Regeling tot vaststelling van een nieuw examenreglement met betrekking tot bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart (Examenreglement voor luchtvarenden 2004)

Examenreglement voor luchtvarenden 2004

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Besluit:

§

1

Algemeen

Artikel

1

§

2

Theorie-examen

Artikel

2

De examenplanning, de examenlocaties en het verschuldigde examengeld worden bekendgemaakt in de Aeronautical Information Circular, serie B.

Artikel

3

Artikel

4

De kandidaat wordt slechts toegelaten tot het examen indien hij het verschuldigde examengeld heeft betaald en hij voor aanvang van het examen op de examenlocatie de volgende bescheiden overlegt:

  • a.

    een wettig en geldig legitimatiebewijs, en

  • b.

    een geldig toelatingsbewijs als bedoeld in artikel 3, tweede lid.

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Bij het afnemen van een theorie-examen gelden wat betreft de examenvakken en duur van het examen de volgende eisen:

  • a.

    voor ATPL, CPL, behoudens CPL(FB), en IR: de eisen, gesteld in bijlage 1 bij JAR-FCL 1.470;

  • b.

    voor PPL(A) en RPL(A) respectievelijk PPL(H) en RPL(H): de eisen, gesteld in Bijlage 1 bij JAR-FCL 1.130 & 1.135 respectievelijk Bijlage 1 bij JAR-FCL 2.130 & 2.135;

  • c.

    voor CPL(FB): de eisen, gesteld in tabel 1 van bijlage 1, behorende bij deze regeling.

Artikel

8

Artikel

9

Artikel

10

Artikel

11

Na het afleggen van een of meer vakken dan wel de afronding van het theorie-examen, voorziet de minister de kandidaat van een resultaatbrief.

Artikel

12

§

3

Praktijkexamen

Artikel

13

Een praktijkexamen en een proeve van bekwaamheid worden afgenomen op een luchtvaartuig dan wel een STD, die daartoe gekwalificeerd is op grond van de Regeling kwalificatie STD’s.

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

17

De kandidaat wordt slechts toegelaten tot het praktijkexamen of de proeve van bekwaamheid indien hij voor aanvang aan de examinator, bedoeld in artikel 15, de volgende bescheiden overlegt:

  • a.

    een wettig en geldig legitimatiebewijs; en

  • b.

    een examenformulier.

Artikel

18

Artikel

19

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

Artikel

25

§

4

Nationaal Expert Team

Artikel

26

Artikel

27

Artikel

28

§

5

Slotbepalingen

Artikel

30

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 oktober 2004. Indien de Staatscourant, waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 29 september 2004, treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 oktober 2004.

Artikel

31

Deze regeling wordt aangehaald als: Examenreglement voor luchtvarenden 2004.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlagen, die ter inzage worden gelegd bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,M.H.Schultz van Haegen

Bijlage

1

Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Bijlage

2

Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.