Artikel
1
Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
-
a.
aanhoudings- en ondersteuningsteam: een team als bedoeld in artikel 11, onder a, van het Besluit beheer politie;
-
b.
ambtenaar van politie: ambtenaar als bedoeld in artikel 24, eerste en tweede lid, van het Besluit bewapening en uitrusting politie;
-
c.
AOT-hond: hond als bedoeld in artikel 23, onder b, van het Besluit bewapening en uitrusting politie;
-
d.
explosieven: door de minister aangewezen springstoffen;
-
e.
geleider: ambtenaar van politie die toestemming heeft van de korpschef om dienst te doen met een politiespeurhond, politiesurveillancehond of AOT-hond;
-
f.
keuringsreglement: als bijlage opgenomen reglement op grond waarvan keuringen plaatsvinden;
-
g.
minister: Minister van Veiligheid en Justitie;
-
h.
politiespeurhond: hond als bedoeld in artikel 23, onder c, van het Besluit bewapening en uitrusting politie;
-
i.
politiesurveillancehond: hond als bedoeld in artikel 23, onder a, van het Besluit bewapening en uitrusting politie;
-
j.
verdovende middelen: producten vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijsten I en II.