Regeling vervoer gevaarlijke stoffen door de lucht – 1988

Hoofdstuk

I

Algemene bepalingen

Artikel

1

Artikel

2

Deze regeling is van toepassing op:

  • a.

    gevaarlijke stoffen welke zich bevinden op een luchtvaartterrein, waaronder begrepen de aldaar aanwezige opstallen, of in een luchtvaartuig voorzover deze stoffen bestemd zijn om door de lucht te worden vervoerd, daadwerkelijk door de lucht worden vervoerd of door de lucht zijn vervoerd;

  • b.

    iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, die gevaarlijke stoffen aanbiedt voor vervoer door de lucht;

  • c.

    iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, die gevaarlijke stoffen door de lucht doet vervoeren of daadwerkelijk door de lucht vervoert;

  • d.

    iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon, die direct betrokken is bij het vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht.

Hoofdstuk

II

Verpakkingsvoorschriften

Artikel

3

Gevaarlijke stoffen moeten worden verpakt in overeenstemming met de voorschriften, neergelegd in de Technische Voorschriften.

Hoofdstuk

III

Voorschriften betreffende verpakkingskenmerken en etikettering

Artikel

4

Artikel

5

Het is verboden op enigerlei verpakking andere dan de in de Technische Voorschriften voorgeschreven etiketten aan te brengen, indien daardoor verwarring kan ontstaan ten opzichte van de gevaarsetiketten ten behoeve van de ladingbehandeling.

Artikel

6

Op de verpakking moeten alle in de Technische Voorschriften voorgeschreven aanduidingen ten minste in het Engels worden gesteld.

Hoofdstuk

IV

Documenten

Artikel

7

Hoofdstuk

V

Belading en samenlading

Artikel

8

Belading en samenlading van gevaarlijke stoffen dienen te geschieden overeenkomstig de voorschriften neergelegd in de Technische Voorschriften.

Hoofdstuk

VI

Inspectie

Artikel

9

Bij overdracht van gevaarlijke stoffen en daarop betrekking hebbende documenten aan de eigenaar of houder van een luchtvaartuig dienen partijen een adequate inspectie hiervan te waarborgen, overeenkomstig de voorschriften, neergelegd in de Technische Voorschriften.

Hoofdstuk

VII

Informatie

Artikel

10

Hoofdstuk

VIII

Rapportering van voorvallen en ongevallen

Artikel

11

Voorvallen en ongevallen met gevaarlijke stoffen voor, tijdens of na de vlucht moeten onmiddellijk aan de Minister van Verkeer en Waterstaat worden gemeld.

Hoofdstuk

IX

Erkenning, examens en opleidingen

Artikel

12

Natuurlijke personen of rechtspersonen die werkzaamheden verrichten, verband houdend met het aanbieden ten vervoer, het doen vervoeren of het daadwerkelijk vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht mogen deze werkzaamheden slechts uitoefenen, indien zij door de Minister van Verkeer en Waterstaat hiervoor zijn erkend.

Artikel

13

De in het vorige artikel bedoelde personen kunnen erkenning aanvragen door indiening bij de Minister van Verkeer en Waterstaat van een behoorlijk ingevuld en ondertekend formulier, waarvan exemplaren bij deze dienst verkrijgbaar zijn.

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

16

Hoofdstuk

X

Geldigheidsduur van het examenbewijs

Hoofdstuk

XI

Commissie van Advies inzake opleidingen en examens betreffende vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht

Artikel

18

Hoofdstuk

XII

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

19

Artikel

20

Het bepaalde in deze regeling geldt niet indien door de Minister van Verkeer en Waterstaat vrijstelling of ontheffing is verleend: aan vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorwaarden worden verbonden.

Artikel

21

Vervallen

Artikel

23

Vervallen

's-Gravenhage
De minister van Verkeer en Waterstaat, A.Jorritsma-Lebbink

Bijlage

A