Artikel
1
In deze regeling wordt verstaan onder:
richtlijn nr. 91/414/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (PbEG L 230);
richtlijn nr. 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PbEG L 123);
lid-staat van de Europese Unie;
toelating of registratie voor een bestrijdingsmiddel dat reeds onder een andere handelsnaam is toegelaten of geregistreerd en dat bestemd is te worden gebruikt in onveranderde samenstelling en voor eenzelfde doeleind als is voorzien in de toelating of registratie van het bestrijdingsmiddel dat onder die andere handelsnaam is toegelaten of geregistreerd;
toelating of registratie van een bestrijdingsmiddel dat:
-
1°.
afkomstig is van dezelfde fabrikant als een in Nederland toegelaten of geregistreerd bestrijdingsmiddel;
-
2°.
niet wezenlijk van het onder 1° bedoelde bestrijdingsmiddel verschilt;
-
3°.
afkomstig is uit een andere lid-staat, en
-
4°.
in de lid-staat, bedoeld onder 3°, is toegelaten of geregistreerd als bestrijdingsmiddel.
specificaties voor een groep van biociden voor hetzelfde gebruik en dezelfde gebruikerssoort met dezelfde werkzame stoffen met dezelfde specificaties waarvan de samenstelling slechts afwijkingen mag vertonen ten opzichte van een eerder toegelaten of geregistreerd biocide die niet van invloed zijn op het aan die biociden verbonden risico en op hun doeltreffendheid;
een document, ondertekend door de rechthebbende op de relevante gegevens die op grond van de biocidenrichtlijn beschermd zijn, waarin verklaard wordt dat die gegevens door het college gebruikt mogen worden voor toelating of registratie van een biocide.