Burgerlijk Wetboek Boek 2, Rechtspersonen

Burgerlijk Wetboek Boek 2

Boek

2

Rechtspersonen

Titel

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Verenigingen, coöperaties, onderlinge waarborgmaatschappijen, naamloze vennootschappen, besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid en stichtingen bezitten rechtspersoonlijkheid.

Artikel

4

Artikel

5

Een rechtspersoon staat wat het vermogensrecht betreft, met een natuurlijk persoon gelijk, tenzij uit de wet het tegendeel voortvloeit.

Artikel

6

Artikel

7

Een door een rechtspersoon verrichte rechtshandeling is vernietigbaar, indien daardoor het doel werd overschreden en de wederpartij dit wist of zonder eigen onderzoek moest weten; slechts de rechtspersoon kan een beroep op deze grond tot vernietiging doen.

Artikel

8

Artikel

9

Elke bestuurder is tegenover de rechtspersoon gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuurders behoort, is ieder van hen voor het geheel aansprakelijk terzake van een tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.

Artikel

10

Artikel

10a

Het boekjaar van een rechtspersoon is het kalenderjaar, indien in de statuten geen ander boekjaar is aangewezen.

Artikel

11

De aansprakelijkheid van een rechtspersoon als bestuurder van een andere rechtspersoon rust tevens hoofdelijk op ieder die ten tijde van het ontstaan van de aansprakelijkheid van de rechtspersoon daarvan bestuurder is.

Artikel

12

Het stemrecht over besluiten waarbij de rechtspersoon aan bepaalde personen, anders dan in hun hoedanigheid van lid, aandeelhouder of lid van een orgaan, rechten toekent of verplichtingen kwijtscheldt, kan door de statuten aan die personen en aan hun echtgenoot, geregistreerde partner, en bloedverwanten in de rechte lijn worden ontzegd.

Artikel

13

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

16

Artikel

17

Een rechtspersoon wordt opgericht voor onbepaalde tijd.

Artikel

18

Artikel

19

Artikel

19a

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

22a

Artikel

23

Artikel

23a

Artikel

23b

Artikel

23c

Artikel

24

Artikel

24a

Artikel

24b

Een groep is een economische eenheid waarin rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden. Groepsmaatschappijen zijn rechtspersonen en vennootschappen die met elkaar in een groep zijn verbonden.

Artikel

24c

Artikel

24d

Bij de vaststelling in hoeverre de leden of aandeelhouders stemmen, aanwezig of vertegenwoordigd zijn, of in hoeverre het aandelenkapitaal verschaft wordt of vertegenwoordigd is, wordt geen rekening gehouden met lidmaatschappen of aandelen waarvan de wet bepaalt dat daarvoor geen stem kan worden uitgebracht.

Artikel

25

Van de bepalingen van dit boek kan slechts worden afgeweken, voor zover dat uit de wet blijkt.

Titel

2

Verenigingen

Artikel

26

Artikel

27

Artikel

28

Artikel

29

Artikel

30

Artikel

31

Vervallen

Artikel

32

Vervallen

Artikel

33

Tenzij de statuten anders bepalen, beslist het bestuur over de toelating van een lid en kan bij niet-toelating de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.

Artikel

34

Artikel

34a

Verbintenissen kunnen slechts bij of krachtens de statuten aan het lidmaatschap worden verbonden.

Artikel

35

Artikel

36

Artikel

37

Artikel

38

Artikel

39

Artikel

40

Artikel

41

Artikel

41a

De artikelen 37-41 zijn van overeenkomstige toepassing op de afdelingen van een vereniging die geen rechtspersonen zijn en die een algemene vergadering en een bestuur hebben; hetgeen in die artikelen omtrent de statuten is bepaald, kan in een afdelingsreglement worden neergelegd.

Artikel

42

Artikel

43

Artikel

44

Artikel

45

Artikel

46

De vereniging kan, voor zover uit de statuten niet het tegendeel voortvloeit, ten behoeve van de leden rechten bedingen en, voor zover dit in de statuten uitdrukkelijk is bepaald, te hunnen laste verplichtingen aangaan. Zij kan nakoming van bedongen rechten jegens en schadevergoeding aan een lid vorderen, tenzij dit zich daartegen verzet.

Artikel

47

In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer bestuurders of commissarissen kan de algemene vergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.

Artikel

48

Artikel

49

Artikel

50

De vereniging, bedoeld in artikel 360 lid 3, zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het jaarverslag en de krachtens artikel 392 lid 1 toe te voegen gegevens vanaf de oproep voor de algemene vergadering, bestemd tot behandeling van de jaarrekening, te haren kantore aanwezig zijn. De leden kunnen de stukken aldaar inzien en er kosteloos een afschrift van verkrijgen.

Artikel

50a

De artikelen 131, 138, 139, 149 en 150 zijn van overeenkomstige toepassing in geval van faillissement van een vereniging waarvan de statuten zijn opgenomen in een notariële akte en die aan de heffing van vennootschapsbelasting is onderworpen.

Artikel

51

In geval van faillissement of surséance van betaling van een vereniging die is ingeschreven in het handelsregister, worden de aankondigingen welke krachtens de Faillissementswet in de Nederlandse Staatscourant worden opgenomen, door hem die met die openbaarmaking is belast, mede ter inschrijving in dat register opgegeven.

Artikel

52

Voorzover van de bepalingen van deze titel in de statuten kan worden afgeweken, kan deze afwijking alleen geschieden bij op schrift gestelde statuten.

Titel

3

Coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen

Afdeling

1

Algemene bepalingen

Artikel

53

Artikel

53a

De bepalingen van de vorige titel zijn, met uitzondering van de artikelen 26 lid 3 en 44 lid 2, op de coöperatie en de onderlinge waarborgmaatschappij van toepassing, voor zover daarvan in deze titel niet wordt afgeweken.

Artikel

54

Artikel

54a

Vervallen

Artikel

55

Artikel

56

Artikel

57

Artikel

57a

Artikel

58

Artikel

59

Artikel

60

Voor de coöperatie geldt voorts dat, met behoud der vrijheid van uittreding uit de coöperatie, daaraan bij de statuten voorwaarden, in overeenstemming met haar doel en strekking, kunnen worden verbonden. Een voorwaarde welke verder gaat dan geoorloofd is, wordt in zoverre voor niet geschreven gehouden.

Artikel

61

Voor een coöperatie, die in haar statuten niet iedere verplichting van haar leden of oud-leden om in een tekort bij te dragen heeft uitgesloten, gelden bovendien de volgende bepalingen:

  • a.

    Het lidmaatschap wordt schriftelijk aangevraagd. Aan de aanvrager wordt eveneens schriftelijk bericht, dat hij als lid is toegelaten of geweigerd. Wanneer hij is toegelaten, wordt hem tevens medegedeeld onder welk nummer hij als lid in de administratie der coöperatie is ingeschreven. Niettemin behoeft, ten bewijze van de verkrijging van het lidmaatschap, van een schriftelijke aanvrage en een schriftelijk bericht als hiervoor bedoeld, niet te blijken.

  • b.

    De geschriften, waarbij het lidmaatschap wordt aangevraagd, worden gedurende ten minste tien jaren door het bestuur bewaard. Echter behoeven de hierbedoelde geschriften niet te worden bewaard voor zover het betreft diegenen, van wie het lidmaatschap kan blijken uit een door hen ondertekende, gedagtekende verklaring in de administratie van de coöperatie.

  • c.

    De opzegging van het lidmaatschap kan slechts geschieden, hetzij bij een afzonderlijk geschrift, hetzij door een door het lid ondertekende, gedagtekende verklaring in de administratie van de coöperatie. Het lid dat de opzegging doet, ontvangt daarvan een schriftelijke erkenning van het bestuur. Wordt de schriftelijke erkenning niet binnen veertien dagen gegeven, dan is het lid bevoegd de opzegging op kosten van de coöperatie bij deurwaardersexploot te herhalen.

  • d.

    Een door het bestuur gewaarmerkt afschrift van de ledenlijst wordt ten kantore van het handelsregister neergelegd bij de inschrijving van de coöperatie. Binnen een maand na het einde van ieder boekjaar wordt door het bestuur een schriftelijke opgave van de wijzigingen die de ledenlijst in de loop van het boekjaar heeft ondergaan, aan de ten kantore van het handelsregister neergelegde lijst toegevoegd of wordt, indien de Kamer van Koophandel en Fabrieken dit nodig oordeelt, een nieuwe lijst neergelegd.

Artikel

62

Voor een onderlinge waarborgmaatschappij gelden voorts de volgende bepalingen:

  • a.

    Zij die als verzekeringnemer bij een onderlinge waarborgmaatschappij een overeenkomst van verzekering lopende hebben, zijn van rechtswege lid van de waarborgmaatschappij. Bij de onderlinge waarborgmaatschappij die krachtens haar statuten ook verzekeringnemers die geen lid zijn mag verzekeren, kan van deze bepaling worden afgeweken.

  • b.

    Tenzij de statuten anders bepalen, duurt het lidmaatschap dat uit een verzekeringsovereenkomst ontstaat, voort totdat alle door het lid met de waarborgmaatschappij gesloten verzekeringsovereenkomsten zijn geëindigd. Bij overdracht of overgang van de rechten en verplichtingen uit zodanige overeenkomst gaat het lidmaatschap, voor zover uit die overeenkomst voortvloeiende, op de nieuwe verkrijger of de nieuwe verkrijgers over, een en ander behoudens afwijkende bepalingen in de statuten.

  • c.

    Indien het waarborgkapitaal van een onderlinge waarborgmaatschappij in aandelen is verdeeld, zijn de artikelen 79-89, 90-92, 95, 96 lid 1, 98 leden 1 en 6, en 98c leden 1 en 2 van dit boek van overeenkomstige toepassing.

Artikel

63

Afdeling

2

De raad van commissarissen bij de grote coöperatie en bij de grote onderlinge waarborgmaatschappij

Artikel

63a

In deze afdeling wordt onder een afhankelijke maatschappij verstaan:

  • a.

    een rechtspersoon waaraan de coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij of een of meer afhankelijke maatschappijen alleen of samen voor eigen rekening ten minste de helft van het geplaatste kapitaal verschaffen.

  • b.

    een vennootschap waarvan een onderneming in het handelsregister is ingeschreven en waarvoor de coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij als vennote jegens derden volledig aansprakelijk is voor alle schulden.

Artikel

63b

Artikel

63c

Artikel

63d

Artikel

63e

Een coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij waarvoor artikel 63c niet geldt, kan bij haar statuten de wijze van benoeming en ontslag van commissarissen en de taak en bevoegdheden van de raad van commissarissen regelen overeenkomstig de artikelen 63f tot en met 63j, indien zij of een afhankelijke maatschappij een ondernemingsraad heeft ingesteld waarop de bepalingen van de Wet op de ondernemingsraden van toepassing zijn. Deze regeling in de statuten verliest haar gelding zodra de ondernemingsraad ophoudt te bestaan of op die raad niet langer de bepalingen van de Wet op de ondernemingsraden van toepassing zijn.

Artikel

63f

Artikel

63g

Artikel

63h

Artikel

63i

Artikel

63j

Titel

4

Naamloze vennootschappen

Afdeling

1

Algemene bepalingen

Artikel

64

Artikel

65

De akte van oprichting van een naamloze vennootschap wordt verleden in de Nederlandse taal. Een volmacht tot medewerking aan die akte moet schriftelijk zijn verleend.

Artikel

66

Artikel

67

Artikel

67a

Artikel

67b

Indien de vennootschap in afwijking van artikel 67a het bedrag van de aandelen wijzigt, behoeft deze wijziging de goedkeuring van elke groep van aandeelhouders aan wier rechten de wijziging afbreuk doet. Bestaat krachtens de wijziging recht op geld of schuldvorderingen, dan mag het totale bedrag daarvan een tiende van het gewijzigde nominale bedrag van de aandelen niet te boven gaan.

Artikel

67c

Artikel

68

Artikel

69

Artikel

70

Vervallen

Artikel

71

Artikel

72

Artikel

73

Vervallen

Artikel

74

Artikel

75

Artikel

76

Vervallen

Artikel

76a

Artikel

77

Wanneer in deze titel het kantoor van het handelsregister wordt vermeld, wordt onder het handelsregister verstaan het register dat wordt gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken die overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de Handelsregisterwet 1996 bevoegd is.

Artikel

78

Wanneer in de statuten wordt gesproken van de houders van zoveel aandelen als tezamen een zeker gedeelte van het maatschappelijk kapitaal der vennootschap uitmaken, wordt, tenzij het tegendeel uit de statuten blijkt, onder kapitaal verstaan het geplaatste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal.

Artikel

78a

Voor de toepassing van de artikelen 87, 96, 96a, 101 lid 6 en 129 wordt onder orgaan van de vennootschap verstaan de algemene vergadering van aandeelhouders, de vergadering van houders van aandelen van een bijzonder soort, het bestuur, de raad van commissarissen en de gemeenschappelijke vergadering van het bestuur en de raad van commissarissen.

Afdeling

2

De aandelen

Artikel

79

Artikel

80

Artikel

80a

Artikel

80b

Artikel

81

Aan een aandeelhouder kan niet, zelfs niet door wijziging van de statuten, tegen zijn wil enige verplichting boven de storting tot het nominale bedrag van het aandeel worden opgelegd.

Artikel

82

Artikel

83

Tegenover de latere verkrijger te goeder trouw staat aan de naamloze vennootschap niet het bewijs open, dat een aandeel aan toonder niet is volgestort, of dat op een aandeel op naam niet is gestort hetgeen een vanwege de vennootschap op het aandeelbewijs gestelde verklaring als storting op het nominale bedrag vermeldt.

Artikel

84

De vereffenaar van een naamloze vennootschap en, in geval van faillissement, de curator zijn bevoegd tot uitschrijving en inning van alle nog niet gedane stortingen op de aandelen, onverschillig hetgeen bij de statuten daaromtrent is bepaald.

Artikel

85

Artikel

86

Artikel

86a

Artikel

86b

Artikel

86c

Artikel

86d

Artikel

87

Artikel

87a

Artikel

87b

Artikel

88

Artikel

89

Artikel

89a

Artikel

90

Artikel

91

Vervallen

Artikel

91a

Artikel

92

Artikel

92a

Afdeling

3

Het vermogen van de naamloze vennootschap

Artikel

93

Artikel

93a

Artikel

94

Artikel

94a

Artikel

94b

Artikel

94c

Artikel

94d

Vervallen

Artikel

95

Artikel

96

Artikel

96a

Artikel

96b

De artikelen 96 en 96a gelden niet voor een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal.

Artikel

97

Indien, in het geval van uitgifte van aandelen na de oprichting, bekend is gemaakt welk bedrag zal worden uitgegeven en slechts een lager bedrag kan worden geplaatst, wordt dit laatste bedrag slechts geplaatst indien de voorwaarden van uitgifte dat uitdrukkelijk bepalen.

Artikel

98

Artikel

98a

Artikel

98b

Indien een ander in eigen naam voor rekening van de naamloze vennootschap aandelen in haar kapitaal of certificaten daarvan verkrijgt, moet hij deze onverwijld tegen betaling aan de vennootschap overdragen. Indien deze aandelen op naam luiden, is het tweede lid van het vorige artikel van overeenkomstige toepassing.

Artikel

98c

Artikel

98d

Artikel

99

Artikel

100

Artikel

101

Artikel

102

Artikel

103

Artikel

104

Ten laste van de door de wet voorgeschreven reserves mag een tekort slechts worden gedelgd voor zover de wet dat toestaat.

Artikel

105

Artikel

106

Vervallen

Afdeling

4

De algemene vergadering van aandeelhouders

Artikel

107

Artikel

108

Artikel

108a

Binnen drie maanden nadat het voor het bestuur aannemelijk is dat het eigen vermogen van de naamloze vennootschap is gedaald tot een bedrag gelijk aan of lager dan de helft van het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal, wordt een algemene vergadering van aandeelhouders gehouden ter bespreking van zo nodig te nemen maatregelen.

Artikel

109

Het bestuur en de raad van commissarissen zijn bevoegd tot het bijeenroepen van een algemene vergadering; bij de statuten kan deze bevoegdheid ook aan anderen worden verleend.

Artikel

110

Artikel

111

Artikel

112

Indien zij, die krachtens artikel 109 van dit Boek of de statuten tot de bijeenroeping bevoegd zijn, in gebreke zijn gebleven een bij artikel 108 of artikel 108a van dit Boek of de statuten voorgeschreven algemene vergadering te doen houden, kan iedere aandeelhouder door de voorzieningenrechter van de rechtbank worden gemachtigd zelf daartoe over te gaan. Artikel 110 lid 2 en artikel 111 van dit Boek zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel

113

Artikel

114

Artikel

115

Behoudens het bepaalde bij de tweede zin van het eerste lid van artikel 111 van dit Boek, geschiedt de oproeping niet later dan op de vijftiende dag vóór die der vergadering. Was die termijn korter of heeft de oproeping niet plaats gehad, dan kunnen geen wettige besluiten worden genomen, tenzij met algemene stemmen in een vergadering, waarin het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is.

Artikel

116

De algemene vergaderingen worden gehouden in Nederland ter plaatse bij de statuten vermeld, of anders in de gemeente waar de naamloze vennootschap haar woonplaats heeft. In een algemene vergadering, gehouden elders dan behoort, kunnen wettige besluiten slechts worden genomen, indien het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is.

Artikel

117

Artikel

118

Artikel

119

Artikel

120

Artikel

121

Artikel

121a

Artikel

122

Wijziging van een bepaling der statuten, waarbij aan een ander dan aan aandeelhouders der vennootschap als zodanig enig recht is toegekend, kan indien de gerechtigde in de wijziging niet toestemt, aan diens recht geen nadeel toebrengen; tenzij ten tijde van de toekenning van het recht de bevoegdheid tot wijziging bij die bepaling uitdrukkelijk was voorbehouden.

Artikel

123

Artikel

124

Artikel

125

Artikel

126

De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neder te leggen ten kantore van het handelsregister.

Artikel

127

Gedurende het faillissement der naamloze vennootschap kan in haar statuten geen wijziging worden aangebracht dan met toestemming van de curator.

Artikel

128

De statuten kunnen bepalen dat besluitvorming van aandeelhouders op andere wijze dan in een vergadering kan geschieden, tenzij aandelen aan toonder of, met medewerking van de vennootschap, certificaten van aandelen zijn uitgegeven. Indien de statuten een zodanige regeling bevatten, is zulk een besluitvorming slechts mogelijk met algemene stemmen van de stemgerechtigde aandeelhouders. De stemmen kunnen alleen schriftelijk worden uitgebracht.

Afdeling

5

Het bestuur van de naamloze vennootschap en het toezicht op het bestuur

Artikel

129

Artikel

130

Artikel

131

De rechtbank, binnen welker rechtsgebied de vennootschap haar woonplaats heeft, neemt kennis van alle rechtsvorderingen betreffende de overeenkomst tussen de naamloze vennootschap en de bestuurder, daaronder begrepen de vordering bedoeld bij artikel 138 van dit Boek, waarvan het bedrag onbepaald is of € 5000 te boven gaat. Dezelfde rechtbank neemt kennis van verzoeken als bedoeld in artikel 685 van Boek 7 betreffende de in de eerste zin genoemde overeenkomst.

Artikel

132

Artikel

133

Artikel

134

Artikel

135

Voor zover bij de statuten niet anders is bepaald, wordt de bezoldiging van bestuurders door de algemene vergadering vastgesteld.

Artikel

136

Tenzij bij de statuten anders is bepaald, is het bestuur zonder opdracht der algemene vergadering niet bevoegd aangifte te doen tot faillietverklaring van de naamloze vennootschap.

Artikel

137

Artikel

138

Artikel

139

Indien door de jaarrekening, door tussentijdse cijfers die de vennootschap bekend heeft gemaakt of door het jaarverslag een misleidende voorstelling wordt gegeven van de toestand der vennootschap, zijn de bestuurders tegenover derden hoofdelijk aansprakelijk voor de schade, door dezen dientengevolge geleden. De bestuurder die bewijst dat dit aan hem niet te wijten is, is niet aansprakelijk.

Artikel

140

Artikel

141

Het bestuur verschaft de raad van commissarissen tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens.

Artikel

142

Artikel

143

Bij de statuten kan worden bepaald dat een of meer commissarissen, doch ten hoogste een derde van het gehele aantal, zullen worden benoemd door anderen dan de algemene vergadering. Is de benoeming van commissarissen geregeld overeenkomstig de artikelen 158 en 159 van dit Boek, dan vindt de vorige zin geen toepassing.

Artikel

145

Tenzij de statuten anders bepalen, kan de algemene vergadering van aandeelhouders aan de commissarissen als zodanig een bezoldiging toekennen.

Artikel

146

Tenzij bij de statuten anders is bepaald, wordt de naamloze vennootschap in alle gevallen waarin zij een tegenstrijdig belang heeft met een of meer bestuurders, vertegenwoordigd door commissarissen. De algemene vergadering is steeds bevoegd een of meer andere personen daartoe aan te wijzen.

Artikel

147

Artikel

148

Vervallen

Artikel

149

Het bepaalde bij de artikelen 9, 131 en 138 vindt overeenkomstige toepassing ten aanzien van de taakvervulling door de raad van commissarissen.

Artikel

150

Indien door de jaarrekening een misleidende voorstelling wordt gegeven van de toestand der vennootschap, zijn de commissarissen naast de bestuurders tegenover derden hoofdelijk aansprakelijk voor de schade, door dezen dientengevolge geleden. De commissaris die bewijst dat zulks niet aan een tekortkoming zijnerzijds in het toezicht is te wijten, is niet aansprakelijk.

Artikel

151

Afdeling

6

De raad van commissarissen bij de grote naamloze vennootschap

Artikel

152

In deze afdeling wordt onder een afhankelijke maatschappij verstaan:

  • a.

    een rechtspersoon waaraan de naamloze vennootschap of een of meer afhankelijke maatschappijen alleen of samen voor eigen rekening ten minste de helft van het geplaatste kapitaal verschaffen,

  • b.

    een vennootschap waarvan een onderneming in het handelsregister is ingeschreven en waarvoor de naamloze vennootschap of een afhankelijke maatschappij als vennote jegens derden volledig aansprakelijk is voor alle schulden.

Artikel

153

Artikel

154

Artikel

155

Artikel

156

Onze Minister van Justitie kan, gehoord de Sociaal-Economische Raad, aan een vennootschap op haar verzoek ontheffing verlenen van een of meer der artikelen 158-164 van dit Boek; de ontheffing kan onder beperkingen worden verleend en daaraan kunnen voorschriften worden verbonden; zij kan voorts worden gewijzigd en ingetrokken.

Artikel

157

Artikel

158

Artikel

159

Artikel

160

Commissaris kunnen niet zijn:

  • a.

    personen die in dienst zijn van de vennootschap;

  • b.

    personen die in dienst zijn van een afhankelijke maatschappij;

  • c.

    bestuurders en personen in dienst van een werknemersorganisatie welke pleegt betrokken te zijn bij de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de onder a en b bedoelde personen.

Artikel

161

Artikel

162

De raad van commissarissen benoemt de bestuurders der vennootschap; deze bevoegdheid kan niet door enige bindende voordracht worden beperkt. Hij geeft de algemene vergadering van aandeelhouders kennis van een voorgenomen benoeming van een bestuurder der vennootschap; hij ontslaat een bestuurder niet dan nadat de algemene vergadering over het voorgenomen ontslag is gehoord. Het elfde lid van artikel 158 van dit Boek is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

163

De raad van commissarissen stelt de jaarrekening vast. Hij legt deze gelijktijdig ter goedkeuring aan de algemene vergadering van aandeelhouders en ter bespreking aan de in artikel 158 lid 13 bedoelde ondernemingsraad over.

Artikel

164

Artikel

165

Vervallen

Afdeling

7

De ontbinding van de naamloze vennootschap

Artikel 166

Vervallen

Artikel

167

Vervallen

Artikel

168

Vervallen

Artikel

169

Vervallen

Artikel

170

Vervallen

Artikel

171

Vervallen

Artikel

172

Vervallen

Artikel

173

Vervallen

Artikel

174

Vervallen

Afdeling

8

Het beroep

Artikel

174a

De aanvrager kan beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven tegen:

  • a.

    de weigering van een verzoek als bedoeld in artikel 64, lid 3, tweede zin;

  • b.

    de weigering van een verklaring als bedoeld in artikel 68, lid 2;

  • c.

    de weigering van een verklaring als bedoeld in artikel 125, lid 2 en

  • d.

    een beschikking tot weigering, wijziging of intrekking van de ontheffing, alsmede een beschikking tot verlening van de ontheffing voor zover daaraan voorschriften zijn verbonden dan wel daarbij beperkingen zijn opgelegd als bedoeld in artikel 156.

Titel

5

Besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid

Afdeling

1

Algemene bepalingen

Artikel

175

Artikel

176

De akte van oprichting van de vennootschap wordt verleden in de Nederlandse taal. Een volmacht tot medewerking aan die akte moet schriftelijk zijn verleend.

Artikel

177

Artikel

178

Artikel

178a

Artikel

178b

Indien de vennootschap in afwijking van artikel 178a het bedrag van de aandelen wijzigt, behoeft deze wijziging de goedkeuring van elke groep van aandeelhouders aan wier rechten de wijziging afbreuk doet. Bestaat krachtens de wijziging recht op geld of schuldvorderingen, dan mag het gezamenlijk bedrag daarvan een tiende van het gewijzigde nominale bedrag van de aandelen niet te boven gaan.

Artikel

178c

Artikel

179

Artikel

180

Artikel

181

Artikel 182

Vervallen

Artikel

183

Artikel

184

Vervallen

Artikel

185

Artikel

186

Artikel

187

Vervallen

Artikel

188

Wanneer in deze titel het kantoor van het handelsregister wordt vermeld, wordt onder het handelsregister verstaan het register dat wordt gehouden door de Kamer van Koophandel en Fabrieken die overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de Handelsregisterwet 1996 bevoegd is.

Artikel

189

Wanneer in de statuten wordt gesproken van de houders van zoveel aandelen als tezamen een zeker gedeelte van het maatschappelijk kapitaal der vennootschap uitmaken, wordt, tenzij het tegendeel uit de statuten blijkt, onder kapitaal verstaan het geplaatste gedeelte van het maatschappelijk kapitaal.

Artikel

189a

Voor de toepassing van de artikelen 195, 206, 210 lid 6 en 239 wordt onder orgaan van de vennootschap verstaan de algemene vergadering van aandeelhouders, de vergadering van houders van aandelen van een bijzonder soort, het bestuur, de raad van commissarissen en de gemeenschappelijke vergadering van het bestuur en de raad van commissarissen.

Afdeling

2

De aandelen

Artikel

190

Aandelen zijn de gedeelten, waarin het maatschappelijk kapitaal bij de statuten is verdeeld.

Artikel

191

Artikel

191a

Artikel

191b

Artikel

192

Aan een aandeelhouder kan niet, zelfs niet door wijziging van de statuten, tegen zijn wil enige verplichting boven de storting tot het nominale bedrag van het aandeel worden opgelegd.

Artikel

193

De vereffenaar van een vennootschap en, in geval van faillissement, de curator, zijn bevoegd tot uitschrijving en inning van alle nog niet gedane stortingen op de aandelen, onverschillig hetgeen bij de statuten daaromtrent is bepaald.

Artikel

194

Artikel

195

Artikel

195a

Artikel

195b

Artikel

196

Artikel

196a

Artikel

196b

Artikel

197

Artikel

198

Artikel

199

Artikel

200

Vervallen

Artikel

201

Artikel

201a

Artikel

202

Certificaten aan toonder van aandelen mogen niet worden uitgegeven. Indien in strijd hiermede is gehandeld, kunnen, zolang certificaten aan toonder uitstaan, de aan het aandeel verbonden rechten niet worden uitgeoefend.

Afdeling

3

Het vermogen van de vennootschap

Artikel

203

Artikel

203a

Artikel

204

Artikel

204a

Artikel

204b

Artikel

204c

Artikel

205

De vennootschap kan geen eigen aandelen nemen.

Artikel

206

Artikel

206a

Artikel

207

Artikel

207a

Artikel

207b

Indien een ander in eigen naam aandelen in het kapitaal van de vennootschap of certificaten daarvan neemt of verkrijgt voor rekening van de vennootschap zelf, wordt hij geacht deze voor eigen rekening te nemen dan wel te verkrijgen.

Artikel

207c

Artikel

207d

Artikel

208

Artikel

209

Artikel

210

Artikel

211

Vervallen

Artikel

212

De vennootschap zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het jaarverslag en de krachtens artikel 392 lid 1 toe te voegen gegevens vanaf de oproep voor de algemene vergadering, bestemd tot hun behandeling, te haren kantore aanwezig zijn. De houders van haar aandelen of van met haar medewerking uitgegeven certificaten op naam daarvan kunnen de stukken aldaar inzien en er kosteloos een afschrift van verkrijgen.

Artikel

213

Vervallen

Artikel

214

Vervallen

Artikel

215

Ten laste van de door de wet voorgeschreven reserves mag een tekort slechts worden gedelgd voor zover de wet dat toestaat.

Artikel

216

Afdeling

4

De algemene vergadering van aandeelhouders

Artikel

217

Artikel

218

Artikel

219

Het bestuur en de raad van commissarissen zijn bevoegd tot het bijeenroepen van een algemene vergadering; bij de statuten kan deze bevoegdheid ook aan anderen worden verleend.

Artikel

220

Artikel

221

Artikel

222

Indien zij, die krachtens artikel 219 tot de bijeenroeping bevoegd zijn, in gebreke zijn gebleven een bij artikel 218 of de statuten voorgeschreven algemene vergadering te doen houden, kan iedere aandeelhouder door de voorzieningenrechter van de rechtbank worden gemachtigd zelf daartoe over te gaan. Artikel 220 lid 2 en artikel 221 zijn van overeenkomstige toepassing.

Artikel

223

Artikel

224

Artikel

225

Behoudens het bepaalde bij de tweede zin van het eerste lid van artikel 221 geschiedt de oproeping niet later dan op de vijftiende dag vóór die der vergadering. Was die termijn korter of heeft de oproeping niet plaats gehad, dan kunnen geen wettige besluiten worden genomen, tenzij met algemene stemmen in een vergadering, waarin het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is.

Artikel

226

De algemene vergaderingen worden gehouden in Nederland ter plaatse bij de statuten vermeld, of anders in de gemeente waar de vennootschap haar woonplaats heeft. In een algemene vergadering, gehouden elders dan behoort, kunnen wettige besluiten slechts worden genomen, indien het gehele geplaatste kapitaal vertegenwoordigd is.

Artikel

227

Artikel

228

Artikel

229

Vervallen

Artikel

230

Artikel

231

Artikel

231a

Artikel

232

Wijziging van een bepaling der statuten, waarbij aan een ander dan aan aandeelhouders der vennootschap als zodanig enig recht is toegekend, kan indien de gerechtigde in de wijziging niet toestemt, aan diens recht geen nadeel toebrengen; tenzij ten tijde van de toekenning van het recht de bevoegdheid tot wijziging bij die bepaling uitdrukkelijk was voorbehouden.

Artikel

233

Artikel

234

Artikel

235

Artikel

236

De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neder te leggen ten kantore van het handelsregister.

Artikel

237

Gedurende het faillissement der vennootschap kan in haar statuten geen wijziging worden aangebracht dan met toestemming van de curator.

Artikel

238

De statuten kunnen bepalen dat besluitvorming van aandeelhouders op andere wijze dan in een vergadering kan geschieden, tenzij met medewerking van de vennootschap certificaten op naam van aandelen zijn uitgegeven. Indien de statuten een zodanige regeling bevatten, is zulk een besluitvorming slechts mogelijk met algemene stemmen van de stemgerechtigde aandeelhouders. De stemmen kunnen alleen schriftelijk worden uitgebracht.

Afdeling

5

Het bestuur van de vennootschap en het toezicht op het bestuur

Artikel

239

Artikel

240

Artikel

241

De rechtbank, binnen welker rechtsgebied de vennootschap haar woonplaats heeft, neemt kennis van alle rechtsvorderingen betreffende de overeenkomst tussen de vennootschap en de bestuurder, daaronder begrepen de vordering bedoeld bij artikel 248 van dit Boek, waarvan het bedrag onbepaald is of € 5000 te boven gaat. Dezelfde rechtbank neemt kennis van verzoeken als bedoeld in artikel 685 van Boek 7 betreffende de in de eerste zin genoemde overeenkomst.

Artikel

242

Artikel

243

Artikel

244

Artikel

245

Voor zover bij de statuten niet anders is bepaald, wordt de bezoldiging van bestuurders door de algemene vergadering vastgesteld.

Artikel

246

Tenzij bij de statuten anders is bepaald, is het bestuur zonder opdracht der algemene vergadering niet bevoegd aangifte te doen tot faillietverklaring van de vennootschap.

Artikel

247

Artikel

248

Artikel

249

Indien door de jaarrekening, door tussentijdse cijfers of door het jaarverslag voor zover deze bekend zijn gemaakt, een misleidende voorstelling wordt gegeven van de toestand der vennootschap, zijn de bestuurders tegenover derden hoofdelijk aansprakelijk voor de schade, door dezen dientengevolge geleden. De bestuurder die bewijst dat dit aan hem niet te wijten is, is niet aansprakelijk.

Artikel

250

Artikel

251

Het bestuur verschaft de raad van commissarissen tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens.

Artikel

252

Artikel

253

Bij de statuten kan worden bepaald dat een of meer commissarissen, doch ten hoogste een derde van het gehele aantal, zullen worden benoemd door anderen dan de algemene vergadering. Is de benoeming van commissarissen geregeld overeenkomstig de artikelen 268 en 269 van dit Boek, dan vindt de vorige zin geen toepassing.

Artikel

255

Tenzij de statuten anders bepalen, kan de algemene vergadering van aandeelhouders aan de commissarissen als zodanig een bezoldiging toekennen.

Artikel

256

Tenzij bij de statuten anders is bepaald, wordt de vennootschap in alle gevallen waarin zij een tegenstrijdig belang heeft met een of meer bestuurders, vertegenwoordigd door commissarissen. De algemene vergadering is steeds bevoegd een of meer andere personen daartoe aan te wijzen.

Artikel

257

Artikel

258

Vervallen

Artikel

259

Het bepaalde bij de artikelen 9, 241 en 248 vindt overeenkomstige toepassing ten aanzien van de taakvervulling door de raad van commissarissen.

Artikel

260

Indien door de openbaar gemaakte jaarrekening een misleidende voorstelling wordt gegeven van de toestand der vennootschap, zijn de commissarissen naast de bestuurders tegenover derden hoofdelijk aansprakelijk voor de schade, door dezen dientengevolge geleden. De commissaris die bewijst dat zulks niet aan een tekortkoming zijnerzijds in het toezicht is te wijten, is niet aansprakelijk.

Artikel

261

Afdeling

6

De raad van commissarissen bij de grote besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Artikel

262

In deze afdeling wordt onder een afhankelijke maatschappij verstaan:

  • a.

    een rechtspersoon waaraan de vennootschap of een of meer afhankelijke maatschappijen alleen of samen voor eigen rekening ten minste de helft van het geplaatste kapitaal verschaffen,

  • b.

    een vennootschap waarvan een onderneming in het handelsregister is ingeschreven en waarvoor de vennootschap of een afhankelijke maatschappij als vennote jegens derden volledig aansprakelijk is voor alle schulden.

Artikel

263

Artikel

264

Artikel

265

Artikel

266

Onze Minister van Justitie kan, gehoord de Sociaal-Economische Raad, aan een vennootschap op haar verzoek ontheffing verlenen van een of meer der artikelen 268-274 van dit Boek; de ontheffing kan onder beperkingen worden verleend en daaraan kunnen voorschriften worden verbonden; zij kan voorts worden gewijzigd en ingetrokken.

Artikel

267

Artikel

268

Artikel

269

Artikel

270

Commissaris kunnen niet zijn:

  • a.

    personen die in dienst zijn van de vennootschap;

  • b.

    personen die in dienst zijn van een afhankelijke maatschappij;

  • c.

    bestuurders en personen in dienst van een werknemersorganisatie welke pleegt betrokken te zijn bij de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de onder a en b bedoelde personen.

Artikel

271

Artikel

272

De raad van commissarissen benoemt de bestuurders der vennootschap; deze bevoegdheid kan niet door enige bindende voordracht worden beperkt. Hij geeft de algemene vergadering van aandeelhouders kennis van een voorgenomen benoeming van een bestuurder der vennootschap; hij ontslaat een bestuurder niet dan nadat de algemene vergadering over het voorgenomen ontslag is gehoord. Het elfde lid van artikel 268 van dit Boek is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

273

De raad van commissarissen stelt de jaarrekening vast. Hij legt deze gelijktijdig ter goedkeuring aan de algemene vergadering van aandeelhouders en ter bespreking aan de in artikel 268 lid 13 bedoelde ondernemingsraad over.

Artikel

274

Artikel

275

Vervallen

Afdeling

7

De ontbinding van de vennootschap

Artikel 276

Vervallen

Artikel

277

Vervallen

Artikel

278

Vervallen

Artikel

279

Vervallen

Artikel

280

Vervallen

Artikel

281

Vervallen

Artikel

282

Vervallen

Artikel

283

Vervallen

Artikel

284

Vervallen

Afdeling

8

Het beroep

Artikel

284a

De aanvrager kan beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven tegen:

  • a.

    een weigering van het verzoek als bedoeld in artikel 175, lid 3, tweede zin;

  • b.

    een weigering van de verklaring als bedoeld in artikel 179, lid 2;

  • c.

    een weigering van de verklaring als bedoeld in artikel 235, lid 2 en

  • d.

    een beschikking tot weigering, wijziging of intrekking van de ontheffing, alsmede een beschikking tot verlening van de ontheffing voor zover daaraan voorschriften zijn verbonden dan wel daarbij beperkingen zijn opgelegd in artikel 266.

Titel

6

Stichtingen

Artikel

285

Artikel

286

Artikel

287

Bij gebreke van een aanwijzing van een zetel in de statuten, heeft de stichting haar zetel in de gemeente, waar de notaris voor wie de akte is verleden, ten tijde van het passeren der akte zijn standplaats had.

Artikel

288

Artikel

289

Artikel

290

Vervallen

Artikel

291

Artikel

292

Artikel

293

De statuten van de stichting kunnen door haar organen slechts worden gewijzigd, indien de statuten daartoe de mogelijkheid openen. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het in artikel 289 van dit Boek bedoelde register.

Artikel

294

Artikel

295

Een besluit tot wijziging van de statuten kan te allen tijde op verzoek van de stichting, van een belanghebbende of van het openbaar ministerie door de rechtbank worden vernietigd, indien de wijziging tot gevolg heeft dat de stichting kan worden ontbonden op een grond als bedoeld in de artikelen 21 of 301 lid 1, en die wijziging niet tot omzetting leidt. Overigens zijn artikel 15 leden 3 en 4 en artikel 16 van toepassing.

Artikel

296

In een geding, waarin ontbinding van een stichting op een grond als vermeld in artikel 21 of 301 lid 1 onder a wordt verzocht, kan de rechtbank de bevoegdheden in de beide voorgaande artikelen genoemd, ambtshalve uitoefenen.

Artikel

297

Artikel

298

Artikel

299

Telkens wanneer het door de statuten voorgeschreven bestuur geheel of gedeeltelijk ontbreekt en daarin niet overeenkomstig de statuten wordt voorzien, kan de rechtbank, op verzoek van iedere belanghebbende of het openbaar ministerie in de vervulling van de ledige plaats voorzien. De rechtbank neemt daarbij zoveel mogelijk de statuten in acht.

Artikel

299a

Een stichting die een of meer ondernemingen in stand houdt welke ingevolge de wet in het handelsregister moeten worden ingeschreven, vermeldt bij de staat van baten en lasten de netto-omzet van deze ondernemingen.

Artikel

300

Artikel

300a

De artikelen 131, 138, 139, 149 en 150 zijn van overeenkomstige toepassing in geval van faillissement van een stichting die aan de heffing van vennootschapsbelasting is onderworpen.

Artikel

301

Artikel

302

In kracht van gewijsde gegane rechterlijke uitspraken, inhoudende:

doorhaling, aanvulling of wijziging van het in het register ingeschrevene,

wijziging van de statuten van de stichting,

wijziging van of voorziening in het bestuur, of

vernietiging van een besluit tot wijziging van de statuten,

worden door de zorg van de griffier van het college waarvoor de zaak laatstelijk aanhangig was ingeschreven in het in artikel 289 van dit Boek genoemde register.

Artikel

303

In geval van faillissement of surséance van betaling van een stichting worden de aankondigingen welke krachtens de Faillissementswet in de Nederlandse Staatscourant worden opgenomen, door hem die met de openbaarmaking is belast, mede ter inschrijving in het register, bedoeld in artikel 289 van dit Boek, opgegeven.

Artikel

304

Artikel

305

Vervallen

Artikel

306

Vervallen

Artikel

307

Vervallen

Titel

7

Fusie en splitsing

Afdeling

1

Algemene bepaling

Artikel

308

Afdeling

2

Algemene bepalingen omtrent fusies

Artikel

309

Fusie is de rechtshandeling van twee of meer rechtspersonen waarbij een van deze het vermogen van de andere onder algemene titel verkrijgt of waarbij een nieuwe rechtspersoon die bij deze rechtshandeling door hen samen wordt opgericht, hun vermogen onder algemene titel verkrijgt.

Artikel

310

Artikel

311

Artikel

312

Artikel

313

Artikel

313a

Vervallen

Artikel

314

Artikel

315

Artikel

316

Artikel

317

Artikel

317a

Vervallen

Artikel

318

Artikel

319

Artikel

320

Artikel

321

Artikel

322

Artikel

323

Artikel

323a

Vervallen

Artikel

323b

Vervallen

Afdeling

3

Bijzondere bepalingen voor fusies van naamloze en besloten vennootschappen

Artikel

324

Deze afdeling is van toepassing, indien een naamloze of besloten vennootschap fuseert.

Artikel

325

Artikel

326

Het voorstel tot fusie vermeldt naast de in artikel 312 genoemde gegevens:

  • a.

    de ruilverhouding van de aandelen en eventueel de omvang van de betalingen krachtens de ruilverhouding;

  • b.

    met ingang van welk tijdstip en in welke mate de aandeelhouders van de verdwijnende vennootschappen zullen delen in de winst van de verkrijgende vennootschap;

  • c.

    hoeveel aandelen eventueel zullen worden ingetrokken met toepassing van artikel 325 lid 3.

Artikel

327

In de toelichting op het voorstel tot fusie moet het bestuur mededelen:

  • a.

    volgens welke methode of methoden de ruilverhouding van de aandelen is vastgesteld;

  • b.

    of deze methode of methoden in het gegeven geval passen;

  • c.

    tot welke waardering elke gebruikte methode leidt;

  • d.

    indien meer dan een methode is gebruikt, of het bij de waardering aangenomen betrekkelijke gewicht van de methoden in het maatschappelijke verkeer als aanvaardbaar kan worden beschouwd; en

  • e.

    welke bijzondere moeilijkheden er eventueel zijn geweest bij de waardering en bij de bepaling van de ruilverhouding.

Artikel

328

Artikel

329

Artikel 314 lid 2 geldt ook ten behoeve van houders van met medewerking van de vennootschap uitgegeven certificaten van haar aandelen.

Artikel

330

Artikel

331

Artikel

332

De ministeriële verklaring dat van geen bezwaren is gebleken tegen de wijziging van de statuten van de verkrijgende vennootschap moet zijn verleend voordat de akte van fusie wordt verleden.

Artikel

333

Artikel

334

Afdeling

4

Algemene bepalingen omtrent splitsingen

Artikel

334a

Artikel

334b

Artikel

334c

Artikel

334d

Behalve voor zover de verkrijgende rechtspersonen naamloze of besloten vennootschappen zijn, moet de waarde van het deel van het vermogen van de splitsende rechtspersoon dat elke verkrijgende rechtspersoon verkrijgt ten tijde van de splitsing ten minste nul zijn. Behalve voor zover de splitsende vennootschap een naamloze of besloten vennootschap is, geldt hetzelfde voor de waarde van het deel van het vermogen dat een voortbestaande splitsende rechtspersoon behoudt, vermeerderd met de waarde van aandelen in het kapitaal van verkrijgende rechtspersonen die hij bij de splitsing verkrijgt.

Artikel

334e

Artikel

334f

Artikel

334g

Artikel

334h

Artikel

334i

Artikel

334j

Artikel

334k

Ten minste een van de partijen bij de splitsing moet, op straffe van gegrondverklaring van een verzet als bedoeld in artikel 334l, voor iedere schuldeiser van deze partijen die dit verlangt zekerheid stellen of hem een andere waarborg geven voor de voldoening van zijn vordering. Dit geldt niet, indien de schuldeiser voldoende waarborgen heeft of de vermogenstoestand van de rechtspersoon die na de splitsing zijn schuldenaar zal zijn niet minder waarborg zal bieden dat de vordering zal worden voldaan, dan er voordien is.

Artikel

334l

Artikel

334m

Artikel

334n

Artikel

334o

Artikel

334p

Artikel

334q

Artikel

334r

Artikel

334s

Artikel

334t

Artikel

334u

Afdeling

5

Bijzondere bepalingen voor splitsingen waarbij een naamloze of besloten vennootschap wordt gesplitst of wordt opgericht

Artikel

334v

Deze afdeling is van toepassing, indien bij een splitsing een naamloze of besloten vennootschap wordt gesplitst of wordt opgericht.

Artikel

334w

Ten tijde van de splitsing moet de waarde van het deel van het vermogen dat de voortbestaande splitsende vennootschap behoudt vermeerderd met de waarde van aandelen in het kapitaal van verkrijgende rechtspersonen die zij bij de splitsing verkrijgt, ten minste overeen komen met het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal vermeerderd met de reserves die de vennootschap onmiddellijk na de splitsing krachtens de wet of de statuten moet aanhouden.

Artikel

334x

Artikel

334y

Het voorstel tot splitsing vermeldt naast de in artikel 334f genoemde gegevens:

  • a.

    de ruilverhouding van de aandelen en eventueel de omvang van de betalingen krachtens de ruilverhouding;

  • b.

    met ingang van welk tijdstip en in welke mate de aandeelhouders van de splitsende vennootschap zullen delen in de winst van de verkrijgende vennootschappen;

  • c.

    hoeveel aandelen eventueel zullen worden ingetrokken met toepassing van artikel 334x lid 3.

Artikel

334z

In de toelichting op het voorstel tot splitsing moet het bestuur mededelen:

  • a.

    volgens welke methode of methoden de ruilverhouding van de aandelen is vastgesteld;

  • b.

    of deze methode of methoden in het gegeven geval passen;

  • c.

    tot welke waardering elke gebruikte methode leidt;

  • d.

    indien meer dan een methode is gebruikt, of het bij de waardering aangenomen betrekkelijke gewicht van de methoden in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar kan worden beschouwd; en

  • e.

    welke bijzondere moeilijkheden er eventueel zijn geweest bij de waardering en bij de bepaling van de ruilverhouding.

Artikel

334aa

Artikel

334bb

Artikel

334cc

In het geval van een zuivere splitsing kan de akte van splitsing bepalen dat onderscheiden aandeelhouders van de splitsende rechtspersoon aandeelhouder worden van onderscheiden verkrijgende rechtspersonen. In dat geval:

  • a.

    vermeldt het voorstel tot splitsing naast de in de artikelen 334f en 334y genoemde gegevens welke aandeelhouders van welke verkrijgende rechtspersonen aandeelhouder worden;

  • b.

    deelt het bestuur in de toelichting op het voorstel tot splitsing mee volgens welke criteria deze verdeling is vastgesteld;

  • c.

    moet de accountant bedoeld in artikel 334aa mede verklaren dat de voorgestelde verdeling, mede gelet op de bijgevoegde stukken, naar zijn oordeel redelijk is; en

  • d.

    wordt het besluit tot splitsing door de algemene vergadering van de splitsende vennootschap genomen met een meerderheid van drie vierden van de uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin 95% van het geplaatste kapitaal is vertegenwoordigd.

Artikel

334dd

Artikel 334h lid 2 geldt ook ten behoeve van houders van met medewerking van de vennootschap uitgegeven certificaten van haar aandelen.

Artikel

334ee

Artikel

334ff

Artikel

334gg

De ministeriële verklaring dat van geen bezwaren is gebleken tegen de wijziging van de statuten van de verkrijgende vennootschappen en de voortbestaande splitsende vennootschap moet zijn verleend voordat de akte van splitsing wordt verleden.

Artikel

334ii

Titel

8

Geschillenregeling en het recht van enquête

Afdeling

1

Geschillenregeling

Artikel

335

Artikel

336

Artikel

337

Indien de statuten of een overeenkomst een regeling bevatten voor de oplossing van geschillen tussen aandeelhouders, zijn de eisers niet ontvankelijk in hun vordering, tenzij gebleken is dat die regeling niet kan worden toegepast.

Artikel

338

Artikel

339

Artikel

340

Artikel

341

Artikel

342

Artikel

342a

Vervallen

Artikel

343

Afdeling

2

Het recht van enquête

Artikel

344

De bepalingen van deze afdeling zijn van toepassing op:

  • a.

    de coöperatie, de onderlinge waarborgmaatschappij, de naamloze vennootschap en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid;

  • b.

    de stichting en de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid die een onderneming in stand houden waarvoor ingevolge de wet een ondernemingsraad moet worden ingesteld.

Artikel

345

Artikel

346

Tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 zijn bevoegd

  • a.

    indien het betreft een vereniging, een coöperatie of een onderlinge waarborgmaatschappij: de leden van de rechtspersoon ten getale van ten minste 300, of zoveel leden als ten minste een tiende gedeelte van het ledental uitmaken, of zoveel leden als tezamen bevoegd zijn tot het uitbrengen van ten minste een tiende gedeelte der stemmen in de algemene vergadering;

  • b.

    indien het betreft een naamloze vennootschap of een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid: een of meer houders van aandelen of van certificaten van aandelen, die alleen of gezamenlijk ten minste een tiende gedeelte van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen of rechthebbenden zijn op een bedrag van aandelen of certificaten daarvan tot een nominale waarde van € 225 000 of zoveel minder als de statuten bepalen;

  • c.

    degenen, aan wie daartoe bij de statuten of bij overeenkomst met de rechtspersoon de bevoegdheid is toegekend.

Artikel

347

Tot het indienen van een verzoek als bedoeld in artikel 345 is voorts bevoegd een vereniging van werknemers die in de onderneming van de rechtspersoon werkzame personen onder haar leden telt en ten minste twee jaar volledige rechtsbevoegdheid bezit, mits zij krachtens haar statuten ten doel heeft de belangen van haar leden als werknemers te behartigen en als zodanig in de bedrijfstak of onderneming werkzaam is.

Artikel

348

Indien de rechtspersoon wegens het bedrijf dat hij uitoefent, is onderworpen aan het toezicht van de Pensioen- & Verzekeringskamer of van De Nederlandsche Bank N.V., doet de griffier een afschrift van het verzoekschrift ook aan de toezichthoudende instelling toekomen.

Artikel

349

Artikel

349a

Artikel

350

Artikel

351

Artikel

352

Artikel

352a

De met het onderzoek belaste personen kunnen de ondernemingskamer verzoeken een of meer personen als getuigen te horen. In het verzoek worden de namen en adressen van de te horen personen alsmede de feiten en omstandigheden waarover deze moeten worden gehoord vermeld. De onderzoekers zijn bevoegd bij het verhoor aanwezig te zijn en aan de getuigen vragen te stellen.

Artikel

353

Artikel

354

De ondernemingskamer kan na kennisneming van het verslag op verzoek van de rechtspersoon beslissen, dat deze de kosten van het onderzoek geheel of gedeeltelijk kan verhalen op de verzoekers, indien uit het verslag blijkt dat het verzoek niet op redelijke grond is gedaan, dan wel op een bestuurder, een commissaris of een ander die in dienst van de rechtspersoon is, indien uit het verslag blijkt dat deze verantwoordelijk is voor een onjuist beleid of een onbevredigende gang van zaken van de rechtspersoon. De laatste zin van het tweede lid van artikel 350 van dit Boek is van toepassing.

Artikel

355

Artikel

356

De voorzieningen, bedoeld in het vorige artikel, zijn:

  • a.

    schorsing of vernietiging van een besluit van de bestuurders, van commissarissen, van de algemene vergadering of van enig ander orgaan van de rechtspersoon;

  • b.

    schorsing of ontslag van een of meer bestuurders of commissarissen;

  • c.

    tijdelijke aanstelling van een of meer bestuurders of commissarissen;

  • d.

    tijdelijke afwijking van de door de ondernemingskamer aangegeven bepalingen van de statuten;

  • e.

    tijdelijke overdracht van aandelen ten titel van beheer;

  • f.

    ontbinding van de rechtspersoon.

Artikel

357

Artikel

358

Titel

9

De jaarrekening en het jaarverslag

Afdeling

1

Algemene bepaling

Artikel

360

Afdeling

2

Algemene bepalingen omtrent de jaarrekening

Artikel

361

Artikel

362

Artikel

363

Afdeling

3

Voorschriften omtrent de balans en de toelichting daarop

§

1

Hoofdindeling van de balans

Artikel

364

§

2

Activa

Artikel

365

Artikel

366

Artikel

367

Onder de financiële vaste activa worden afzonderlijk opgenomen:

  • a.

    aandelen, certificaten van aandelen en andere vormen van deelneming in groepsmaatschappijen;

  • b.

    andere deelnemingen;

  • c.

    vorderingen op groepsmaatschappijen;

  • d.

    vorderingen op andere rechtspersonen en vennootschappen die een deelneming hebben in de rechtspersoon of waarin de rechtspersoon een deelneming heeft;

  • e.

    overige effecten;

  • f.

    overige vorderingen, met afzonderlijke vermelding van de vorderingen uit leningen en voorschotten aan leden of houders van aandelen op naam.

Artikel

368

Artikel

369

Onder de tot de vlottende activa behorende voorraden worden afzonderlijk opgenomen:

  • a.

    grond- en hulpstoffen;

  • b.

    onderhanden werk;

  • c.

    gereed produkt en handelsgoederen;

  • d.

    vooruitbetalingen op voorraden.

Artikel

370

Artikel

371

Artikel

372

§

3

Passiva

Artikel

373

Artikel

374

Artikel

375

Artikel

376

Heeft de rechtspersoon zich aansprakelijk gesteld voor schulden van anderen of loopt hij nog risico voor verdisconteerde wissels of chèques, dan worden de daaruit voortvloeiende verplichtingen, voor zover daarvoor op de balans geen voorzieningen zijn opgenomen, vermeld en ingedeeld naar de vorm der geboden zekerheid. Afzonderlijk worden vermeld de verplichtingen die ten behoeve van groepsmaatschappijen zijn aangegaan.

Afdeling

4

Voorschriften omtrent de winst- en verliesrekening en de toelichting daarop

Artikel

377

Afdeling

5

Bijzondere voorschriften omtrent de toelichting

Artikel

378

Artikel

379

Artikel

380

Artikel

381

Vermeld wordt tot welke belangrijke, niet in de balans opgenomen, financiële verplichtingen de rechtspersoon voor een aantal toekomstige jaren is verbonden, zoals die welke uit langlopende overeenkomsten voortvloeien. Daarbij worden afzonderlijk vermeld de verplichtingen jegens groepsmaatschappijen. Artikel 375 lid 3 is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

382

Medegedeeld wordt het gemiddelde aantal gedurende het boekjaar bij de rechtspersoon werkzame werknemers, ingedeeld op een wijze die is afgestemd op de inrichting van het bedrijf. Heeft artikel 377 lid 3 geen toepassing in de winst- en verliesrekening gevonden, dan worden de aldaar onder e en f verlangde gegevens vermeld.

Artikel

383

Artikel

383a

De in artikel 360 lid 3 bedoelde stichtingen en verenigingen vermelden zowel de statutaire regeling omtrent de bestemming van het resultaat als de wijze waarop het resultaat na belastingen wordt bestemd.

Afdeling

6

Voorschriften omtrent de grondslagen van waardering en van bepaling van het resultaat

Artikel

384

Artikel

385

Artikel

386

Artikel

387

Artikel

388

Artikel

389

Artikel

390

Afdeling

7

Jaarverslag

Artikel

391

Afdeling

8

Overige gegevens

Artikel

392

Afdeling

9

Deskundigenonderzoek

Artikel

393

Afdeling

10

Openbaarmaking

Artikel

394

Artikel

395

Afdeling

11

Vrijstellingen op grond van de omvang van het bedrijf van de rechtspersoon

Artikel

396

Artikel

397

Artikel

398

Afdeling

12

Bepalingen omtrent rechtspersonen van onderscheiden aard

Artikel

399

Vervallen

Artikel

400

Onze Minister van Financiën kan financiële instellingen die geen bank als bedoeld in artikel 415 zijn, op haar verzoek al dan niet onder voorwaarden toestaan afdeling 14, met uitzondering van artikel 424, toe te passen.

Artikel

401

Artikel

402

Zijn de financiële gegevens van een rechtspersoon verwerkt in zijn geconsolideerde jaarrekening, dan behoeft in de eigen winst- en verliesrekening slechts het resultaat uit deelnemingen na aftrek van de belastingen daarover als afzonderlijke post te worden vermeld. In de toelichting van de geconsolideerde jaarrekening wordt de toepassing van de vorige zin meegedeeld.

Artikel

403

Artikel

404

Artikel

404a

Vervallen

Afdeling

13

Geconsolideerde jaarrekening

Artikel

405

Artikel

406

Artikel

407

Artikel

408

Artikel

409

De financiële gegevens van een rechtspersoon of vennootschap mogen in de geconsolideerde jaarrekening worden opgenomen naar evenredigheid tot het daarin gehouden belang, indien:

  • a.

    in die rechtspersoon of vennootschap een of meer in de consolidatie opgenomen maatschappijen krachtens een regeling tot samenwerking met andere aandeelhouders, leden of vennoten samen de rechten of bevoegdheden kunnen uitoefenen als bedoeld in artikel 24a, lid 1; en

  • b.

    hiermee voldaan wordt aan het wettelijke inzichtvereiste.

Artikel

410

Artikel

411

Artikel

412

Artikel

413

Indien de gegevens van een maatschappij voor het eerst in de consolidatie worden opgenomen en daarbij een waardeverschil ontstaat ten opzichte van de daaraan voorafgaande waardering van het belang daarin, moeten dit verschil en de berekeningswijze worden vermeld. Is de waarde lager, dan is artikel 389 lid 7 van toepassing op het verschil; is de waarde hoger, dan wordt het verschil opgenomen in het groepsvermogen, voor zover het geen nadelen weerspiegelt die aan de deelneming zijn verbonden.

Artikel

414

Afdeling

14

Bepalingen voor banken

Artikel

416

Artikel

417

Bij algemene maatregel van bestuur worden ter uitvoering van richtlijnen van de raad van de Europese Gemeenschappen inzake de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van banken regels gesteld met betrekking tot de balans en de winst- en verliesrekening alsmede de toelichtingen daarop.

Artikel

419

De indeling, de benaming en de omschrijving van de posten van de balans en de winst- en verliesrekening mogen voor banken die niet één van de in artikel 360, eerste zin, genoemde rechtsvormen hebben, of voor gespecialiseerde banken afwijkingen bevatten, voor zover deze wegens hun rechtsvorm respectievelijk de bijzondere aard van hun bedrijf noodzakelijk zijn.

Artikel

420

Artikel

421

Artikel

422

Artikel

423

Artikel

424

Een bank mag op de balans onder de passiva onmiddellijk na de voorzieningen een post omvattende de dekking voor algemene bankrisico’s opnemen, voor zover zulks geboden is om redenen van voorzichtigheid wegens de algemene risico’s van haar bankbedrijf. Het saldo van de toegevoegde en onttrokken bedragen aan deze post wordt als afzonderlijke post in de winst- en verliesrekening opgenomen.

Artikel

425

Een bank ten aanzien waarvan een beslissing als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Wet toezicht kredietwezen 1992 is genomen, behoeft de jaarrekening en het jaarverslag niet volgens de voorschriften van deze titel in te richten, mits de financiële gegevens zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening, het jaarverslag en de overige gegevens van de bank op wier aansprakelijkheid de ontheffing is gegrond; de artikelen 393 en 394 gelden niet voor de bank waaraan de ontheffing is verleend. Aan de geconsolideerde jaarrekening worden een jaarverslag en overige gegevens toegevoegd, die betrekking hebben op de in de geconsolideerde jaarrekening begrepen rechtspersonen en instellingen gezamenlijk.

Artikel

426

Afdeling

15

Bepalingen voor verzekeringsmaatschappijen

§

1

Algemene bepalingen

Artikel

427

Artikel

428

§

2

Voorschriften omtrent de balans en de toelichting daarop

Artikel

429

Artikel

430

Artikel

432

Artikel

433

Artikel

434

Artikel

435

Artikel

436

§

3

Voorschriften omtrent de winst- en verliesrekening en de toelichting daarop

Artikel

437

Artikel

438

Artikel

439

Artikel

440

§

4

Bijzondere voorschriften omtrent de toelichting

Artikel

441

§

5

Bijzondere voorschriften omtrent de grondslagen van waardering en van bepaling van het resultaat

Artikel

442

Artikel

443

Artikel

444

§

6

Bijzondere bepalingen voor de geconsolideerde jaarrekening

Artikel

445

Artikel

446