Artikel
1
In deze regeling wordt verstaan onder
-
a.
minister: Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
-
b.
zorg:
-
1°.
zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet of de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten;
-
2°.
vorm van hulp voor de kosten waarvan een subsidie wordt verstrekt op grond van artikel 44 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten of artikel 68 van de Zorgverzekeringswet;
-
1°.
-
c.
zorgaanbieder:
-
1°.
zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1 van de Kwaliteitswet zorginstellingen;
-
2°.
degene die in een register als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg staat ingeschreven of die een beroep uitoefent waarvan de opleiding krachtens artikel 34, eerste lid, van die wet is geregeld of aangewezen, en zijn beroep uitoefent anders dan in het kader van een instelling als bedoeld in artikel 1 van de Kwaliteitswet zorginstellingen;
-
1°.
-
d.
zorginnovatie: vernieuwing van producten, productieprocessen, diensten of dienstverleningsprocessen, met inbegrip van de wijze waarop de arbeid is georganiseerd:
-
1°.
ter versterking van het verlenen van patiëntgerichte zorg aan chronisch zieken of ouderen in een netwerk van zorgaanbieders of
-
2°.
ter verhoging van de effectiviteit van de arbeid die wordt geleverd voor het verlenen van zorg aan chronisch zieken of ouderen;
-
1°.
-
e.
groep: een economische eenheid, waarin organisatorisch zijn verbonden:
-
1°.
een natuurlijke persoon of privaatrechtelijke rechtspersoon, die direct of indirect:
-
–
meer dan de helft van het geplaatste kapitaal verschaft aan,
-
–
volledig aansprakelijk vennoot is van, of
-
–
overwegende zeggenschap heeft over een of meer rechtspersonen of vennootschappen, en
-
–
-
2°.
laatstbedoelde rechtspersonen of vennootschappen;
-
1°.
-
f.
onderneming: iedere eenheid, ongeacht haar rechtsvorm of wijze van financiering, die een economische activiteit uitoefent;
-
g.
ondernemer: natuurlijke persoon, rechtspersoon of vennootschap, die een onderneming in stand houdt, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld;
-
h.
MKB-ondernemer: ondernemer die een kleine of middelgrote onderneming in de zin van verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (‘de algemene groepsvrijstellingsverordening’) (PbEU L 214) in stand houdt;
-
i.
de-minimis verordening: verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van Europese Gemeenschappen van 15 december 2006 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L379) ), verordening (EG) nr. 1535/2007 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 20 december 2007 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwproductiesector (PbEU L 337) en verordening (EG) nr. 875/2007 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 24 juli 2007 betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op de-minimissteun in de landbouwsector en de visserijsector (PbEU L 193);
-
j.
Europees steunkader: mededeling, richtsnoer, kaderregeling, beschikking of vrijstellingsverordening op het gebied van staatssteun die de Commissie van de Europese Gemeenschappen, gelet op de artikelen 86, derde lid , 87 en 88 van het EG-Verdrag heeft vastgesteld;
-
k.
opbrengsten: de met de subsidiabele activiteiten samenhangende opbrengsten, met inbegrip van subsidies, afkomstig van personen of rechtspersonen met wie de subsidie-ontvanger niet in een groep verbonden is .