Regeling van de Minister voor Jeugd en Gezin van 14 december 2009, nr. DWJZ/SWW-2974100, houdende regels met betrekking tot de uitkeringen jeugdzorg aan de provincies en eisen ten aanzien van het provinciale subsidiebeleid (Regeling bekostiging jeugdzorg 2009)
Regeling bekostiging jeugdzorg 2009
De Minister voor Jeugd en Gezin en de Minister van Justitie,
uitkeringen: de uitkering bureau jeugdzorg als bedoeld in artikel 73a, eerste lid, van het besluit en de uitkering zorgaanbod als bedoeld in artikel 73a, tweede lid, van het besluit.
Artikel
2
De uitkeringen worden betaald volgens het schema opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 1.
Artikel
3
Het uitvoeringsprogramma wordt, voor zover het betreft het overzicht, bedoeld in artikel 32, tweede lid, van de wet, ingericht overeenkomstig het model opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage 2.
Artikel
4
1
Provinciale staten hanteren als grondslag voor de subsidiëring, de activiteiten zoals deze voor de vaststelling van een normbedrag zijn omschreven in de regeling bedoeld in de artikelen 73b, tweede lid, en 73g, tweede lid, van het besluit.
2
Provinciale staten kunnen de activiteiten, voor zover het zorgaanbieders betreft, onderverdelen.
De stichting en de zorgaanbieders laten de accountantscontrole uitvoeren zoals door provinciale staten is voorgeschreven.
3
Provinciale staten verplichten de zorgaanbieders er voor zorg te dragen dat:
a.
de cliëntenadministratie op overzichtelijke en doelmatige wijze wordt gevoerd;
b.
de cliëntenadministratie een juist, volledig en actueel beeld geeft van de verleende zorg, waarbij een relatie wordt gelegd met de zorg waarop een cliënt aanspraak heeft;
c.
van de aanspraken en van de verleende zorg deugdelijke bewijsstukken aanwezig zijn, waaruit de aard van de aanspraken en de verleende zorg duidelijk blijken.
4
Het eerste lid is niet van toepassing, indien de voor het boekjaar begrote exploitatielasten van de stichting of de zorgaanbieder € 250.000 of minder bedragen.
Artikel
6
Provinciale staten verplichten de stichting en de zorgaanbieder er voor zorg te dragen dat de accountant, bedoeld in artikel 6, meewerkt aan door of namens de provincie in te stellen onderzoeken naar de door de accountant verrichte controlewerkzaamheden.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2009.
Artikel
9
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling bekostiging jeugdzorg 2009.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister voor Jeugd en Gezin, A.Rouvoet
De Minister van Justitie, E.M.H.Hirsch Ballin
Bijlage
1
Betalingsschema uitkeringen jeugdzorg
januari
15%
februari
7%
maart
7%
april
7%
mei
15%
juni
7%
juli
7%
augustus
7%
september
3%
oktober
11%
november
14%
december:
eventuele bijstellingen
Bijlage
2
Inrichting van het uitvoeringsprogramma (artikel 3)