Artikel
1
In dit besluit wordt verstaan onder:
-
a.
de minister: de Minister van Economische Zaken;
-
b.
-
1°.
de directeur-generaal van de Buitenlandse Economische Betrekkingen;
-
2°.
de directeur-generaal van Economische Politiek;
-
3°.
de directeur-generaal van Energie en Telecom;
-
4°.
de directeur-generaal van Ondernemen en Innovatie;
-
5°.
de directeur van de Auditdienst;
-
6°.
de directeur Bedrijfsvoering;
-
7°.
de directeur Communicatie;
-
8°.
de directeur Financieel-Economische Zaken;
-
9°.
de directeur Wetgeving en Juridische Zaken;
-
10°.
de Consumentenautoriteit;
-
11°.
de directeur van PIANOo;
-
12°.
de directeur van het Centraal Planbureau;
-
13°.
de inspecteur-generaal der mijnen;
-
14°.
de algemeen directeur Agentschap NL;
-
15°.
de directeur-hoofdinspecteur van het Agentschap Telecom;
-
1°.
-
c.
P&O-aangelegenheden: aangelegenheden op het gebied van personeel, organisatie en formatie en het daarmee samenhangende budget;
- d.
- e.