Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 15 maart 2006, nr. TRCJZ/2006/819, houdende een tijdelijke vrijstellingsregeling in verband met vaccinatie van hobbypluimvee en biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop (Tijdelijke vrijstellingsregeling vaccinatie hobbypluimvee en biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop)

Tijdelijke vrijstellingsregeling vaccinatie hobbypluimvee, biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
Handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
Gelet op beschikking nr. 2006/147/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 24 februari 2006 betreffende preventieve vaccinatie tegen hoogpathogene aviaire influenza H5N1 in Nederland en aanverwante bepalingen betreffende verplaatsingen (PbEU L 55), artikel 8 van richtlijn (EG) nr. 2001/82 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (PbEG L 311);

Besluit:

Hoofdstuk

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    VWA: Voedsel en Waren Autoriteit;

  • b.

    AI: Aviaire Influenza;

  • c.

    hobbypluimvee: pluimvee als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onder a, van beschikking 2006/147/EG;

  • d.

    biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop: kippen als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onder b, van beschikking 2006/147/EG;

  • e.

    beschikking 2006/147/EG: beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 24 februari 2006 betreffende preventieve vaccinatie tegen hoogpathogene aviaire influenza H5N1 in Nederland en aanverwante bepalingen betreffende verplaatsingen (PbEU L 55).

Hoofdstuk

2

Algemene bepalingen preventieve vaccinatie

Artikel

2

Artikel

4

Hoofdstuk

3

Hobbypluimvee

Paragraaf

1

Voorwaarden

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

De houder van ingevolge deze regeling gevaccineerd hobbypluimvee is verplicht:

  • a.

    er voor zorg te dragen dat het hobbypluimvee op de datum die is vermeld op de verklaring, bedoeld in artikel 7, vierde lid, voor de tweede maal wordt gevaccineerd;

  • b.

    tot het bijhouden van een register overeenkomstig een door de VWA verstrekt model dat ten minste de gegevens bevat die zijn opgenomen in de bijlage bij deze regeling, onder 8, en bewaart dit register gedurende drie jaar;

  • c.

    de verklaringen, bedoeld in de artikelen 6, tweede lid, en 7, vierde lid, en het register, bedoeld in onderdeel b, gedurende drie jaar te bewaren;

  • d.

    tot twaalf maanden na de vaccinatie, bedoeld in onderdeel a, de dierenarts die het hobbypluimvee heeft gevaccineerd, te consulteren indien al dan niet gevaccineerd hobbypluimvee ziekteverschijnselen vertoont of sterft;

  • e.

    de pootringen van gestorven gevaccineerde dieren te bewaren.

Paragraaf

2

Monitoring op Aviaire Influenza

Artikel

10

Paragraaf

3

Voorschriften voor vervoer

Artikel

11

Artikel

12

Het is verboden mest afkomstig van ingevolge deze regeling gevaccineerd hobbypluimvee buiten Nederland te brengen.

Hoofdstuk

4

Biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop

Paragraaf

1

Voorwaarden

Artikel

13

Artikel

14

Artikel

15

Artikel

16

De houder van ingevolge deze regeling gevaccineerde biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop is verplicht:

Paragraaf

2

Monitoring op Aviaire Influenza

Artikel

18

Artikel

19

Paragraaf

3

Voorwaarden voor vervoer van pluimvee en pluimveeproducten afkomstig van bedrijven waar wordt gevaccineerd

Artikel

20

Artikel

21

Het is verboden mest afkomstig van bedrijven waar zich biologische legkippen of legkippen met vrije uitloop bevinden die ingevolge deze regeling zijn gevaccineerd buiten Nederland te brengen.

Artikel

22

Artikel

23

Paragraaf

4

Reiniging en ontsmetting

Artikel

24

Hoofdstuk

5

Voorwaarden voor vervoer pluimvee, broedeieren en eendagskuikens afkomstig van bedrijven waar niet gevaccineerd wordt

Artikel

25

Het gezondheidscertificaat voor niet gevaccineerd levend pluimvee dat, en broedeieren en eendagskuikens die in het intracommunautaire handelsverkeer worden gebracht, voldoet aan artikel 6 van beschikking 2006/147/EG.

Hoofdstuk

6

Overig

Artikel

26

Wijzigt de Tijdelijke regeling ter wering van Aviaire Influenza II.

Artikel

27

Deze regeling treedt in werking op 16 maart 2006.

Artikel

28

Deze regeling zal worden aangehaald als: Tijdelijke vrijstellingsregeling vaccinatie hobbypluimvee, biologische legkippen en legkippen met vrije uitloop.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.P.Veerman

Bijlage

1. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op het formulier, bedoeld in artikel 4, eerste lid:

  • naam, adres en woonplaats van de dierenartsenpraktijk;

  • naam en registratienummer van de uitvoerende praktiserende dierenartsen van die praktijk.

2. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op het formulier, bedoeld in artikel 4, derde lid, onderdeel a, en artikel 6, eerste lid:

  • naam, adres en woonplaats van de houder van het hobbypluimvee;

  • aantal te vaccineren hobbypluimvee;

  • naam dierenarts die de vaccinatie gaat uitvoeren.

3. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op het formulier, bedoeld in artikel 4, derde lid, onderdeel b, en artikel 14, eerste lid:

  • naam, adres en woonplaats en UBN van de houder;

  • aantal te vaccineren hobbypluimvee inclusief koppel en hoknummer;

  • naam dierenarts die de vaccinatie gaat uitvoeren.

4. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op het formulier, bedoeld in artikel 4, derde lid, onderdeel c, en artikel 14, tweede lid:

  • naam, adres en woonplaats en UBN van het opfokbedrijf;

  • naam, adres en woonplaats en UBN van het bestemmingsbedrijf;

  • aantal te vaccineren hobbypluimvee;

  • naam dierenarts die de vaccinatie gaat uitvoeren.

5. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op de eigenaarsverklaring, bedoeld in artikel 6, tweede lid:

  • naam, adres, woonplaats en registratienummer van de houder;

  • gegevens van de dierenarts die de dieren vaccineert;

  • aantal te vaccineren dieren;

  • datum tweede vaccinatie.

6. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op de vaccinatieverklaring, bedoeld in artikel 7, vierde lid:

  • of het een eerste vaccinatie of tweede vaccinatie betreft;

  • bij een verklaring die betrekking heeft op de eerste vaccinatie: datum tweede vaccinatie;

  • gegevens van de dierenarts die de dieren vaccineert;

  • naam, adres, woonplaats en registratienummer van de eigenaar;

  • vaccinatiemiddel en batchnummer;

  • per diersoort het aantal dieren, aantal ml vaccin, gebruikte pootringen (per diameter).

7. Gegevens die ten minste in het register, bedoeld in artikel 7, zevende lid, moeten worden opgenomen:

  • gegevens over ontvangst, gebruik, verlies en retour van het vaccin;

  • batchnummer van het vaccin, datum waarop het vaccin is gebruikt, uit welk type flacon en het UBN van de eigenaar/houder waar het vaccin is gebruikt;

  • gegevens over ontvangst, gebruik en vervanging, verlies en retour van pootringen per maat;

  • datum waarop de pootringen zijn aangebracht;

  • registratienummer van de houder waar de ringen gebruikt zijn.

8. Gegevens die ten minste in het register, bedoeld in artikel 8, onderdeel b, moeten worden opgenomen:

  • naam en registratienummer van de eigenaar;

  • het aantal gevaccineerde dieren;

  • mutaties in de aantallen gevaccineerde dieren (datum, aantal aanvoer en afvoer met leveranciers, dan wel afnemer, aantal sterfte, waarbij telkens de diersoort wordt vermeld).

9. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op het formulier, bedoeld in artikel 11, vijfde lid, en 20, vijfde lid:

  • welke dieren of producten het betreft: hobbypluimvee of biologische legkippen of legkippen met vrije uitloop, eendagskuikens of broedeieren;

  • aantal dieren of producten;

  • naam, adres en woonplaats en registratienummer dan wel UBN van herkomst;

  • naam, adres en woonplaats en registratienummer, dan wel UBN van bestemming;

  • datum vervoer.

10. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op de houdersverklaring, bedoeld in artikel 14, derde lid:

  • naam, adres en woonplaats en UBN en KIP nummer van de houder;

  • gegeven van de dierenarts die de dieren vaccineert;

  • aantal te vaccineren dieren en aantal sentinels;

  • datum tweede vaccinatie.

11. Gegevens die ten minste moeten worden vermeld op de vaccinatieverklaring, bedoeld in artikel 15, vierde lid:

  • of het een eerste vaccinatie of tweede vaccinatie betreft;

  • bij een verklaring die betrekking heeft op de eerste vaccinatie: datum tweede vaccinatie;

  • gegevens van de dierenarts die de dieren vaccineert;

  • naam, adres en woonplaats, UBN en KIP nummer van de houder;

  • vaccinatiemiddel en batchnummer;

  • per diersoort het aantal dieren, aantal ml vaccin, gebruikte pootringen (sentinels);

  • stalnummer en koppelnummer.

12. Gegevens die ten minste in het register, bedoeld in artikel 15, zevende lid, moeten worden opgenomen:

  • gegevens over ontvangst, gebruik, verlies en retour van het vaccin;

  • batchnummer van het vaccin, datum waarop het vaccin is gebruikt, uit welk type flacon en het UBN van de eigenaar/houder waar het vaccin is gebruikt;

  • gegevens over ontvangst, gebruik en vervanging, verlies en retour van pootringen van de verklikkerdieren;

  • datum waarop de ringen zijn aangebracht;

  • UBN van de houder waar de ringen gebruikt zijn.

13. Gegevens die ten minste in de administratie, bedoeld in artikel 16, onderdeel b, moeten worden opgenomen:

  • naam en registratienummer van de houder;

  • het aantal gevaccineerde dieren;

  • het aantal verklikkerdieren;

  • de sterfte van gevaccineerde dieren en de verklikkerdieren;

  • mutaties in de koppels pluimvee die op het bedrijf zijn (datum, aantal aanvoer en afvoer met leveranciers, dan wel afnemer).