Artikel
1
De directeur en de plaatsvervangend directeur van de Directie Regionale Zaken, alsmede de regiodirecteuren en MT-leden van de regiovestigingen Noord, Zuid, Oost en West zijn gemachtigd om namens de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende:
-
a.
besluiten als bedoeld in de artikelen 12, eerste lid, 13, 14, eerste lid, en 16, tweede lid, onderdeel c, van de Natuurbeschermingswet;
-
b.
besluiten inzake vergunningen op grond van artikel 12 van de Natuurbeschermingswet of inzake ontheffingen ten aanzien van staatsnatuurmonumenten als bedoeld in artikel 21 van die wet;
-
c.
besluiten als bedoeld in artikel 18 van de Natuurbeschermingswet, voor zover samenhangend met besluiten als bedoeld in de onderdelen a en b;
-
d.
het besluit tot toepassing van bestuursdwang, bedoeld in artikel 29 van de Natuurbeschermingswet, alsmede de aanwijzing van ambtenaren van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bedoeld in artikel 28, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet die de beslissing tot bestuursdwang uitvoeren;
-
e.
het sluiten van overeenkomsten voor uitgaven van materiële aard;
-
f.
de beantwoording van aan de minister gerichte individuele brieven, het werkterrein van de directie betreffende, voor zover het antwoord zich beperkt tot een beschrijving van het vigerend beleid van het werkgebied van zijn directie en niet van politieke betekenis is, terwijl ook overigens uit de aard en inhoud van de brieven niet voortvloeit dat de beantwoording door de minister of namens deze door de secretaris-generaal dient te worden ondertekend.