Wet van 13 december 2012, houdende bepalingen over het accountantsberoep, de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants en de Commissie eindtermen accountantsopleiding (Wet op het accountantsberoep)

Wet op het accountantsberoep

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op de Registeraccountants en de Wet op de Accountants-Administratieconsulenten te vervangen door de Wet op het accountantsberoep, waarin het Nederlands Instituut van Registeraccountants en de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten worden samengevoegd tot één Nederlandse beroepsorganisatie van accountants;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Definities

Artikel

1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover niet anders is bepaald, verstaan onder:

Hoofdstuk

2

De nederlandse beroepsorganisatie van accountants

§

2.1

Instelling en taken

Artikel

2

Artikel

3

De beroepsorganisatie heeft de volgende taken:

  • a.

    bevorderen van een goede beroepsuitoefening door accountants, onder meer door het vaststellen van beroepsreglementering;

  • b.

    behartigen van de gemeenschappelijke belangen van accountants;

  • c.

    zorg dragen voor de eer van de stand van de accountants; en

  • d.

    zorg dragen voor de praktijkopleiding, bedoeld in artikel 47.

Artikel

4

De beroepsorganisatie heeft een ledenvergadering, een bestuur, een voorzitter, ledengroepen en een bureau.

§

2.2

De ledenvergadering

Artikel

5

Artikel

6

Het bestuur roept de ledenvergadering zo dikwijls als het zulks nodig acht, doch minstens een keer per jaar bijeen of op verzoek van ten minste één procent van de leden.

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

§

2.3

Het bestuur

Artikel

11

Artikel

12

Artikel

13

§

2.4

De voorzitter

Artikel

14

De voorzitter van het bestuur, dan wel bij zijn afwezigheid de plaatsvervangend voorzitter, bekleedt tijdens de bestuurs- en ledenvergaderingen het voorzitterschap.

Artikel

15

De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter worden jaarlijks door de ledenvergadering uit het bestuur benoemd.

§

2.5

Ledengroepen

Artikel

16

Artikel

17

§

2.6

Het bureau

Artikel

18

Hoofdstuk

3

Verordeningen en overige besluiten

Artikel

19

Artikel

20

Het bestuur, de ledengroep en het ledengroepbestuur kunnen nadere voorschriften stellen over hun werkwijze, voor zover daarin niet bij of krachtens een ander wettelijk voorschrift is voorzien.

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

Artikel

24

De beroepsorganisatie werkt samen met de Autoriteit Financiële Markten, voor zover dat noodzakelijk is ten behoeve van de uitoefening van het toezicht ingevolge de Wet toezicht accountantsorganisaties.

Artikel

25

Hoofdstuk

4

De financiën van de beroepsorganisatie

Artikel

26

De beroepsorganisatie draagt alle kosten en is gerechtigd tot alle baten, uit de uitvoering van deze wet voortvloeiende.

Artikel

27

Het boekjaar van de beroepsorganisatie loopt van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel

28

Vóór de aanvang van het boekjaar stelt de ledenvergadering de begroting van de beroepsorganisatie vast. Het bestuur dient daartoe een ontwerpbegroting in, vergezeld van de nodige toelichting. Het ontwerp wordt door het bestuur, ten minste twee weken vóór de behandeling daarvan door de ledenvergadering, op elektronische wijze bekendgemaakt.

Artikel

29

Artikel

30

Artikel

31

Het bestuur kan de krachtens deze wet aan de beroepsorganisatie verschuldigde bedragen bij dwangbevel invorderen.

Hoofdstuk

5

Bestuurlijk toezicht op de beroepsorganisatie

Artikel

32

Het bestuur verstrekt Onze Minister desgevraagd alle inlichtingen over zaken die de beroepsorganisatie betreffen.

Artikel

33

Artikel

34

Verordeningen en nadere voorschriften worden na vaststelling onverwijld medegedeeld aan Onze Minister en gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel

35

Hoofdstuk

6

Het accountantsberoep

§

6.1

Het accountantsregister

Artikel

36

Artikel

37

§

6.2

Inschrijving in het accountantsregister

Artikel

38

Artikel

39

Artikel

40

§

6.3

Bepalingen betreffende accountants

Artikel

41

Artikel

42

Artikel

43

Artikel

44

Het bestuur draagt zorg voor het bekendmaken van elke doorhaling van een inschrijving in het accountantsregister. Dit geschiedt in ieder geval, voor zover mogelijk, door een mededeling aan de betrokkene en een elektronische publicatie.

Artikel

45

Hoofdstuk

7

De opleiding tot accountant

Artikel

46

De opleiding tot accountant omvat bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen vakgebieden en voldoet aan de eindtermen, bedoeld in artikel 49, tweede lid, onderdeel a, die voor controles van financiële verantwoordingen van belang zijn.

Artikel

47

Artikel

48

De beroepsorganisatie beoordeelt aan de hand van de vastgestelde eindtermen, bedoeld in artikel 49, tweede lid, en de verstrekte getuigschriften van opleidingen of degene die een praktijkopleiding wil volgen voldoet aan de toelatingseisen daarvoor.

Artikel

49

Artikel

50

Artikel

51

Artikel

52

Artikel

53

Artikel

54

Hoofdstuk

8

Overige bepalingen

§

8.1

Strafbepalingen

Artikel

55

Artikel

56

§

8.2

Beroep

Artikel

57

Vervallen

§

8.3

Intrekking en wijziging van wetten

Artikel

59

Wijzigt de Ambtenarenwet.

Artikel

60

Wijzigt het Burgerlijk Wetboek Boek 2.

Artikel

61

Wijzigt de Comptabiliteitswet 2001.

Artikel

62

Wijzigt de Gemeentewet.

Artikel

63

Wijzigt de Organisatiewet Kadaster.

Artikel

64

Wijzigt de Provinciewet.

Artikel

65

Wijzigt de Wegenverkeerswet 1994.

Artikel

66

Wijzigt de Wet toezicht financiële verslaggeving.

Artikel

67

Wijzigt de Wet werk en inkomen kunstenaars.

Artikel

68

Wijzigt de Wet toezicht accountantsorganisaties.

Artikel

69

Wijzigt de Wet tuchtrechtspraak accountants.

§

8.4

Overgangsbepalingen

Artikel

70

Artikel

71

Artikel

72

Degenen die op het moment van de inwerkingtreding van deze wet zijn ingeschreven in de registers, bedoeld in artikel 55, eerste lid, van de Wet op de Registeraccountants of artikel 36, eerste lid van de Wet op de Accountant-Administratieconsulenten, zoals die artikelen luidden op het moment van inwerkingtreding van artikel 58 van deze wet, worden vanaf dat moment geacht op overeenkomstige wijze te zijn ingeschreven in het accountantsregister. Artikel 36, tweede en derde lid, is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

74

§

8.5

Slotbepalingen

Artikel

75

Artikel

76

Deze wet wordt aangehaald als: Wet op het accountantsberoep.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Financiën, J. R. V. A. Dijsselbloem
De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten