Wet van 2 augustus 1962, houdende de inwerkingtreding van de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen

Invoeringswet douanewetgeving

Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen in werking te doen treden en enige in de accijnswetgeving en andere wetten voorkomende bepalingen aan te passen aan die wet;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

I

Inwerkingtreding van de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen

Artikel

1

De Algemene wet inzake de douane en de accijnzen (Stb. 1961, 31) treedt in werking met ingang van 1 oktober 1962.

Hoofdstuk

II

Wijziging van de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen

Artikel

2

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

III

Intrekking en wijziging van wetten inzake de in-, uit- en doorvoer

Artikel

3

Hoofdstuk

IV

Voorzieningen inzake de accijnswetgeving

Afdeling

I

Wijziging van wetten

Artikel

4

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

5

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

6

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

7

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

8

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Afdeling

II

Algemene bepalingen inzake de accijnzen

Artikel

9

Goederenaangiften en documenten, betrekking hebbende op aan accijns onderworpen goederen, zijn in alle gevallen, en zo nodig meermalen, aan verificatie onderworpen. De te betalen, af te schrijven of terug te geven accijns wordt berekend overeenkomstig de gedane goederenaangifte en met inachtneming van hetgeen bij verificatie van die aangifte of van het daarop afgegeven document is bevonden.

Artikel

10

Artikel

11

De bij het in werking treden van deze wet bestaande algemene maatregelen van bestuur uitsluitend of mede gegrond op wetten, gewijzigd bij de artikelen 4-8, regelende onderwerpen welker regeling bij de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen aan de Kroon is opgedragen of voorbehouden, worden geacht uitsluitend of mede te zijn gegrond op genoemde Algemene wet.

Hoofdstuk

V

Voorzieningen inzake de overige wetgeving

Artikel

12

Artikel

13

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

14

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

15

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

16

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

17

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

18

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

19

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

20

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

21

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

22

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

23

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

24

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

25

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

26

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

27

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

28

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

29

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

30

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

31

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

32

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

33

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

34

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

35

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

36

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

37

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

38

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

39

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

40

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

41

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

42

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

43

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

44

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

45

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

46

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

47

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

48

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

49

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

50

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

51

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

52

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

53

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Artikel

54

Bevat wijzigingen in andere regelgeving.

Hoofdstuk

VI

Overgangsbepalingen

Artikel

55

Artikel

56

Artikel

57

De personen die zijn geadmitteerd als convooilopers, expediteurs, scheepsmakelaars en cargadoors vóór het tijdstip waarop deze wet in werking treedt, worden geacht als douane-expediteurs te zijn toegelaten op de voet van artikel 55 van de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen.

Artikel

58

De borgtochten en andere vormen van zekerheid voor de nakoming van de verplichtingen, voortvloeiende uit de bij artikel 3 ingetrokken wetten en de krachtens die wetten uitgevaardigde voorschriften, welke zijn gesteld vóór het tijdstip waarop deze wet in werking treedt, worden, voor zover die zekerheid niet wordt gewijzigd of opgeheven, geacht op de voet van de Algemene wet inzake de douane en de accijnzen te zijn gesteld voor overeenkomstige verplichtingen, voortvloeiende uit die wet of uit de krachtens die wet vastgestelde voorschriften.

Artikel

59

Onze Minister van Financiën stelt de voorschriften vast welke ter uitvoering van dit hoofdstuk nodig zijn.

Slotbepalingen

Artikel

60

De teksten van de Statistiekwet 1950 en van de Waarborgwet 1950 worden door Onze Minister van Financiën overgebracht in de wettelijke spelling en door Onze Minister van Justitie in het Staatsblad geplaatst. Onze Minister van Financiën stelt tevens de nummering van de artikelen, alsmede de aanduiding van de onderdelen van die artikelen opnieuw vast, zulks met inachtneming van de bestaande volgorde en brengt de aanhalingen in die wetten van artikelen en onderdelen van artikelen daarmede in overeenstemming.

Artikel

61

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 oktober 1962.

Artikel

62

Deze wet kan worden aangehaald als "Invoeringswet douanewetgeving".

Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven ten Paleize Soestdijk
JULIANA.
De Staatssecretaris van Financiën, VAN DEN BERGE.
De Minister van Justitie, A. C. W. BEERMAN.