Regeling van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 19 juli 2004, nr. SAS/2004072357, Directoraat-Generaal Milieubeheer/Directie Stoffen, Afvalstoffen, Straling/Afdeling Niet Gevaarlijke Afvalstoffen, houdende regels met betrekking tot afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur)

Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
Gelet op richtlijn nr. 2002/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 27 januari 2003 betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (PbEU 2003, L 37), zoals gewijzigd bij richtlijn nr. 2003/108/EG van 8 december 2003 (PbEU L 345), de artikelen 8.45, 10.16, eerste lid, 10.17, eerste lid, 10.19, 10.61, 21.6, zesde lid, en 21.8 van de Wet milieubeheer alsmede artikel 4, eerste lid, van het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur;

Besluit:

§

1

Begripsbepalingen en reikwijdte

Artikel

1

Artikel

2

Deze regeling is niet van toepassing op:

  • a.

    elektrische en elektronische apparatuur die deel is van andere apparatuur welke geen elektrische en elektronische apparatuur in de zin van deze regeling is;

  • b.

    elektrische en elektronische apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van Nederland of een van de andere lidstaten van de Europese Unie, alsmede wapens, munitie en oorlogsmateriaal daaronder niet begrepen apparatuur die niet voor specifiek militaire doeleinden is bestemd.

§

2

Inname

Artikel

3

Artikel

4

De distributeur neemt bij het ter beschikking stellen van een nieuw product een soortgelijk na gebruik vrijgekomen product, zijnde afgedankte elektrische en elektronische apparatuur van particuliere huishoudens, dat hem wordt aangeboden, ten minste om niet in.

Artikel

5

De inname, bedoeld in de artikelen 3 en 4, kan worden geweigerd indien de afgedankte elektrische en elektronische apparatuur bij gebruik is verontreinigd en daardoor een risico voor de gezondheid of veiligheid oplevert voor degene die inneemt.

Artikel

6

Onverminderd de artikelen 3 en 4, kunnen producenten innamesystemen voor afgedankte elektrische en elektronische apparatuur van particuliere huishoudens invoeren en exploiteren op voorwaarde dat deze systemen in overeenstemming zijn met de doelstellingen van richtlijn nr. 2002/96.

Artikel

7

De producent draagt er zorg voor dat afgedankte, door hem geproduceerde elektrische en elektronische apparatuur, niet zijnde afgedankte elektrische en elektronische apparatuur van particuliere huishoudens, gescheiden wordt ingezameld.

§

3

Verwerking

Artikel

8

Artikel

9

§

4

Nuttige toepassing

Artikel

10

§

5

Financiering

Artikel

11

Artikel

12

§

6

Informatieverplichtingen

Artikel

13

Artikel

13a

Artikel

14

§

7

Verslaglegging en slotbepalingen

Artikel

16

De producent informeert de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer binnen 6 maanden na afloop van ieder kalenderjaar over de resultaten van de uitvoering van de artikelen 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 alsmede over de hoeveelheid op de markt gebrachte elektrische en elektronische apparatuur in het desbetreffende jaar, waarbij hij gebruik maakt van het in bijlage 2 bij deze regeling opgenomen formulier.

Artikel

17

Een wijziging van een van de bijlagen bij richtlijn nr. 2002/96 gaat voor de toepassing van deze regeling gelden met ingang van de dag waarop aan die wijziging uitvoering moet zijn gegeven, tenzij bij ministerieel besluit, dat in de Staatscourant wordt bekendgemaakt, een ander tijdstip wordt vastgesteld.

Artikel

18

De artikelen van deze regeling, met uitzondering van artikel 14, zijn eerst met ingang van 13 augustus 2005 van toepassing op verlichtingsapparatuur als bedoeld in onderdeel 5 van bijlage IA bij richtlijn nr. 2002/96.

Artikel

19

Wijzigt het Besluit aanwijzing toezichtambtenaren VROM-regelgeving.

Artikel

20

Wijzigt de Regeling nadere regels kca-logo.

Artikel

21

Deze regeling treedt in werking met ingang van 13 augustus 2004, met uitzondering van:

  • a.

    artikel 10 dat met ingang van 1 januari 2005 in werking treedt,

  • b.

    artikel 16 dat met ingang van 1 januari 2006 in werking treedt,

  • c.

    artikel 20 dat met ingang van 13 augustus 2005 in werking treedt.

Artikel

22

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,P.L.B.A. vanGeel

Bijlage

1

, behorende bij artikel 15

FORMULIER MEDEDELING

De in het formulier gestelde vragen moeten zo volledig mogelijk beantwoord worden. Indien u bij de uitvoering van uw verplichtingen gebruik maakt van diensten van derden, noemt u dan ook altijd de namen van de vervoerders, verwerkers of anderen die door u zijn gecontracteerd. Eventuele bijlagen kunnen ook bijgevoegd worden ter ondersteuning van uw ingevulde mededeling.

Een mededeling kan ook door producenten gezamenlijk worden uitgevoerd waarbij het tevens mogelijk is dat een collectieve uitvoeringsorganisatie namens de aangesloten deelnemers een mededeling indient.

Het formulier kan gezonden worden aan SenterNovem, ter attentie van Uitvoering Afvalbeheer/PBA, Postbus 93144, 2509 AC Den Haag (telefoonnummer helpdesk SenterNovem 030-2147979). U kunt het formulier ook digitaal opvragen zodat de mededeling digitaal kan worden uitgevoerd. De ingevulde mededeling zal worden beoordeeld, overeenkomstig artikel 4 van het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur. Op deze procedure is titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

A. Gegevens bedrijf

Naam

..............................................................

Bezoekadres

..............................................................

Postadres

..............................................................

Telefoonnummer

..............................................................

Faxnummer

..............................................................

E-mailadres:

..............................................................

Nummer KvK

..............................................................

Contactpersoon

..............................................................

Telefoonnummer

..............................................................

Naam ondertekenaar

..............................................................

Functie ondertekenaar

..............................................................

Datum ondertekening

..............................................................

Handtekening

............................................................

B. Algemene vragen

Voor een juiste beoordeling van uw mededeling, is het noodzakelijk dat u een aantal algemene gegevens verstrekt over de elektrische en elektronische apparatuur die u produceert of importeert alsmede over de verkoopstructuur.

Productcategorieën waarvan u producent bent

..............................................................

..............................................................

Wie zijn de uiteindelijke gebruikers van uw producten, zijn dit particuliere huishoudens of bedrijven of beide?

..............................................................

..............................................................

Worden uw producten rechtstreeks aan de eindgebruiker afgeleverd of wordt gebruik gemaakt van detailhandel?

..............................................................

..............................................................

Gaat u op individuele wijze of collectieve wijze uitvoering geven aan de verplichtingen van de regelgeving?

..............................................................

..............................................................

Indien u bij een collectief bent aangesloten dat (een deel van) de verplichtingen namens u uitvoert, meldt u dan de naam en adresgegevens van dat collectief.

C. Specifieke vragen

In het gedeelte hieronder dient u aan te geven op welke wijze uitvoering gegeven zal worden aan de in de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur (verder: Rea) gestelde verplichtingen. Indien bepaalde vragen niet op u van toepassing zijn, kunt u dat aangeven bij de desbetreffende vraag.

Artikel 6 Rea: Gaat u zelf een inname-systeem opzetten voor afgedankte apparatuur van particuliere huishoudens? Zo ja, dan dient u aan te geven op welke wijze u dit systeem gaat invoeren en exploiteren. Tevens dient u aan te geven op welke wijze u zorg draagt dat dit systeem in overeenstemming is met de doelstellingen van richtlijn nr. 2002/96.

..............................................................

..............................................................

Artikel 7 Rea: Op welke wijze geeft u uitvoering aan de verplichting dat de producent zorg draagt voor gescheiden inzameling van afgedankte, door u geproduceerde apparatuur, niet zijnde afgedankte apparatuur van particuliere huishoudens.

..............................................................

..............................................................

Artikel 8, eerste lid Rea: Op welke wijze geeft u uitvoering aan de verplichting dat door de gemeente en distributeur ingenomen afgedankte apparatuur van particuliere huishoudens vanaf de in artikel 3, tweede lid, bedoelde plaats en vanaf de distributeur worden opgehaald, vervoerd en verwerkt.

..............................................................

..............................................................

Artikel 8, tweede lid Rea: Op welke wijze geeft u uitvoering aan de verplichting dat afgedankte apparatuur, niet zijnde apparatuur van particuliere huishoudens, wordt vervoerd en verwerkt.

..............................................................

..............................................................

Artikel 8, derde lid Rea: Op welke wijze garandeert u dat de verwerking van de ingenomen afgedankte apparatuur geschiedt met gebruik van de beste beschikbare technieken?

..............................................................

..............................................................

Artikel 11, eerste en derde lid Rea: Op welke wijze gaat u de financiering regelen van het afvalbeheer van apparatuur die na 13 augustus 2005 op de markt wordt gebracht?

..............................................................

..............................................................

Artikel 11, tweede, derde, zevende en achtste lid Rea: Op welke wijze gaat u de financiering regelen van het afvalbeheer van apparatuur die voor 13 augustus 2005 op de markt is gebracht? Betrek in uw antwoord uw marktaandeel. Maakt u gebruik van de mogelijkheid van het zevende lid om bij de verkoop van nieuwe producten de kosten van het afvalbeheer afzonderlijk aan de kopers te tonen?

..............................................................

..............................................................

Artikel 11, vierde en vijfde lid Rea: Op welke wijze gaat u de verplichting om een waarborg te stellen, invullen?

..............................................................

..............................................................

Artikel 12, eerste lid en derde lid Rea: Op welke wijze geeft u uitvoering aan de verplichting dat de producent zorg draagt voor de financiering van het afvalbeheer van apparatuur, niet zijnde apparatuur van particuliere huishoudens, voorzover het apparatuur betreft die na 13 augustus 2005 op de markt is gebracht. Meld hierbij tevens of u gebruik maakt van de afwijkingsmogelijkheid die in het derde lid is genoemd. Indien u van deze mogelijkheid gebruik maakt vermeldt u tevens de overeengekomen financieringsregelingen.

..............................................................

..............................................................

Artikel 12, tweede en derde lid Rea: Geef aan of u gebruik maakt van de afwijkingsmogelijkheid die in het derde lid is genoemd, met betrekking tot de financiering van het afvalbeheer van apparatuur, niet zijnde apparatuur van particuliere huishoudens, voorzover het apparatuur betreft die vóór 13 augustus 2005 op de markt is gebracht. Indien u van deze mogelijkheid gebruik maakt, vermeldt u tevens de overeengekomen financieringsregelingen.

..............................................................

..............................................................

Artikel 14 Rea: Op welke wijze gaat u uitvoering geven aan de verplichtingen om informatie te verstrekken over een nieuw type apparatuur.

..............................................................

..............................................................

Artikel 16 Rea: Op welke wijze gaat u de resultaten monitoren ten behoeve van de uitvoering van artikel 16? Hoe valideert u deze gegevens zodat ze een betrouwbaar beeld van de werkelijkheid geven?

..............................................................

..............................................................

Bijlage

2

behorende bij artikel 16

Formulier verslaglegging

Ingevolge artikel 16 bent u verplicht informatie te verstrekken over de resultaten van de uitvoering van de artikelen 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 alsmede over de hoeveelheid op de markt gebrachte elektrische en elektronische apparatuur in het desbetreffende jaar. Hiertoe is dit formulier opgesteld.

De in dit formulier gestelde vragen moeten zo volledig mogelijk worden beantwoord. De in te vullen gegevens moeten betrekking hebben op een kalenderjaar. Eventuele bijlagen kunnen ook bijgevoegd worden ter ondersteuning van uw verslaglegging. Met de verstrekte informatie zal vertrouwelijk omgegaan worden voor zover wettelijke (openbaarheids)regelingen niet dwingen tot openbaarmaking.

Het volledig ingevulde formulier kan worden gezonden aan SenterNovem t.a.v. Uitvoering Afvalbeheer / PBA, Postbus 93144, 2509 AC Den Haag. U kunt het formulier ook digitaal opvragen of downloaden van de site van SenterNovem Uitvoering Afvalbeheer (www.senternovem.nl/uitvoeringafvalbeheer => Wetten en regels => productbesluiten), zodat het verslag digitaal kan worden ingeleverd.

A. Gegevens bedrijf/collectief

Naam bedrijf/collectief

Postadres / postcode / plaats

Contactpersoon

Telefoonnummer contactpersoon

Datum ondertekening

Ondertekening

Jaar waarover verslag gedaan wordt (plus periode indien verslag niet betrekking heeft op heel jaar)

B. Op de Nederlandse markt gebrachte elektrische en elektronische apparatuur

Toelichting: Ingevolge artikel 16 bent u verplicht informatie te verstrekken over de hoeveelheid aan Nederlandse eindgebruikers ter beschikking gestelde elektrische en elektronische apparatuur. Het beschikbaar stellen kan zowel tegen betaling als gratis zijn. Een product wordt voor het eerst beschikbaar gesteld wanneer het product na de productiefase wordt overgedragen met de bedoeling het product te distribueren of het te gaan gebruiken (door Nederlandse eindgebruikers). Het gaat daarbij om het afzonderlijke product en niet om een type product of het nu als een losse eenheid of in serie is gefabriceerd. De rapportage dient zowel betrekking te hebben op in Nederland gefabriceerde apparaten (bestemd voor Nederlandse eindgebruikers) als in Nederland geïmporteerde apparaten bestemd voor Nederlandse eindgebruikers.

Voor de invulling van tabel 1 kunt u kiezen voor massa-eenheden (in tonnen) of voor aantallen.

Tabel 1. Op de Nederlandse markt gebrachte elektrische en elektronische apparatuur

1. Grote huishoudelijke apparaten

2. Kleine huishoudelijke apparaten

3. IT- en telecommunicatieapparatuur

4. Consumentenapparatuur

5. Verlichtingsapparatuur waarvan gasontladingslampen

6. Elektrisch en elektronisch gereedschap (uitgezonderd grote, niet-verplaatsbare industriële installaties)

7. Speelgoed, apparatuur voor sport en ontspanning

8. Medische hulpmiddelen (met uitzondering van alle geïmplanteerde en geïnfecteerde producten)

9. Meet- en controle-instrumenten

10. Automaten

C. Gescheiden inzameling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

Toelichting: Ingevolge de artikelen 7 en 8 bent u verplicht de elektrische en elektronische apparatuur gescheiden in te zamelen respectievelijk te verwerken. Bij de rapportage over deze gegevens dient onderscheid gemaakt te worden tussen elektrische en elektronische apparatuur afkomstig van particuliere huishoudens (artikel 8) en elektrische en elektronische apparatuur die niet afkomstig is van particuliere huishoudens (artikel 7).

De invulling van tabel 2 dient in massa-eenheden (in tonnen) te geschieden.

Tabel 2. Gescheiden ingezamelde elektrische en elektronische apparatuur uit particuliere huishoudens en niet particuliere huishoudens

1. Grote huishoudelijke apparaten

2. Kleine huishoudelijke apparaten

3. IT- en telecommunicatieapparatuur

4. Consumentenapparatuur

5. Verlichtingsapparatuur waarvan gasontladingslampen

6. Elektrisch en elektronisch gereedschap (uitgezonderd grote, niet-verplaatsbare industriële installaties)

7. Speelgoed, apparatuur voor sport en ontspanning

8. Medische hulpmiddelen (met uitzondering van alle geïmplanteerde en geïnfecteerde producten)

9. Meet- en controle-instrumenten

10. Automaten

D. Afvalbeheer ingezamelde afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

Toelichting: Ingevolge artikel 10 bent u verplicht de door u gescheiden ingezamelde elektrische en elektronische apparatuur te verwerken. U bent tevens verplicht informatie te verstekken over de resultaten van de uitvoering van artikel 10. De verstrekte informatie dient bepaald te zijn op basis van de ‘Handreiking monitoring afgedankte elektrische en elektronische apparatuur’. Deze handreiking is te downloaden van de site van SenterNovem uitvoering afvalbeheer (www.senternovem.nl/uitvoeringafvalbeheer => Wetten en regels => productbesluiten => monitoringprotocol).

Onder het begrip ‘nuttige toepassing’ wordt verstaan de in bijlage II bij de kaderrichtlijn afvalstoffen bedoelde toepasselijke handelingen.

Onder het begrip ‘producthergebruik’ wordt verstaan het opnieuw gebruiken van elektrische en elektronische apparatuur of onderdelen daarvan voor hetzelfde doel als waarvoor zij oorspronkelijk zijn ontworpen. Bij de invulling van tabel 3 kan het hergebruik van volledige apparaten niet worden meegeteld, maar het onderdelenhergebruik kan wel worden meegeteld. De reden hiervan is dat, op grond van artikel 10, tweede lid, het hergebruik van een volledig apparaat niet wordt meegenomen bij de berekening van behaalde percentages nuttige toepassing of product/materiaalhergebruik De basis voor deze percentages is de hoeveelheid zoals weergegeven in tabel 2 minus het hergebruik van het volledige apparaat.

Onder het begrip ‘materiaalhergebruik’ wordt verstaan het na een verwerking opnieuw gebruiken van materialen voor het oorspronkelijke doel of voor andere doeleinden, daaronder niet begrepen terugwinning van energie.

De verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, die wordt uitgevoerd naar landen buiten de Europese Unie, wordt niet meegenomen bij het berekenen van de percentages zoals weergegeven in artikel 10. Uitzonderingen hierop zijn de nuttige toepassing en het hergebruik als product of materiaal, dat heeft plaatsgevonden in omstandigheden die gelijkwaardig zijn aan de voorschriften zoals weergegeven in artikel 9. Alleen onder die omstandigheden en als ook daadwerkelijk aangetoond kan worden dat de verwerking buiten de Europese Unie op een gelijkwaardige manier heeft plaatsgevonden, kan de hoeveelheid die op zodanige wijze buiten de Europese Unie is verwerkt, worden meegenomen in tabel 3. Bij het invullen van tabel 3 is de locatie van de eerste scheidings/bewerkingsstap leidend. Zo dient bijvoorbeeld informatie over de verwerking van in Nederland ontmantelde apparaten volledig ingevuld te worden in de kolom ‘Afvalbeheer in Nederland’, ongeacht waar het materiaal uiteindelijk nuttig is toegepast (waarbij wel rekening gehouden moet worden met de randvoorwaarden voor het wel of niet meetellen van de verwerking buiten de Europese Unie).

Tabel 3. Afvalbeheer ingezamelde elektrische en elektronische apparatuur, naar bestemming en naar manier van verwerking

1.

Grote huishoudelijke apparaten

2.

Kleine huishoudelijke apparaten

3.

IT- en telecommunicatieapparatuur

4

Consumentenapparatuur

5.

Verlichtingsapparatuur

Waarvan

gasontladingslampen

6.

Elektrisch en elektronisch gereedschap (uitgezonderd grote, niet verplaatsbare industriële installaties)

7.

Speelgoed, apparatuur voor sport en ontspanning

8.

Medische hulpmiddelen (met uitzondering van alle geïmplanteerde en geïnfecteerde producten)

9.

Meet- en controle-instrumenten

10

Automaten