natura door de SVB geschat, waarbij wordt uitgegaan van de waarde van dat inkomen in het land, waar het wordt of werd ontvangen.
2
Bij de toepassing van artikel 2 wordt buiten Nederland ontvangen inkomen, voorzover dat niet in euro is uitgedrukt, in de valuta van het desbetreffende land vastgesteld en met behulp van de door de Nederlandse Bank NV vastgestelde wisselkoers omgerekend in euro.
Artikel
4
1
De SVB deelt de belanghebbende zo spoedig mogelijk nadat hij zich voor de vrijwillige verzekering heeft aangemeld, mee:
a.
de hoogte van de verschuldigde AWBZ-premie;
b.
de termijn waarbinnen de AWBZ-premie dient te worden betaald;
c.
de wijze waarop de AWBZ-premie aan de SVB dient te worden betaald.
2
De belanghebbende betaalt de AWBZ-premie per kalenderjaar vooruit.
3
De SVB kan op verzoek van belanghebbende, een andere regeling treffen ten aanzien van de betaling van de AWBZ-premie.
4
De betaling van de AWBZ-premie geschiedt in een voor Nederland wettig betaalmiddel.
Artikel
5
1
De SVB kan de verschuldigde AWBZ-premie over een kalenderjaar voorlopig vaststellen, indien:
a.
zij bij de vaststelling van die premie rekening dient te houden met de in dat kalenderjaar verschuldigde premie op grond van de AWBZ-verzekering van rechtswege of
Zodra zulks naar het oordeel van de SVB mogelijk is, wordt de over het bedoelde kalenderjaar verschuldigde AWBZ-premie definitief vastgesteld.
3
Te veel betaalde AWBZ-premie wordt terugbetaald. Nog verschuldigde AWBZ-premie wordt binnen een door de SVB vast te stellen termijn betaald.
Artikel
6
1
Indien de vrijwillige verzekering is geëindigd met toepassing van artikel 32c, eerste lid, van de AWBZ, wordt voorzover dit nog niet heeft plaatsgevonden, de over een kalenderjaar verschuldigde AWBZ-premie definitief vastgesteld.
Indien de verzekering is geëindigd met toepassing van artikel 32c, eerste lid, onder d, van de AWBZ, kan het uitvoeringsorgaan waarbij betrokkene als vrijwillig verzekerde is ingeschreven, de kosten van medische zorg die door hem op grond van de vrijwillige verzekering zijn betaald over het tijdvak waarover geen of slechts gedeeltelijke premiebetaling heeft plaatsgevonden, geheel of gedeeltelijk van betrokkene terugvorderen. De vordering kan worden verhoogd met een door dat uitvoeringsorgaan vast te stellen bedrag voor administratie- en invorderingskosten. De SVB stelt het uitvoeringsorgaan in kennis van het bedrag van de openstaande premievordering.
Artikel
7
1
De SVB administreert de AWBZ-premies en is daarover verantwoording verschuldigd aan het College zorgverzekeringen.
2
De SVB verstrekt op verzoek van het College zorgverzekeringen, overeenkomstig door het College zorgverzekeringen gestelde eisen en binnen de daarbij gestelde termijnen, kosteloos alle gegevens en inlichtingen over de uitvoering van de vrijwillige verzekering die het College zorgverzekeringen nodig acht voor de uitoefening van zijn taak. De SVB verleent op verzoek van het College zorgverzekeringen aan de door het College zorgverzekeringen aangewezen personen toegang tot en inzage in alle gegevens over de uitvoering van de vrijwillige verzekering die het College zorgverzekeringen nodig acht voor de uitoefening van zijn taak. De aangewezen personen zijn bevoegd van de gegevens kopieën te maken.
3
De SVB zendt jaarlijks aan het College zorgverzekeringen een verslag van werkzaamheden met betrekking tot de uitvoering van de vrijwillige verzekering in het voorafgaande kalenderjaar, met inbegrip van een financieel verslag, voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid en rechtmatigheid van ontvangsten en uitgaven afgegeven door een accountant als bedoeld in artikel 393 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, alsmede van een rapport van de accountant over de ordelijkheid en controleerbaarheid van het gevoerde beheer.
4
Het financieel verslag betreft naast de verantwoording van de premie-ontvangsten en -afdrachten, een verantwoording van de uitvoeringskosten, bedoeld in artikel 8.
5
Het College zorgverzekeringen kan regels stellen over:
a.
de minimumeisen waaraan de administratie, bedoeld in het eerste lid, moet voldoen;
b.
het tijdstip van indiening, alsmede de inrichting en inhoud van de verslagen en het rapport, bedoeld in het derde lid,
c.
de aandachtspunten voor de accountantscontrole.
6
Het in het derde en vierde lid bedoelde financieel verslag behoeft de instemming van het College zorgverzekeringen.
Artikel
8
1
De SVB ontvangt voor de uitvoering van de vrijwillige verzekering een vergoeding ten laste van het AFBZ volgens door het College zorgverzekeringen te stellen beleidsregels.
2
De in het eerste lid bedoelde beleidsregels behoeven de goedkeuring van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Artikel
9
Bij ministeriële regeling van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de afdracht van premie voor de vrijwillige verzekering door de SVB aan het AFBZ.
Artikel
10
In afwijking van artikel 3, tweede lid, wordt tot 1 januari 2002 buiten Nederland ontvangen inkomen in de valuta van het desbetreffende land vastgesteld en met behulp van de door de Nederlandse Bank NV vastgestelde wisselkoersen omgerekend in Nederlandse valuta.
Artikel
11
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, en werkt terug tot en met 1 januari 2001.
Artikel
12
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit vrijwillige verzekering AWBZ.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,E. Borst-Eilers