Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 19 december 2005, nr. TRCJZ/2005/3795, houdende retributies betreffende werkzaamheden van de VWA (Regeling retributies VWA veterinaire en hygiënische aangelegenheden)
Regeling retributies VWA veterinaire en hygiënische aangelegenheden
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Gelet op richtlijn nr. 85/73/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 29 januari 1985 inzake de financiering van de keuringen en sanitaire controles van vers vlees en van vlees van pluimvee (PbEG L 32);
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
a.
minister: Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
b.
VWA: Voedsel en Waren Autoriteit;
c.
werkzaamheden: onderzoeken en keuringen;
d.
openingstijd: periode van maandag tot en met vrijdag, met uitzondering van algemeen erkende feestdagen, van 07.00 uur tot 18.00 uur;
e.
algemeen erkende feestdag: de Nieuwjaarsdag, de Christelijke tweede Paas- en Pinksterdag, de beide Kerstdagen, de Hemelvaartsdag, de dag waarop de verjaardag van de Koning(in) wordt gevierd en de vijfde mei;
f.
aanbieder: degene die werkzaamheden laat verrichten of daartoe het verzoek doet;
g.
partij: hoeveelheid producten van dezelfde aard waarvoor eenzelfde handelsdocument of certificaat geldt, die met hetzelfde vervoermiddel wordt vervoerd en die afkomstig is uit hetzelfde derde land of gedeelte van een derde land;
h.
kwartier: spanne tijd van één vierde deel van een uur, of een enkel gedeelte daarvan, die besteed is of zou zijn aan werkzaamheden, met uitzondering van reistijd;
i.
starttarief: toeslag op de retributie voor werkzaamheden die op één dag, in één aaneengesloten periode, reguliere pauzes daaronder begrepen, voor één aanbieder op één plaats worden verricht;
j.
Chief Veterinary Officer: Chief Veterinary Officer, werkzaam bij het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit;
k.
certificaat: schriftelijke door of vanwege de VWA afgegeven verklaring naar aanleiding van de werkzaamheden;
l.
geleidebiljet: door de VWA opgemaakt document waarin wordt verklaard dat een product voldoet aan de voorwaarden die het land van import stelt;
m.
vervallen;
n.
GVE: grootvee-eenheid;
o.
SKV-certificaat: certificaat dat door de Stichting Kwaliteitsgarantie Vleeskalversector is afgegeven nadat door deze stichting een onderzoek is verricht op de aanwezigheid van stoffen met hormonale of anti-hormonale werking alsmede van beta-antagonisten in kalveren, waarop de datum is vermeld waarop dit onderzoek laatstelijk door de stichting heeft plaatsgevonden;
p.
Convenant Roodvleeskeuring: het op 4 juni 2004 gesloten convenant tussen de Directeuren-Generaal van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de VWA enerzijds, en de Voorzitters van de Productschappen Vee, Vlees en Eieren en de Centrale Organisatie voor de Vleessector anderzijds, waarin onder meer afspraken zijn neergelegd betreffende de taakverdeling op het gebied van post mortem keuringswerkzaamheden, bedoeld in sectie IV, hoofdstuk I, hoofdstuk II, hoofdstuk III en hoofdstuk IV, onderdeel B, van bijlage I bij verordening (EG) nr. 854/2004;
q.
werkdag: dag, niet zijnde een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag;
r.
betalingsplichtige: degene die ingevolge een of meer bepalingen van deze regeling is verplicht dan wel zal zijn verplicht tot betaling van een op grond van deze regeling vastgestelde dan wel vast te stellen retributie.
Artikel
2
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
a.
richtlijn nr. 89/662/EEG: richtlijn nr. 89/662/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PbEG L 395);
b.
richtlijn nr. 90/425/EG: richtlijn nr. 90/425/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en produkten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PbEG L 224);
c.
richtlijn nr. 91/67/EG: richtlijn nr. 91/67/EG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 januari 1991 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het in de handel brengen van aquicultuurdieren en aquicultuurprodukten (PbEG L 46);
d.
richtlijn nr. 92/65/EEG: richtlijn nr. 92/65/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 13 juli 1992 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van dieren, sperma, eicellen en embryo’s waarvoor ten aanzien van de veterinairrechtelijke voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving als bedoeld in bijlage A, onder 1, van Richtlijn 90/425/EEG geldt (PbEG L 268);
e.
richtlijn nr. 92/118/EEG: richtlijn nr. 92/118/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 17 december 1992 tot vaststelling van de veterinairrechtelijke en de gezondheidsvoorschriften voor het handelsverkeer en de invoer in de Gemeenschap van produkten waarvoor ten aanzien van deze voorschriften geen specifieke communautaire regelgeving geldt als bedoeld in bijlage A, hoofdstuk I, van Richtlijn 89/662/EEG, en, wat ziekteverwekkers betreft, van Richtlijn 90/425/EEG (PbEG L 62);
beschikking nr. 97/794/EG: beschikking nr. 97/794/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 12 november 1997 tot vaststelling van bepalingen ter uitvoering van Richtlijn 91/496/EEG van de Raad met betrekking tot de veterinaire controles van uit derde landen in te voeren levende dieren (PbEG L 323);
h.
richtlijn nr. 97/78/EG: richtlijn nr. 97/78/EG van de Raad van de Europese Unie van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG L 24);
i.
verordening (EG) nr. 999/2001: verordening (EG) nr. 999/2001 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 mei 2001 houdende vaststelling van voorschriften inzake preventie, bestrijding en uitroeiing van bepaalde overdraagbare spongiforme encefalopathieën (PbEG L 147);
j.
verordening (EG) nr. 178/2002: verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PbEG L 31);
k.
verordening (EG) nr. 1774/2002: verordening (EG) nr. 1774/2002 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 3 oktober 2002 tot vaststelling van gezondheidsvoorschriften inzake niet voor menselijke consumptie bestemde dierlijke bijproducten (PbEG L 273);
l.
richtlijn nr. 2002/99/EG: richtlijn nr. 2002/99/EG van de Raad van de Europese Unie van 16 december 2002 houdende vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie, de verwerking, de distributie en het binnenbrengen van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PbEU L 18);
m.
verordening (EG) nr. 853/2004: verordening (EG) nr. 853/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (PbEU L 139);
n.
verordening (EG) nr. 854/2004: verordening (EG) nr. 854/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 houdende vaststelling van specifieke voorschriften voor de organisatie van de officiële controles van voor menselijke consumptie bestemde producten van dierlijke oorsprong (PbEU L 139);
o.
verordening (EG) nr. 882/2004: verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn (PbEU L 165);
p.
verordening (EG) nr. 1/2005: verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van de Europese Unie van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en Verordening (EG) nr. 1255/97 (PbEU L3).
Hoofdstuk
2
In Nederland brengen van dierlijke producten en levende dieren en producten vanuit derde landen
§
1
In Nederland brengen van dierlijke producten uit derde landen
Ingeval het onderzoek op grond van artikel 9 van richtlijn nr. 97/78/EG alleen bestaat uit een documentencontrole is de aanbieder, in afwijking van het eerste lid, een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 32,47, verhoogd met een bedrag van € 21,65 per kwartier voor iedere officiële dierenarts en met een bedrag van € 16,22 per kwartier voor iedere officiële assistent die met de documentencontrole is belast.
3
In afwijking van het eerste lid, bedraagt de maximale retributie voor een te controleren partij producten afkomstig van pluimvee, die vervoerd en aangeboden wordt als stuksgoed:
a.
€ 817,89 per schip met een lading producten afkomstig van pluimvee tot 500 ton;
b.
€ 1.635,80 per schip met een lading producten afkomstig van pluimvee tot 1000 ton;
c.
€ 3.271,62 per schip met een lading producten afkomstig van pluimvee tot 2000 ton;
d.
€ 4.914,15 per schip met een lading producten afkomstig van pluimvee vanaf 2000 ton.
4
Indien de partij producten van dierlijke oorsprong afkomstig is uit Nieuw-Zeeland, is de aanbieder, in afwijking van het eerste, tweede en derde lid, een retributie verschuldigd bestaande uit een tarief van € 0,0015 per kg met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten minste € 30,00 en ten hoogste € 350,00 in rekening zal worden gebracht.
De hoogte van de retributie, bedoeld in het eerste lid, komt overeen met de werkelijke kosten van de controle die op grond van de in het eerste lid genomen maatregel wordt uitgevoerd, met inbegrip van en voor zover van toepassing, de administratiekosten, de loonkosten en de sociale premies van de met de controle belaste personen van de VWA en de kosten van laboratoriumonderzoek.
Artikel
5
Voor de keuringen en controles bij de inslag, opslag of uitslag bedoeld in artikel 12, vijfde lid, tweede, derde en vierde gedachtestreepje, van richtlijn nr. 97/78/EG, is degene die een partij producten van dierlijke oorsprong heeft ingeslagen, onderscheidenlijk opgeslagen, in- of uitgeslagen uit een douane-entrepot, een ruimte voor tijdelijke opslag of een vrij entrepot, een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 32,47 vermeerderd met een bedrag van:
a.
€ 21,65 per kwartier dat aan de keuringen en controles door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 16,22 per kwartier dat aan de keuringen en controles door een officiële assistent is besteed.
§
2
In Nederland brengen van levende dieren en levende producten uit derde landen
ter zake van diersoorten als bedoeld in richtlijn nr. 92/65/EEG alsmede ter zake van runderen, paardachtigen, varkens, schapen en geiten, pluimvee en klein wild een retributie verschuldigd van € 0,00940 per kg levend gewicht, met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten minste € 57,30 en ten hoogste € 440,97 in rekening wordt gebracht;
b.
ter zake van diersoorten als bedoeld in beschikking nr. 97/794/EG een retributie verschuldigd van € 0,00940 per kg levend gewicht, met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten hoogste € 440,97 in rekening wordt gebracht;
c.
ter zake van levende producten als bedoeld in de Regeling handel levende dieren en levende producten een retributie verschuldigd van € 0,00940 per kg levend gewicht, met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten minste € 57,30 en ten hoogste € 440,97 in rekening wordt gebracht.
2
In geval het onderzoek, bedoeld in artikel 2.44, vijfde lid, van de Regeling handel levende dieren en levende producten, op grond van artikel 2.44, zevende lid, van die regeling alleen bestaat uit een documentencontrole, is de aanbieder, in afwijking van het eerste lid, een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 32,47 verhoogd met € 21,65 per kwartier voor iedere officiële dierenarts en met € 16,22 per kwartier voor iedere officiële assistent die met de documentencontrole is belast.
3
Indien een partij levende dieren als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, afkomstig is uit Nieuw-Zeeland, is de aanbieder, in afwijking van het eerste lid, een retributie verschuldigd, bestaande uit een bedrag van € 0,0050 per kg, met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten minste € 30,00 en ten hoogste € 350,00 in rekening wordt gebracht.
4
Indien een partij levende producten als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, afkomstig is uit Nieuw-Zeeland, is de aanbieder, in afwijking van het eerste lid, een retributie verschuldigd, bestaande uit een bedrag van € 0,0015 per kg, met dien verstande dat voor elke ter keuring aangeboden partij ten minste € 30,00 en ten hoogste € 350,00 in rekening wordt gebracht.
De in het eerste lid bedoelde retributie bedraagt de werkelijke kosten van de verrichte onderzoeken en keuringen, met inbegrip van en voor zover van toepassing, de administratiekosten, de loonkosten en de sociale premies van de met de onderzoeken en keuringen belaste personen van de VWA en de kosten van laboratoriumonderzoek.
€ 21,65 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 16,22 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
Hoofdstuk
3
Vervoer en uitvoer van levende dieren
Artikel
10
Vervallen
Artikel
11
Voor het onderzoek, bedoeld in artikel 77, tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, voor zover dit betrekking heeft op het anders dan in doorvoer buiten Nederland brengen van vee, en voor zover dit binnen openingstijd wordt verricht, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 37,97 en een bedrag van:
a.
€ 30,28 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 18,00 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
Hoofdstuk
4
Werkzaamheden op verzoek
Artikel
12
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder ‘werkzaamheden’ verstaan werkzaamheden die op verzoek van de aanbieder door of vanwege de VWA worden verricht ter zake van het onderzoek van voor uitvoer bestemde producten van dierlijke oorsprong, voor zover dit onderzoek verband houdt met de door het land van bestemming aan de invoer gestelde eisen dan wel voor zover dit onderzoek verband houdt met een schriftelijke afspraak tussen de Chief Veterinary Officer en de bevoegde autoriteit van een derde land.
Artikel
13
1
Voor werkzaamheden binnen openingstijd is de aanbieder een retributie verschuldigd van € 21,65 per onderzoek van een partij.
2
Voor zover voor de behandeling van het verzoek inzet van een officiële dierenarts of een officiële assistent nodig is, wordt de in het eerste lid bedoelde retributie verhoogd met een starttarief van € 36,96 en een bedrag van:
a.
€ 28,26 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 22,76 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
3
Indien certificaten of geleidebiljetten worden afgegeven, is de aanbieder naast de retributies, bedoeld in het eerste en tweede lid, een retributie verschuldigd van € 19,96 per certificaat of geleidebiljet.
4
In afwijking van het derde lid is de aanbieder voor afgifte van certificaten of geleidebiljetten die worden afgegeven op grond van een schriftelijke afspraak tussen de Chief Veterinary Officer en de bevoegde autoriteit van een derde land, naast de vergoeding, bedoeld in het tweede lid, een retributie verschuldigd van € 2,26 per certificaat of geleidebiljet.
Artikel
14
1
Voor zover artikel 13, derde en vierde lid, niet van toepassing is, is voor de afgifte vanwege de VWA van één origineel exemplaar dan wel één voor origineel gewaarmerkt afschrift van een certificaat en de daarbij behorende bijlagen een retributie verschuldigd van telkens € 19,96, onderscheidenlijk € 2,26.
2
In afwijking van artikel 13, derde lid, is voor het afgeven op verzoek van belanghebbende van verklaringen ten behoeve van de export van diergeneesmiddelen of registratie daarvan in het buitenland een vergoeding verschuldigd van € 32,97 voor elke door de VWA af te geven verklaring.
Artikel
15
Voor zover voor de werkzaamheden op verzoek dan wel voor het afgeven van certificaten laboratoriumonderzoek noodzakelijk is, is naast de ingevolge de artikelen 13 of 14 verschuldigde retributies, een retributie ten bedrage van de kosten van laboratoriumonderzoek verschuldigd.
Artikel
16
1
Voor het onderzoek, bedoeld in artikel 79 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, dat op verzoek van de aanbieder door de VWA binnen openingstijd wordt verricht, is de aanbieder een retributie verschuldigd van € 21,65 per onderzoek.
2
Voor zover voor het onderzoek inzet van een officiële dierenarts of officiële assistent nodig is, wordt de in het eerste lid bedoelde retributie verhoogd met een starttarief van € 36,96 en een bedrag van € 28,26 per kwartier dat aan het onderzoek door een officiële dierenarts is besteed, en € 22,76 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
3
Indien naar aanleiding van het verzoek van de aanbieder, bedoeld in het eerste lid, certificaten of geleide biljetten worden afgegeven, is de aanbieder naast de retributie, bedoeld in het eerste lid, een retributie verschuldigd van € 19,96 per certificaat of geleidebiljet.
4
In afwijking van het derde lid is de aanbieder voor afgifte van certificaten of geleidebiljetten die worden afgegeven op grond van een schriftelijke afspraak tussen de Chief Veterinary Officer en de bevoegde autoriteit van een derde land, naast de retributie, bedoeld in het tweede lid, een retributie verschuldigd van € 2,26 per certificaat of geleidebiljet.
5
Indien in het kader van het in het eerste lid bedoelde onderzoek laboratoriumonderzoek noodzakelijk is, is naast de ingevolge het eerste lid verschuldigde retributie, een retributie ter hoogte van de kosten van het laboratoriumonderzoek verschuldigd.
Hoofdstuk
5
Slacht
§
1
Officiële controles in het kader van het slachten van runderen, kalveren, varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren
Artikel
17
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van runderen, kalveren, varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren, alsmede voor een bijzondere keuring, verricht door een officiële dierenarts, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 30,93 en een tarief per dier.
2
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, wordt berekend door het totaal aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door één of meer met de werkzaamheden belast persoon, werkzaam bij de VWA, aan keuring en onderzoek in verband met het slachten is besteed, de tijd die met onderbrekingen en uitstel van de werkzaamheden is gemoeid hieronder begrepen, te vermenigvuldigen met het in het derde lid en voor zover van toepassing het vierde lid genoemde bedrag per diersoort, en de uitkomst hiervan te delen door het aantal dieren van dezelfde soort, dat op deze dag in het desbetreffende slachthuis is geslacht.
3
Voor de werkzaamheden verricht door één of meer officiële dierenartsen gelden per diersoort, per officiële dierenarts en per kwartier dat door de officiële dierenarts aan de werkzaamheden is besteed, de volgende bedragen:
a.
voor runderen: € 24,10;
b.
voor kalveren: € 22,49;
c.
voor varkens: € 25,53;
d.
voor schapen en geiten: € 26,71;
e.
voor eenhoevige dieren: € 32,03.
4
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, vermeerderd met het overeenkomstig artikel 19, tweede lid, omgerekende tarief, bedraagt ten minste:
a.
voor runderen: € 2,02;
b.
voor kalveren: € 1,12;
c.
voor varkens: € 0,58;
d.
voor schapen en geiten: € 0,22;
e.
voor eenhoevige dieren: € 1,98.
5
Dit artikel is niet van toepassing op controles in slachthuizen als bedoeld in artikel 18.
Artikel
18
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, ter zake van het slachten van runderen, kalveren, varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren, binnen openingstijd verricht door een officiële dierenarts in een slachthuis dat niet meer behandelt dan 20 GVE per week met een maximum van 1000 GVE per jaar, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 32,42 en een tarief voor elk op één en dezelfde dag gekeurd dier van:
a.
voor runderen: € 10,08;
b.
voor kalveren:
1°.
aangeboden met een SKV-certificaat: € 5,16;
2°.
aangeboden zonder een SKV-certificaat: € 7,73;
c.
voor varkens, niet zijnde zeugen of beren: € 7,56;
d.
voor varkens, zijnde zeugen of beren: € 10,11;
e.
voor schapen en geiten: € 3,25;
f.
voor eenhoevige dieren: € 14,40.
2
Voor de toepassing van het eerste lid gelden voor de berekening van het aantal GVE, bedoeld in het eerste lid, de omrekeningscoëfficiënten opgenomen in bijlage II.
Artikel
19
1
Voor de post mortem keuringswerkzaamheden, bedoeld in sectie IV, hoofdstuk I, hoofdstuk II, hoofdstuk III en hoofdstuk IV, onderdeel B, van Bijlage I bij verordening (EG) nr. 854/2004, ter zake van runderen, kalveren, varkens, schapen, geiten en eenhoevige dieren, verricht door een officiële assistent in het kader van de uitvoering van het Convenant Roodvleeskeuring, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 46,81 en een bedrag van € 11,70 per kwartier dat aan de keuring door deze officiële assistent is besteed.
2
Voor de toepassing van artikel 17, vierde lid, wordt het tarief per kwartier bedoeld in het eerste lid, omgerekend naar een tarief per dier, overeenkomstig artikel 17, tweede lid.
§
2
Onderzoeken van runderen, schapen, geiten en varkens betreffende residuen van bepaalde stoffen
€ 1.172,03 voor elk monster van een ter slachting aangeboden rund waarvoor onderzoek wordt gevorderd;
b.
€ 53,73 voor elk monster van een ter slachting aangeboden schaap of geit waarvoor onderzoek wordt gevorderd;
c.
€ 12,39 voor elk monster van een ter slachting aangeboden varken waarvoor onderzoek wordt gevorderd.
§
3
Officiële controles in het kader van het slachten van buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden damherten en edelherten en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen
Artikel
21
Deze paragraaf is van toepassing op de officiële controles in het kader van het slachten van de volgende dieren: buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden edelherten en damherten en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen.
Artikel
22
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van de in artikel 21 genoemde dieren, alsmede voor een bijzondere keuring, verricht door een officiële dierenarts of een officiële assistent, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 30,93 en een tarief per dier.
2
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, wordt berekend door het totaal aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door één of meer met de werkzaamheden belast persoon, werkzaam bij de VWA, aan keuring en onderzoek in verband met het slachten is besteed, de tijd die met onderbrekingen en uitstel van de werkzaamheden is gemoeid hieronder begrepen, te vermenigvuldigen met het in het derde lid en voor zover van toepassing het vierde lid genoemde bedrag per diersoort, en de uitkomst hiervan te delen door het aantal dieren van dezelfde soort, dat op deze dag in het desbetreffende slachthuis is geslacht.
3
Voor de werkzaamheden verricht door één of meer officiële dierenartsen gelden per diersoort, per officiële dierenarts en per kwartier dat door de officiële dierenarts aan de werkzaamheden is besteed, de volgende bedragen:
a.
voor in gedomesticeerde staat gehouden damherten: € 26,71;
b.
voor buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden edelherten, en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen: € 32,03.
4
Indien een in het derde lid bedoelde officiële dierenarts zich bij de werkzaamheden laat bijstaan door één of meer officiële assistenten, gelden in aanvulling op de in dat lid bedoelde bedragen de volgende bedragen per diersoort per officiële assistent:
a.
voor in gedomesticeerde staat gehouden damherten: € 16,52;
b.
voor buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden edelherten en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen: € 19,81.
5
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, bedraagt ten minste:
a.
voor in gedomesticeerde staat gehouden damherten: € 0,22;
b.
voor buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden edelherten en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen: € 1,98.
6
Dit artikel is niet van toepassing op controles in slachthuizen als bedoeld in artikel 18.
Artikel
23
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd verricht door een officiële dierenarts of een officiële assistent, ter zake van het slachten van de in artikel zwijnen, damherten, buffels, rendieren, kangoeroes en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen, in een slachthuis dat niet meer behandelt dan 20 GVE per week met een maximum van 1000 GVE per jaar, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit de volgende bedragen:
a.
voor zwijnen, niet zijnde zeugen of beren: € 7,56;
b.
voor zwijnen, zijnde zeugen of beren: € 10,11;
c.
voor damherten: € 3,25;
d.
voor buffels, rendieren, kangoeroes en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen: € 14,40.
2
Voor de toepassing van het eerste lid gelden voor de berekening van het aantal GVE, bedoeld in het eerste lid, de omrekeningscoëfficiënten opgenomen in bijlage II.
§
4
Officiële controles in het kader van het slachten van pluimvee en loopvogels
Artikel
24
1
Voor de controles, bedoeld in artikel 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van pluimvee of loopvogels, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 33,48 en een tarief per dier voor de volgende categorieën:
a.
pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van minder dan 2 kilogram;
b.
pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van 2 tot en met 5 kilogram;
c.
pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van meer dan 5 kilogram.
2
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b en c, wordt berekend door het aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door de met de werkzaamheden belaste officiële dierenarts of officiële dierenartsen aan keuring en onderzoek in verband met het slachten van dieren van dezelfde categorie in een slachthuis is besteed, de tijd die met de onderbrekingen en uitstel van de werkzaamheden is gemoeid hieronder begrepen, te vermenigvuldigen met € 26,09 en de uitkomst hiervan te delen door het aantal dieren van dezelfde categorie, dat op deze dag in het desbetreffende slachthuis is geslacht.
3
Indien een in het tweede lid bedoelde officiële dierenarts zich bij de controles laat bijstaan door één of meer officiële assistenten, wordt het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, berekend door het totaal aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door één of meer officiële dierenartsen aan keuring en onderzoek in verband met het slachten van dieren van dezelfde soort in een slachthuis is besteed, te vermenigvuldigen met € 26,09 en de uitkomst van die vermenigvuldiging te verhogen met de uitkomst van de vermenigvuldiging van het totaal aantal door de officiële assistent of de officiële assistenten aan desbetreffende keuring en onderzoek bestede kwartieren met € 17,33.
4
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b en c, bedraagt:
a.
voor pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van minder dan 2 kilogram ten minste € 0,0045;
b.
voor pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van 2 tot en met 5 kilogram ten minste € 0,0090;
c.
voor pluimvee en loopvogels (Ratites) met een geslacht gewicht van meer dan 5 kilogram ten minste € 0,0180.
Artikel
25
1
Indien in het slachthuis een deel van de werkzaamheden overeenkomstig artikel 4, vijfde lid, van de Regeling vleeskeuring wordt uitgevoerd door hiertoe speciaal opgeleid personeel van dit slachthuis, is de aanbieder, in afwijking van artikel 24, voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van pluimvee een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 33,48 en een bedrag van:
a.
€ 26,09 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 17,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
2
In aanvulling op het eerste lid, is per kalenderjaar en, indien het slachten plaatsvindt met gebruikmaking van een band, voor elke band afzonderlijk, ten minste een tarief verschuldigd van gemiddeld:
a.
€ 0,0045 per geslacht dier indien het geslacht gewicht minder dan 2 kg bedraagt;
b.
€ 0,0090 per geslacht dier indien het geslacht gewicht 2 kg tot en met 5 kg bedraagt;
c.
€ 0,0180 per geslacht dier indien het geslacht gewicht meer dan 5 kg bedraagt.
§
5
Officiële controles in het kader van het slachten van klein wild
Artikel
26
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van klein wild is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 33,48 en een tarief per dier voor de volgende categorieën:
a.
klein wild met een geslacht gewicht van minder dan 2 kilogram;
b.
klein wild met een geslacht gewicht van 2 tot en met 5 kilogram;
c.
klein wild met een geslacht gewicht van meer dan 5 kilogram.
2
Het tarief per dier, bedoeld in het tweede lid, onderdelen a, b en c, wordt berekend door het aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door de met de werkzaamheden belaste officiële dierenarts of officiële dierenartsen aan keuring en onderzoek in verband met het slachten van dieren van dezelfde categorie in een slachthuis is besteed, de tijd die met de onderbrekingen en uitstel van de werkzaamheden is gemoeid hieronder begrepen, te vermenigvuldigen met € 26,09 en de uitkomst hiervan te delen door het aantal dieren van dezelfde categorie, dat op deze dag in het desbetreffende slachthuis is geslacht.
3
Indien een in het tweede lid bedoelde officiële dierenarts zich bij de werkzaamheden laat bijstaan door één of meer officiële assistenten, wordt het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, berekend door het totaal aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door één of meer officiële dierenartsen aan keuring en onderzoek in verband met het slachten van dieren van dezelfde soort in een slachthuis is besteed te vermenigvuldigen met € 26,09 en de uitkomst van die vermenigvuldiging te verhogen met de uitkomst van de vermenigvuldiging van het totaal aantal door de officiële assistent of de officiële assistenten aan desbetreffende keuring en onderzoek bestede kwartieren met € 17,33.
4
Het tarief per dier, bedoeld in het eerste lid, onderdelen a, b en c, bedraagt:
a.
voor klein wild met een geslacht gewicht van minder dan 2 kilogram ten minste € 0,0045;
b.
voor klein wild met een geslacht gewicht van 2 tot en met 5 kilogram ten minste € 0,0090;
c.
voor klein wild met een geslacht gewicht van meer dan 5 kilogram ten minste € 0,0180.
§
6
Officiële controles in het kader van het slachten van grof vrij wild
Artikel
27
1
Voor de controles, bedoeld in de artikelen 4, tweede lid, en 5, eerste lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, binnen openingstijd ter zake van het slachten van grof vrij wild is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 31,32, en een retributie per dier.
2
De retributie per dier, bedoeld in het eerste lid, wordt berekend door het totaal aantal kwartieren dat op één en dezelfde dag door de met de inspectiewerkzaamheden belaste personen aan de inspectiewerkzaamheden in verband met het slachten van het dier is besteed, de tijd die met onderbrekingen en uitstel van de werkzaamheden is gemoeid hieronder begrepen, te vermenigvuldigen met de in het derde en vierde lid genoemde bedragen, en de uitkomst hiervan te delen door het aantal dieren dat deze dag in de desbetreffende wildverwerkingsinrichting is geslacht.
3
Voor de werkzaamheden verricht door één of meer officiële dierenartsen is per officiële dierenarts een retributie verschuldigd van € 32,03.
4
Indien een in het derde lid bedoelde officiële dierenarts zich bij de werkzaamheden laat bijstaan door één of meer officiële assistenten, is naast de in het derde lid bedoelde bedragen per officiële assistent een retributie verschuldigd van € 19,81.
§
7
Controles betreffende residuen van bepaalde stoffen in het kader van het Nationaal Plan Residuen
De retributie voor de herkeuring, bedoeld in artikel 10 van de Regeling vleeskeuring, bedraagt € 165,39, met dien verstande dat de retributie voor de herkeuring van vlees op stoffen met hormonale of sympathico-mimetische werking € 1.172,03 bedraagt voor elk monster van een ter slachting aangeboden rund waarvoor de herkeuring is gevorderd.
2
De in het eerste lid bedoelde retributie wordt betaald aan de regiodirecteur van de regio waar de herkeuring werd aangevraagd voordat met de herkeuring wordt begonnen en wordt, indien de oorspronkelijke keuringsbeslissing niet in stand wordt gelaten, zo spoedig mogelijk na afloop van de herkeuring door de VWA terugbetaald.
§
9
Extra retributies in het kader van de slacht van runderen, kalveren, varkens, schapen, geiten, eenhoevige dieren, buffels, rendieren, kangoeroes, in gedomesticeerde staat gehouden edelherten en damherten en overig gekweekt wild, met uitzondering van gekweekte loopvogels en lagomorfen
Artikel
31
1
Ingeval de controles, bedoeld in de artikelen 17 en 22, op verzoek van de aanbieder worden verricht in een aaneengesloten periode van maximaal 10 uur, wordt de retributie, bedoeld in artikel 17, eerste lid, onderscheidenlijk artikel 22, eerste lid, voor de controles verricht in het tiende uur, verhoogd met 30%.
2
Ingeval de controles, bedoeld in de artikelen 17 en 22, op verzoek van de aanbieder worden verricht in een aaneengesloten periode van langer dan 10 uur, is de aanbieder naast de retributie, bedoeld artikel 17, eerste lid, onderscheidenlijk artikel 22, eerste lid, een retributie verschuldigd van:
a.
€ 3,16 per kwartier dat door een officiële dierenarts aan de werkzaamheden is besteed;
b.
€ 1,93 per kwartier dat door een officiële assistent aan de werkzaamheden is besteed.
§
10
Extra retributies in het kader van de slacht van pluimvee, loopvogels en klein wild
Artikel
32
1
In geval de controles, bedoeld in de artikelen 24, 25 en 26, op verzoek van de aanbieder worden verricht in een aaneengesloten periode van maximaal 10 uur, wordt de retributie, bedoeld in artikel 24 onderscheidenlijk de artikelen 25 en 26, voor de controles verricht in het tiende uur, verhoogd met 30%.
2
In geval de controles, bedoeld in de artikelen 24, 25 en 26, op verzoek van de aanbieder worden verricht in een aaneengesloten periode van langer dan 10 uur, is de aanbieder naast de retributie, bedoeld artikel 24 onderscheidenlijk de artikelen 25 en 26 een retributie verschuldigd van:
a.
€ 3,37 per kwartier dat door een officiële dierenarts aan de werkzaamheden is besteed;
b.
€ 2,04 per kwartier dat door een officiële assistent aan de werkzaamheden is besteed.
§
11
Specifieke maatregelen officiële dierenarts
Artikel
33
Bij toepassing van de maatregelen, bedoeld in sectie II, hoofdstuk II, punt 5, van bijlage I bij verordening (EG) nr. 854/2004, is de exploitant van de pluimveehouderij een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 33,48 en een bedrag van:
a.
€ 26,09 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 17,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
Hoofdstuk
6
Uitsnijderijen, koel- en vrieshuizen en slachthuizen voor de slacht van lagomorfen
Artikel
34
1
Voor de door de VWA vooraf aangekondigde en vastgelegde periodieke controles als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van verordening (EG) nr. 854/2004 in een uitsnijderij of een koel- of vrieshuis, voor zover de Regeling vleeskeuring hierop van toepassing is, is de eigenaar, het hoofd of de bestuurder van de uitsnijderij onderscheidenlijk het koel- of vrieshuis een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 31,66 en een bedrag van:
a.
€ 20,81 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 13,39 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
2
Voor de door de VWA vooraf aangekondigde en vastgelegde periodieke controles, als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van verordening (EG) nr. 854/2004, in een slachthuis dat op grond van artikel 4 van verordening (EG) nr. 853/2004 is erkend voor het slachten van lagomorfen, voor zover de Regeling vleeskeuring hierop van toepassing is, is de eigenaar, het hoofd of de bestuurder van het slachthuis een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 33,48 en een bedrag van:
a.
€ 26,09 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 17,33 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
Hoofdstuk
7
Controles verzamelcentra
Artikel
35
Voor de controlewerkzaamheden als bedoeld in artikel 18, tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, is de aanbieder een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 37,97 indien op de dag waarop de werkzaamheden plaatsvinden, geen varkens, runderen, schapen of geiten anders dan in doorvoer buiten Nederland worden gebracht, en een bedrag van:
a.
€ 30,28 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 18,00 per kwartier dat aan de werkzaamheden door een officiële assistent is besteed.
De in het eerste lid bedoelde vergoeding bedraagt per erkenning € 684,30.
3
Voor zover voor de erkenning van een laboratorium een audit als bedoeld in artikel 7 van de Regeling erkenning en aanwijzing veterinaire laboratoria wordt verricht, wordt de vergoeding, bedoeld in het tweede lid, per erkenning verhoogd met een bedrag van € 133,70 per uur dat aan de audit door het CIDC-Lelystad is besteed tot een maximum van € 2.139,14 per audit per erkenning.
Indien aanvullend onderzoek nodig is wordt de vergoeding, bedoeld in het derde lid, vermeerderd met een bedrag van € 133,70 per uur dat aan het aanvullend onderzoek wordt besteed.
5
De in het tweede lid bedoelde vergoeding bestaat uit een bedrag van:
a.
€ 577,00 per uitgevoerde audit door het CIDC-Lelystad, vermeerderd met
b.
€ 0,54 per door het erkend laboratorium uitgevoerde BSE-test voor de in het tweede lid bedoelde werkzaamheden van het CIDC-Lelystad.
§
2
Behandeling aanvragen en onderhoud van erkenningen, registraties, aanwijzingen, toelatingen van levensmiddelenbedrijven
Artikel
38
Een retributie van € 59,55 is verschuldigd door degene die een aanvraag indient om een erkenning of registratie als bedoeld in artikel 4 van verordening nr. 853/2004, voor zover het een levensmiddelenbedrijf betreft waarop de Regeling vleeskeuring van toepassing is.
een toelating, aanwijzing, erkenning of registratie te verkrijgen als bedoeld in de bijlage bij deze regeling;
c.
een vergunning te verkrijgen als bedoeld in de artikelen 10 en 11 van verordening (EG) nr. 1/2005.
Artikel
41
Voor zover voor de behandeling van de aanvraag, bedoeld in de artikelen 38, 39, 40, 42, 43 en 44, inzet van een officiële dierenarts of officiële assistent nodig is, wordt de in deze artikelen bedoelde retributie per aanvraag verhoogd met een starttarief van € 48,71 en een bedrag van:
a.
€ 21,65 per kwartier dat aan de behandeling door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 16,22 per kwartier dat aan de behandeling door een officiële assistent is besteed.
Artikel
42
Voor de behandeling van een aanvraag tot goedkeuring als handelaar als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van richtlijn nr. 97/78/EG, is de handelaar een retributie verschuldigd van € 59,55.
Artikel
43
Voor de behandeling van een aanvraag tot erkenning van een entrepot als bedoeld in artikel 12, vierde lid, van richtlijn nr. 97/78/EG, is de exploitant of eigenaar van het entrepot, dan wel diens vertegenwoordiger een retributie verschuldigd van € 59,55.
Artikel
44
Voor de behandeling van een aanvraag tot erkenning van een speciaal entrepot in de haven van bestemming als bedoeld in artikel 13, tweede lid, onder a, van richtlijn nr. 97/78/EG, is de exploitant of eigenaar van het entrepot, dan wel diens vertegenwoordiger een retributie verschuldigd van € 59,55.
Artikel
45
Voor door de VWA vooraf aangekondigde en vastgelegde periodieke controles op de naleving van de eisen verbonden aan de in artikel 38, 39, 40, 41, 42, 43 en 44 bedoelde vergunning, toelating, aanwijzing, erkenning of registratie ten behoeve van de instandhouding daarvan, is de houder van de vergunning, toelating, aanwijzing, erkenning of registratie een retributie verschuldigd, bestaande uit een starttarief van € 32,47, vermeerderd met een bedrag van:
a.
€ 21,65 per kwartier dat aan de controles door een officiële dierenarts is besteed;
b.
€ 16,22 per kwartier dat aan de controles door een officiële assistent is besteed.
§
3
Certificaten
Artikel
46
Indien certificaten worden afgegeven, is de aanbieder naast de retributies bedoeld in de artikelen 3, 5, 6, 9, 10, 17, 22, 24, 25, 26, 31, 34, 35, 36, 38, 40 en 45 een retributie verschuldigd van € 2,26 per certificaat.
Hoofdstuk
9
Overige extra retributies
Artikel
47
1
De aanbieder is een retributie verschuldigd naast de ingevolge de artikelen 3, 5, 6, 8, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 34, 35 en 48 verschuldigde retributies, bestaande uit een bedrag van:
a.
€ 6,03 per kwartier per voor de VWA met de werkzaamheden belaste persoon indien de werkzaamheden later zijn aangemeld dan 14:00 uur van de werkdag voorafgaande aan de dag waarop de werkzaamheden zouden plaatsvinden;
b.
€ 8,62 per kwartier dat door een officiële dierenarts aan de werkzaamheden is besteed ingeval deze plaatsvinden buiten openingstijd van de VWA;
c.
€ 6,03 per kwartier dat door een officiële assistent aan de werkzaamheden is besteed ingeval deze plaatsvinden buiten openingstijd van de VWA.
2
Het eerste lid, aanhef en onderdelen b en c, is niet van toepassing indien de werkzaamheden, bedoeld in de artikelen 17, 22 en 24, zijn verricht op maandag tot en met vrijdag, voor zover het geen algemeen erkende feestdag betreft, tussen 06.00 uur en 07.00 uur of tussen 18.00 uur en 23.00 uur, en de werkzaamheden, gelet op artikel 31, tweede lid, langer duren dan 9 uur aaneengesloten.
3
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in artikel 19, een retributie verschuldigd, bestaande uit een bedrag van € 7,14 per kwartier dat door de officiële assistent, bedoeld in artikel 19, aan de werkzaamheden is besteed, indien de in het desbetreffende artikel bedoelde post mortem keuringswerkzaamheden op verzoek van de aanbieder op een algemeen erkende feestdag worden verricht.
Artikel
48
1
De aanbieder is naast de ingevolge artikelen 24, 25, 26, 33 en 34, tweede lid, verschuldigde retributies een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel in het geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van:
a.
€ 26,09 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 17,33 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
2
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in de artikelen 17, 18, 19, 22 en 23 en 27 een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden in het geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van:
a.
€ 25,91 voor iedere officiële dierenarts die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 16,02 voor iedere officiële assistent die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
3
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in artikel 34, eerste lid, een retributie verschuldigd voorzover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van:
a.
€ 20,81 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 13,39 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
4
De aanvrager is naast de retributies, bedoeld in de artikelen 5, 8, 9, 38, 39, 41, 42, 43, 44 en 45 een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van:
a.
€ 21,65 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 16,22 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
5
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in de artikelen 3, 6 en 7, een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van
a.
€ 26,71 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 18,71 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
6
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in de artikelen 10 en 11 een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van
a.
€ 30,28 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 18,00 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
7
De aanbieder is naast de retributie, bedoeld in de artikelen 13 en 16, een retributie verschuldigd voor zover door omstandigheden buiten toedoen van de met de werkzaamheden belaste persoon of personen, de werkzaamheden worden onderbroken of uitgesteld, dan wel geheel of gedeeltelijk niet plaatsvinden, bestaande uit een bedrag van
a.
€ 28,26 voor iedere officiële dierenarts,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden;
b.
€ 22,76 voor iedere officiële assistent,
1°.
voor elk kwartier dat de onderbreking of het uitstel heeft geduurd, onderscheidenlijk
2°.
die met de werkzaamheden naar het oordeel van de minister, blijkens de melding, bedoeld in artikel 50, zou zijn belast, voor elk kwartier dat de werkzaamheden volgens dat oordeel zouden hebben geduurd indien zij zouden hebben plaatsgevonden.
Artikel
49
Vervallen
Hoofdstuk
10
Overige bepalingen
Artikel
50
1
De aanbieder meldt de werkzaamheden die hij door de officiële dierenartsen of officiële assistenten wenst te laten verrichten, schriftelijk bij de VWA, uiterlijk vóór 14:00 uur op de werkdag voorafgaand aan de dag van de voorgenomen uitvoering van de werkzaamheden zoals deze zijn aangemeld.
2
De melding, bedoeld in het eerste lid, omvat ten minste:
a.
de soorten te verrichten bedrijfsactiviteiten;
b.
de soorten en hoeveelheden van de goederen;
c.
de datum en het tijdstip waarop de bedrijfsactiviteiten naar verwachting zullen aanvangen, en de datum en het tijdstip waarop de bedrijfsactiviteiten naar verwachting zullen eindigen.
3
Indien de datum of het tijdstip van aanvang of beëindiging van de werkzaamheden afwijkt van de datum of het tijdstip volgens de melding, bedoeld in het eerste lid, wordt degene die de melding heeft verricht, hiervan in kennis gesteld.
4
Indien gemelde bedrijfsactiviteiten niet zullen plaatsvinden, worden uitgesteld of overigens wijziging ondergaan als gevolg van niet aan de VWA te wijten oorzaken of omstandigheden, wordt dit door degene die de melding heeft verricht schriftelijk aan de VWA bericht, uiterlijk om 14.00 uur van de werkdag, voorafgaande aan de dag waarop de activiteiten plaatsvinden dan wel zouden hebben plaatsgevonden.
Artikel
51
Betalingsplichtigen verstrekken aan ambtenaren van de VWA en de departementale accountantsdienst van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, op verzoek, terstond en naar waarheid, alle inlichtingen die naar hun oordeel voor de uitvoering van deze regeling noodzakelijk zijn.
Artikel
52
Dit hoofdstuk is niet van toepassing op het bepaalde in Hoofdstuk 7, tenzij de strekking van de artikelen zich hiertegen niet verzet.