Besluit van 6 oktober 1994, houdende herziening van het Besluit woninggebonden subsidies

Besluit woninggebonden subsidies 1995

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 31 maart 1994, nr. MJZ31394008, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op de artikelen 67, 70, 78, 81, 82, 84 en 88 van de Woningwet en artikel 18 van de Financiële-Verhoudingswet 1984;
Gezien het advies van de Raad voor de Volkshuisvesting van 20 december 1993, nr. 216;
De Raad van State gehoord (advies van 18 juli 1994, nr. W08.94.0206;
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 29 september 1994, nr. MJZ 29994011, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

I

Algemene bepalingen

Artikel

1

Artikel

2

Onze Minister kan aan provinciale staten een aanwijzing geven met het oog op de delegatie, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, onder 2°. Alvorens hij een aanwijzing geeft, voert hij overleg met de betrokken provincie. Hij stelt in de aanwijzing een termijn waarbinnen daaraan gevolg moet zijn gegeven.

Hoofdstuk

II

Artikel

3

Vervallen

Artikel

4

Vervallen

Artikel

5

Vervallen

Artikel

6

Vervallen

Artikel

7

Vervallen

Artikel

8

Vervallen

Artikel

9

Vervallen

Artikel

10

Vervallen

Artikel

11

Vervallen

Artikel

12

Vervallen

Artikel

13

Vervallen

Artikel

14

Vervallen

Artikel

15

Vervallen

Artikel

16

Vervallen

Hoofdstuk

III

De verstrekking van geldelijke steun

Afdeling

1

De verstrekking van financiële middelen door het Rijk

Artikel

17

Vervallen

Artikel

18

Vervallen

Artikel

19

Ten aanzien van de toegekende budgetten gelden uitsluitend de voorwaarden dat:

  • a.

    het budgethoudende bestuursorgaan Onze Minister op zijn eerste verzoek van alle door hem verlangde bescheiden inzage verleent en alle door hem verlangde inlichtingen verstrekt welke naar zijn redelijk oordeel noodzakelijk zijn voor een juist toezicht op de naleving van de gestelde voorwaarden;

  • b.

    het budgethoudende bestuursorgaan elk bedrag dat beschikbaar komt als gevolg van een intrekking vóór 1 januari 2005 van een beschikking tot subsidieverlening of subsidievaststelling ten laste van een budget, aan dat budget toevoegt;

  • c.

    het budgethoudende bestuursorgaan afdeling 2 van dit hoofdstuk naleeft, en

  • d.

    het budgethoudende bestuursorgaan op zodanige wijze ten laste van de toegekende budgetten subsidie verstrekt voor het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens, of voor het treffen van ingrijpende voorzieningen aan woningen, dan wel het algemeen bestuur van een regionaal openbaar lichaam of budgetbeherend samenwerkingsverband of de raad van een budgetbeherende gemeente op zodanige wijze ten laste van die budgetten besluit tot een van die activiteiten, dat op 1 januari 2005 daarvoor geen budget meer beschikbaar is.

Artikel

20

Vervallen

Artikel

21

Afdeling

2

De besteding van de toegekende budgetten

§

1

Algemene voorwaarden

Artikel

22

Artikel

23

Het budgethoudende bestuursorgaan geeft toepassing aan artikel 22 op een zodanige wijze, dat:

  • a.

    daardoor zo veel mogelijk wordt voldaan aan de behoefte aan woningen op het grondgebied van de ontvanger;

  • b.

    daardoor de bouwtechnische kwaliteit van de huurwoningen binnen dat grondgebied op een zo hoog mogelijk peil wordt gebracht en gehouden;

  • c.

    daarbij rekening wordt gehouden met de financiële draagkracht van de binnen dat grondgebied werkzame sociale verhuurders;

  • d.

    daarmee zo veel mogelijk wordt voldaan aan bij ministeriële regeling gestelde regels inzake de naar financiële draagkracht van de bewoners evenwichtige verdeling van de huurwoningen en

  • e.

    daarmee wordt bevorderd dat de woningvoorraad in elke wijk en buurt binnen dat grondgebied naar prijsklasse zo gedifferentieerd mogelijk van samenstelling is.

Artikel

24

§

2

Bijzondere voorwaarden

Artikel

25

Het budgethoudende bestuursorgaan geeft ten aanzien van het bouwen van of het treffen van ingrijpende voorzieningen aan woningen geen toepassing aan artikel 22, indien:

  • a.

    die woningen niet geschikt of bestemd zijn om voortdurend door dezelfde persoon of personen te worden bewoond of

  • b.

    die woningen bestemd zijn voor of in gebruik zijn als ambts- of dienstwoning.

Artikel

26

Artikel

27

§

3

Verantwoording

Artikel

28

Artikel

29

Afdeling

3

Naleving van de voorwaarden

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Vervallen

Hoofdstuk

IV

Verdere bepalingen

Artikel

33

Vervallen

Artikel

34

Artikel

35

Hoofdstuk

V

Overgangs- en slotbepalingen

§

1

Overgangsbepalingen

Artikel

36

Op de uitbetaling van op voet van het Besluit woninggebonden subsidies verleende geldelijke steun blijft dat besluit van toepassing, met dien verstande dat:

  • a.

    voor de toepassing van bijlage III, punt 3, onderdelen a, c en e, van dat besluit, als luidende op 31 december 1994, het percentage, bedoeld in genoemd onderdeel a, gelijk staat aan het percentage dat, met gebruikmaking van de in dat onderdeel opgenomen berekeningswijze daarvan, blijkt uit het verslag dat ingevolge dat besluit is of wordt uitgebracht over het jaar waarvoor het budget voor de sociale-bouwsector in de zin van dat besluit, waarop die bijlage wordt toegepast, is toegekend;

  • b.

    in afwijking van bijlage VI, punt 6, onderdeel b, van dat besluit, als luidende op 31 december 1994, elk inkomen dat op het tijdstip van toepassing van artikel 37, eerste lid, van dat besluit, als luidende op die datum, in aanmerking wordt genomen voor het bepalen van de som, bedoeld in de aanhef van punt 5 van die bijlage, als luidende op die datum, gelijk is aan het verzamelinkomen, bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting 2001, bij de vermindering van welk inkomen in punt 6, onderdeel b, onder 1e, van die bijlage, als luidende op die datum, voor «huurwaarde, bedoeld in artikel 42a, eerste lid, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964, met dien verstande dat bij de toepassing van laatstgenoemd artikel voor de bepaling van de waarde in het economische verkeer het bedrag van de kosten van het verkrijgen in eigendom van de woning wordt aangehouden» wordt gelezen« eigenwoningwaarde, bedoeld in artikel 3.112, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, als berekend volgens die wet», en

  • c.

    in de laatste twee volzinnen van de in onderdeel b genoemde bijlage voor «zuiver loon» wordt gelezen: belastbaar loon.

Artikel

37

Artikel

38

Artikel

39

Vervallen

Artikel

40

Vervallen

Artikel

41

Vervallen

Artikel

42

Vervallen

Artikel

43

Vervallen

Artikel

44

Vervallen

Artikel

45

Vervallen

§

2

Slotbepalingen

Artikel

46

Vervallen

Artikel

47

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit woninggebonden subsidies 1995.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad wordt geplaatst.

's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, D. K. J. Tommel
De Minister van Justitie, W. Sorgdrager

Bijlage

I

bij artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies (BWS) 1995

Verslag over het jaar ...

Model

bedoeld in artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995

De op dit formulier gevraagde gegevens kunnen ook worden verstrekt door toezending van de jaarrekening, indien de gevraagde gegevens op een afzonderlijke staat daarbij zijn aangegeven.

Totaal toegekend budget:

Restantbudgetten vorige jaren:

+ €

Onherroepelijk geworden besluiten van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer tot intrekking als bedoeld in artikel 29, zesde lid, 30 of 31 van het Besluit woninggebonden subsidies 1995:

– €

Totaal beschikbaar budget:

Besluiten tot het bouwen van woningen, standplaatsen, woonwagens of ingrijpende voorzieningen aan woningen of het verstrekken van subsidie daarvoor ten laste van het beschikbaar budget, ten bedrage van:

– €

Besluiten tot intrekking van besluiten voor het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens of ingrijpende voorzieningen aan woningen of standplaatsen of het verstrekken van subsidie daarvoor, die waren genomen ten laste van het beschikbaar budget of ten laste van een op voet van het Besluit woninggebonden subsidies van 1992 toegekend budget, ten bedrage van:

+ €

Besluiten omtrent vaststelling andere hoogte subsidie voor het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens of ingrijpende voorzieningen aan woningen of standplaatsen of het verstrekken van subsidie dan in een eerder besluit dat was genomen ten laste van een op voet van het Besluit woninggebonden subsidies van 1992 toegekend budget, waarbij het verschil bedraagt:

+/- €

Extra toegekend budget als gevolg van een onherroepelijk geworden besluit van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer:

+ €

Totaal restant budget:

Indien, voorzover het het verslagjaar 2000 of eerdere jaren betreft, het totaal restant budget, na vermindering met een bedrag ter hoogte van het toegekende budget ter uitvoering van het programma voor het jaar dat volgt op het verslagjaar, op 31 december van het verslagjaar meer bedraagt dan het budget ter uitvoering van het programma voor het verslagjaar of, indien toepassing is gegeven aan artikel 19, tweede lid, eerste volzin, zoals dat artikel luidde op 31 december 1999, dan wel aan artikel 2a van het Invoeringsbesluit Wet stedelijke vernieuwing, het budget ter uitvoering van het programma voor het direct aan het verslagjaar voorafgaande jaar, wordt het verschil teruggevorderd. Uiteenzetting over het gevoerde beleid ten aanzien van het tegengaan van misbruik en oneigenlijk gebruik van ingevolge het Besluit woninggebonden subsidies 1995 verstrekte subsidie (met gebruikmaking van de handleiding voor het ter zake te voeren beleid).

Uiteenzetting, bedoeld in artikel 28, tweede lid, onderdeel a, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995

Hieronder moet per criterium als bedoeld in artikel 23, onderdelen a tot en met e, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995 aannemelijk worden gemaakt dat genoemd artikel is nageleefd.

Bijlage

II

bij artikel 28, derde lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995

Accountantsverklaring over het jaar ...

Protocol voor accountantsverklaringen in het kader van het Besluit woninggebonden subsidies 1995

Specifiek van toepassing zijnde regelgeving:

  • -

    Besluit woninggebonden subsidies 1995

Richtlijnen

1. De accountantsverklaring wordt afgegeven met als doel de vaststelling van de rechtmatige naleving van de voorschriften, gesteld bij de ingevolge artikel 17 van het Besluit woninggebonden subsidies 1995, zoals dat luidde op 31 december 1999 toegekende budgetten en de deugdelijkheid van de verstrekte gegevens.

2. De accountant controleert daartoe aan de hand van een verslag van het budgethoudende bestuursorgaan met bijbehorende toelichting als bedoeld in artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995 of, als aangegeven in bijlage I bij dat besluit, van de jaarrekening van de ontvanger, in elk geval of:

  • a.

    overeenkomstig genoemd besluit is besloten tot het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens en het treffen van ingrijpende voorzieningen aan woningen en tot het verstrekken van subsidie daarvoor ten laste van het budget dat ter uitvoering van het programma voor het verslagjaar is toegekend;

  • b.

    de opgave van genomen besluiten tot het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens en het treffen van ingrijpende voorzieningen aan woningen en tot het verstrekken van subsidie daarvoor ten laste van dat budget, en van besluiten tot vaststelling van een andere hoogte of intrekking van die subsidie, juist en volledig is;

  • c.

    de uiteenzettingen, bedoeld in artikel 28, tweede lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995, voor zover hij dat kan beoordelen overeenkomstig dat lid zijn opgesteld en zijn opgenomen in het verslag, bedoeld in artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995 en

  • d.

    de gestelde voorwaarden zijn nageleefd, met uitzondering van de voorwaarde, genoemd in artikel 23 van het Besluit woninggebonden subsidies 1995.

3. Er wordt een rapport van bevindingen bij de accountantsverklaring opgesteld, waarin de accountant in ieder geval zijn oordeel geeft over het door het budgethoudende bestuursorgaan gevoerde beleid op het terrein van misbruik en oneigenlijk gebruik. Ook worden afwijkingen ten opzichte van en overige bevindingen bij het onder punt 2 vermelde daarin tot uitdrukking gebracht. Indien de rechtmatigheid niet voldoende gewaarborgd is, geeft hij daarin tevens een oordeel over de mate waarin de financiële processen op orde zijn.

4. Een goedkeurende accountantsverklaring wordt opgesteld overeenkomstig het in deze bijlage opgenomen model of, indien verslag wordt gedaan door toezending van de jaarrekening van de ontvanger, de bewoordingen die bij die jaarrekening daarvoor gebruikelijk zijn. Een accountantsverklaring kan slechts goedkeurend zijn, indien naar het oordeel van de accountant in de verplichtingen, bedoeld in punt 2, onderdeel a, de som van de fouten niet meer dan één procent bedraagt van het met die verplichtingen gemoeide bedrag. Dit percentage kan bij ministeriële regeling worden gewijzigd.

5. Een accountantsverklaring die niet goedkeurend is, sluit zo veel mogelijk aan op de indeling die in het in deze bijlage opgenomen model is gegeven, en wordt ingericht met inachtneming van de door het Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants vastgestelde gedrags- en beroepsregels voor registeraccountants, dan wel van de door de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten vastgestelde gedrags- en beroepsregels voor accountants-administratieconsulenten.

Model van een goedkeurende accountantsverklaring bij het verslag, bedoeld in artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995

Wij hebben het in artikel 28, eerste lid, van het Besluit woninggebonden subsidies 1995 bedoelde verslag van het budgethoudende bestuursorgaan (naam) van (datum) gecontroleerd met inachtneming van het protocol, opgenomen in bijlage II bij dat besluit.

Op grond van deze controle zijn wij van oordeel, dat:

  • a.

    (juiste weergave) de in het verslag opgenomen gegevens omtrent het budget dat ter uitvoering van het programma voor het verslagjaar (voorzover het verslag betrekking heeft op de periode 2001 tot en met 2004 hier invullen: de verslagperiode 2001 tot en met 2004) is toegekend, omtrent besluiten tot het bouwen van woningen, standplaatsen of woonwagens en het treffen van ingrijpende voorzieningen aan woningen en tot het verstrekken van subsidie daarvoor ten laste van dat budget, en omtrent besluiten tot vaststelling van een andere hoogte of intrekking van die subsidie, juist en volledig zijn weergegeven en

  • b.

    (rechtmatigheid) bij die besluiten de in het Besluit woninggebonden subsidies 1995 gestelde voorwaarden zijn nageleefd.

Deze verklaring wordt afgegeven ten behoeve van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente (naam), het dagelijks bestuur van (aanduiding regionaal openbaar lichaam of budgetbeherend samenwerkingsverband), of gedeputeerde staten van de provincie (naam).

(plaatsnaam, datum)

(naam accountant en ondertekening)