Artikel
1
1
Voor de toepassing van deze regels wordt onder loon verstaan het loon in de zin van de Coördinatiewet Sociale Verzekering, met dien verstande dat hetgeen niet of niet geheel is uitbetaald eveneens tot het loon behoort.
2
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden geacht tot het loon te behoren:
-
a.
het werknemersaandeel in de pensioenpremie;
-
b.
het rechtens geldende loon, voor zover dit niet is genoten;
-
c.
bijdragen strekkende tot betaling van premie van een door of voor de werknemer afgesloten particuliere ziektekostenverzekering, tenzij op de werkgever de verplichting rust deze ook tijdens werkloosheid te verstrekken.
-
d.
bedragen welke zijn ingehouden als bijdrage voor aanspraken die naar aard en strekking overeenkomen met aanspraken ingevolge sociale verzekeringswetten, waaronder begrepen aanspraken op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg, of als bijdrage voor aanspraken op uitkeringen wegens overlijden of invaliditeit ten gevolge van een ongeval.
3
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden geacht niet tot het loon te behoren:
-
a.
aanspraken uit een dienstbetrekking, als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Wet op de loonbelasting 1964;
-
b.
bedragen, welke de hoogte van het rechtens geldende loon te boven gaan;
-
c.
bedragen, strekkende tot vergoeding van te maken onkosten, ook al zijn deze niet in een afzonderlijke onkostenvergoeding vastgesteld;
-
d.
gratificaties, tantièmes, uitkeringen ingevolge winstdeling, uitkeringen in de vorm van aandelen en andere dergelijke uitkeringen;
-
e.
loon bestemd voor vakantiedagen, niet zijnde vakantietoeslag, vergoeding voor niet-genoten vakantie, alsmede, ingeval de dienstbetrekking voortduurt, vakantietoeslag;
-
f.
feestdagentoeslag, tenzij in het desbetreffende beroep onder normale omstandigheden in de bedrijfstak arbeid op feestdagen wordt verricht;
-
g.
bedragen, uitbetaald als beloning voor overwerk;
-
h.
prestatie- en produktiepremie, voor zover deze een incidenteel of uitzondelijk karakter dragen;
-
i.
vergoeding voor reisuren, voor zover door het in aanmerking nemen van deze uren de normale wekelijkse arbeidsduur volgens arbeidsovereenkomst en toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst zou worden overschreden;
-
j.
afzonderlijke bijdragen, strekkende tot betaling van premie van een door of voor de werknemer afgesloten verzekering;
-
k.
uitkeringen en verstrekkingen uit fondsen;
-
l.
uitkeringen en verstrekkingen tot dekking van kosten ter zake van ziekte, invaliditeit, bevalling en sterfgeval;
-
m.
vrije uniform- en andere kleding;
-
n.
kindertoeslagen;
-
o.
afzonderlijke bijdragen, strekkende tot tegemoetkoming in de betaling van de rente van een hypotheek, rustende op de woning van de werknemer;
-
p.
het voordeel, dat voor de werknemer is gelegen in het gebruik voor privé-doeleinden van een auto en/of telefoon, waarvan de kosten geheel of gedeeltelijk door de werkgever worden gedragen;
-
q.
uitkeringen die het karakter hebben van een 13e maandloon of een eindejaarsuitkering ingeval de dienstbetrekking voortduurt;
-
r.
uitkeringen en verstrekkingen op grond van sociale verzekeringswetten, waaronder begrepen toeslagen op grond van de Toeslagenwet (Stb. 1987, 91) en uitkeringen op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg;
-
s.
periodieke uitkeringen, die naar aard en strekking overeenkomen met uitkeringen op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (Stb. 1987, 89), de Ziektewet (Stb. 1987, 88), hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1, van de Wet arbeid en zorg of de Werkloosheidswet;
-
t.
uitkeringen over tijdvakken, waarin de werknemer geen arbeid verricht, indien die uitkeringen minder bedragen dan de helft van zijn loon.
-
u.
de waarde van door de werkgever verstrekte aandelenoptierechten.
-
v.
het voordeel dat voor de werknemer in de geestelijke en/of lichamelijke gezondsheids- of welzijnszorg, is gelegen in het gebruiken van de maaltijd in de werktijd tezamen met de hem toevertrouwde patiënten, pupillen of bewoners, indien hiertoe op basis van de arbeidsovereenkomst of aanstelling een verplichting bestaat op grond van opvoedkundige of therapeutische overwegingen of anderszins overwegingen van resocialiserende aard;
-
w.
het voordeel dat voor de werknemer is gelegen in kinderopvang, die door of vanwege de werkgever wordt verzorgd, alsmede een vergoeding van de werkgever in de kosten van kinderopvang;
-
het bedrag dat op basis van de beschikking, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a in aanmerking zou moeten worden genomen indien de kinderopvang in natura zou zijn genoten zonder dat daarvoor een eigen bijdrage is verschuldigd;
-
het bedrag van de werkelijke kosten van kinderopvang.
De eigen bijdrage wordt bepaald door de werkelijke kosten van kinderopvang te verminderen met de vergoeding van de werkgever;
-
-
x.
vervallen;
-
y.
het voordeel dat voor de werknemer van een dagbladuitgeversbedrijf is gelegen in een gratis abonnement op een dagblad uitgegeven door dat bedrijf.