Wet van 4 oktober 2001 tot wijziging van de Waarborgwet 1986 met betrekking tot de uitoefening van toezicht op de naleving

Wijzigingswet Waarborgwet 1986 (uitoefening van toezicht op de naleving)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Waarborgwet 1986 te wijzigen ten einde de uitoefening van toezicht op de naleving van deze wet te laten verrichten door een andere instelling dan een waarborginstelling;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

I

Wijzigt de Waarborgwet 1986.

Artikel

II

Wijzigt de Wet op de economische delicten.

Artikel

III

Artikel

IV

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, met uitzondering van artikel III, dat in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze wet in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Economische Zaken, G. Ybema
De Minister van Justitie, A. H. Korthals