Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 23 mei 2008, nr. BVE/INI-2008/21706, houdende voorschriften inzake de subsidiëring van experimenten in het kader van de leergang vmbo-mbo2 (Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013)

Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;

Besluit:

Paragraaf

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel

2

Doelomschrijving

Artikel

3

Leergang vmbo-mbo2

Paragraaf

2

Aanvraag subsidie

Artikel

4

Subsidieaanvrager

Artikel

4a

Samenwerking

Artikel

5

Aanvragen

Artikel

6

Beoordeling aanvraag

Artikel

7

Rangschikking aanvragen

Vervallen

Artikel

8

Beslissing op aanvraag

Artikel

9

Subsidieverstrekking

Artikel

9a

Subsidieverstrekking voor projecten gestart per 1 augustus 2010

Artikel

9b

Subsidieverstrekking voor projecten gestart per 1 augustus 2011

Artikel

10

Subsidieplafond

Artikel

11

Betaling

Artikel

12

Begrotingsvoorbehoud

In geval van het niet vervullen van de voorwaarde, bedoeld in artikel 4:34, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, worden de op grond van artikel 9 vastgestelde subsidiebedragen verlaagd tot het bedrag van de subsidie dat na de vaststelling of goedkeuring van de begroting ter beschikking staat, een en ander naar rato van het aantal subsidieaanvragers aan wie subsidie is verstrekt en van de hoogte van de vastgestelde subsidiebedragen.

Artikel

13

Vergelijking feitelijke realisatie

Paragraaf

3

Subsidieverplichtingen

Artikel

14

Verantwoording, sancties

Artikel

15

Activiteitenverslag, projectleider

Artikel

16

Algemene waarborgen leerling aan leergang vmbo-mbo2

Artikel

17

Onderwijs en examen

Artikel

18

Randvoorwaarden leergang vmbo-mbo2

Inschrijving van leerlingen aan een leergang vmbo-mbo2 vindt slechts plaats voor zover aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • a.

    de leerling ondervindt geen nadelige gevolgen van het experimentele karakter van de leergang vmbo-mbo2,

  • b.

    in de onderwijsovereenkomst met de leerling is mede opgenomen dat indien de leerling naar verwachting de leergang vmbo-mbo2 niet met succes zal afronden, de leerling in staat zal worden gesteld een diploma vmbo basisberoepsgerichte leerweg te behalen, het diploma van een assistentopleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onder a, van de WEB, of het diploma van een opleiding mbo 2, passend bij het naar het oordeel van het bevoegd gezag bereikte onderwijsniveau en de leeftijd van deze leerling, en

  • c.

    de leerling ontvangt gedurende de opleiding adequate loopbaanoriëntatie en begeleiding.

Artikel

19

Beëindiging subsidie leergang vmbo-mbo2

Indien de subsidievaststelling voor een leergang vmbo-mbo2 op grond van artikel 4:49 of 4:50 van de Algemene wet bestuursrecht wordt ingetrokken, draagt het bevoegd gezag er zorg voor dat de leerlingen die zijn ingeschreven aan deze leergang, worden ingeschreven aan een vmbo-opleiding respectievelijk een opleiding mbo2.

Artikel

20

Specifieke voorschriften voor projecten verbonden aan een school voor vmbo

Artikel

21

Specifieke voorschriften voor projecten verbonden aan een instelling

Vervallen

Paragraaf

4

Slotbepalingen

Artikel

22

Evaluatie

De Minister zendt uiterlijk zes jaar na de inwerkingtreding van deze regeling een verslag over de doeltreffendheid van deze regeling en de effecten ervan in de praktijk aan de beide Kamers der Staten-Generaal.

Artikel

23

Wijziging artikel 21 in verband met invoering leerlinggebonden financiering MBO

Vervallen

Artikel

23a

Subsidie en betaling t.b.v. tegemoetkoming lesmateriaal

Artikel

24

Inwerkingtreding en intrekking

Artikel

25

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J.M. vanBijsterveldt-Vliegenthart

Bijlage

I

(behorende bij de Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013)

Vragenformulier Leergang VM2, tweede tranche 2009–2010

Let op:

  • 1.

    Alleen informatie op dit aanvraagformulier wordt beoordeeld. Bijgevoegde stukken (of verwijzingen hiernaar) worden niet meegenomen in de beoordeling.

  • 2.

    Voor elk separaat experiment moet een apart aanvraagformulier worden ingediend. Een separaat experiment wil zeggen: elke sector is één experiment en elke locatie is een experiment.

  • 3.

    Beantwoordt a.u.b. alle vragen uit het formulier; het overslaan van vragen (of: aangeven dat de vraag in uw ogen niet van toepassing is) kan de honorering van uw aanvraag beïnvloeden.

  • 4.

    Voeg bij het ingevulde, ondertekende formulier de samenwerkingsovereenkomst dan wel de interne regeling bij, die door alle betrokken bevoegde gezagsorganen is ondertekend. Checkt u dus goed, of zowel het formulier als de samenwerkingsovereenkomst (dan wel interne regeling) is ondertekend door alle betrokken bevoegde gezagsorganen. Documenten die niet ondertekend zijn, worden niet in behandeling genomen en dus afgewezen.

Aan de hand van dit vragenformulier kunt u aangeven hoe de leergang VM2 bij u vorm en inhoud gaat krijgen. Het formulier bestaat uit drie onderdelen:

  • I.

    Informatie over de deelnemende scholen en hun aanbod

  • II.

    Beoordelingselementen leergang VM2 (artikel 6 van de regeling tot wijziging van de Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013))

  • III.

    Rangschikkingselementen leergang VM2 (artikel 7, van de regeling zoals genoemd in II))

I

Informatie over de deelnemende scholen en hun aanbod

  • 1.

    Wilt u allereerst aangeven door welke scholen dit plan wordt ingediend? De formele aanvrager tevens subsidieontvanger wordt als eerste genoemd.

    Aanvrager tevens subsidieontvanger:

    ..................

    . . . . . . .

    ..................

    . . . . . . .

    ..................

    . . . . . . .

  • 2.

    Wilt u hieronder aangeven wie als contactpersoon fungeert? Met deze persoon wordt contact opgenomen als er aanvullende informatie nodig is bij het aanvraagformulier. Tevens ontvangt deze contactpersoon de beschikking. Graag één persoon vermelden.

    Degene die als contactpersoon fungeert is:

    Naam:

    ............................................

    Werkzaam bij:

    ............................................

    Functie:

    ............................................

    E-mail adres:

    ............................................

    Telefoon:

    ............................................

    Mobiele telefoon:

    ............................................

  • 3.

    In de onderstaande tabel geeft u aan:

    • Binnen welke sector u de leergang VM2 gaat aanbieden (slechts één mogelijkheid aankruisen in de eerste kolom; wilt u ook voor een andere sector aanvragen, dan dient u daar een separate aanvraag voor in te dienen)? De sector wordt bepaald door de vmbo-sector en de daaraan verwante mbo-opleiding(en).

    • Voor welk onderliggend onderwijsaanbod de samenwerkingspartners (resp. het AOC of de verticale scholengemeenschap) een licentie hebben die ten grondslag zal liggen aan de leergang. Indien u een onderliggend aanbod aangeeft, waarvoor de betreffende vmbo-school, ROC of AOC de licentie niet in huis heeft, dan wordt de aanvraag niet in behandeling genomen en dus afgewezen.

    • Per sector hoeveel leerlingen gaan deelnemen in het schooljaar 2009–2010? Wilt u een zo reëel mogelijk aantal leerlingen opgeven dat u de komende periode naar verwachting zult determineren om per 1 augustus 2009 aan het experiment deel te nemen?

    Economie

    Landbouw

    Techniek

    Zorg en welzijn

    Intersectoraal

II

Beoordelingselementen leergang VM2 (artikel 6 van de regeling tot wijziging van de tijdelijke regeling subsidiéring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013)

In dit deel van het formulier stellen we u enkele vragen over onderwerpen die aan de orde zijn in artikel 6 van de regeling. Het gaat over onder meer locatie en doelgroep, over informatieverstrekking aan en voorzieningen voor leerlingen (waaronder de zogeheten terugvaloptie), over de samenwerking tussen uw scholen en de inhoudelijke en organisatorische kwesties die nog moeten worden opgelost voordat u kunt starten met het traject per 1 augustus 2009.

  • 1.

    De bedoeling is dat de leergang VM2 bij u start bij aanvang van het nieuwe schooljaar 2009–2010. Ongetwijfeld zijn er nog onderwijsinhoudelijke punten die tussen nu en de zomer van 2009 móeten worden opgelost om deze start mogelijk te maken. Welke punten zijn dat?

    Punten op onderwijsinhoudelijk terrein die vóór start van de leergang per 1 augustus 2009 worden opgepakt zijn voor ons nog:

    □ geen, het experiment is bij ons in inhoudelijk opzicht klaar voor de start!

    óf (meerdere opties aankruisen is mogelijk):

    □ uitwerking van programma-onderdelen voor de eerste periode van de leergang, te weten: ....

    □ afstemming van het programma voor de eerste periode tussen het vmbo en mbo

    □ informeren van ouders en leerlingen

    □ anders, namelijk ........

    Als er nog punten zijn die voor de start van het traject verholpen moeten zijn, dan graag per punt afzonderlijk de gekozen/gevolgde oplossing, maatregel of aanpak vermelden:

    .........................

  • 2.

    Het kan ook zijn dat er nog onderwijsinhoudelijke punten zijn die gedurende het schooljaar 2009–2010 moeten worden opgelost. Welke zijn dat dan?

    Punten op onderwijsinhoudelijk terrein zijn voor ons in schooljaar 2009–2010 nog (meerdere opties aankruisen mogelijk):

    □ verder ontwikkelen van het programma voor volgende leerjaren VM2

    □ afstemming tussen vmbo-mbo onderdelen van de leergang onderdelen verstevigen

    □ concrete instrumenten als POP, portfolio ontwikkelen

    □ competentiegericht onderwijs in het vmbo-deel van de leergang realiseren

    □ uitbouwen contact met bedrijfsleven / arbeidsmarkt, mede i.v.m. stages/bpv

    □ ontwikkeling loopbaanoriëntatie en begeleiding

    □ expertise van docenten / team verder uitbouwen

    □ anders, namelijk ........

    Als er nog punten zijn die gedurende het schooljaar 2009–2010 worden opgepakt, dan graag per punt afzonderlijk de gekozen/gevolgde oplossing, maatregel of aanpak vermelden:

    .........................

  • 3.

    Voordat de leergang VM2 bij het begin van het schooljaar 2009–2010 bij u start, kunnen er nog enkele organisatorische punten zijn die moeten worden opgelost. Welke zijn dat?

    Punten op organisatorisch terrein die vóór de start van de leergang worden opgepakt zijn voor ons nog:

    □ geen, het experiment is bij ons in organisatorisch opzicht klaar voor de start!

    óf (meerdere opties aankruisen is mogelijk):

    □ het intern informeren van personeel over de leergang

    □ inzet van docenten / team bepalen

    □ het vaststellen van de roosters mede o.b.v. lessentabellen

    □ anders, namelijk ........

    Als er nog punten zijn die voor de start van het traject verholpen moeten zijn, dan graag per punt afzonderlijk de gekozen/gevolgde maatregel of aanpak vermelden:

    .........................

  • 4.

    Zijn er nog organisatorische punten die gedurende het schooljaar 2009–2010 bijzondere aandacht van u krijgen? Welke zijn dat?

    Punten op organisatorisch terrein zijn voor ons in schooljaar 2009–2010:

    □ het vormen van het docententeam

    □ het ontwikkelen van expertise van het docententeam

    □ de organisatie van aanmelding en inschrijving voor de leergang

    □ de organisatie van informatieverstrekking aan ouders/leerlingen

    □ het tussen de scholen verrekenen van baten en lasten die met de leergang samengaan

    □ anders, namelijk ........

    Als er nog punten zijn die gedurende het schooljaar 2009–2010 worden opgepakt, dan graag per punt afzonderlijk de gekozen/gevolgde oplossing, maatregel of aanpak vermelden:

    .........................

  • 5.

    We willen graag weten welke activiteiten u als aanvragende school in de achterliggende jaren – tezamen met de school met wie u de leergang nu ook opzet – al heeft ondernomen voor de doelgroep leerlingen die u op het oog heeft voor de leergang VM2. Kunt u daarom de gezamenlijke activiteiten benoemen die al hebben plaatsgevonden voor deze doelgroep? Het gaat daarbij vooral om activiteiten die een duidelijke indicatie geven van de meerjarige samenwerking die in de praktijk al tussen uw scholen bestaat.

    Vermeld deze activiteiten daarom zo concreet mogelijk en met jaartal, bijvoorbeeld:

    • ‘het project warme overdracht, sinds de zomer van 2005, met als resultaat een continue uitwisseling van informatie tussen de scholen over hun leerlingen en deelnemers’

    • ‘docentenstages vmbo-mbo bbl/niveau 1/2 in 2007–2008 waarbij docenten in perioden van 6 weken een deel van hun weektaak onderwijs geven aan de andere school’

    2007–2008

    2006–2007

    2005–2006

    .....

  • 6.

    Welke activiteiten worden de komende periode door uw scholen gezamenlijk opgepakt om de leergang met ingang van het nieuwe schooljaar op te zetten en uit te voeren? Heeft u bijvoorbeeld een stuur- en/of werkgroepen ingericht, zo ja, wie hebben daar zitting in, waar wordt de komende periode naar toe gewerkt?

    a) De gezamenlijke activiteiten die door de bij dit plan betrokken scholen worden opgezet tijdens het experiment zijn als volgt samen te vatten:

    ..................

    Graag concrete projecten/activiteiten noemen, en door wie en in welk tijdsbestek (fasering) deze worden uitgevoerd. A.u.b. géén projectplannen als bijlage bij dit formulier toevoegen, deze worden namelijk niet beoordeeld.

    b) De projectorganisatie van de leergang VM2 laat zich in onze setting als volgt beschrijven:

    .....................

    Graag vermelden: hoe is deze samengesteld (hoeveel personen en wie), wie is projectleider, hoe zijn de taken tussen het vmbo en mbo verdeeld en – zo mogelijk – een beschrijving van datgene wat al door deze projectorganisatie is gedaan.

  • 7.

    We willen in beeld krijgen voor welke doelgroep leerlingen u de leergang VM2 start. Wilt u daarom omschrijven voor welk type leerlingen de leergang VM2 bij u wordt opgezet?

    De leergang VM2 die wij starten, is bestemd voor leerlingen die*meerdere opties aankruisen is mogelijk, maar sluit wel zo goed mogelijk aan bij datgene wat voor uw doelgroep geldt.:

    □ starten met het 3e leerjaar vmbo (bbl) met een specifieke interesse / motivatie / beroepswens voor een opleiding en loopbaan in deze richting / sector

    □ starten met het 3e leerjaar vmbo (bbl) die extra aandacht / begeleiding / structuur nodig hebben

    □ starten met het 3e leerjaar vmbo (bbl) die verhoogd risico lopen op voortijdig schoolverlaten

    □ álle leerlingen die in het 3e leerjaar vmbo (bbl) bij ons starten met onderwijs in deze sector/richting (bijvoorbeeld: alle leerlingen sector techniek of alle leerlingen die kiezen voor consumptief breed)

    □ een ander type leerlingen, namelijk .........................

  • 8.

    De leerlingen en hun ouders hebben – voordat de leerling instroomt in de leergang – informatie nodig over de leergang VM2: wat houdt het traject in, welke kansen biedt het, wat zijn aandachtspunten? We willen daarom weten hoe u de ouders en leerlingen vóór feitelijke instroom op 1 augustus 2009 informeert over (mogelijke) deelname aan de Leergang VM2?

    Voor informatieverstrekking aan ouders en leerlingen over een eventuele instroom in de Leergang VM2 vindt bij ons plaats door middel van (u kunt meer dan één optie aankruisen):

    □ een informatiebijeenkomst

    □ een ouderavond

    □ schriftelijke informatie, bijv. een brochure of bulletin

    □ een gesprek met de leerling en zijn ouders

    □ anders, namelijk ........

  • 9.

    Geef aan wanneer deze informatieverstrekking plaatsvindt (u kunt slechts één optie aankruisen):

    De informatieverstrekking vindt plaats (u kunt slechts één optie aankruisen):

    □ in het voorjaar van 2009

    □ bij de start van het nieuwe schooljaar, in september 2009

    □ in het najaar van 2009

    □ anders, namelijk ........

  • 10.

    Leerlingen die dat willen, moeten tijdens het VM2-traject kunnen terugvallen op het reguliere vmbo- dan wel mbo-programma en -examen, passend bij de studievoortgang en de leeftijd van de leerling. Hoe ziet deze ‘terugvaloptie’ er uit gedurende de eerste fase van de leergang VM2??

    Als een leerling tijdens de eerste fase van de leergang VM2 wil of moet overstappen op een regulier programma, dan gebeurt dat bij ons door middel van*U kunt meer dan 1 optie aankruisen; geef precies weer hoe bij uw experiment deze terugvaloptie vorm krijgt.:

    □ de leerling stapt over op het normale vmbo-bbl-programma van de vmbo-school die aan dit experiment deelneemt;

    □ de leerling stapt over op het programma van het leer-werktraject (vmbo-bbl) dat op de vmbo-school van dit experiment wordt aangeboden;

    □ de leerling stapt over op het programma van de AKA-opleiding die op de vmbo-school van dit experiment wordt aangeboden;

    □ de leerling stapt over op het normale programma van de assistentenopleiding niveau 1 van de mbo-instelling die aan dit experiment deelneemt;

    □ de leerling stapt over op het programma van de AKA-opleiding die op de mbo-instelling van dit experiment wordt aangeboden;

    □ een andere route, namelijk .................

  • 11.

    Leerlingen die dat willen, moeten tijdens het VM2-traject kunnen terugvallen op het reguliere vmbo- dan wel mbo-programma en -examen, passend bij de studievoortgang en de leeftijd van de leerling. Hoe ziet deze ‘terugvaloptie’ er uit gedurende de tweede fase van de leergang VM2?

    Als een leerling tijdens de tweede fase van de leergang VM2 wil of moet overstappen op een regulier programma, dan gebeurt dat bij ons door middel van (graag één optie aankruisen)*U kunt meer dan 1 optie aankruisen; geef precies weer hoe bij uw experiment deze terugvaloptie vorm krijgt.

    □ de leerling stapt over op het normale programma van de assistentenopleiding niveau 1 bij de mbo-instelling van dit experiment;

    □ de leerling stapt over op het normale programma van een niveau 2 opleiding bij de mbo-instelling van dit experiment; dat is doorgaans geen probleem omdat het onderwijs tijdens de tweede fase VM2 goeddeels het reguliere kwalificatiedossier volgt;

    □ een andere route, namelijk .................

  • 12.

    Op welke wijze wordt voorzien in loopbaanbegeleiding voor de leerlingen tijdens de Leergang VM2?

    De loopbaanbegeleiding voor de leerlingen tijdens de Leergang VM2 omvat bij ons (u kunt meer dan één optie aankruisen):

    □ inzet van een mentor

    □ inzet van een decaan

    □ inzet van een coach en/of praktijkbegeleider

    □ intensieve begeleiding van de leerling bij te maken keuzen over zijn (onderwijs-)loopbaan

    □ anders, namelijk ........

    Kunt u tevens kort typeren hoe deze loopbaanbegeleiding functioneert? De loopbaanbegeleiding werkt bij ons in de praktijk als volgt: ...................

  • 13.

    Op welke wijze wordt voorzien in leerlingenzorg tijdens de Leergang VM2?

    De leerlingenzorg voor de leerlingen tijdens de Leergang VM2 omvat bij ons (u kunt meer dan één optie aankruisen):

    □ de normale zorgstructuur, bijv. via het onderscheid tussen 1e, 2e en 3e lijns zorg

    □ de inzet van het zorgadviesteam (zat)

    □ intensieve begeleiding bij sociaal-emotionele en/of leerproblemen

    □ anders, namelijk ........

    Kunt u tevens kort typeren hoe deze leerlingenzorg functioneert? Leerlingenzorg werkt bij ons in de praktijk als volgt: ...................

  • 14.

    Vanuit welke locatie wordt het onderwijsaanbod leergang VM2 verzorgd? Geef aan of de leergang wordt verzorgd vanuit een vmbo-school of een mbo-instelling door het noemen van de naam van de school en het betreffende vestigingsnummer (6 posities).

    Vmbo-school

    Locatie:...........................

    Vestigingsnummer:.....................

    Mbo-instelling

    Locatie:...........................

    Vestigingsnummer:.....................

    Let op: het onderwijs moet op één locatie worden aangeboden. Wordt het onderwijs op meerdere locaties aangeboden, dan wordt dit als een aparte leergang gezien. Hiervoor moet een apart aanvraagformulier worden ingevuld.

  • 15.

    Welke onderwijssoorten worden op deze locatie in 2009–2010 verzorgd?

    De locatie waar de Leergang VM2 in 2009–2010 bij ons wordt verzorgd, is:

    □ een locatie waarop naast de leergang VM2 alleen vmbo-onderwijs wordt aangeboden

    □ een locatie waarop naast de leergang VM2 alleen mbo-onderwijs wordt aangeboden

    □ een locatie waarop naast de leergang VM2 zowel vmbo- als mbo-onderwijs wordt aangeboden.

  • 16.

    Hoeveel leerlingen en/of deelnemers volgen op deze locatie onderwijs?

    Deze locatie telt in 2009–2010, inclusief de Leergang VM2, naar verwachting circa ....... leerlingen.

  • 17.

    Kunt u daarom aangeven op grond van welke criteria u de leerlingen voor instroom in de Leergang VM2 selecteert?

    De leergang VM2 is bij ons bestemd voor leerlingen die aan de volgende criteria voldoen (meer dan 1 optie aankruisen is mogelijk):

    □ leerling moet het qua cognitie aankunnen

    □ leerling moet het qua gedrag aankunnen

    □ leerling moet interesse hebben voor betreffende sector/richting

    □ leerling moet gemotiveerd zijn voor het traject

    □ leerling moet een praktische leerstijl hebben

    □ het betreft álle leerlingen vmbo-bbl in deze sector/richting; de overgang naar vmbo leerjaar 3 en keuze voor sector/richting is feitelijk het criterium

    □ een ander criterium, namelijk .................

    Licht kort uw motivatie voor deze criteria toe. Wij kiezen voor deze criteria omdat: ....

III

Rangschikkingselementen leergang VM2 (artikel 7 van de regeling tot wijziging van de tijdelijke regeling subsidiéring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013)

Om een goed beeld te krijgen van het programma van uw leergang VM2, stellen we in dit deel van het formulier vragen over onder meer de visie op leren en op reductie vsv en over de doelen en resultaten die u met de leergang beoogt. De vragen raken aan onderwerpen die genoemd staan in artikel 7 van de regeling (verwachte bijdrage aan reductie vsv, kwaliteit van de uitvoering, inbedding in de regio).

  • 1.

    Wilt u kort onder woorden brengen, de visie op leren (incl. de mate van zelfstandigheid van de leerling in zijn leer- en ontwikkelproces) die de samenwerkende scholen bij deze Leergang VM2 als vertrekpunt hanteren?

    Onze visie op leren, die we als vertrekpunt hanteren bij deze Leergang VM2, laat zich als volgt samenvatten:

    ............................

  • 2.

    Kunt u eveneens kort aangeven welke visie men hanteert ten aanzien van het terugdringen van voortijdig schoolverlaten?

    Onze visie op het terugdringen van voortijdig schoolverlaten, die we als vertrekpunt hanteren bij deze Leergang VM2, laat zich als volgt samenvatten:

    ............................

  • 3.

    Welk doel of welke doelen streven de samenwerkende scholen na met de Leergang VM2?

    De doelstelling(en) die wij beogen met de Leergang VM2 is (zijn) de volgende (meerdere opties aankruisen is mogelijk):

    □ leerlingen uit de doelgroep met succes toeleiden naar een kwalificatie mbo niveau 2 die past bij de interesse van de leerling

    □ de leerweg naar niveau 2 kwalificatie sneller / korter maken door minder overlap

    □ doorlopende leerweg vmbo-mbo realiseren met betere aansluiting door middel van afstemming

    □ reductie van voortijdig schoolverlaten

    □ verbetering van de afstemming op het bedrijfsleven en/of de arbeidsmarkt realiseren

    □ anders, namelijk ........

  • 4.

    Kunt u kort en kernachtig samenvatten wat het programma van de leergang VM2 in uw geval inhoudt?

    De leergang VM2 bestaat bij ons in de kern uit het volgende programma:

    ............

  • 5.

    Noem de drie belangrijkste punten waarin de leergang VM2 in uw geval afwijkt van het reguliere traject vmbo-mbo zoals dat bij uw scholen (dus niet: elders) vorm krijgt.

    De drie belangrijkste verschillen tussen onze leergang VM2 en het reguliere traject vmbo-mbo bij uw scholen zijn:

    1............

    2............

    3............

  • 6.

    Welke omvang van leerlinggroepen gaat u hanteren binnen de Leergang VM2? Hoeveel leerlinggroepen worden het?

    Voor de Leergang VM2 hanteren we een groepsgrootte van gemiddeld .... leerlingen per groep.

    Voor de Leergang VM2 gaan we uit van in beginsel .... leerlinggroepen.

    (a.u.b. aantallen noemen)

  • 7.

    Hoe ‘exclusief’ is in 2009–2010 het VM2-traject voor uw leerlingen: volgen zij alleen met andere VM2-leerlingen een volledig eigen onderwijsprogramma en/of volgen zij geheel / gedeeltelijk samen met andere vmbo-leerlingen onderwijs?

    Voor wat betreft de ‘exclusiviteit’ van het onderwijsprogramma is in 2009–2010 de situatie voor onze leerlingen als volgt.

    Voor wat betreft de exclusiviteit van het programma

    □ de VM2-leerlingen krijgen voor 100% van de tijd een eigen inhoudelijk programma dat geheel voor hen is ontwikkeld

    □ de VM2-leerlingen krijgen voor een deel van de tijd onderwijs dat ook wordt aangeboden aan ‘reguliere’ vmbo-leerlingen

    □ de VM2-leerlingen volgen 100% van de tijd onderwijs dat ook aan ‘reguliere’ vmbo-leerlingen wordt aangeboden

    Als hiervoor de 2e optie wordt aangekruist: welk deel van het programma betreft het dan:

    ................

    Voor wat betreft de exclusiviteit van de samenstelling van klassen / groepen

    □ de VM2-leerlingen volgen het onderwijs in klassen/groepen waarin géén ‘reguliere’ vmbo-leerlingen zitten

    □ de VM2-leerlingen volgen een deel van de tijd onderwijs in klassen/groepen waarin ook ‘reguliere’ vmbo-leerlingen zitten (bijv. voor de avo-vakken)

    □ de VM2-leerlingen volgen 100% van de tijd onderwijs in klassen / groepen waarin ook ‘reguliere’ vmbo-leerlingen zitten

  • 8.

    Ook over de docenten die de Leergang VM2 verzorgen, zijn enkele vragen te stellen.

    De docenten van de Leergang VM2 in 2009–2010 zijn in hoofdzaak (graag één optie aankruisen):

    □ werkzaam op de vmbo-school

    □ werkzaam op de mbo-school

    □ deels werkzaam op de vmbo-school, deels op de mbo-school

    □ anders, namelijk .................

    Wij kiezen voor deze inzet van docenten omdat: ....

    De docenten die de Leergang VM2 in 2009–2010 verzorgen, geven (graag één optie aankruisen):

    □ voor 100% van hun aanstelling les in de leergang VM2

    □ ook les op de vmbo-school in regulier vmbo

    □ ook les op de mbo-school in regulier mbo

    □ ook les op zowel de vmbo- als op de mbo-school in regulier onderwijs

    □ anders, namelijk .................

    Wij kiezen hiervoor omdat: ...

  • 9.

    Bij de leergang VM2 kan het onderwijs vanuit vmbo-kaders (examenprogramma’s) worden geprogrammeerd of vanuit mbo-kaders (kwalificatiedossiers dan wel eindtermen). Kunt u aangeven voor welk beginsel in 2009–2010 bij uw leergang VM2 wordt gekozen?

    Het onderwijs voor de leerlingen die per augustus 2009 instromen wordt gedurende het schooljaar 2009–2010 het onderwijs (graag één optie aankruisen):

    □ voornamelijk geprogrammeerd vanuit de vmbo-examenprogramma’s

    □ geprogrammeerd vanuit het relevante mbo-kwalificatiedossier (dan wel de relevante eindtermen als die nog van toepassing zijn)

    □ anders, namelijk ............

  • 10.

    Voor welke cursusduur wordt het onderwijsprogramma vormgegeven? Is bijvoorbeeld het uitgangspunt dat de leerlingen het programma in 3 of 4 jaar afsluiten met een mbo-2 diploma? Of wordt dat gedurende het traject per leerling bepaald?

    Bij het programma van onze Leergang VM2 (graag één optie aankruisen):

    □ gaan we ervan uit dat de meeste leerlingen in 4 jaar de kwalificatie niveau 2 behalen; daar stemmen we de doorsnee-cursusduur op af; voor leerlingen die sneller door de stof heen gaan, is er een individuele oplossing

    □ gaan we ervan uit dat de meeste leerlingen in 3 jaar de kwalificatie niveau 2 behalen; de doorsnee-cursusduur is daarop afgestemd; voor leerlingen die meer tijd nodig hebben, is een langer individueel traject mogelijk

    □ hanteren we geen standaard cursusduur maar bekijken we bij elke leerling afzonderlijk binnen welke termijn de kwalificatie niveau 2 kan worden behaald; élke leerling krijgt een maatwerktraject

    □ anders, namelijk ......

  • 11.

    Kunt u aangeven welke keuze wordt gemaakt rondom de verhouding beroepsgericht deel en algemeen vormend deel in het programma?

    Het onderwijs voor de leerlingen die per augustus 2009 instromen bevat gedurende schooljaar 2009–2010 voor

    ...% van de onderwijstijd beroepsgericht onderwijs en voor

    ...% van de onderwijstijd algemeen vormend onderwijs (incl burgerschap)

    Licht kort uw motivatie voor deze verdeling toe. Wij kiezen hiervoor omdat: ....

  • 12.

    Door de combinatie van vmbo en mbo in één VM2-programma, zal het traject meestal beginnen met meer beroepsvoorbereidende, oriënterende elementen en zal het verderop in het traject een sterker beroepsopleidend karakter krijgen. Kunt u aangeven op welk moment in het traject de omslag van meer oriënterend (‘breed’) naar meer vakopleidend (‘smal’) plaatsvindt?

    De omslag van meer oriënterend naar meer vakopleidend vindt in het VM2-traject bij ons plaats (graag één optie aankruisen):

    □ gedurende het eerste half jaar van het eerste leerjaar van de leergang

    □ gedurende het tweede half jaar van het eerste leerjaar van de leergang

    □ gedurende het tweede leerjaar van de leergang

    □ bij aanvang van het derde leerjaar van de leergang

    □ anders, namelijk ............

    Licht kort uw motivatie voor dit omslagmoment toe. Wij kiezen hiervoor omdat: ....

  • 13.

    Tijdens de Leergang VM2 kan zowel in een schoolse als in een buitenschoolse context worden geleerd. Kunt u aangeven hoe deze leervormen zich in het schooljaar 2009–2010 tot elkaar gaan verhouden?

    Het onderwijs voor de leerlingen die per augustus 2009 instromen, bevat tijdens het schooljaar 2009–2010 voor

    ...% van de onderwijstijd leren in een schoolse setting

    ...% van de onderwijstijd leren in een buitenschoolse setting

    Licht kort uw motivatie voor deze verdeling toe. Wij kiezen hiervoor omdat: ....

  • 14.

    Ook van de leerlingen in de Leergang VM2 wordt verwacht dat zij uiteindelijk over het gewenste minimumniveau op het terrein van taal en rekenen beschikken. Hoe borgt de leergang het behalen van dat gewenste minimumniveau?

    De leerlingen behalen met de Leergang VM2 uiteindelijk ook het gewenste minimumniveau* Het betreft het gewenste minimumniveau zoals ingebed in het kwalificatieprofiel van de betreffende mbo-opleiding niveau 2. op het terrein van Nederlands en rekenen/wiskunde doordat (meerdere opties aankruisen is mogelijk):

    □ dit minimumniveau onderdeel uitmaakt van de niveau 2 kwalificatie

    □ dit minimumniveau onderdeel uitmaakt van het vmbo-examen

    □ in het programma van de leergang VM2 voor wat betreft taal aansluiting wordt gezocht bij het Europees referentiekader (CEF)

    □ in het programma van de leergang VM2 het brondocument Leren, loopbaan en burgerschap wordt benut

    □ anders, namelijk ............

  • 15.

    Gaat u in uw leergang VM2 aan het eind van het tweede leerjaar uit van een standaard vmbo-examen of slaan uw leerlingen dit examen in de regel over?

    Onze wijze van toetsing en afsluiting van de Leergang VM2 ziet er als volgt uit (graag één optie aankruisen):

    □ we gaan ervan uit dat de meeste leerlingen in de VM2-leergang aan het eind van het tweede leerjaar VM2 het vmbo-examen afleggen; voor leerlingen waarvoor dit examen minder passend is, hebben we een alternatieve toetsing (bijv. niveau 1)

    □ ons programma is sterk gericht op het behalen van de niveau 2 kwalificatie; de meeste leerlingen zullen daardoor het vmbo-examen overslaan; voor leerlingen die dit wél willen en kunnen, wordt op individuele basis deelname aan het vmbo-examen geregeld

    □ voor elke leerling afzonderlijk beslissen we of hij/zij opgaat voor het vmbo-examen of niet

    □ anders, namelijk ............

  • 16.

    Welk meer inhoudelijk resultaat wilt u in 2009–2010 met de Leergang VM2 bereiken? Wanneer is het inhoudelijk een succes? U kunt hierbij denken aan resultaten als: tevredenheid bij ouders en leerlingen, gemotiveerde leerlingen, betere samenwerking tussen vmbo en mbo, sterker relaties met bedrijfsleven en arbeidsmarkt, enzovoorts.

    De Leergang VM2 is in 2009–2010 bij ons een succes als in ieder geval de volgende drie punten zijn gerealiseerd:

    1. .....................................

    2. .....................................

    3. .....................................

  • 17.

    Welk kwalitatief resultaat wilt u aan het eind van de experimentperiode tweede tranche (zomer 2013) hebben bereikt?

    De Leergang VM2 is aan het einde van het experiment 2e tranche (zomer 2013) is bij ons een succes als in ieder geval de volgende drie punten zijn gerealiseerd:

    1. .....................................

    2. .....................................

    3. .....................................

  • 18.

    Welk kwantitatief resultaat wilt u met de leerlingen die deze zomer starten in 2009–2010 bereiken?

    Wij zijn tevreden over de Leergang VM2 2009–2010 als van die leerlingen aan het einde van dat schooljaar:

    ... % doorstroomt in de Leergang VM2 naar het volgende leerjaar;

    ... % doorstroomt van de Leergang VM2 naar het reguliere vmbo;

    ... % doorstroomt van de Leergang VM2 naar het reguliere mbo (niveau 1), en

    slechts ... % uitvalt als vsv-er.

  • 19.

    Welk kwantitatief resultaat wilt u met de leerlingen die deze zomer starten, aan het einde van de experimentperiode 2e tranche (zomer 20013) bereiken?

    Wij zijn tevreden over de Leergang VM2 als aan het einde van de experimentperiode 2e tranche (zomer 2013):

    Overige partijen in de regio worden door ons als volgt geïnformeerd over de leergang VM2:

    □ het overleg dat we periodiek in de regio met elkaar hebben

    □ een (digitale) nieuwsbrief, bulletin

    □ informatie op onze website

    □ anders, namelijk .................

    Overige partijen in de regio zijn bij ons als volgt betrokken bij de uitvoering van de leergang (wijze van betrokkenheid): ......

    Het betreft concreet de volgende instellingen:......

    Geef in termen van verantwoordelijkheden/rollen aan hoe ver de betrokkenheid met de leergang strekt (de mate van betrokkenheid), bijvoorbeeld ‘het onderwijs is verantwoordelijk voor...’ en ‘overige partij X zorgt voor ....’: ................

Let op:

  • Voeg geen bijlagen bij dit formulier; deze worden niet beoordeeld.

  • Voeg bij het ingevulde, ondertekende formulier de samenwerkingsovereenkomst dan wel de interne regeling bij, die door alle betrokken bevoegde gezagsorganen is ondertekend. Checkt u dus goed, of zowel het formulier als de samenwerkingsovereenkomst (dan wel interne regeling) is ondertekend door alle betrokken bevoegde gezagsorganen. Documenten die niet ondertekend zijn, worden niet in behandeling genomen en dus afgewezen.

  • Zorg ook dat alle bevoegde gezagen dit formulier ondertekenen.

Ondergetekenden verklaren dat het formulier naar waarheid is ingevuld:

Plaats

Datum

Handtekening

-------------------------------

--------------------

--------------------------------

Plaats

Datum

Handtekening

-------------------------------

--------------------

--------------------------------

Plaats

Datum

Handtekening

-------------------------------

--------------------

--------------------------------

Plaats

Datum

Handtekening

-------------------------------

--------------------

--------------------------------

Plaats

Datum

Handtekening

-------------------------------

--------------------

--------------------------------

Let op: alle bevoegde gezagen ondertekenen dit formulier

Bijlage

II

(behorende bij de Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 2008–2013)

Registratie van leerlingen die de experimentele leergang vmbo-mbo2 gaan volgen.

Elementcodes, bedoeld in artikel 20, eerste lid:

Voor de registratie aan de VO-scholen worden de volgende 5 nieuwe Elementcodes in BRIN vastgesteld:

Omschrijving kort :

  • Exp.VMBO Basisbg. Lw. Tech. – MBO2 4111

  • Exp.VMBO Basisbg. Lw. Ec. – MBO2 4151

  • Exp.VMBO Basisbg. Lw. ZrgWlz. – MBO2 4131

  • Exp.VMBO Basisbg. Lw. Landb LNO – MBO2 4171

  • Exp.VMBO Basisbg. Lw. Intersect. progr. – MBO2 4191

Omschrijving lang:

  • Experimentele leergang VMBO Basisberoepsgerichte Leerweg Techniek – MBO niveau 2

  • Experimentele leergang VMBO Basisberoepsgerichte Leerweg Economie – MBO niveau 2

  • Experimentele leergang VMBO Basisberoepsgerichte Leerweg Zorg en welzijn – MBO niveau 2

  • Experimentele leergang VMBO Basisberoepsgerichte Leerweg Landbouw en natuurlijke omgeving – MBO niveau 2

  • Experimentele leergang VMBO Basisberoepsgerichte Leerweg Intersectoraal programma – MBO niveau 2

De leerweg die verbonden wordt aan de registratie in het VO is Basisberoepsgerichte leerweg (opgenomen in omschrijving).

Registratie van leerlingen die de experimentele leergang vmbo-mbo2 gaan volgen.

CREBO-codes, bedoeld in artikel 21, eerste lid,:

Voor de registratie aan de BVE-instellingen worden de volgende 4 nieuwe CREBO-codes in BRIN vastgesteld:

Omschrijving kort :

  • Experiment vmbo-mbo2 sector techniek 80010

  • Experiment vmbo-mbo2 sector economie 80020

  • Experiment vmbo-mbo2 sector zorg en welzijn 80030

  • Experiment vmbo-mbo2 sector landbouw en natuurlijke omgeving 80040.

Omschrijving lang:

  • Experimentele leergang vmbo-mbo niveau 2 in de sector techniek

  • Experimentele leergang vmbo-mbo niveau 2 in de sector economie

  • Experimentele leergang vmbo-mbo niveau 2 in de sector zorg en welzijn

  • Experimentele leergang vmbo-mbo niveau 2 in de sector landbouw en natuurlijke omgeving

De leerweg die verbonden wordt aan de CREBO-codes is: BOL (Beroepsopleidende leerweg).