Besluit van 30 september 2010, houdende regels voor de bewapening en overige uitrusting van de politie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba (Besluit bewapening en overige uitrusting politie BES)

Besluit bewapening en overige uitrusting politie BES

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 13 juli 2010, nr. 2010-0000461978, CZW/WSG;
De Raad van State gehoord (advies van 11 augustus 2010, nr. W04.10.0346/I );
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 22 september 2010, nr. 2010-0000600906;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

Hoofdstuk

2

Bewapening en overige uitrusting

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Artikel

6

De bewapening van de ambtenaar die is belast met persoonsbeveiliging bestaat mede uit:

  • a.

    een gasgeweer met bijbehorende gasprojectielen of traangasverspreidende middelen;

  • b.

    een semi-automatisch vuurwapen;

  • c.

    een automatisch vuurwapen.

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

De korpsbeheerder kan een andere ambtenaar, dan bedoeld in de artikelen 5, 7 en 8, uitrusten met een kogelwerend vest, een kogelwerende helm of een gasmasker.

Artikel

10

Artikel

11

De korpsbeheerder kan in bijzondere, door het bevoegd gezag aangegeven situaties, een ambtenaar aanwijzen die tijdelijk mede wordt bewapend met:

  • a.

    een lange wapenstok;

  • b.

    rookgranaten, gasgranaten of gashouders, of

  • c.

    een pistoolmitrailleur met de daarbij behorende munitie.

Artikel

12

De korpsbeheerder draagt er zorg voor dat de ambtenaar slechts over een wapen beschikt indien hij voldoet aan de gestelde eisen van bekwaamheid, bedoeld in hoofdstuk VIIb van het Besluit rechtspositie korps politie BES.

Artikel

13

De korpsbeheerder stelt regels met betrekking tot het dragen, het onderhoud en het in een inbraakvrije ruimte bewaren van de wapens en munitie, bedoeld in de artikelen 2 tot en met 11.

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

16

Artikel

17

Artikel

18

Hoofdstuk

3

Keuring en certificering politiehonden

Artikel

19

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

Artikel

24

Artikel

25

Artikel

26

Artikel

27

Hoofdstuk

4

Onderscheidingstekens hoofdrangen

Artikel

28

Hoofdstuk

5

Slotbepalingen

Artikel

30

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit bewapening en overige uitrusting politie BES.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A. Th. B. Bijleveld-Schouten
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin