Besluit van 2 november 2001, houdende het Warenwetbesluit Cacao en chocolade

Warenwetbesluit Cacao en chocolade

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juli 2001, GZB/VVB 2197687, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, en van Economische Zaken;
Gelet op richtlijn nr. 2000/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 juni 2000 inzake cacao- en chocoladeproducten voor menselijke consumptie (PbEG L 197), alsmede op artikel 8, onder a, b en c, en artikel 13, van de Warenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 11 september 2001, No. W13.01.0425/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 29 oktober 2001 met nummer GZB/VVB 2224137, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, en van Economische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    cacaoboter: het vet verkregen uit cacaobonen of delen van cacaobonen;

  • b.

    cacaopoeder of cacao: de waar die wordt verkregen door gereinigde, gedopte en geroosterde cacaobonen tot poeder te verwerken;

  • c.

    chocoladepoeder, huishoudchocoladepoeder, gesuikerde huishoudcacao of gesuikerd huishoudcacaopoeder: de waar die bestaat uit een mengsel van cacaopoeder en suiker;

  • d.

    chocolade: de waar die wordt verkregen uit cacaoproducten en suikers;

  • e.

    melkchocolade of huishoudmelkchocolade: de waar die wordt verkregen uit cacaoproducten, suikers en melk of melkproducten;

  • f.

    witte chocolade: de waar die wordt verkregen uit cacaoboter, melk of melkproducten, en suikers;

  • g.

    «chocolate a la taza» of «chocolate familiar a la taza»: de waar die wordt verkregen uit cacaoproducten, suikers, en tarwe-, rijst- of maïsmeel, of -zetmeel;

  • h.

    gianduja: de waar die wordt verkregen uit chocolade en fijngemaakte hazelnoten;

  • i.

    P: palmitinezuur;

  • j.

    O: oliezuur;

  • k.

    St: stearinezuur;

  • l.

    droge melkbestanddelen: droge melkbestanddelen verkregen door gehele of gedeeltelijke dehydratie van volle, halfvolle of magere melk, room, geheel of gedeeltelijk gedehydrateerde room, boter of melkvet;

  • m.

    suikers: suikers, bedoeld in het Warenwetbesluit suikers, en andere suikers;

  • n.

    verordening (EG) 1334/2008: verordening (EG) nr. 1334/2008 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 december 2008 (PbEU L 354) inzake aroma’s en bepaalde voedselingrediënten met aromatiserende eigenschappen voor gebruik in levensmiddelen en tot wijziging van verordening (EG) nr. 1601/91 van de Raad, verordening nr. (EG)2232/96, verordening (EG) nr. 110/2008 en richtlijn 2000/13/EG.

Artikel

2

§

2

Samenstelling

Artikel

3

Artikel

4

In afwijking van verordening (EG) 1334/2008 mogen aan de eet- of drinkwaren, krachtens § 3 aangeduid als cacaopoeder, cacao, mager cacaopoeder, magere cacao, sterk ontvet cacaopoeder, sterk ontvette cacao, chocoladepoeder, huishoudchocoladepoeder, gesuikerde huishoudcacao, gesuikerd huishoudcacaopoeder, chocolade, melkchocolade, huishoudmelkchocolade, witte chocolade, chocolate a la taza, of als chocolate familiar al la taza, slechts aroma's worden toegevoegd waarmee de smaak van chocolade of melkvet niet wordt nagebootst.

§

3

Etikettering

Artikel

5

De aanduiding cacaoboter mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor cacaoboter met ten hoogste:

  • a.

    1,75% vrije vetzuren, uitgedrukt als oliezuur; en

  • b.

    0,5% onverzeepbare bestanddelen, bepaald door middel van petroleumether, met dien verstande dat dit maximum voor cacaopersboter 0,35% bedraagt.

Artikel

6

De aanduiding cacaopoeder of cacao mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor cacaopoeder of cacao met:

  • a.

    ten minste 20% cacaoboter, uitgedrukt als gewichtsprocent van de droge stof; en

  • b.

    ten hoogste 9% water.

Artikel

7

De aanduiding mager cacaopoeder, magere cacao, sterk ontvet cacaopoeder, of sterk ontvette cacao, mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor cacaopoeder met minder dan 20% cacaoboter, uitgedrukt als gewichtsprocent van de droge stof.

Artikel

8

De aanduiding chocoladepoeder, gesuikerd cacaopoeder of gesuikerde cacao mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocoladepoeder met ten minste 32% cacaopoeder.

Artikel

9

De aanduiding huishoudchocoladepoeder, gesuikerde huishoudcacao of gesuikerd huishoudcacaopoeder mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocoladepoeder met ten minste 25% en minder dan 32% cacaopoeder.

Artikel

10

De aanduiding mager huishoudchocoladepoeder of sterk ontvet huishoudchocoladepoeder, magere gesuikerde huishoudcacao of sterk ontvette huishoudcacao, dan wel mager gesuikerd huishoudcacaopoeder of sterk ontvet gesuikerd huishoudcacaopoeder mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocoladepoeder met:

  • a.

    ten minste 25% en minder dan 32% cacaopoeder; en

  • b.

    minder dan 20% cacaoboter;

uitgedrukt als gewichtsprocent van de droge stof.

Artikel

11

Artikel

12

Artikel

13

De aanduiding huishoudmelkchocolade mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor huishoudmelkchocolade met:

  • a.

    in totaal ten minste 20% en minder dan 25% droge cacaobestanddelen;

  • b.

    ten minste 20% droge melkbestanddelen;

  • c.

    ten minste 2,5% vetvrije droge cacaobestanddelen;

  • d.

    ten minste 5% melkvet; en

  • e.

    in totaal aan cacaoboter en melkvet ten minste 25% vetten.

Artikel

14

De aanduiding witte chocolade mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor witte chocolade met:

  • a.

    ten minste 20% cacaoboter; en

  • b.

    ten minste 14% droge melkbestanddelen, inclusief ten minste 3,5% melkvet.

Artikel

15

De aanduiding gevulde chocolade of chocolade met ...vulling mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor de gevulde waar waarvan:

  • a.

    het buitenste gedeelte bestaat uit één van de in artikel 11, artikel 12, artikel 13 of artikel 14 bedoelde waren;

  • b.

    het binnenste gedeelte niet bestaat uit banketbakkersproducten, gebak, biscuit of consumptie-ijs; en

  • c.

    waarvan het buitenste chocoladegedeelte ten minste 25% uitmaakt van het totale gewicht.

Artikel

16

De aanduiding chocolate a la taza mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocolate a la taza met:

  • a.

    in totaal ten minste 35% droge cacaobestanddelen, inclusief ten minste 18% cacaoboter en ten minste 14% vetvrije droge cacaobestanddelen; en

  • b.

    ten hoogste 8% meel of zetmeel.

Artikel

17

De aanduiding chocolate familiar a la taza mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor chocolate familiar a la taza met:

  • a.

    in totaal ten minste 30% en minder dan 35% droge cacaobestanddelen, inclusief ten minste 18% cacaoboter en ten minste 12% vetvrije droge cacaobestanddelen; en

  • b.

    ten hoogste 18% meel of zetmeel.

Artikel

18

De aanduiding chocoladebonbon/praline mag uitsluitend en moet worden gebezigd voor de waar in de vorm van een bonbon die bestaat uit:

  • a.

    de waar, aangeduid als gevulde chocolade; of

  • b.

    een enkel chocolaatje of een combinatie dan wel mengsel van de in artikel 11, artikel 12, artikel 13 of artikel 14 bedoelde waren en andere eet- of drinkwaren, voor zover de chocolade ten minste 25% uitmaakt van het totale gewicht van de waar.

Artikel

19

Bij een op de voet van deze paragraaf aangeduide waar die andere plantaardige vetten bevat dan cacaoboter wordt de vermelding gebezigd bevat naast cacaoboter ook andere plantaardige vetten. Deze vermelding is:

  • a.

    geplaatst in de nabijheid van de aanduiding, in hetzelfde gezichtsveld als de lijst van ingrediënten maar daarvan duidelijk gescheiden;

  • b.

    opvallend en duidelijk leesbaar, vetgedrukt, in een lettertype dat ten minste even groot is als het lettertype dat gebruikt is voor de lijst van ingrediënten.

Artikel

20

Onverminderd Verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten (PbEU 2011, L 304):

  • a.

    mogen de in deze paragraaf bedoelde aanduidingen onderdeel uitmaken van de aanduiding van andere eet- of drinkwaren die niet verward kunnen worden met de in artikel 5 tot en met artikel 18 bedoelde eetwaren;

  • b.

    mag de in artikel 11, artikel 12, artikel 13, artikel 14, artikel 15, of artikel 18 bedoelde aanduiding worden vervangen door de aanduiding chocoladeassortiment of assortiment gevulde chocolade of een soortgelijke aanduiding, voor zover die waren als assortiment verhandeld worden;

  • c.

    mag voor alle waren in een assortiment, bedoeld onder b, een gezamenlijke lijst van ingrediënten worden vermeld;

  • d.

    wordt bij een op de voet van artikel 8, artikel 9, artikel 11, artikel 12, artikel 13, artikel 16, of artikel 17 aangeduide waar het totale gehalte aan droge cacaobestanddelen aangegeven met de vermelding «ten minste ...% cacaobestanddelen»;

  • e.

    wordt bij een op de voet van artikel 7 of artikel 10 aangeduide waar het gehalte aan cacaoboter vermeld;

  • f.

    mag de aanduiding chocolade, melkchocolade en chocoladecouverture worden aangevuld met vermeldingen of aanduidingen betreffende kwaliteitscriteria, voorzover de desbetreffende waar:

    • in het geval van chocolade in totaal ten minste 43% droge cacaobestanddelen bevat, inclusief ten minste 26% cacaoboter;

    • in het geval van melkchocolade in totaal ten minste 30% droge cacaobestanddelen bevat, alsmede ten minste 18% droge melkbestanddelen inclusief ten minste 4,5% melkvet;

    • in het geval van chocoladecouverture ten minste 16% vetvrije droge cacaobestanddelen bevat.

§

4

Slotbepalingen

Artikel

21

Artikel

22

Wijzigt het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

Artikel

23

Dit besluit treedt in werking met ingang van 3 augustus 2003, met dien verstande dat eet- of drinkwaren die vóór 3 augustus 2003 rechtmatig zijn geëtiketteerd overeenkomstig Verordening Akk Cacao en chocoladeprodukten 1974, verhandeld mogen worden totdat de voorraden daarvan zijn opgebruikt.

Artikel

24

Dit besluit wordt aangehaald als: Warenwetbesluit Cacao en chocolade.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers
De Minister van Justitie, A. H. Korthals