Artikel
1
In deze regeling wordt verstaan onder:
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1964, betreffende gezondheidsvoorschriften voor de productie en het in de handel brengen van vers vlees (PbEG L 121);
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 februari 1971 inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van het handelsverkeer in vers vlees van pluimvee (PbEG L 55);
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 11 december 1989 inzake veterinaire controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PbEG L 395);
richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 27 november 1990 inzake gezondheidsvoorschriften en veterinairrechtelijke voorschriften voor de productie en het in de handel brengen van konijnevlees en vlees van gekweekt wild (PbEG L 268);
richtlijn nr. 97/78/EG van de Raad van de Europese Unie van 18 december 1997 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor producten die uit derde landen in de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG, L 24);
Beschikking van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 31 december 1972 tot vaststelling van een lijst van derde landen waaruit de Lid-Staten de invoer van runderen, varkens, paardachtigen, schapen en geiten, vers vlees en vleesproducten toestaan (PbEG L 302);
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 22 december 1992 tot vaststelling van de procedures voor de veterinaire controles in de inspectieposten aan de grens van de Gemeenschap bij het binnenbrengen van producten uit derde landen (PbEG 1993, L 9);
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1995 tot vaststelling van de lijst van inspectieposten aan de grens die zijn erkend voor de veterinaire controles van producten en dieren uit derde landen, tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake de door de veterinaire deskundigen van de Commissie te verrichten controles en tot intrekking van Beschikking 94/24/EG (PbEG L 211);
beschikking van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 29 januari 1996 inzake nieuwe overgangsmaatregelen om de overgang naar de bij Richtlijn 90/675/EEG van de Raad vastgestelde regeling inzake veterinaire controles te vergemakkelijken (PbEG L 24);
tamme konijnen;
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van konijnen;
hazen die in gevangenschap zijn gekweekt, gehouden of geslacht;
alle voor menselijke consumptie geschikte delen van hazen;
konijnevlees, hazevlees, gedode wilde konijnen of gedode wilde hazen;
de Voedsel en Waren Autoriteit, ingesteld bij besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 8 juli 2002 (Stcrt. 127);
Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
dierenarts verbonden aan de VWA;
ambtenaar als bedoeld in artikel 114, eerste of tweede lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;
op Nederlands grondgebied gelegen inspectiepost die is aangewezen en erkend overeenkomstig het bepaalde in artikel 6 van richtlijn 97/78/EG;
opslagruimte als bedoeld in verordening (EEG) nr. 2503/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juli 1988 betreffende de douane-entrepots (PbEG L 225);
opslagruimte als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder a en b, van verordening (EEG) nr. 2504/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juli 1988 betreffende de vrije zones en de vrije entrepots (PbEG L 225);
opslagruimte als bedoeld in verordening (EEG) nr. 4151/88 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 december 1988 tot vaststelling van de bepalingen die van toepassing zijn op goederen die het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht (PbEG L 367);
lid-staat van de Europese Unie, niet zijnde Nederland;
land, niet zijnde Nederland en niet zijnde een lid-staat;.
hoeveelheid vlees van dezelfde aard waar voor eenzelfde certificaat of document geldt, die met hetzelfde vervoermiddel wordt vervoerd en afkomstig is uit hetzelfde land of gedeelte van een land;
elke natuurlijke persoon of rechtspersoon, zijnde de eerste ontvanger op Nederlands grondgebied van een partij vlees afkomstig uit een Lid-Staat;
elke natuurlijk persoon of rechtspersoon die vlees met het oog op de invoer of de doorvoer bij een erkende inspectiepost ten onderzoek aanbiedt, dan wel zijn gemachtigde;
belanghebbende bij de lading als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van richtlijn 97/78/EG.