Regeling houdende eisen met betrekking tot een erkenning voor het uitvoeren van een wijziging in de constructie van een voertuig (Regeling aanpassing voertuigen)

Regeling aanpassing voertuigen

Hoofdstuk

1

Algemeen

Afdeling

1

Begripsbepalingen

Artikel

1

Afdeling

2

Aanvraag erkenning

Artikel

2

Artikel

3

De aanvraag van een erkenning wordt met inachtneming van de door de Dienst Wegverkeer vastgestelde voorschriften ingediend bij de Dienst Wegverkeer.

Artikel

4

Hoofdstuk

2

Erkenning LPG

Afdeling

1

Erkenningseisen

§

1

Organisatie, verantwoordelijkheden en bevoegdheden

Artikel

5

§

2

Gebouw en uitrusting

Artikel

6

Artikel

7

§

3

Apparatuur

Artikel

9

Artikel

10

De apparatuur, bedoeld in artikel 8, is deugdelijk en verkeert in een goede staat van onderhoud.

§

4

Personeel

Artikel

11

Afdeling

2

Erkenning behoudsbepalingen

Artikel

12

Afdeling

3

Erkenningsvoorschriften

§

1

Algemene voorschriften

Artikel

13

Artikel

14

Artikel

15

De werkplaats waarvoor de erkenning geldt, moet voortdurend blijven voldoen aan de in de artikelen 6 tot en met 11 gestelde eisen.

Artikel

16

Artikel

17

§

2

Voorschriften met betrekking tot inbouw en steekproef

Artikel

18

Artikel

19

Artikel

20

Alvorens inbouw plaatsvindt, controleert de daartoe verantwoordelijke persoon of de registratie van de ingangscontrole juist is uitgevoerd en of de te monteren LPG-installatie bestemd is voor het desbetreffende voertuig.

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

Artikel

24

Artikel

25

§

3

Voorschriften administratie en bescheiden

Artikel

26

Hoofdstuk

3

Erkenning snelheidsbegrenzers

Afdeling

1

Erkenningseisen

Artikel

27

Artikel

28

Artikel

29

De aanvrager van een erkenning moet beschikken over een register waarvan de registerkaarten overeenkomen met het model zoals opgenomen in bijlage II bij deze regeling.

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 30 en 31 moet de aanvrager van een erkenning dan wel het door hem aangewezen personeel aantoonbaar beschikken over actuele kennis omtrent de in het kader van de erkenning te voeren merken snelheidsbegrenzer.

Artikel

33

De aanvrager van een erkenning moet beschikken over een voorziening voor het door middel van datacommunicatie melden van de installatie aan de Dienst Wegverkeer. Deze voorziening moet geschikt zijn voor de toegangsstructuur van een door de Dienst Wegverkeer geaccepteerd netwerk.

Artikel

34

Afdeling

2

Erkenning behoudsbepalingen

Artikel

35

Afdeling

3

Erkenningsvoorschriften

§

1

Algemene erkenningsvoorschriften

Artikel

36

Artikel

37

Artikel

38

Artikel

39

De erkenninghouder draagt er zorg voor dat de bij hem in gebruik zijnde verzegelinrichting alsmede de aan hem verstrekte toegangscodes niet toegankelijk zijn voor onbevoegden.

§

2

Voorschriften voor installatie

Artikel

40

Bij installatie mag slechts gebruik worden gemaakt van snelheidsbegrenzers die voldoen aan het bepaalde in richtlijn 92/24/EEG en die voorzien zijn van een goedkeuringsmerk als bedoeld in bijlage IIII.

Artikel

41

Artikel

42

Onverminderd artikel 41, eerste lid, onderdeel b, mag voor de installatie een verzegeling van het controleapparaat verbroken worden, mits het verbreken van deze verzegeling noodzakelijk is voor de aansluiting van de snelheidsbegrenzer op het controleapparaat.

Artikel

43

Artikel

45

Artikel

46

Artikel

47

In de bestuurdersruimte moet op een duidelijk zichtbare plaats een installatieplaatje worden aangebracht waarop de ingestelde snelheid op onuitwisbare wijze is vermeld.

Artikel

48

Artikel

49

De erkenninghouder mag geen handelingen verrichten dan wel laten verrichten die er toe leiden dat de snelheidsbegrenzer, nadat het voertuig ingevolge artikel 48 bij de Dienst Wegverkeer is gemeld, niet langer op de voorgeschreven wijze is afgesteld of verzegeld.

Hoofdstuk

4

Erkenning GWC

Afdeling

1

Erkenningseisen

Artikel

51

Een erkenning GWC wordt uitsluitend verleend voor het uitvoeren van dat type wijzigingen waarvoor door de Dienst Wegverkeer een GWC is afgegeven.

Artikel

52

Wijzigingen in de bouw of inrichting komen ten minste op de volgende punten met elkaar overeen, hetgeen wordt aangeduid als een type wijziging constructie:

  • a.

    erkenninghouder;

  • b.

    type (van de erkenningshouder);

  • c.

    omschrijving van de wijziging:

    • 1°.

      voertuiggegevens;

    • 2°.

      voertuigonderdelen.

Artikel

53

Een extra constructieplaat dient op het gewijzigde voertuig te worden aangebracht overeenkomstig het bepaalde in richtlijn 2007/46/EG, bijlage XVII, punt 4.2.

Artikel

54

De aanvrager moet beschikken over een adequaat systeem van maatregelen en procedures voor een effectieve controle van de productie om zeker te stellen dat geproduceerde wijzigingen in de bouw of inrichting met het goedgekeurde type wijziging overeenstemmen.

Artikel

55

Artikel

56

Onverminderd artikel 69 is de erkenninghouder GWC verplicht medewerking te verlenen aan:

  • a.

    het in overleg met de Dienst Wegverkeer treffen van een regeling omtrent de beschikbaarheid van gewijzigde voertuigen voor de uitoefening van het toezicht, en

  • b.

    het verlenen van assistentie bij het uitvoeren van de keuring.

Artikel

57

Indien wordt vastgesteld dat de wijziging in de bouw of inrichting van het voertuig niet overeenstemt met het type waarvoor de goedkeuring is verleend, wordt door de functionaris van de Dienst Wegverkeer ter zake een rapport opgemaakt waarvan de erkenninghouder GWC een afschrift ontvangt.

Artikel

58

Indien niet wordt voldaan aan deze regeling vermelde verplichtingen, wordt de erkenninghouder GWC in staat gesteld de geconstateerde tekortkomingen binnen een door de Dienst Wegverkeer te bepalen termijn te herstellen en wordt het in artikel 81 bedoelde toezicht verscherpt. Indien na die termijn wederom tekortkomingen worden geconstateerd, kan de erkenning worden ingetrokken.

Artikel

59

De erkenninghouder stelt de door de Dienst Wegverkeer daartoe aangewezen functionarissen in de gelegenheid te onderzoeken of het type wijziging constructie, waarvoor goedkeuring wordt aangevraagd, voldoet aan hoofdstuk 6 van de Regeling voertuigen en stelt hiertoe één of meerdere exemplaren van het desbetreffende type ter beschikking. Een GWC wordt verleend indien het ter beschikking gestelde exemplaar voldoet.

Artikel

60

Wanneer degene aan wie de GWC is verleend voornemens is een technische verandering aan te brengen in het type wijziging waarvoor de GWC is verleend, dan wel een verandering aan te brengen in het bedrijf waardoor wordt afgeweken van de gegevens zoals vermeld in de bedrijfsbeschrijving moet deze hiervan vooraf melding doen aan de Dienst Wegverkeer.

Artikel

61

Aan de in de GWC gestelde voorschriften moet worden voldaan.

Afdeling

2

Erkenning behoudsbepalingen

Artikel

62

Afdeling

3

Erkenningsvoorschriften

Artikel

63

Het bedrijf van de erkenninghouder moet voortdurend blijven voldoen aan de in afdeling 1 van dit hoofdstuk opgenomen erkenningseisen.

Artikel

64

De erkenninghouder dient voor elk gewijzigd voertuig vast te stellen dat aangebrachte wijzigingen geheel overeenstemmen met het type wijziging waarvoor de GWC is afgegeven.

Artikel

65

Nadat een wijziging in de bouw of inrichting is aangebracht wordt voor elk gewijzigd voertuig een ombouwverklaring, conform het door de Dienst Wegverkeer vastgestelde model, compleet en volledig ingevuld.

Artikel

66

De ombouwverklaring wordt samen met deel I A dan wel deel I van het kentekenbewijs binnen vijf werkdagen na de wijziging aan de Dienst Wegverkeer toegezonden.

Hoofdstuk

5

Toezicht

Afdeling

1

Toezicht algemeen

Artikel

67

Artikel

68

Bij schorsing van een erkenning kan worden bepaald dat, indien niet binnen een termijn van ten hoogste 12 weken wordt aangetoond dat weer aan de erkenningseisen of erkenningsvoorschriften wordt voldaan, alsnog wijziging of intrekking van de erkenning volgt.

Artikel

69

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 2, 3 en 4, wordt in het kader van het toezicht alle medewerking aan de daartoe aangewezen functionarissen van de Dienst Wegverkeer verleend. Hieronder wordt in ieder geval verstaan:

  • a.

    het verlenen van toegang tot de werkplaats, inrichting, of mobiele installatie-eenheid;

  • b.

    het verstrekken van inlichtingen;

  • c.

    het overleggen van bescheiden;

  • d.

    het gebruik maken van de benodigde apparatuur;

  • e.

    het in acht nemen van door de betreffende functionaris van de Dienst Wegverkeer aangegeven aanwijzingen, en

  • f.

    het gedurende de gehele steekproef aanwezig en beschikbaar zijn van mobiele installatie-eenheden op het perceel waar de installaties worden verricht.

Artikel

71

Afdeling

2

Toezicht LPG en snelheidsbegrenzer

§

1

Toezicht erkenning LPG en snelheidsbegrenzer

Artikel

72

De in deze paragraaf bepaalde eisen zijn, voor zover niet anders bepaald, tevens van toepassing op het toezicht op mobiele installatie-eenheden.

Artikel

73

Artikel

74

§

2

Toezicht op voorschriften voor installatie LPG en snelheidbegrenzer

Artikel

75

Artikel

76

§

3

Toezicht op erkenningseisen en algemene erkenningsvoorschriften

Artikel

77

Artikel

78

In geval van niet-naleving van de volgende verplichtingen of voorschriften wordt terstond begonnen met de procedure tot intrekking van de erkenning:

  • a.

    de in artikel 24 neergelegde verplichtingen ten aanzien van het melden van een voertuig bij inbouw van LPG, of

  • b.

    de in artikel 76 opgenomen voorschriften.

Afdeling

3

Toezicht GWC

Artikel

79

Deze paragraaf laat onverlet de bevoegdheid tot wijziging, schorsing of intrekking van de erkenning als omschreven in artikel 103, van de wet, in andere gevallen dan die in deze paragraaf zijn beschreven.

Artikel

80

Nadat een erkenning is verleend wordt ten minste één maal per twee jaar door middel van een herschouwing en een herkeuring onderzocht of de erkenninghouder en de werkplaats nog voldoen aan de erkenningseisen en of de erkenningsvoorschriften worden nageleefd. In dit kader vindt controle plaats van zowel de organisatie van degene aan wie de goedkeuring is verleend als van het proces volgens hetwelk de werkzaamheden waarvoor de erkenning is verleend worden verricht.

Artikel

81

In het kader van het toezicht kan steekproefsgewijs herkeuring plaatsvinden van een type waarvoor de goedkeuring, behorende bij een wijziging in de bouw of inrichting, is verleend.

Artikel

82

De in artikel 80 en 81 bedoelde herschouwingen of herkeuringen vinden plaats in een daartoe door de Dienst Wegverkeer aangewezen werkplaats van de erkenninghouder overeenkomstig hoofdstuk 4.

Hoofdstuk

6

Slotbepalingen

Artikel

83

Erkenningen en bevoegdheden die zijn verleend krachtens de Erkenningsregeling snelheidsbegrenzers en de LPG-erkenningsregeling, zoals die regelingen luidden voor de inwerkingtreding van deze regeling, worden gelijkgesteld met erkenningen en bevoegdheden die zijn verleend krachtens deze regeling.

Artikel

84

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het Besluit voertuigen in werking treedt.

Artikel

85

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling aanpassing voertuigen.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Verkeer en Waterstaat, C.M.P.S.Eurlings

Bijlage

I

Controlerapport LPG inbouw

DATUM

NAAM

PARARAAF

Ingangscontrole

Voortgangscontrole

Eindcontrole

1. Ingangscontrole 1:

1.1 LPG-installatie voorzien van een VN/ECE-reglement 115-goedkeuring:

Merk LPG-installatie

R115 goedkeuringsnummer

Bestemd voor voertuigmerk

Voertuigtype en uitvoering

1.2 Typegoedgekeurde onderdelen:

Onderdeellijst LPG-leverancier bijgevoegd

Ja/Nee 2

Onderdeellijst Dienst Wegverkeer bijgevoegd

Ja/Nee 2

1.3.1 Typegoedgekeurde LPG-installatie:

Merk

Typegoedkeuringsnummer

Bestemd voor voertuigmerk

(G3 / R115)

Voertuigtype en uitvoering

(G3 / R115)

1.3.2 Gegevens op LPG-sticker3:

Sticker overeenkomstig voorschriften:

Ja/Nee 2

Onderdeel

Merk

Type

Conform onderdeel

Verdamper

Ja/Nee 2

Regeleenheid

Ja/Nee 2

Mengstuk

Ja/Nee 2

Inspuitstuk

Ja/Nee 2

Voertuig

1.3.3 G2-sticker onbeschadigd?

Ja/Nee 2

Toelichting: .....

1.4 Goedkeuringstermijn van onderdelen4:

Tank

Vulslang

Hogedrukslang/-leiding

1.5 Voldoen alle onderdelen aan de overige specifieke eisen?

Ja/Nee 2

Toelichting: .....

1.6 Zijn alle onderdelen onbeschadigd?

Ja/Nee 2

Toelichting: .....

2. Voortgangscontrole 1:

2.1 Voertuiggegevens:

Kentekennummer:

Voertuigidentificatienummer:

2.2 Registratie ingangscontrole juist uitgevoerd?

Ja/Nee2

Toelichting: .....

2.3 Juiste installatie voor het betreffende voertuig?

Ja/Nee2

Toelichting: .....

2.4 Aansluitschema en afstelgegevens aanwezig?

Ja/Nee2

Toelichting: .....

2.5 R115 inbouwhandleiding aanwezig?

Ja/Nee/NVT2

Toelichting: .....

2.6.1 G2-installatie komt voor in afdeling 2?

Ja/Nee/NVT2

Toelichting: .....

2.6.2 Afschrift G2-goedkeuring bijgevoegd?

Ja/Nee/NVT2

Toelichting: .....

2.6.3 G2-sticker aanwezig, onbeschadigd en juist aangebracht.

Ja/Nee/NVT2

Toelichting: .....

2.7 G3 documentatie aanwezig?

Ja/Nee/NVT 2

Toelichting: .....

2.8 Onderdelenmontage:

1 Indien een bepaald aspect niet van toepassing is, betreffende aspect doorhalen en ‘NVT’ noteren.

2 Doorhalen wat niet van toepassing is

3 Indien het een G3- of een R115-installatie betreft verder gaan met aspect 1.4.

4 Facultatief voor andere onderdelen.

Goedkeuring

Alle LPG-onderdelen goedgekeurd

Drukbestendigheid

Onderdelen bestand tegen de druk

Bevestiging en lekkage

Onderdelen deugdelijk bevestigd

Bescherming en identificatie

Geen gaslekkage

Installatie beschermd tegen beschermd

Uitsteken onderdelen ≤ 10 mm

Installatie niet op laagste punt

Goedkeurmerken te controleren

Lengte leidingen en verbindingen

Leidingen/slangen snel buiten voertuig

Geen open verbindingen in voertuig

Afstand tot hittebron

Onderdelen ≥ 10 cm van hittebron

Andere verbruikers

Geen andere verbruikers

Verwarm.instal. bus veilig en correct

Herkenningsteken bus

Juiste herkenningsteken bus

Herkenningsteken op de juiste plaats

Voertuigaanpassingen

Voertuigaanpassing vlgs. verklaring

Montage op dak vlgs. verklaring

Overdrukvoorziening

Overdrukvoorziening blaast af in kast

Overdrukvoorziening aanwezig

Appendages vlgs ECE-reglement

Bevestiging, plaats, toestand tank

Tank permanent bevestigd

Tank niet in motorruimte

Beproevingsdatum tank ≤ 10 jaar

Tank in de juiste stand

Tank geen metaalcontact

Tank niet gecorrodeerd

Geen deuk(en) in de tank

Bodemvrijheid LPG-tank

Bodemvrijheid bij onderbouw ≥ 25 cm

Aanwezigheid gasdichte kast

Gasdichtekast aanwezig bij inbouw

Andere plaats appendages beschermd

Tankbevestiging

Tank bev. met vaste punten

Tank bev. met frame en banden

Bev. dmv verklaring of berekening

Bev. met bouten en onderlegringen

Geen samendrukbare stoffen tpv bev.

Tank isolatie

Tank tov frame geïsoleerd

Lengtevrijheid tank

Vrije ruimte ≥ 10 cm

Meerdere tanks

Terugslagkleppen aanwezig

Leidingontlastkleppen aanwezig

Afnamekranen terugstroomdruk > 5 bar

Kranen juist geschakeld

Tankbanden

Bevestiging niet met kabels

Bevestiging met min. 2 banden

Bij hangende tanks min. 3 banden

Bevestiging tankbanden

Banden strak gemonteerd

Tank tov banden geïsoleerd

Banden omsluiten de tank voldoende

Afmetingen tankbanden en bouten

Bandbev. mbv verklaring of berekening

Juiste banden en bouten

Correct aantal banden en boutdiameter

Aanslag voor de tank aanwezig

Aanslag correct uitgevoerd

Plaats aanslag correct

Automatische afnameklep

Afnameklep direct op tank gemonteerd

Afnameklep juist geschakeld

Veerveiligheid

Veerveiligheid in dampruimte

Veerveiligheid kan correct afblazen

Tachtig procent vulklep

80%-vulklep + terugslagklep gemont.

Juiste 80%-vulklep gemont.

80%-vulklep op juiste wijze gemont.

Gasdichte kast op tank

Verbonden met buitenlucht

Uitstroomopening naar beneden

Uitstroomopening niet in wielkast

Uitstroomopening niet op hittebron

Opp. 450 mm2 ook bij bedrad./leiding

Verbindingen gasdicht uitgevoerd

Gasleidingen en -slangen

Leiding uit naadloos roestvast staal

Leiding uit naadloos koper

Leiding van koper bekleed

Diameter leiding max. 12 mm

Wanddikte leiding min. 0,8 mm

Flexibele slang R67 goedgekeurd

Flexibele slang niet ouder dan 1 jr.

Bevestiging leidingen en slangen

Leiding juist bevestigd

Leiding trillings-, spanningsvrij bev.

Flexibele leiding spanningsvrij bev.

Bevestigingspunten leiding en slang

Bev.punten stalen leiding ≤ 60 cm

Bev.punten koperen leiding ≤ 40 cm

Leiding tpv bev.punten beschermd

Bescherming leiding en slang

Leiding/slang max. 40 cm door balk

Leiding/slang vrij van kriksteunen

Leiding/slang tpv doorvoer beschermd

Verbindingen en verdeelblok

Geen soldeer-, las- of snijringverbind.

Roestvast stalenverb. bij stalen leiding

Corrosiebest. verb. bij koperen leiding

Verdeelblok corrosiebestendig

Soort en aantal verbindingen

Stalen leiding met knelringverbinding

Koperen leiding met geschikte verbin.

Minimaal aantal verbindingen

Plaats verbindingen

Verbindingen controleerbaar

Onderdelen voorzien van aparte massa

Elektrische bedrading beschermd

Vulaansluiting

Vulaansluiting geborgd

Beschermd tegen vuil en water

Vulaansluiting aan de buitenzijde

Automatische afsluitklep

Afsluiter aanwezig

Afsluiter dicht bij verdamper/drukreg.

Afsluiter deel van verdamper/drukreg.

Afsluiter op plek fabrikant/leverancier

Schakeling automatische afsluitklep

Afsluiter sluit bij afzetten motor

Afsluiter sluit bij overschakelen naar B

Zekering

Zekering aanwezig

Zekering bereikb. zonder gereedschap

Elek. stroom, massa en bescherming

Elek.stroom niet via gasvoer. onderdeel

Brandstofkeuzeschakelaar

Keuzeschakelaar bij >1 brandst. aanw.

Keuzeschakelaar juist geschakeld

Elektrische verbindingen

Elek.verb. in gasdichtekast juist uitgev.

Serviceaansluiting

Service-aansl. bij mono-fuel

Geen ander noodsysteem

Service-aansluiting beschermd

Service-aansl. beïnvloed de instal. niet

Service-aansl. voorz. van terugslagklep

Terugslagklep juist geschakeld

Herkenningsteken aangebracht

Juist model herkenningsteken

1 Voortgangscontrole, invullen: G voor goed, F voor fout, H voor hersteld en doorhalen indien niet van toepassing.

2 Eindcontrole, invullen: G voor goed, F voor fout, H voor hersteld en doorhalen indien niet van toepassing.

2.9 Bouw en inrichting is deugdelijk en het kentekenbewijs is juist?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.10 Voertuigidentificatienummer ingeslagen op vast voertuigdeel en goed leesbaar?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.11 Aslasten en totale massa niet te hoog?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.12 Geluidproductie is niet te hoog?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.13 Afstelling motor, CO-% en de viergasmeting, correct?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.14 Emissiebestrijdingssysteem aanwezig?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.15 Brandstofsysteem veilig, goed bevestigd, voorzien van afsluitdop lekt niet?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

2.16 Dimlichten correct afgesteld?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

3. Eindcontrole2:

3.1 Registratie ingangscontrole juist uitgevoerd?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

3.2 Juiste installatie voor het betreffende voertuig?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

3.3 LPG-installatie correct ingebouwd (ook item 2.8 invullen)?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

3.4 Voertuig en dimlichten correct afgesteld?

Ja/Nee1

Toelichting: .....

1 Doorhalen wat niet van toepassing is

2 Indien een bepaald aspect niet van toepassing is, betreffende aspect doorhalen en ‘NVT’ noteren.

Bijlage

II

Model registerkaart

1.

Gegevens installateur

3.

Gegevens snelheidsbegrenzer

Naam:

Merk en type:

Adres:

Goedkeuringsmerk:

Postcode en Plaats:

Ingestelde maximum snelheid:km/h

Naam uitvoerder werkzaamheden:

2.

Voertuiggegevens

4.

Diversen

Kenteken:1

Installatie goedgekeurd: ja/neen2

Voertuigidentificatienummer:

Installatiedatum:

Merk en type:

Tijdstip melding:

Bandenomtrek van de aangedreven wielen: mm

Handtekening:

1 Behoeft niet ingevuld te worden indien het voertuig nog niet van een kenteken is voorzien.

2 Doorhalen wat niet van toepassing is.

Bijlage

III

Goedkeuringsmerk van een snelheidsbegrenzer

Het goedkeuringsmerk voor een snelheidsbegrenzer als bedoeld in artikel 15 bestaat uit:

  • a.

    een rechthoek waarbinnen een kleine letter ‘e’ is aangebracht, gevolgd door een onderscheidingsnummer of onderscheidingsletters van het land dat de goedkeuring van de snelheidsbegrenzer heeft verleend, waarbij de volgende karakters toegepast kunnen worden:

    • 1°.

      Duitsland 1;

    • 2°.

      Frankrijk 2;

    • 3°.

      Italië 3;

    • 4°.

      Nederland 4;

    • 5°.

      België 6;

    • 6°.

      Spanje 9;

    • 7°.

      Verenigd Koninkrijk 11;

    • 8°.

      Luxemburg 13;

    • 9°.

      Denemarken 18;

    • 10°.

      Portugal 21;

    • 11°.

      Griekenland EL;

    • 12°.

      Ierland IRL;

  • b.

    een goedkeuringsnummer, dat in een willekeurige stand in de nabijheid van de rechthoek is aangebracht.

    Voorbeeld:

    De cijfers 4 en 001241 zijn slechts bij wijze van voorbeeld aangegeven.

    Het hierboven afgebeelde goedkeuringsmerk geeft aan dat de snelheidsbegrenzer in Nederland (e4) is goedgekeurd met als goedkeuringsnummer 001241.