Wet van 12 maart 1992, houdende aanvullende regels met betrekking tot het voorkomen, beperken of ongedaan maken van schadelijke gevolgen van ongevallen op de Noordzee

Wet bestrijding ongevallen Noordzee

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter bescherming van de belangen van Nederland als kuststaat, alsook met het oog op de toepassing van het op 29 november 1969 te Brussel tot stand gekomen Verdrag inzake optreden in volle zee bij ongevallen die verontreiniging door olie kunnen veroorzaken (met Bijlage) (Trb. 1970, 197) en van het op 2 november 1973 te Londen tot stand gekomen Protocol inzake optreden in volle zee bij ongevallen die verontreiniging door andere stoffen dan olie kunnen veroorzaken (Trb. 1977, 162), wenselijk is aanvullende regelen te stellen met betrekking tot het voorkomen, beperken of ongedaan maken van schadelijke gevolgen van ongevallen op de Noordzee;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

Artikel

2

Artikel

3

Hoofdstuk

2

Melding van ongevallen en van in verband daarmee vanwege het schip genomen maatregelen

Artikel

4

Hoofdstuk

3

Bestrijding van schadelijke gevolgen van ongevallen

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Onze Minister oefent zijn bevoegdheid om op grond van artikel 5 aanwijzingen te geven en om op grond van artikel 6 maatregelen te nemen niet uit dan in overeenstemming met Onze Ministers wie het mede aangaat, tenzij zich een situatie voordoet die onmiddellijk ingrijpen noodzakelijk maakt.

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

Hoofdstuk

4

Vergoeding van kosten

Artikel

12

Indien, nadat een ongeval heeft plaatsgevonden, het desbetreffende schip ingevolge artikel 6, tweede lid, onderdeel d, naar een Nederlandse haven, in beheer bij het Rijk of een ander openbaar lichaam, wordt gebracht, vergoedt het Rijk de redelijke kosten van die maatregelen van het daartoe bevoegde gezag, die redelijkerwijs noodzakelijk zijn om het gevaar verbonden aan het brengen van het schip naar en het verblijf in de haven, te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken.

Artikel

13

Artikel

14

Beroep tegen een beschikking van Onze Minister, genomen op een verzoek om een tegemoetkoming als bedoeld in artikel 13, eerste lid, geschiedt bij verzoekschrift.

Hoofdstuk

5

Verplichting inzake te nemen maatregelen

Artikel

15

De kapitein of de scheepseigenaar neemt, nadat een ongeval heeft plaatsgevonden, de nodige maatregelen om schadelijke gevolgen van het ongeval als bedoeld in artikel 3, eerste lid, te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken.

Artikel

16

Vervallen

Hoofdstuk

6

Overige bepalingen

Artikel

17

Artikel

19

De toepasselijkheid van deze wet wordt beperkt door de in het volkenrecht erkende uitzonderingen.

Artikel

20

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

21

Deze wet kan worden aangehaald als: Wet bestrijding ongevallen Noordzee.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Verkeer en Waterstaat, J. R. H. Maij-Weggen
De Minister van Justitie, E. M. H. Hirsch Ballin