Wet van 14 december 2012, houdende regels inzake de verstrekking van subsidies door de Minister van Infrastructuur en Milieu (Kaderwet subsidies I en M)

Kaderwet subsidies I en M

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een algemeen wettelijk kader te stellen met betrekking tot de verstrekking van subsidies door Onze Minister van Infrastructuur en Milieu en wijziging aan te brengen in het wettelijk kader met betrekking tot de verstrekking van subsidies door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Onze Minister voor Immigratie en Asiel en Onze Minister van Veiligheid en Justitie;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder Onze Minister: Onze Minister van Infrastructuur en Milieu.

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur of bij regeling van Onze Minister kunnen regels dan wel nadere regels worden gesteld met betrekking tot:

  • a.

    de aanvraag van de subsidie, de daarbij over te leggen gegevens en bescheiden, en de besluitvorming daarover;

  • b.

    het bedrag van de subsidie dan wel de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald;

  • c.

    de voorwaarden waaronder de subsidie wordt verleend;

  • d.

    de verplichtingen van de subsidie-ontvanger;

  • e.

    de vaststelling van de subsidie;

  • f.

    de betaling van de subsidie en het verlenen van voorschotten;

  • g.

    intrekking of wijziging van de subsidieverlening of -vaststelling;

  • h.

    de wijze van verdeling van beschikbare bedragen;

  • i.

    de vergoeding die verschuldigd is bij vermogensvorming, bedoeld in artikel 4:41 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • j.

    de termijn van publicatie en de inrichting van het verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk;

  • k.

    de openbaarmaking van de resultaten van de gesubsidieerde activiteiten;

  • l.

    het geven van informatie aan derden over de gesubsidieerde activiteiten door de subsidie-ontvanger.

Artikel

6

Artikel

6a

(delegatiebevoegdheid)

Onze Minister kan de uitvoering van een algemene maatregel van bestuur of een ministeriële regeling over het verstrekken van subsidies voor de in artikel 3 genoemde activiteiten met inbegrip van het nemen van besluiten op grond van die regels delegeren aan bestuursorganen van provincie of gemeente.

Artikel

7

Artikel

8

Wijzigt de Waterwet.

Artikel

9

Wijzigt de Wet bodembescherming.

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

10

Wijzigt de Wet geluidhinder.

Artikel

11

Wijzigt de Wet milieubeheer.

Artikel

12

Wijzigt de Wet ruimtelijke ordening.

Artikel

13

Wijzigt de Wet Justitie-subsidies.

Artikel

14

Wijzigt de Wet overige BZK-subsidies.

Artikel

15

Wijzigt de Woningwet.

Artikel

16

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Artikel

17

Algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen die voor de inwerkingtreding van deze wet een grondslag vonden in bepalingen, gesteld bij of krachtens de Wet milieubeheer, de Wet ruimtelijke ordening of de Kaderwet subsidies Verkeer en Waterstaat berusten, voor zover zij voorzien in subsidies binnen het toepassingsgebied van deze wet, vanaf het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet op de artikelen 4 en 5 van deze wet of mede op die artikelen.

Artikel

18

Artikel

19

Deze wet is niet van toepassing op subsidies die voor de inwerkingtreding van deze wet zijn verstrekt.

Artikel

20

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel

21

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel

22

Deze wet wordt aangehaald als: Kaderwet subsidies I en M.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk
DeMinistervoorWonen en Rijksdienst, S.A. Blok
De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten
De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten