Besluit van 2 oktober 2006, houdende regels met betrekking tot de uitkeringen ten behoeve van beleid op het terrein van openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang, vrouwenopvang en verslavingsbeleid, de stimuleringsuitkeringen, de eigen bijdrage en de financiële tegemoetkomingen op het terrein van maatschappelijke ondersteuning en wijziging van andere besluiten (Besluit maatschappelijke ondersteuning)

Besluit maatschappelijke ondersteuning

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Hebben goedgevonden en verstaan:

Hoofdstuk

I

Definitiebepaling

Artikel

1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: de Wet maatschappelijke ondersteuning;

  • b.

    project: een activiteit op het terrein van de maatschappelijke ondersteuning met een incidenteel karakter;

  • c.

    uitkering: een specifieke uitkering als bedoeld in artikel 20 van de wet;

  • d.

    stimuleringsuitkering: een specifieke uitkering als bedoeld in artikel 21 van de wet;

  • e.

    maatschappelijke opvang: maatschappelijk opvang, vrouwenopvang daaronder niet begrepen;

  • f.

    peiljaar: het tweede kalenderjaar voorafgaande aan het jaar waarin aan een persoon maatschappelijke ondersteuning is verleend.

Hoofdstuk

II

Uitkeringen ten behoeve van beleid op het terrein van openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang, vrouwenopvang en verslavingsbeleid

Artikel

2.1

Aan de in de bij dit besluit behorende bijlage, onder A, opgenomen gemeenten, wordt een uitkering verstrekt ten behoeve van activiteiten op het terrein van de openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang en verslavingsbeleid.

Artikel

2.2

Aan de in de bij dit besluit behorende bijlage, onder B, opgenomen gemeenten, wordt een uitkering verstrekt ten behoeve van activiteiten op het terrein van vrouwenopvang.

Artikel

2.3

Uitkeringen aan gemeenten ten behoeve van door hun besturen te voeren beleid op de terreinen van openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang, vrouwenopvang en verslavingsbeleid worden door Onze Minister toegekend met inachtneming van de artikelen 2.4 tot en met 2.10.

Artikel

2.4

Artikel

2.5

Artikel

2.6

Artikel

2.8

Het college van burgemeester en wethouders doet zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan Onze Minister van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging of intrekking van een uitkering. Daarbij worden de relevante stukken overgelegd. Artikel 4:49 van de Algemene wet bestuursrecht is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

2.10

Onze Minister kan, gelet op het belang dat dit hoofdstuk beoogt te beschermen, artikelen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover strikte toepassing leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Hoofdstuk

III

Stimuleringsuitkeringen

§

1

Het aanvragen van een stimuleringsuitkering

Artikel

3.1.1

Artikel

3.1.2

§

2

Het verlenen van een stimuleringsuitkering en de bevoorschotting

Artikel

3.2.1

Artikel

3.2.2

Artikel

3.2.3

§

3

Aan de verlening van een stimuleringsuitkering verbonden verplichtingen

Artikel

3.3.1

Het college van burgemeester en wethouders doet zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan Onze Minister van omstandigheden die van belang kunnen zijn voor een beslissing tot wijziging, intrekking of vaststelling van een stimuleringsuitkering. Daarbij worden de relevante stukken overgelegd. Artikel 4:49 van de Algemene wet bestuursrecht is van overeenkomstige toepassing.

Artikel

3.3.2

Binnen zes maanden na afloop van het jaar waarin een stimuleringsuitkering is verstrekt, zendt het college van burgemeester en wethouders een schriftelijk verslag aan Onze Minister over de activiteiten waarvoor een stimuleringsuitkering is verstrekt.

Artikel

3.3.3

Artikel

3.3.4

Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de aan de verlening van bepaalde categorieën van stimuleringsuitkeringen te verbinden verplichtingen.

§

4

De vaststelling van een stimuleringsuitkering en betaling

§

5

Overige bepalingen

Artikel

3.5.1

Artikel

3.5.2

Artikel 2.10 is op dit hoofdstuk van toepassing.

Hoofdstuk

IV

Eigen bijdrage en financiële tegemoetkomingen

Artikel

4.1

Artikel

4.2

Artikel

4.3

Voor de toepassing van de artikelen 4.1 en 4.2 wordt een wijziging in de burgerlijke staat van de ongehuwde persoon of gehuwde personen en het bereiken van een van belang zijnde leeftijd van een van deze personen in aanmerking genomen met ingang van de datum waarop die wijziging plaatsvindt.

Artikel

4.4

De eigen bijdrage wordt niet opgelegd voor zover:

  • a.

    binnen twee jaar na aanvang van de maatschappelijke ondersteuning voor de te betalen eigen bijdrage geen beschikking dan wel voorlopige beschikking tot vaststelling van deze bijdrage is verzonden;

  • b.

    binnen een jaar nadat de aanbieder van de maatschappelijke ondersteuning de naam, het adres en de woonplaats alsmede de omvang van de maatschappelijke ondersteuning heeft aangeleverd bij de op grond van artikel 16 van de wet aangewezen rechtspersoon, deze rechtspersoon de naam, het adres en de woonplaats niet heeft teruggevonden in de gemeentelijke basisadministratie.

Artikel

4.5

Hoofdstuk

V

Aanwijzen van instellingen voor het gebruik van het sociaal-fiscaalnummer

Hoofdstuk

VI

Wijziging van andere besluiten

Artikel

6.1

Wijzigt het Besluit aanwijzing registraties gezamenlijke huishouding 1998.

Artikel

6.2

Wijzigt het Besluit aanvullende arbeidsongeschiktheids- en invaliditeitsvoorzieningen militairen.

Artikel

6.3

Wijzigt het Besluit bijzondere militaire pensioenen.

Artikel

6.4

Wijzigt het Reïntegratiebesluit.

Artikel

6.5

Wijzigt het Besluit beperking verkoop en gebruik tabaksprodukten.

Artikel

6.6

Wijzigt het Besluit gelijkstelling vreemdelingen WWB, IOAW, IOAZ, WVG en WWIK.

Artikel

6.7

Wijzigt het Bijdragebesluit zorg.

Artikel

6.8

Wijzigt het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968.

Artikel

6.9

Wijzigt het Besluit brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid.

Artikel

6.10

Wijzigt het Besluit WWB 2007.

Artikel

6.11

Wijzigt het Besluit zorgaanspraken AWBZ.

Artikel

6.12

Wijzigt het Zorgindicatiebesluit.

Artikel

6.13

Wijzigt het Administratiebesluit Bijzondere Ziektekostenverzekering.

Artikel

6.14

Wijzigt het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg.

Artikel

6.15

Wijzigt het Uitvoeringsbesluit artikel 1, tweede lid, Kwaliteitswet zorginstellingen, enz.

Artikel

6.16

Wijzigt het Besluit opheffing contracteerplicht extramurale zorg AWBZ.

Artikel

6.17

Wijzigt het Aanpassingsbesluit Zorgverzekeringswet.

Hoofdstuk

VII

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

7.1

Artikel

7.3

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.

Artikel

7.4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage
Beatrix
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport , J. F.Hoogervorst
De Minister van Justitie , E. M. H.Hirsch Ballin

Bijlage

bij het Besluit maatschappelijke ondersteuning

A

Gemeenten waaraan een uitkering openbare geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang en verslavingsbeleid wordt verstrekt

Almere

Apeldoorn

Assen

Bergen op Zoom

Delft

Den Helder

Doetinchem

Ede

Gouda

Hilversum

Hoorn

Oss

Purmerend

Spijkenisse

Vlaardingen

Vlissingen

B

Gemeenten waaraan een uitkering vrouwenopvang wordt verstrekt

Almere

Apeldoorn

Delft

Den Helder

Ede

Gouda

Hilversum

Spijkenisse

Vlaardingen

Vlissingen