Artikel
1
Algemeen
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
a.
Wet WIA: de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen;
-
b.
loondervingsuitkeringen:
-
1°.
uitkeringen op grond van de Werkloosheidswet;
-
2°.
uitkeringen op grond van de Ziektewet;
-
3°.
hetgeen wordt genoten op grond van artikel 629 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek of de bezoldiging op grond van artikel 76a van de Ziektewet;
-
4°.
uitkeringen op grond van de artikelen 6, 51 en 131 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers;
-
5°.
uitkeringen bij ziekte of werkloosheid op grond van een regeling welke geldt voor personen die op grond van artikel 6, eerste lid, onderdeel a of onderdeel b, van de Ziektewet onderscheidenlijk artikel 6, eerste lid, onderdeel a of onderdeel b, van de Werkloosheidswet, niet ingevolge die wet verzekerd zijn;
-
6°.
uitkeringen ingevolge een regeling voor vervroegde uittreding of een pensioenregeling als bedoeld in artikel 32aa onderscheidenlijk artikel 18 van de Wet op de loonbelasting 1964;
-
7°.
uitkeringen op grond van de wetgeving van de Nederlandse Antillen, Aruba, een andere Mogendheid of een volkenrechtelijke organisatie die naar aard en strekking overeenkomen met de uitkeringen, bedoeld onder 1° tot en met 6°;
-
1°.
-
c.
aangiftetijdvak: het tijdvak van vier weken dan wel een maand waarop de aangifte waarop de ingehouden loonbelasting wordt afgedragen betrekking heeft;
-
d.
verlof: een tussen de werkgever en werknemer voor een gedeelte of het geheel van de arbeidstijd overeengekomen verlof, waarin de werknemer geen arbeid jegens de werkgever verricht.