Verordening op de praktijkopleidingen

De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants,

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • accountant: een accountant als bedoeld in artikel 1 van de wet;

  • accountantsregister: het accountantsregister, bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de wet;

  • beroepsorganisatie: de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants, bedoeld in artikel 2, eerste lid van de wet;

  • bestuur: het bestuur van de beroepsorganisatie;

  • praktijkopleiding AA: de praktijkopleiding passend bij een inschrijving in het accountantsregister met vermelding van de titel Accountant-Administratieconsulent;

  • praktijkopleiding RA: de praktijkopleiding passend bij een inschrijving in het accountantsregister met vermelding van de titel Registeraccountant;

  • trainee: een natuurlijk persoon welke de praktijkopleiding AA of de praktijkopleiding RA volgt;

  • wet: de Wet op het accountantsberoep.

Hoofdstuk

2

De Raad voor de Praktijkopleidingen

Artikel

2

Artikel

3

Artikel

4

Hoofdstuk

3

Stagebureaus

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Een stagebureau verleent op verzoek van het bestuur medewerking aan een onderzoek en verschaft inlichtingen over de uitvoering van zijn taken, bedoeld in artikel 5.

Artikel

8

Hoofdstuk

4

Toelating tot de praktijkopleiding

Paragraaf

4.1

Toelating tot de praktijkopleiding AA

Artikel

9

Het bestuur laat tot de praktijkopleiding AA toe, degene die:

  • a.

    beschikt over een getuigschrift van een opleiding, die beschikt over een aanwijzing als bedoeld in artikel 49, tweede lid, aanhef en onderdeel b van de wet;

  • b.

    de voltooiing van de opleiding, bedoeld in onderdeel a voldoende is genaderd, waarbij hij of zij ten minste de examens in de grondslagen van de kernvakgebieden Audit en Assurance, Externe Verslaggeving en Bestuurlijke Informatieverzorging heeft behaald, of daarvan is vrijgesteld; of

  • c.

    beschikt over een in een ander land verkregen diploma of soortgelijk bewijsstuk van een opleiding die naar aard, inhoud en niveau overeenkomt met de opleiding, bedoeld in onderdeel a.

Paragraaf

4.2

Toelating tot de praktijkopleiding RA

Artikel

10

Het bestuur laat tot de praktijkopleiding RA toe, degene die:

  • a.

    toelaatbaar is tot een postinitiële opleiding tot accountant, die beschikt over een aanwijzing als bedoeld in artikel 49, tweede lid, aanhef en onderdeel b van de wet; of

  • b.

    toelaatbaar is tot een universitair masterprogramma, dat toegang geeft tot een opleiding als bedoeld in onderdeel a, dan wel tot een universitair masterprogramma op het gebied van accountancy, mits hij of zij ten minste de examens in de grondslagen van de kernvakgebieden Audit en Assurance, Externe Verslaggeving en Bestuurlijke Informatieverzorging heeft behaald of daarvan is vrijgesteld.

Hoofdstuk

5

De praktijkopleidingen

Paragraaf

5.1

De praktijkopleiding AA

Artikel

11

Artikel

12

Paragraaf

5.2

De praktijkopleiding RA

Artikel

13

Artikel

14

Hoofdstuk

6

Het examen voor de praktijkopleiding

Paragraaf

6.1

Het examen ter afsluiting van de praktijkopleiding AA

Artikel

15

Artikel

16

Paragraaf

6.2

Het examen ter afsluiting van de praktijkopleiding RA

Artikel

17

Artikel

18

Het bestuur wijst examinatoren aan ten behoeve van het afnemen van het mondeling examen en de toelating tot het mondeling examen.

Hoofdstuk

7

Toelating tot het examen voor de praktijkopleiding

Paragraaf

7.1

Toelating tot het examen ter afsluiting van de praktijkopleiding AA

Artikel

19

De trainee welke de praktijkopleiding AA volgt, wordt tot het mondeling examen toegelaten indien:

  • a.

    het portfolio door de beoordelaar en de examinator als voldoende is beoordeeld; en

  • b.

    het getuigschrift voor de opleiding tot accountant, niet zijnde de praktijkopleiding is overgelegd.

Artikel

20

Onder nader te stellen voorwaarden kan het bestuur personen die niet voldoen aan de eis, bedoeld in artikel 19, onderdeel a, toelaten tot het examen, mits deze personen beroepswerkzaamheden hebben verricht waardoor zij voldoende ervaring hebben op het gebied van de vakgebieden, bedoeld in artikel 46 van de wet.

Paragraaf

7.2

Toelating tot het examen ter afsluiting van de praktijkopleiding RA

Artikel

21

De trainee welke de praktijkopleiding RA volgt wordt tot het mondeling examen toegelaten indien:

  • a.

    het portfolio door de beoordelaar als voldoende is beoordeeld;

  • b.

    de afstudeerscriptie door de examinatoren als voldoende is beoordeeld; en

  • c.

    het getuigschrift voor de opleiding tot accountant, niet zijnde de praktijkopleiding is overgelegd.

Artikel

22

Onder nader te stellen voorwaarden kan het bestuur personen die niet voldoen aan de eisen, bedoeld in artikel 21, onderdeel a, toelaten tot het examen, mits deze personen beroepswerkzaamheden hebben verricht waardoor zij voldoende ervaring hebben op het gebied van de vakgebieden, bedoeld in artikel 46 van de wet.

Hoofdstuk

8

Vrijstellingen

Artikel

23

Hoofdstuk

9

Examengelden

Artikel

24

Degene die aan een praktijkopleiding, het mondeling examen of onderdelen daarvan wenst deel te nemen, wordt daartoe niet toegelaten dan na betaling van bij verordening vast te stellen bedragen.

Hoofdstuk

10

Overige bepalingen

Artikel

25

Het bestuur kan nadere voorschriften vaststellen over de in deze verordening geregelde onderwerpen.

Artikel

26

Een trainee kan om een herbeoordeling vragen van:

  • a.

    de beoordeling van een portfolio;

  • b.

    de beoordeling van een afstudeerscriptie; en

  • c.

    de beoordeling van een mondeling examen.

Artikel

27

Artikel

30

Artikel

31

Bij de inwerkingtreding van deze verordening, wordt de Raad voor de Praktijkopleidingen gevormd door de leden van het Stagebestuur zoals die op grond van de Verordening op de praktijkstage (Stcrt. 2006, 252) zijn benoemd en door de leden van de Raad voor de Praktijkopleiding zoals die op grond van de Verordening op de praktijkstage (Stcrt. 2007, 12) zijn benoemd, met inachtneming van het rooster van aftreden dat bij die benoemingen is vastgesteld.

Artikel

32

De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants

Goedgekeurd bij besluit van de minister van Financiën d.d. 19 augustus 2013, nr. FM/2013/1294 M.