Artikel
1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
-
–
aanbieden: aanbieden als bedoeld in artikel 3, punt vier, van de verordening;
-
–
gebruik: gebruik als bedoeld in artikel 3, punt zes, van de verordening;
-
–
gereguleerde precursor voor explosieven: een precursor voor explosieven als bedoeld in artikel 3, punt dertien, van de verordening;
-
–
marktdeelnemer: marktdeelnemer als bedoeld in artikel 3, punt tien, van de verordening;
-
–
onlinemarktplaats: onlinemarktplaats als bedoeld in artikel 3, punt 11, van de verordening;
-
–
Onze Minister: Onze Minister van Justitie en Veiligheid;
-
–
particulier: een particulier als bedoeld in artikel 3, punt acht, van de verordening;
-
–
persoonsgegevens, verwerking van persoonsgegevens, onderscheidenlijk verantwoordelijke: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 4, aanhef en onder 1, 2 en 7, van de Algemene verordening gegevensbescherming;
-
–
precursor voor explosieven waarvoor een beperking geldt: een precursor voor explosieven waarvoor een beperking geldt als bedoeld in artikel 3, punt twaalf, van de verordening, alsmede een krachtens artikel 2, tweede lid, van deze wet daartoe aangewezen precursor voor explosieven;
-
–
precursor voor explosieven waarvoor een meldplicht geldt: precursor voor explosieven waarvoor een meldplicht geldt als bedoeld in artikel 9, eerste, tweede, en vierde tot en met zesde lid, van de verordening, alsmede een krachtens artikel 2, tweede lid, van deze wet daartoe aangewezen precursor voor explosieven;
-
–
vergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 5, derde lid, van de verordening;
-
–
verordening: Verordening (EU) 2019/1148 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 over het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven, tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 98/2013 (PbEU 2019, L 186).