Regeling van de Minister van Economische Zaken houdende regels inzake de verstrekking van subsidies aan brancheorganisaties in het midden- en kleinbedrijf in verband met de verspreiding van kennis over de toepassing van nieuwe technologieën

Subsidieregeling kennisoverdracht brancheorganisaties MKB

De Minister van Economische Zaken,

Besluit:

§

1

Algemene bepalingen

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

a.
minister:

de Minister van Economische Zaken;

b.
ondernemer:

een natuurlijke persoon of rechtspersoon, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, die een onderneming in stand houdt;

brancheorganisatie:

een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, die niet bedrijfsmatig werkzaam is en die blijkens zijn statuten als doel heeft de belangen te behartigen van ondernemers die behoren tot eenzelfde bedrijfstak of een samenhangend deel ervan, daaronder niet begrepen ondernemers die volgens de Bedrijfsclassificatie Standaard Bedrijfsindeling 1993 zijn ingedeeld in de categorie:

  • 01 Landbouw, jacht en dienstverlening ten behoeve van landbouw en jacht;

  • 02 Bosbouw en dienstverlening ten behoeve van bosbouw;

  • 05 Visserij, kweken van vis en schaaldieren en dienstverlening ten behoeve van visserij;

technologische vernieuwing:

reeds op de markt aanwezige technologie of technologische kennis met betrekking tot producten, processen of diensten, die in overwegende mate nog niet wordt toegepast door ondernemers binnen de branche;

kennispositieproject:

het tot stand brengen van een kennispositiestudie;

kennispositiestudie:

een schriftelijk rapport, inhoudende:

  • 1º.

    een beschrijving van de ontwikkelingen op één of meer markten waarop ondernemers binnen de branche zich richten of willen richten;

  • 2º.

    een beschrijving van binnen respectievelijk buiten de branche aanwezige technologie of technologische kennis die aansluit op deze ontwikkelingen;

  • 3º.

    een beschrijving van de behoefte aan technologie of technologische kennis van de ondernemers binnen de branche;

  • 4º.

    een beschrijving van de verschillende mogelijkheden om aan deze behoefte te voldoen opdat de concurrentiepositie van de betrokken ondernemers op één of meer markten wordt versterkt, en

  • 5º.

    een activiteitenplan om deze mogelijkheden bij ondernemers binnen de branche te kunnen realiseren;

kennisoverdrachtproject:

een samenhangende reeks van activiteiten, gericht op:

  • 1º.

    het verkrijgen van informatie over technische, financiële en organisatorische belemmeringen als gevolg van het toepassen van een bepaalde technologische vernieuwing door ondernemers binnen de branche en over de wijze waarop deze belemmeringen weggenomen kunnen worden;

  • 2º.

    het inventariseren van maatregelen die moeten worden genomen voordat een technologische vernieuwing door ondernemers binnen de branche kan worden toegepast, en

  • 3º.

    het verspreiden van deze informatie onder de ondernemers binnen de branche;

haalbaarheidsstudie:

een schriftelijk rapport, inhoudende een systematisch opgezette en afgeronde analyse en inschatting van de technische en economische mogelijkheden van de invoering van een technologische vernieuwing bij ondernemers binnen de branche;

demonstratie:

de toepassing van een technologische vernieuwing in een operationele omgeving bij een of enkele ondernemers binnen de branche, aan welke toepassing technische en economische risico's zijn verbonden;

project:

een kennispositieproject of kennisoverdrachtproject.

Artikel

2

§

2

Subsidiebedrag en subsidieplafond

Artikel

3

Artikel

4

Artikel

5

§

3

Aanvraag en beslissing op de aanvraag

Artikel

6

Artikel

6a

Artikel

7

De minister geeft een beschikking binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag.

Artikel

8

Artikel

9

De minister verdeelt het beschikbare bedrag in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat indien een aanvrager niet heeft voldaan aan enig wettelijk voorschrift voor het in behandeling nemen van de aanvraag en met toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag waarop de aanvraag voldoet aan de wettelijke voorschriften met betrekking tot de verdeling als datum van ontvangst geldt.

§

4

Verplichtingen van de subsidie-ontvanger

Artikel

10

Op de subsidie-ontvanger rusten de in de artikelen 11 tot en met 13 opgenomen verplichtingen. Zij gelden tot de dag waarop de subsidie wordt vastgesteld.

Artikel

11

Artikel

12

Artikel

13

§

5

Voorschotten

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

16

De minister kan afwijzend beschikken op een aanvraag, indien de subsidie-ontvanger niet heeft voldaan aan ingevolge de subsidieverlening voor hem geldende verplichtingen.

§

6

Subsidievaststelling

Artikel

17

De minister geeft de beschikking tot subsidievaststelling binnen dertien weken na de ontvangst van de aanvraag daartoe dan wel nadat de voor het indienen ervan geldende termijn is verstreken.

§

7

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

18

De Subsidieregeling kennisverzamelings- en kennisoverdrachtsprojecten wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling zijn verleend of vastgesteld.

Artikel

19

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlagen, die ter inzage worden gelegd. Van deze terinzagelegging zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

's-Gravenhage
De Minister van Economische Zaken, A.Jorritsma-Lebbink