Besluit van 27 april 1984, houdende aanwijzing van de bij mijnen behorende bovengronds gelegen werken en inrichtingen

Aanwijzing bovengronds gelegen werken en inrichtingen van mijnen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken, de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A. Kappeyne van de Coppello, en Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 22 december 1983, nr. 683/1499 W.J.A./E.M.K.;
Gelet op de artikelen 9, eerste lid, onder a en b, en 12, eerste lid, van de Mijnwet 1903 (Stb. 1904, 73), artikel 1, eerste lid, onder b, van de Arbeidswet 1919 (Stb. 624), artikel 38, eerste lid, onder d, van de Veiligheidswet 1934 (Stb. 352) en artikel 38, eerste lid, van de Hinderwet (Stb. 1981, 410);
De Raad van State gehoord (advies van 16 maart 1984, nr. W10.83.0688/13.4.11);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken, de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A. Kappeyne van de Coppello, en Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 19 april 1984, nr. 684/457 W.J.A./E.M.K.;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel

1

In dit besluit wordt verstaan onder:

delfstoffen: delfstoffen als bedoeld in artikel 2 van de wet van 21 april 1810 (Bulletin des Lois 285);

mijnonderneming: een onderneming, die van het ontginnen van delfstoffen haar bedrijf maakt, zomede een andere onderneming, die voor een zodanige onderneming in het kader van de ontginning van de delfstoffen werkzaam is.

Artikel

2

Artikel

3

Het Koninklijk besluit van 30 januari 1953 (Stb. 37) wordt ingetrokken.

Artikel

4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat daarvan afschrift zal worden gezonden aan de Raad van State.

's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Economische Zaken, G. M. V. van Aardenne
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A. Kappeyne van de Coppello
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, P. Winsemius
De Minister van Justitie, F. Korthals Altes