Wet van 6 juli 2000, houdende voorschriften ten behoeve van de instroom van leraren in het primair en voortgezet onderwijs (Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs)

Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het teneinde de diversiteit in het beroep van leraar te vergroten en meer ruimte te bieden voor nieuwe kwaliteiten, alsmede vanwege de problematische arbeidsmarktsituatie in het primair en voortgezet onderwijs wenselijk is regelen te stellen opdat personen die niet de vereiste onderwijsbevoegdheid bezitten maar wel geschikt worden geacht voor het beroep van leraar, onder voorwaarden tijdelijk kunnen worden belast met het geven van onderwijs in afwachting van het alsnog verkrijgen van die bevoegdheid;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel

1

Begripsbepalingen

In deze wet en de daarop berustende regelingen wordt verstaan onder:

Artikel

2

Zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs

Artikel

3

Geschiktheidsverklaring

Artikel

4

Geschiktheidsonderzoek

Artikel

5

Scholings- en begeleidingsovereenkomst

Het instellingsbestuur van een instelling voor hoger onderwijs die werkzaamheden als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder d en e, uitvoert, het bevoegd gezag dat betrokkene benoemt, en betrokkene zelf, sluiten een overeenkomst die hun wederzijdse rechten en plichten omvat met betrekking tot het uitvoeren van de noodzakelijk geachte scholing en begeleiding, met inachtneming van de beoordeling, bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder c. Indien na het sluiten van de overeenkomst blijkt dat de scholing of begeleiding niet volgens de overeenkomst kan worden uitgevoerd, treft het instellingsbestuur respectievelijk het bevoegd gezag tijdig een toereikende vervangende voorziening. Indien het bevoegd gezag betrokkene tewerkstelt zonder benoeming, is de werkgever waarbij betrokkene in dienst is, mede partij bij de in de eerste volzin bedoelde overeenkomst.

Artikel

6

Bekwaamheidsonderzoek

Artikel

7

Uitvoering geschiktheidsonderzoek, scholing en begeleiding; bekwaamheidsonderzoek door instellingen voor hoger onderwijs

Artikel

8

Uitvoeringsvoorschriften

Artikel

9

Inkadering toepassing Interimwet in reguliere voorschriften WPO, WEC en WVO

Het bepaalde bij en krachtens de artikelen 2 tot en met 5 voorzover die voorschriften afwijken van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs, wordt voor de toepassing van die onderscheiden wetten aangemerkt als deel uitmakend van de voorschriften bij en krachtens die wetten met betrekking tot het geven van onderwijs door, en benoeming van leraren of directeuren.

Artikel

10

Kwaliteitsbewaking instellingen voor hoger onderwijs; toezicht inspectie; sancties

Artikel

11

Inlichtingenplicht

Artikel

12

Inpassing positieve resultaten eerste geschiktheidsonderzoeken

Onze Minister kan voor inwerkingtreding van deze wet afgegeven respectievelijk opgestelde verklaringen en adviezen voor de toepassing van deze wet gelijkstellen met geschiktheidsverklaringen respectievelijk gelijkstellen aan het oordeel, bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder c, indien zij daarmee vergelijkbaar zijn.

Artikel

13

Invoeringsvoorziening uitvoeringsbesluit

Indien de in artikel 4, derde lid, artikel 7, tweede lid, of artikel 8, eerste lid, bedoelde algemene maatregel van bestuur niet is vastgesteld bij inwerkingtreding van deze wet, kan in de onderwerpen van die algemene maatregel van bestuur worden voorzien bij ministeriële regeling, gedurende een periode van ten hoogste zes maanden gerekend vanaf de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.

Artikel

14

Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, en vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel

15

Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, L. M. L. H. A. Hermans
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, K. Y. I. J. Adelmund
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, L. J. Brinkhorst
De Minister van Justitie, A. H. Korthals