Verordening op de kwaliteitstoetsing NOvAA

Verordening op de Kwaliteitstoetsing NOvAA

De ledenvergadering van de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten,

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • aan assurance verwante opdracht: de aan assurance verwante opdracht, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • accountant: de Accountant-Administratieconsulent;

  • openbaar accountant: de openbaar accountant, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • intern accountant: de intern accountant, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • overheidsaccountant: de overheidsaccountant, bedoeld in de Verordening gedragscode met uitzondering van de overheidsaccountant die werkzaam is bij de belastingdienst en belast is met de controle van door belastingplichtigen ingeleverde aangiften en de overheidsaccountant die aan deze controle direct leiding geeft;

  • dagelijks beleidsbepaler: de openbaar accountant, bedoeld in artikel B1-291.2 van de Verordening gedragscode, dan wel de intern of overheidsaccountant, bedoeld in artikel B2-291.2 van de Verordening gedragscode;

  • accountantsafdeling: de accountantsafdeling, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • accountantspraktijk: de accountantspraktijk, bedoeld in de Verordening gedragscode;

  • assuranceopdracht: de assuranceopdracht, bedoeld in de Verordening gedragscode, met uitzondering van de opdracht tot het uitvoeren van een wettelijke controle als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Wet toezicht accountantsorganisaties;

  • AFM: de Stichting Autoriteit Financiële Markten;

  • bestuur: het bestuur van de NOvAA;

  • incidentenonderzoek: een onderzoek naar vermeende tekortkomingen in de beroepsuitoefening met uitzondering van de uitvoering van een wettelijke controle;

  • koepelorganisatie: een organisatie waarvan de accountantspraktijk of de accountantsafdeling lid is of waarbij de accountantspraktijk of de accountantsafdeling is aangesloten en welke organisatie bevoegd is aan de accountantspraktijk of de accountantsafdeling bindende regels voor de kwaliteitsbeheersing op te leggen, te toetsen en de naleving daarvan af te dwingen;

  • NOvAA: de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten;

  • Raad: de individuele personen die op grond van artikel 3, eerste lid van de Verordening op de Raad van Toezicht Beroepsuitoefening AA’s zijn of zullen worden benoemd als lid van de Raad van Toezicht Beroepsuitoefening AA’s;

  • thematisch onderzoek: een onderzoek naar een bepaald aspect van de uitvoering van assurance- of aan assurance verwante opdrachten;

  • toetsing: de beoordeling van de opzet en werking van het stelsel van kwaliteitsbeheersing van een accountantspraktijk of een accountantsafdeling;

  • hertoetsing: de toetsing waarbij mede wordt beoordeeld of de accountantspraktijk of de accountantsafdeling in voldoende mate opvolging heeft gegeven aan het goedgekeurde verbeterplan om de kwaliteit van de beroepsuitoefening in overeenstemming te brengen met het bij en krachtens de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten bepaalde;

  • stelsel van kwaliteitsbeheersing: het totaal van ter zake van assurance- en aan assurance verwante opdrachten door de accountantspraktijk of de accountantsafdeling getroffen maatregelen en ingestelde procedures ter zake van:

    • 1°.

      de interne beheersing van de accountantspraktijk of de accountantsafdeling met betrekking tot kwaliteit;

    • 2°.

      het interne onderzoek naar de naleving van de in de Verordening gedragscode opgenomen fundamentele beginselen door de bij de accountantspraktijk of de accountantsafdeling werkzame of daaraan verbonden accountants en andere personen; en

    • 3°.

      het interne onderzoek ten aanzien van assurance- en aan assurance verwante opdrachten naar de kwaliteit van de door de bij de accountantspraktijk of de accountantsafdeling werkzame of daaraan verbonden accountants en andere personen uitgevoerde werkzaamheden;

  • systeem van kwaliteitsborging: de door een organisatie getroffen maatregelen en ingestelde procedures ten aanzien van het onderzoek naar de opzet en de werking van het stelsel van kwaliteitsbeheersing van de bij de organisatie aangesloten accountants, accountantspraktijken of accountantsafdelingen;

  • toetsingsteam: het team dat door het bestuur voor een toetsing, een hertoetsing, een thematisch onderzoek of een incidentenonderzoek wordt samengesteld en belast is met de uitvoering van de toetsing of het onderzoek bij een accountantspraktijk of accountantsafdeling;

  • verbeterplan: een op de in artikel 13, vierde en vijfde lid, bedoelde aanwijzingen en aanbevelingen gebaseerd document, waarin op planmatige en gestructureerde wijze wordt aangegeven welke maatregelen worden getroffen ter correctie van de geconstateerde tekortkomingen van de opzet en werking van het in artikel 3 bedoelde stelsel van kwaliteitsbeheersing;

  • voorzitter: de voorzitter van de NOvAA;

  • wettelijke controle: de wettelijke controle, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Wet toezicht accountantsorganisaties.

Artikel

2

Hoofdstuk

2

Algemeen

Artikel

3

De openbaar accountant en intern of overheidsaccountant draagt er zorg voor dat de accountantspraktijk of accountantsafdeling waarbij hij werkzaam is of waaraan hij is verbonden, beschikt over een stelsel van kwaliteitsbeheersing dat is afgestemd op de aard, omvang en het belang van de opdrachten en waarmee wordt voldaan aan het bepaalde bij en krachtens de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten.

Artikel

4

De accountant verleent medewerking aan een toetsing een hertoetsing, een thematisch onderzoek of een incidentenonderzoek en stelt alle gegevens ter beschikking die nodig zijn voor een toetsing, een hertoetsing, een thematisch onderzoek of een incidentenonderzoek.

Artikel

5

Artikel

6

Hoofdstuk

3

Toetsingen

Artikel

7

Een accountantspraktijk of accountantsafdeling wordt, om de kwaliteit van de beroepsuitoefening van een openbaar accountant, intern accountant of overheidsaccountant te kunnen beoordelen ten minste eenmaal in de zes jaar aan een toetsing onderworpen.

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

Artikel

12

Artikel

13

Artikel

14

Indien zich over de wijze van uitvoering van de (her)toetsing een meningsverschil voordoet tussen de aan toetsing onderworpen accountantspraktijk of accountantsafdeling en het toetsingsteam, doet het bestuur op verzoek van de accountantspraktijk of de accountantsafdeling of het toetsingsteam een bindende uitspraak.

Artikel

15

Artikel

17

Indien de getoetste accountantspraktijk, accountantsafdeling of individuele accountant de inhoud van het toetsingsverslag of het eindoordeel openbaar maakt,

Hoofdstuk

4

Thematisch onderzoek

Artikel

18

Artikel

19

Hoofdstuk

5

Incidentenonderzoek

Artikel

20

Het bestuur kan een incidentenonderzoek uitvoeren.

Artikel

21

Het bestuur bepaalt de wijze waarop en de vorm waarin het incidentenonderzoek plaatsvindt.

Hoofdstuk

6

Informatie-uitwisseling

Artikel

22

Artikel

23

Hoofdstuk

7

Vrijstellingen en accreditatie

Artikel

24

Het bestuur kan naar aanleiding van een daartoe door een accountantspraktijk of accountantsafdeling schriftelijk ingediend en gedocumenteerd verzoek besluiten tijdelijke vrijstelling van een (her)toetsing of vrijstelling van een themaonderzoek te verlenen.

Artikel

25

Artikel

26

Artikel

27

Hoofdstuk

8

Overige bepalingen

Artikel

28

Van vertrouwelijke gegevens in het kader van de toetsing verkregen, kan geen verder en ander gebruik worden gemaakt dan krachtens deze verordening is bepaald, tenzij bij wet anders is bepaald.

Artikel

29

In situaties die procedureel van aard zijn en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het bestuur.

Artikel

30

Artikel

31

Wijzigt de Verordening op de Raad van Toezicht Beroepsuitoefening AA’s.

Artikel

33

Hoofdstuk

9

Overgangsbepalingen

Artikel

34