Wet van 18 maart 1999, houdende bepalingen ter verbetering van de arbeidsomstandigheden (Arbeidsomstandighedenwet 1998)

Arbeidsomstandighedenwet 1998

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de kwaliteit van het arbeidsomstandighedenbeleid te verbeteren, meer ruimte voor maatwerk te creëren en de bestuurlijke boete in te voeren alsmede enige andere wijzigingen aan te brengen en daartoe een nieuwe Arbeidsomstandighedenwet vast te stellen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Hoofdstuk

1

Definities en toepassingsgebied

Definities

Artikel

1

Uitbreiding Toepassingsgebied

Artikel

2

Dit onderdeel is nog niet inwerking getreden

Hoofdstuk

2

Arbeidsomstandighedenbeleid

Arbobeleid

Artikel

3

Aspecten van arbobeleid

Artikel

4

Inventarisatie en evaluatie van risico's

Artikel

5

Voorkoming en beperking van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken

Artikel

6

Informatie aan het publiek

Artikel

7

Voorlichting en onderricht

Artikel

8

Melding arbeidsongevallen en beroepsziekten

Artikel

9

Voorkomen van gevaar voor derden

Artikel

10

Algemene verplichtingen van de werknemers

Artikel

11

De werknemer is verplicht om in verband met de arbeid de nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht te nemen en naar vermogen zorg te dragen voor de eigen veiligheid en gezondheid en die van andere personen. Met name is hij verplicht om:

  • a.

    arbeidsmiddelen en gevaarlijke stoffen op de juiste wijze te gebruiken;

  • b.

    de hem ter beschikking gestelde persoonlijke beschermingsmiddelen op de juiste wijze te gebruiken en na gebruik op de daartoe bestemde plaats op te bergen, een en ander voor zover niet krachtens deze wet is bepaald dat werknemers niet verplicht zijn beschermingsmiddelen als vorenbedoeld te gebruiken;

  • c.

    de op arbeidsmiddelen of anderszins aangebrachte beveiligingen niet te veranderen of buiten noodzaak weg te halen en deze op de juiste wijze te gebruiken;

  • d.

    mede te werken aan het voor hem georganiseerde onderricht bedoeld in artikel 8;

  • e.

    de door hem opgemerkte gevaren voor de veiligheid of de gezondheid terstond ter kennis te brengen aan de werkgever of degene die namens deze ter plaatse met de leiding is belast;

  • f.

    de werkgever en de werknemers, andere personen en diensten, bedoeld in artikel 14, indien nodig bij te staan bij de uitvoering van hun verplichtingen en taken op grond van deze wet.

Hoofdstuk

3

Samenwerking, overleg, bijzondere rechten van de ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging en de belanghebbende werknemers en de regeling van de deskundige bijstand

Samenwerking en bijzondere rechten van de ondernemingsraad, de personeelsvertegenwoordiging en de belanghebbende werknemers

Artikel

12

Werkoverleg

Artikel

13

Indien een bedrijf of een inrichting uit afdelingen bestaat die als een werkeenheid kunnen worden beschouwd, moet in elk van die afdelingen, voor zover de arbeidsomstandigheden dat vereisen, regelmatig overleg worden gepleegd tussen degene die met de leiding van die afdeling is belast en de in die afdeling werkzame personen. Het overleg mag ook plaatsvinden met personen die daartoe door de betrokken werknemers uit hun midden worden gekozen.

Deskundige bijstand op het gebied van preventie en bescherming

Artikel

14

Deskundige bijstand op het gebied van bedrijfshulpverlening

Artikel

15

Hoofdstuk

4

Bijzondere verplichtingen

Nadere regels met betrekking tot arbeidsomstandigheden alsmede uitzonderingen op en uitbreidingen van toepassingsgebied

Artikel

16

Maatwerk door werkgevers en werknemers

Artikel

17

Bij algemene maatregel van bestuur kan, met inachtneming van in die maatregel gegeven voorschriften, worden bepaald dat aan een of meer van de krachtens deze wet vastgestelde bepalingen op een andere wijze kan worden voldaan dan in die bepalingen is aangegeven, echter uitsluitend bij collectieve regeling als bedoeld in artikel 1:3, eerste lid van de Arbeidstijdenwet, dan wel een regeling waaromtrent de werkgever schriftelijk overeenstemming heeft bereikt met de ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging. Daarbij wordt te allen tijde in acht genomen dat geen afbreuk wordt gedaan aan het beschermingsniveau van de in de eerste volzin bedoelde bepalingen.

Arbeidsgezondheidskundig onderzoek

Artikel

18

De werkgever stelt de werknemers periodiek in de gelegenheid een onderzoek te ondergaan, dat erop is gericht de risico's die de arbeid voor de gezondheid van de werknemers met zich brengt zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.

Verschillende werkgevers

Artikel

19

Certificatie

Artikel

20

Informatievoorziening

Artikel

21

Aanwijzingen

Artikel

22

Taakverwaarlozing

Artikel

23

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen, voor zoveel nodig in afwijking van deze wet, voorzieningen worden getroffen voor het geval de krachtens artikel 20, tweede lid, aangewezen instellingen hun uit deze wet voortvloeiende verplichtingen niet naar behoren nakomen.

Hoofdstuk

5

Toezicht en ambtelijke bevelen

Ambtenaren belast met het toezicht

Artikel

24

Toezicht op instellingen

Artikel

25

Onze Minister ziet toe op de rechtmatige en doeltreffende uitvoering van het bepaalde bij en krachtens deze wet door krachtens artikel 20, tweede lid, aangewezen instellingen.

Geheimhouding

Artikel

26

De in artikel 24 bedoelde ambtenaren zijn, behoudens tegenover hen aan wier gezag zij uit kracht van hun ambt zijn onderworpen, verplicht tot geheimhouding van de namen der personen door wie een klacht is ingediend of aangifte is gedaan van een overtreding van het bij of krachtens deze wet bepaalde, behoudens wanneer deze personen schriftelijk hebben verklaard tegen de mededeling van hun namen geen bedenkingen te hebben.

Eis tot naleving

Artikel

27

Stillegging van het werk

Artikel

28

Werkonderbreking

Artikel

29

Hoofdstuk

6

Vrijstellingen, ontheffingen en beroep

Vrijstelling en ontheffing

Artikel

30

Beroep

Artikel

31

Hoofdstuk

7

Sancties

Strafbepaling

Artikel

32

Beboetbare feiten

Artikel

33

Hoogte boete en recidive

Artikel

34

Informatie, zwijgrecht en cautie

Artikel

35

Boeterapport

Artikel

36

Boetebeschikking

Artikel

37

Betaling

Artikel

38

Aanmaning

Artikel

39

Invordering

Artikel

40

Verjaring

Artikel

41

Wijziging boetebedrag

Terugbetaling

Artikel

43

Indien een bestuurlijke boete ten onrechte is opgelegd, wordt de betaalde geldsom, vermeerderd met de wettelijke rente, binnen 6 weken nadat is vastgesteld dat de boete ten onrechte is vastgesteld, aan de rechthebbende terugbetaald.

Hoofdstuk

8

Overgangs- en slotbepalingen

Kosten

Artikel

44

De kosten die zijn verbonden aan de naleving van de regels die bij of krachtens deze wet zijn gesteld, worden niet ten laste van de werknemers gebracht.

Gemeente

Artikel

45

Indien bijzondere omstandigheden van plaatselijke aard in een gemeente voorschriften betreffende onderwerpen, waarop deze wet betrekking heeft, nodig maken, die niet bij algemene maatregel van bestuur zijn gegeven, kunnen deze voorschriften door de gemeenteraad worden vastgesteld. Deze voorschriften behoeven Onze goedkeuring. De goedkeuring kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.

Wet op de economische delicten

Artikel

46

Wijzigt de Wet op de economische delicten

Evaluatie

Artikel

47

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van artikel 20 en vervolgens telkens na vier jaar aan de Staten-Generaal een verslag over de rechtmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren van de krachtens artikel 20, tweede lid, aangewezen instellingen.

Intrekking

Artikel

48

De Arbeidsomstandighedenwet wordt ingetrokken.

Overgang

Artikel

49

De straffen gesteld op de bij de Arbeidsomstandighedenwet juncto artikel 1, onderdeel 4, van de Wet op de economische delicten strafbaar gestelde feiten waarvoor ingevolge deze wet slechts een bestuurlijke boete kan worden opgelegd en die begaan zijn voor de dag van inwerkingtreding van deze wet of de desbetreffende onderdelen of artikelen daarvan, blijven van toepassing.

Artikel

51

Voor de toepassing van deze wet worden vrijstellingen en ontheffingen alsmede andere besluiten die door Onze Minister genomen zijn op grond van het bij of krachtens de in artikel 48 genoemde wet bepaalde en die op het tijdstip van het in werking treden van deze wet nog van kracht zijn, geacht te zijn verleend onderscheidenlijk genomen krachtens deze wet.

Artikel

52

Wijzigt deze wet.

Artikel

53

Wijzigt deze wet.

Artikel

54

Vervallen

Overgang verzoeken en beroepen

Artikel

55

De behandeling van verzoeken en beroepen, welke voor de inwerkingtreding van deze wet zijn gedaan onderscheidenlijk ingesteld op grond van hetgeen bepaald is bij of krachtens de Arbeidsomstandighedenwet wordt voortgezet op de voet van deze wet.

Arbeidstijdenwet

Artikel

56

Wijzigt de Arbeidstijdenwet.

Invoeringswet Arbeidsvoorzieningswet

Artikel

57

Wijzigt de Invoeringswet Arbeidsvoorzieningswet.

Wet medezeggenschap onderwijs 1992

Artikel

58

Wijzigt de Wet medezeggenschap onderwijs 1992.

Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten

Artikel

59

Wijzigt de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten.

Wet op de ondernemingsraden

Artikel

60

Wijzigt de Wet op de ondernemingsraden.

Wet privatisering RBB

Artikel

61

Wijzigt de Wet privatisering RBB.

Organisatiewet sociale verzekeringen

Artikel

62

Wijzigt de Organisatiewet sociale verzekeringen 1997.

Ziektewet

Artikel

63

Wijzigt de Ziektewet.

Burgerlijk Wetboek

Artikel

64

Wijzigt het Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek.

Inwerkingtreding

Artikel

65

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Citeertitel

Artikel

66

Deze wet wordt aangehaald als: Arbeidsomstandighedenwet 1998.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage
Beatrix
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. F. Hoogervorst
De Minister van Justitie, A. H. Korthals