Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 30 maart 2010, nr. BJZ2010008979, houdende nadere regels ter uitvoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en van het Besluit omgevingsrecht (Regeling omgevingsrecht)

Regeling omgevingsrecht

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
Gelet op richtlijn nr. 2008/1/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 inzake geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (Gecodificeerde versie) (PbEG L 24);

Besluit:

Hoofdstuk

1

Algemene indieningsvereisten

Artikel

1.1

Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • besluit: Besluit omgevingsrecht;

  • bouwactiviteit: activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de wet;

  • bruto-inhoud: bruto-inhoud als bedoeld in NEN 2580;

  • bruto-vloeroppervlakte: bruto-vloeroppervlakte als bedoeld in NEN 2580;

  • detailtekening: getekende uitwerking die een ondubbelzinnige aanduiding geeft van een groep van gelijksoortige constructieonderdelen in hun vorm, afmetingen, materiaalgebruik en overige gestelde eisen en waarvan de plaats eenduidig vastligt;

  • EPC: energieprestatiecoëfficiënt als bedoeld in artikel 1.1, tweede lid, van het Bouwbesluit 2003;

  • gebruiksoppervlakte: gebruiksoppervlakte als bedoeld in artikel 1.1, tweede lid, van het Bouwbesluit 2003;

  • groepsrisico: cumulatieve kansen per jaar dat ten minste 10, 100 of 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is;

  • invloedsgebied: gebied waarin volgens door Onze Minister bij ministeriële regeling op grond van artikel 15, eerste lid, van het Besluit externe veiligheid inrichtingen te stellen regels personen worden meegeteld voor de berekening van het groepsrisico;

  • ISO: een door de International Organization for Standardization opgestelde norm;

  • NEN: een door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven Nederlandse norm;

  • oprichten of in werking hebben van een inrichting of mijnbouwwerk: activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, onder 1° of 3°, van de wet;

  • plaatsgebonden risico: risico op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is;

  • straatpeil: de hoogteligging van het bouwwerk ten opzichte van:

    • 1°.

      de hoogte van de weg ter plaatse van de hoofdtoegang, voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst voor een bouwwerk, of

    • 2°.

      de hoogte van het terrein ter plaatse van de hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst;

  • veranderen van een inrichting of mijnbouwwerk of veranderen van de werking daarvan: activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, onder 2°, van de wet;

  • vergunning: omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 1.1 van de wet.

Artikel

1.2

Elektronisch aanvraagformulier en landelijke voorziening

Artikel

1.3

Indieningsvereisten bij iedere aanvraag

Artikel

1.4

Vereisten aan digitale indiening van gegevens en bescheiden

Artikel

1.5

Vermelding van tijdelijkheid van een activiteit

Indien de activiteit waarvoor de vergunning wordt aangevraagd naar haar aard tijdelijk is, vermeldt de aanvrager dit in de aanvraag. Hij vermeldt daarbij tevens zo mogelijk het tijdstip waarop de activiteit of activiteiten uiterlijk zal of zullen worden beëindigd.

Hoofdstuk

2

Indieningsvereisten vanwege bouwactiviteiten

§

2.1

Gegevens en bescheiden over bouwactiviteiten

Artikel

2.1

Algemene vereisten

Artikel

2.2

Bouwbesluit 2003

Artikel

2.3

Planologische voorschriften en stedenbouwkundige voorschriften bouwverordening

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een bouwactiviteit verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden ten behoeve van de toetsing aan het bestemmingsplan of de beheersverordening, en, voor zover van toepassing, de stedenbouwkundige voorschriften van de bouwverordening:

  • a.

    de plattegronden van alle verdiepingen en een doorsnedetekening voor de nieuwe situatie en, voor zover daarvan sprake is, de bestaande situatie;

  • b.

    het beoogde en het huidige gebruik van het bouwwerk en de bijbehorende gronden waarop de aanvraag betrekking heeft;

  • c.

    een opgave van de bruto inhoud in m3 en de bruto vloeroppervlakte in m2 van het (deel van het) bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

  • d.

    een situatietekening van de bestaande toestand en een situatietekening van de nieuwe toestand met daarop de afmetingen van het perceel en bebouwd oppervlak, alsmede de situering van het bouwwerk ten opzichte van de perceelsgrenzen en de wegzijde, de wijze waarop het terrein ontsloten wordt, de aangrenzende terreinen en de daarop voorkomende bebouwing en het beoogd gebruik van de gronden behorende bij het voorgenomen bouwwerk;

  • e.

    de hoogte van het bouwwerk ten opzichte van het straatpeil en het aantal bouwlagen;

  • f.

    de inrichting van parkeervoorzieningen op het eigen terrein;

  • g.

    gegevens en bescheiden welke samenhangen met een uit te brengen advies van de Agrarische Adviescommissie in geval van een aanvraag voor een bouwactiviteit in een gebied met een agrarische bestemming;

  • h.

    overige gegevens en bescheiden welke samenhangen met een eventueel benodigde toetsing aan een bestemmingsplan, beheersverordening dan wel een besluit als bedoeld in artikel 4.1, derde lid, of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening;

  • i.

    indien dat is voorgeschreven in het bestemmingsplan: een rapport waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord in voldoende mate is vastgesteld;

  • j.

    gegevens en bescheiden welke samenhangen met een eventueel benodigde toetsing aan een exploitatieplan.

Artikel

2.4

Overige voorschriften bouwverordening

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een bouwactiviteit verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden ten behoeve van toetsing aan de overige voorschriften van de bouwverordening:

  • a.

    bouwveiligheidsplan en toegankelijkheid van de bouwplaats met de volgende onderdelen:

    • 1°.

      één of meerdere tekeningen waaruit de bouwplaatsinrichting blijkt:

      • de ligging van het te bebouwen perceel en de omliggende wegen, bouwwerken e.d.;

      • de situering van het bouwwerk;

      • de aan- en afvoerwegen;

      • de laad-, los- en hijszones;

      • de plaats van de bouwketen;

      • de grenzen van het bouwterrein waarbinnen alle bouwactiviteiten, inclusief het laden en lossen, plaatsvinden;

      • de in of op de bodem van het perceel aanwezige leidingen;

      • de plaats van ander hulpmaterieel en opslag van materialen;

    • 2°.

      gegevens en bescheiden over de toe te passen bouwmethodiek en de toe te passen materialen, materieel, hulp- en beveiligingsmiddelen bij de bouwwerkzaamheden;

    • 3°.

      indien een bouwput moet worden gemaakt voor een ondergronds gelegen bouwdeel:

      • de hoofdopzet van de verticale bouwputafscheiding en de bouwputbodem;

      • de uitgangspunten voor een bemalingsplan;

    • 4°.

      de uitgangspunten voor een monitoringsplan ter voorkoming van schade aan naburige bouwwerken;

  • b.

    gegevens betreffende de aard en plaats van brandveiligheidinstallaties alsmede van de vluchtrouteaanduiding;

  • c.

    een tekening van de inrichting van het bij het bouwwerk behorende terrein met daarop aangegeven de voorzieningen voor de bereikbaarheid en de plaats van bluswatervoorzieningen en opstelplaatsen van brandweervoertuigen;

  • d.

    een onderzoeksrapport betreffende verontreiniging van de bodem, gebaseerd op onderzoek dat is uitgevoerd door een persoon of een instelling die daartoe is erkend op grond van het Besluit bodemkwaliteit.

Artikel

2.5

Redelijke eisen van welstand

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een bouwactiviteit verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden ten behoeve van de toetsing aan de criteria uit de welstandsnota, bedoeld in artikel 12a, eerste lid, van de Woningwet:

  • a.

    tekeningen van alle gevels van het bouwwerk, inclusief de gevels van belendende bebouwing, waaruit blijkt hoe het geplande bouwwerk in de directe omgeving past;

  • b.

    principedetails van gezichtsbepalende delen van het bouwwerk;

  • c.

    kleurenfoto's van de bestaande situatie en de omliggende bebouwing;

  • d.

    opgave van de toe te passen bouwmaterialen en de kleur daarvan (uitwendige scheidingsconstructie). In ieder geval worden opgegeven het materiaal en de kleur van de gevels, het voegwerk, kozijnen, ramen en deuren, balkonhekken, dakgoten en boeidelen en de dakbedekking.

Artikel

2.6

Advies Commissie voor de tunnelveiligheid

Bij de aanvraag om een vergunning voor een bouwactiviteit verstrekt de aanvrager het advies van de Commissie voor de tunnelveiligheid, bedoeld in artikel 2.10, eerste lid, onder e, van de wet.

§

2.2

Op een later tijdstip aan te leveren gegevens en bescheiden

Artikel

2.7

Uitgestelde indieningsvereisten omtrent het bouwen

§

2.3

Vereisten aan tekeningen en berekeningen

Artikel

2.8

Algemene vereisten aan tekeningen

Artikel

2.9

Vereisten aan plattegronden en doorsneden

Artikel

2.10

Algemene vereisten in verband met berekeningen

Artikel

2.11

Vereisten aan constructieve berekeningen

Constructieve berekeningen die worden uitgevoerd vanwege de aanvraag van de vergunning voor een bouwactiviteit, voldoen aan de volgende eisen:

  • a.

    schematisering onder toepassing van de van toepassing zijnde NEN-norm(en), inclusief te hanteren belastingschema's;

  • b.

    toerekening materiaaleigenschappen conform van toepassing zijnde NEN-norm(en);

  • c.

    doorsnedegrootheden die per constructie-onderdeel zijn gemotiveerd, in de vorm van een berekening;

  • d.

    verantwoording eigenschappen ondersteuningen;

  • e.

    berekeningsresultaten per belastingschema uitgewerkt volgens de van toepassing zijnde NEN-norm(en);

  • f.

    voorzien van maatgevende waarden.

Artikel

2.12

Vereisten aan overige berekeningen

Hoofdstuk

3

Indieningsvereisten vanwege aanleg- of gebruiksactiviteiten

Artikel

3.1

Uitvoeren van werk of werkzaamheden

Artikel

3.2

Gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met planologische voorschriften

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de wet, verstrekt de aanvrager gegevens en bescheiden over:

  • a.

    het beoogde en het huidige gebruik van de gronden en de bouwwerken waarop de aanvraag betrekking heeft;

  • b.

    de gevolgen van het beoogde gebruik voor de ruimtelijke ordening;

  • c.

    indien dat met toepassing van artikel 41 van de Monumentenwet 1988 is verplicht door het bevoegd gezag, een rapport waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord in voldoende mate is vastgesteld;

  • d.

    een situatietekening van de bestaande toestand en een situatietekening van de nieuwe toestand met daarop de afmetingen van het perceel en bebouwd oppervlak, alsmede situering van bouwwerken ten opzichte van de perceelsgrenzen en de wegzijde, de wijze waarop het terrein ontsloten wordt, de aangrenzende terreinen en de daarop voorkomende bebouwing en het beoogd gebruik van het terrein behorende bij het voorgenomen bouwwerk;

  • e.

    de reden waarom en de mate waarin wordt afgeweken van het exploitatieplan.

Artikel

3.3

Brandveilig gebruiken van een bouwwerk

Hoofdstuk

4

Indieningsvereisten vanwege het oprichten, veranderen of in werking hebben van een inrichting of mijnbouwwerk

§

4.1

Oprichten en in werking hebben van een inrichting

§

4.1.1

Regels voor alle categorieën van gevallen

Artikel

4.1

Algemene vereisten omtrent een inrichting

Artikel

4.2

Ongewone voorvallen

De aanvrager verstrekt in of bij de aanvraag gegevens over:

  • a.

    ongewone voorvallen als bedoeld in artikel 17.1 van de Wet milieubeheer, die redelijkerwijs mogelijk zijn te achten;

  • b.

    de belasting van het milieu, die die voorvallen kunnen veroorzaken;

  • c.

    de aard en de omvang van de bij die voorvallen te onderscheiden vormen van belasting van het milieu;

  • d.

    de maatregelen die worden getroffen om de belasting van het milieu, die de inrichting ten gevolge van die voorvallen kan veroorzaken, te voorkomen of te beperken.

Artikel

4.3

Bodemkwaliteit

De aanvrager verstrekt in of bij de aanvraag de resultaten van een onderzoek naar de kwaliteit van de bodem op de plaats waar de inrichting zal zijn of is gelegen.

§

4.1.2

Aanvullende regels voor bepaalde categorieën gevallen

Artikel

4.4

Indien een ander bestuursorgaan dan burgemeester en wethouders het bevoegd gezag is

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting, die behoort tot een categorie waarvoor gedeputeerde staten, Onze Minister, Onze Minister van Economische Zaken of Onze Minister van Verkeer en Waterstaat bevoegd zijn te beslissen op de aanvraag, vermeldt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens de maatregelen die worden getroffen om de belasting van het milieu, die de inrichting of het mijnbouwwerk kan veroorzaken, te voorkomen of te beperken tijdens het in werking zijn van de inrichting dan wel mijnbouwwerk of de te onderscheiden onderdelen daarvan, waarbij, voor zover van toepassing, onderscheid wordt gemaakt tussen proefdraaien, normaal bedrijf, schoonmaak-, onderhouds- en herstelwerkzaamheden.

Artikel

4.5

Geluid

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting die behoort tot een categorie, die is genoemd in bijlage I, onder 11.1, 12.1, 13.1, onder a, 1° tot en met 3°, 17.1, 18 of 19 van het besluit, of die behoort tot een categorie, waarvoor gedeputeerde staten, Onze Minister, Onze Minister van Economische Zaken of Onze Minister van Verkeer en Waterstaat bevoegd zijn te beslissen op de aanvraag, verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens gegevens over:

  • a.

    de aard van de geluiden en hoogte van de te verwachten geluidsbelasting welke de inrichting binnen een door het bevoegd gezag aangegeven gebied buiten de inrichting kan veroorzaken;

  • b.

    de tijden waarop die geluidsbelasting zich zal voordoen;

  • c.

    de methode waarmee de aard van de geluiden en hoogte van de geluidsbelasting zijn vastgesteld.

Artikel

4.6

Bijzondere deskundigheden bij bepaalde inrichtingen

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting die behoort tot een categorie, die is genoemd in bijlage I, onder 21, 28.4, onder g, of 29.1, onder k, van het besluit, verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens gegevens en bescheiden met betrekking tot:

  • a.

    de namen van degenen die verantwoordelijk zijn voor de handelingen met de genetisch gemodificeerde organismen en voor het toezicht op en de controle van de veiligheid daarvan;

  • b.

    de vakbekwaamheid van de in de inrichting werkzame personen die bij die handelingen zijn betrokken;

  • c.

    het eventuele bestaan van biologische veiligheidscomités of subcomités;

  • d.

    het hoogste inperkingsniveau waaraan de ruimte bestemd voor ingeperkt gebruik voldoet.

Artikel

4.7

Beheer van afvalstoffen

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting, die behoort tot een categorie, die is genoemd in bijlage I, onder 28.4 of 28.5 van het besluit, verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens gegevens en bescheiden met betrekking tot:

  • a.

    de aard, de samenstelling, de hoeveelheid en de herkomst van de inkomende afvalstoffen;

  • b.

    de procedures van acceptatie en controle van de inkomende afvalstoffen;

  • c.

    de wijze van financiering van de activiteiten, alsmede een schatting van de omvang van de investeringen die worden gedaan;

  • d.

    de tarieven die de aanvrager voor het nuttig toepassen of verwijderen wil vaststellen alsmede de wijze waarop de tarieven zijn samengesteld;

  • e.

    de beschikbaarheid en vakbekwaamheid van de in de inrichting werkzame personen;

  • f.

    de wijze waarop de inkomende afvalstoffen worden geregistreerd;

  • g.

    de wijze waarop de bij het proces van nuttig toepassen of verwijderen ontstane stoffen, preparaten of andere producten of afvalstoffen worden afgezet, afgevoerd, nuttig toegepast of verwijderd, alsmede de wijze van registratie daarvan;

  • h.

    de ondernemings- en organisatiestructuur, alsmede de regeling van de feitelijke leiding van de activiteiten in de inrichting;

  • i.

    de naam en het adres van degene die de feitelijke leiding van de activiteiten heeft in de inrichting.

Artikel

4.8

Afvalstoffen op of in de bodem

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting die behoort tot een categorie, die is genoemd in bijlage I, onder 28.6, van het besluit, vermeldt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens de aard, de samenstelling, de hoeveelheid en de herkomst van de betrokken afvalstoffen.

Artikel

4.9

Storten van afvalstoffen

Artikel

4.10

Afvalvoorziening

Artikel

4.11

Verbranden van afvalstoffen

Artikel

4.12

Vuurwerk

Artikel

4.13

BRZO

Artikel

4.14

Stookinstallaties

Indien de aanvraag betrekking heeft op een inrichting waarop artikel 10c van het Besluit emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A van toepassing is, verstrekt de aanvrager in of bij de aanvraag tevens de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    de resultaten van het onderzoek naar de technische en economische haalbaarheid van warmtekrachtkoppeling;

  • b.

    indien van toepassing, de maatregelen of voorzieningen ten behoeve van warmtekrachtkoppeling.

Artikel

4.15

Indirecte lozingen

In of bij een aanvraag om een vergunning met betrekking tot het oprichten of het in werking hebben van een inrichting, van waaruit afvalwater of andere afvalstoffen in een voorziening voor de inzameling en het transport van afvalwater worden gebracht, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    een karakterisering naar aard, samenstelling, eigenschappen, hoeveelheid en herkomst van de afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen, die in de voorziening wordt gebracht, waarbij in ieder geval wordt vermeld of het afvalwater continu dan wel discontinu in de voorziening wordt gebracht, met welke regelmaat dit plaatsvindt, de wijze waarop dit plaatsvindt en de activiteiten waaruit het afvalwater afkomstig is;

  • b.

    een beschrijving van de technische gegevens van het rioolstelsel en een aanduiding van de plaats waar het afvalwater of andere afvalstoffen in de voorziening worden gebracht, met toelichtende tekeningen, die in ieder geval bestaan uit een rioleringstekening;

  • c.

    een processchema van de opzet en een beschrijving van de capaciteit van elke installatie waardoor of waarin processen plaatsvinden die leiden of kunnen leiden tot het in een oppervlaktewaterlichaam brengen van afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen, waarbij wordt aangegeven welke afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen waar en in welke mate vrijkomen;

  • d.

    een beschrijving van de maatregelen of voorzieningen die zijn of worden getroffen om te voorkomen of te beperken dat afvalwater of andere afvalstoffen in de voorziening worden gebracht, met toelichtende tekening;

  • e.

    de voorzieningen en de maatregelen die zijn voorzien om extra lozingen ten gevolge van storingen, ongewone voorvallen, proefdraaien, in gebruik stellen, buiten bedrijf nemen, schoonmaak- of herstelwerkzaamheden te voorkomen of te beperken;

  • f.

    een beschrijving van de maatregelen die worden getroffen bij definitieve stopzetting van de activiteiten, om te voorkomen of te beperken dat afvalwater of andere afvalstoffen in de voorziening worden gebracht;

  • g.

    een beschrijving van de aard en omvang van de gevolgen voor de doelmatige werking van het zuiveringstechnisch werk dat het afvalwater of de andere afvalstoffen ontvangt. Indien de inrichting of het mijnbouwwerk over een eigen afvalwaterzuivering beschikt, wordt in of bij de aanvraag tevens het gehalte BZV/N-totaal in het effluent van deze afvalwaterzuivering aangegeven;

  • h.

    een beschrijving van de aard en omvang van de belasting van de kwaliteit van het oppervlaktewaterlichaam ten gevolge van het lozen van het afvalwater of andere afvalstoffen, daaronder begrepen een overzicht van de belangrijke nadelige effecten op het watermilieu;

  • i.

    een beschrijving van de wijze waarop de lozing wordt vastgesteld en geregistreerd en de wijze waarop over de lozing wordt gerapporteerd;

  • j.

    een opgave van de voor de aanvrager redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen met betrekking tot de lozing die voor de beslissing op de aanvraag van belang kunnen zijn;

  • k.

    een niet-technische samenvatting van de in dit artikel bedoelde gegevens.

Artikel

4.16

Registratie externe veiligheid

§

4.2

Veranderen van een inrichting of de werking daarvan en de revisievergunning

Artikel

4.17

Algemene vereisten

Artikel

4.18

Veranderingen in combinatie met BRZO 1999

Artikel

4.19

Registratie externe veiligheid

§

4.3

Verandering van de inrichting of de werking daarvan, die niet tot andere of grotere nadelige gevolgen leidt en die niet tot een andere inrichting leidt

Artikel

4.21

Beperkte verandering inrichting

Bij een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3.10, derde lid, van de wet, vermeldt de vergunninghouder:

  • a.

    de vergunning of vergunningen krachtens welke de inrichting is opgericht dan wel in werking is;

  • b.

    de beoogde verandering van de inrichting of van de werking daarvan;

  • c.

    gegevens waaruit blijkt van welke onderdelen en in welke mate van de onder a bedoelde vergunning of vergunningen en de daaraan verbonden beperkingen en voorschriften wordt afgeweken;

  • d.

    het tijdstip waarop beoogd wordt de voorgenomen verandering te verwezenlijken;

  • e.

    gegevens waaruit blijkt dat:

    • 1°.

      de beoogde verandering van de inrichting of van de werking daarvan niet leidt tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning is toegestaan;

    • 2°.

      geen verplichting bestaat tot het maken van een milieueffectrapport als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer;

    • 3°.

      het veranderen niet leidt tot een andere inrichting dan waarvoor eerder een vergunning is verleend.

§

4.4

Indieningsvereisten met betrekking tot een mijnbouwwerk

Artikel

4.22

Mijnbouwwerken

Hoofdstuk

5

Indieningsvereisten vanwege activiteiten met betrekking tot een beschermd monument

§

5.1

Gegevens en bescheiden over activiteiten met betrekking tot een beschermd monument

Artikel

5.1

Slopen beschermd monument

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het slopen van een beschermd monument verstrekt de aanvrager naast de gegevens en bescheiden, bedoeld in artikel 7.2, onder a, b, c en e:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    cultuurhistorische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake architectuurhistorie, bouwhistorie, interieurhistorie of tuinhistorie;

  • c.

    overzichts- en detailfoto’s die een duidelijke indruk geven van het monument in relatie tot de voorgenomen sloop;

  • d.

    opnametekeningen van de bestaande toestand en slooptekeningen.

Artikel

5.2

Verstoren beschermd monument

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het verstoren van een beschermd monument verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de toponiem of plaatselijke aanduiding van het monument;

  • b.

    het huidige gebruik van het monument en het gebruik van het monument na voltooiing van de voorgenomen verstoring;

  • c.

    een omschrijving van de activiteit, met per afzonderlijke ingreep een vermelding van:

    • 1°.

      de plaats en de omvang;

    • 2°.

      de diepte, uitgedrukt in centimeters ten opzichte van het maaiveld;

  • d.

    een gemotiveerde opgave of de verstoring is afgestemd op kwaliteitseisen of uitvoeringsvoorschriften die op het monument van toepassing zijn;

  • e.

    ingeval de verstoring gepaard gaat met het uitvoeren van een werk of werkzaamheid of de aanleg van een weg, niet zijnde een aanlegactiviteit als bedoeld in de artikelen 3.1 of 7.1, definitief bestek en bestektekeningen;

  • f.

    een topografische kaart of GBKN-kaart met per ingreep de exacte plaats en omvang, onder vermelding van de schaal, met een maximum van 1:5000, en voorzien van noordpijl en minimaal twee RD-coördinatenparen.

Artikel

5.3

Verplaatsen beschermd monument

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het verplaatsen van een beschermd monument verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    het huidige gebruik van het monument en het gebruik van het monument na voltooiing van de voorgenomen verplaatsing;

  • c.

    een gemotiveerde opgave of de verplaatsing is afgestemd op kwaliteitseisen of uitvoeringsvoorschriften die op het monument van toepassing zijn;

  • d.

    cultuurhistorische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake architectuurhistorie, bouwhistorie, interieurhistorie, kleurhistorie en tuinhistorie;

  • e.

    technische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake constructieve en preventieve aspecten;

  • f.

    een bestek of werkomschrijving van de wijze van verplaatsen en indien van toepassing van de toe te passen constructies, materialen, afwerkingen en kleuren alsmede van de wijze van verwerking daarvan;

  • g.

    de volgende foto’s die een duidelijke indruk geven van het monument in relatie tot de voorgenomen verplaatsing:

    • 1°.

      overzichtsfoto’s van de bestaande situatie;

    • 2°.

      overzichtsfoto’s van de nieuwe locatie;

    • 3°.

      detailfoto’s van de bestaande toestand;

  • h.

    de volgende tekeningen:

    • 1°.

      opnametekeningen van de bestaande toestand;

    • 2°.

      plantekeningen van de nieuwe toestand;

    • 3°.

      aanvullende tekeningen van de bestaande en de nieuwe toestand, waaronder begrepen detailtekeningen en doorsnedetekeningen;

  • i.

    ingeval van een molen een rapport inzake de molenbiotoop van de bestaande en van de nieuwe situatie;

  • j.

    voor zover daarvan sprake is, een opgave bij welke instantie voor de voorgenomen verplaatsing een aanvraag om subsidie of een financiële bijdrage is of zal worden gedaan.

Artikel

5.4

Wijzigen beschermd monument door bouwactiviteit

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een wijziging van een beschermd monument, zijnde tevens een bouwactiviteit, verstrekt de aanvrager, naast de in hoofdstuk 2 genoemde gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    het huidige gebruik van het monument en het gebruik van het monument na voltooiing van de voorgenomen wijziging;

  • c.

    een gemotiveerde opgave of de wijziging is afgestemd op kwaliteitseisen of uitvoeringsvoorschriften die op het monument van toepassing zijn;

  • d.

    cultuurhistorische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake architectuurhistorie, bouwhistorie, interieurhistorie, kleurhistorie of tuinhistorie;

  • e.

    bouwtechnische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake bouwfysische, constructieve, materiaaltechnische of preventieve aspecten;

  • f.

    een beschrijving van de technische staat van het monument;

  • g.

    een bestek of werkomschrijving per onderdeel van de toe te passen constructies, materialen, afwerkingen en kleuren alsmede van de wijze van verwerking daarvan;

  • h.

    overzichts- en detailfoto’s die een duidelijke indruk geven van het onderdeel van het monument waar de voorgenomen wijziging zal plaatsvinden;

  • i.

    de volgende tekeningen:

    • 1°.

      opnametekeningen van de bestaande toestand en gebrekentekeningen;

    • 2°.

      plantekeningen van de nieuwe toestand en van de voorgenomen werkzaamheden, voor zover van toepassing daaronder begrepen de te vervangen of te veranderen onderdelen en de te verhelpen gebreken;

    • 3°.

      aanvullende tekeningen van bestaande en nieuwe toestand, waaronder begrepen detailtekeningen en doorsnedetekeningen;

  • j.

    voor zover daarvan sprake is, een opgave bij welke instantie voor de voorgenomen wijziging een aanvraag om subsidie of een financiële bijdrage is of zal worden gedaan.

Artikel

5.5

Wijzigen beschermd monument door aanlegactiviteit

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een wijziging van een beschermd monument, zijnde tevens een aanlegactiviteit als bedoeld in de artikelen 3.1 of 7.1, verstrekt de aanvrager, naast de in die artikelen genoemde gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    een tuinhistorisch rapport of een beheerplan;

  • c.

    overzichts- en detailfoto’s die een duidelijke indruk geven van het monument in relatie tot de voorgenomen wijziging;

  • d.

    de volgende tekeningen:

    • 1°.

      opnametekeningen van de bestaande situatie;

    • 2°.

      plantekeningen van de nieuwe situatie;

  • e.

    voor zover daarvan sprake is, een opgave bij welke instantie voor de voorgenomen wijziging een aanvraag om subsidie of een financiële bijdrage is of zal worden gedaan.

Artikel

5.6

Overige wijzigingen beschermd monument of herstellen beschermd monument waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het wijzigen van een beschermd monument, anders dan door een activiteit als bedoeld in de artikelen 5.1 tot en met 5.5, of voor het herstellen van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    het huidige gebruik van het monument en het gebruik van het monument na voltooiing van de voorgenomen wijziging of het voorgenomen herstel;

  • c.

    een gemotiveerde opgave of de wijziging of het herstel is afgestemd op kwaliteitseisen of uitvoeringsvoorschriften die op het monument van toepassing zijn;

  • d.

    cultuurhistorische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake architectuurhistorie, bouwhistorie, interieurhistorie, kleurhistorie en tuinhistorie;

  • e.

    technische rapporten, daaronder begrepen rapporten inzake bouwfysische, materiaaltechnische en preventieve aspecten;

  • f.

    in geval van een tuin- of parkaanleg, een beheerplan;

  • g.

    een beschrijving van de technische staat van het monument;

  • h.

    een bestek of werkomschrijving;

  • i.

    overzichts- en detailfoto’s die een duidelijke indruk geven van het onderdeel van het monument waar de voorgenomen wijziging of het voorgenomen herstel zal plaatsvinden;

  • j.

    de volgende tekeningen:

    • 1°.

      opnametekeningen van de bestaande situatie en gebrekentekeningen;

    • 2°.

      plantekeningen van de nieuwe situatie en van de voorgenomen werkzaamheden;

    • 3°.

      aanvullende tekeningen van de bestaande en nieuwe situatie, waaronder begrepen detailtekeningen en doorsnedetekeningen;

  • k.

    voor zover daarvan sprake is, een opgave bij welke instantie voor de voorgenomen wijziging of het voorgenomen herstel een aanvraag om subsidie of een financiële bijdrage is of zal worden gedaan.

Artikel

5.7

Gebruiken of laten gebruiken beschermd monument waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    het monumentnummer en, voor zover daarvan sprake is, de naam van het monument;

  • b.

    het huidige gebruik en indien daarvan afwijkend het voorgenomen gebruik van het monument;

  • c.

    een motivering van het gebruik of indien daarvan afwijkend het voorgenomen gebruik;

  • d.

    een opgave van de effecten van het gebruik of indien daarvan afwijkend het voorgenomen gebruik voor het monument.

§

5.2

Vereisten aan tekeningen

Artikel

5.8

Hoofdstuk

6

Indieningsvereisten vanwege sloopactiviteiten

Artikel

6.1

Slopen in geval van een planologisch verbod

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het slopen van een bouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de wet, maakt de aanvrager aannemelijk dat op de plaats van het te slopen bouwwerk een ander bouwwerk kan of zal worden gebouwd.

Artikel

6.2

Slopen in een beschermd stads- of dorpsgezicht

Hoofdstuk

7

Indieningsvereisten vanwege activiteiten krachtens een provinciale of gemeentelijke verordening

§

7.1

Gegevens en bescheiden over activiteiten als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, van de wet

Artikel

7.2

Slopen bouwwerk

In of bij de aanvraag om een vergunning voor het slopen van een bouwwerk, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder a, van de wet, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens en bescheiden:

  • a.

    de omvang waarin het bouwwerk wordt gesloopt;

  • b.

    de uitvoerder van de sloopactiviteiten;

  • c.

    de sloopmethode;

  • d.

    het sloopveiligheidsplan;

  • e.

    de aard en hoeveelheid vrijkomend materiaal;

  • f.

    het asbestinventarisatierapport, indien er sprake is van een verwachting dat er asbest aanwezig is;

  • g.

    het onderzoeksrapport naar aard, omvang en samenstelling van het gevaarlijk afval, indien dat door het te slopen bouwwerk of een onderdeel daarvan vrijkomt.

Artikel

7.3

Uitweg

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder e, van de wet, verstrekt de aanvrager gegevens met betrekking tot;

  • a.

    de locatie van de uitweg aan het voor-, zij- dan wel achtererf;

  • b.

    de afmeting van de nieuwe uitweg, dan wel van de te veranderen bestaande uitweg en de beoogde verandering daarvan;

  • c.

    de te gebruiken materialen;

  • d.

    de aanwezigheid van obstakels die in de weg staan voor het aanleggen of voor het gebruik van de uitweg, zoals bomen, lantaarnpalen en nutsvoorzieningen.

Artikel

7.4

Alarminstallatie

In of bij de aanvraag om een vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder f, van de wet, verstrekt de aanvrager gegevens over:

  • a.

    de aard en de werking van de signalering;

  • b.

    twee waarschuwingsadressen, inclusief telefoonnummers en namen van contactpersonen.

Artikel

7.5

Vellen van houtopstand

Artikel

7.6

Handelsreclame

Artikel

7.7

Opslaan roerende zaken

§

7.2

Gegevens en bescheiden over overige activiteiten

Artikel

7.8

Gebieden ter bescherming van grondwater

Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 1.3a, eerste lid, onder a, van de Wet milieubeheer, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens:

  • a.

    een beschrijving van de activiteit, daaronder begrepen gegevens omtrent constructie, afmetingen en het gebruik van installaties of andere werken alsmede de reden van de activiteit;

  • b.

    een of meer kaarten op een zodanige schaal dat een duidelijk beeld wordt verkregen van de plaats waar de gedraging zal plaatsvinden;

  • c.

    een opgave van de hoeveelheid, de aard en de samenstelling van stoffen ten aanzien waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat deze van belang zijn voor de nadelige gevolgen voor het milieu die de gedraging kan veroorzaken, alsmede van de te verwachten emissies;

  • d.

    een beschrijving van de maatregelen die worden getroffen om de nadelige gevolgen voor bodem en grondwater tegen te gaan.

Artikel

7.9

Gesloten stortplaats

Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 3.4 van het besluit, verstrekt de aanvrager de volgende gegevens:

  • a.

    het voorgenomen gebruik van de gesloten stortplaats en van het gebied waarin de nazorgvoorzieningen zijn gelegen;

  • b.

    een kadastrale kaart, waarop het grondgebied van het voorgenomen gebruik als bedoeld onder a is aangegeven;

  • c.

    de naam en het adres van een ieder die een zakelijk of een persoonlijk recht heeft op het grondgebied, bedoeld onder b;

  • d.

    een overzicht van de benodigde vergunningen, meldingen en toestemmingen om het voorgenomen gebruik te kunnen realiseren;

  • e.

    de maatregelen die worden getroffen om:

    • 1°.

      de bereikbaarheid van de nazorgvoorzieningen te garanderen;

    • 2°.

      aantasting van de nazorgvoorzieningen te voorkomen;

    • 3°.

      anderszins de uitvoering van de nazorg niet te belemmeren;

  • f.

    de wijze van evaluatie van en rapportage over de uitvoering van de onder e bedoelde maatregelen.

Hoofdstuk

8

Indieningsvereisten met betrekking tot de gebieds- en soortenbescherming

Artikel

8.1

Gebiedsbescherming

Artikel

8.2

Soortenbescherming

Hoofdstuk

9

Bijzondere gevallen van bestuurlijke verplichtingen

§

9.1

Gegevensverstrekking aan de inspecteur-generaal VROM

Artikel

9.1

Gegevensverstrekking aan inspectoraat-generaal VROM

§

9.2

Bepaling beste beschikbare technieken

Artikel

9.2

Hoofdstuk

10

Kwaliteitseisen

§

10.1

Kwaliteitseisen handhaving

Artikel

10.1

Begripsomschrijvingen

Artikel

10.2

Reikwijdte

Deze afdeling is van toepassing op de handhaving van het bepaalde bij of krachtens de wet of de betrokken wetten.

Artikel

10.3

Handhavingsbeleid

Artikel

10.4

Uitvoeringsprogramma

Het bestuursorgaan werkt het uitvoeringsprogramma, bedoeld in artikel 7.3, eerste lid, van het besluit, uit in werkplannen voor de betrokken onderdelen van zijn organisatie.

Artikel

10.5

Uitvoeringsorganisatie

Ter waarborging van een adequate en objectieve uitvoering van het handhavingsbeleid, bedoeld in artikel 7.4, eerste lid, van het besluit, draagt het bestuursorgaan er zorg voor dat:

  • a.

    de personen die zijn belast met werkzaamheden in het kader van de handhaving adequaat zijn opgeleid of zo nodig worden opgeleid op basis van een opleidingsplan;

  • b.

    voor zover van toepassing, met de personen die het rechtstreeks aangaat of in het voorkomende geval met degene onder wiens verantwoordelijkheid zij werken schriftelijke afspraken worden gemaakt met betrekking tot het ten behoeve van de handhaving gebruik maken van personen die niet onder de organisatie van het bestuursorgaan ressorteren;

  • c.

    adequate technische, juridische en administratieve voorzieningen beschikbaar zijn;

  • d.

    instrumenten en apparaten die bij de handhaving worden gebruikt in een goede staat van onderhoud verkeren en deze zonodig worden gekalibreerd.

Artikel

10.6

Monitoring

Tot de in artikel 7.6, tweede lid, van het besluit bedoelde gegevens behoren in ieder geval gegevens betreffende het aantal:

  • a.

    uitgevoerde controles;

  • b.

    geconstateerde overtredingen;

  • c.

    opgelegde bestuurlijke sancties;

  • d.

    processen-verbaal;

  • e.

    over mogelijke overtredingen ontvangen klachten.

Hoofdstuk

11

Slotbepalingen

Artikel

11.1

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop het besluit in werking treedt.

Artikel

11.2

Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling omgevingsrecht.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, J.C.Huizinga-Heringa

Bijlage

1

Aanwijzing BBT-documenten

Tabel 1. Vastgestelde Europese informatiedocumenten over BBT (vindplaats InfoMil.nl en Europees IPPC Bureau, eippcb.jrc.es)

1. Energie industrie

1.1 Stookinstallaties met een hoeveelheid vrijkomende warmte van meer dan 50 MW.

BREF Grote stookinstallaties

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Afvalbehandeling

REF Cross media & economics

REF Monitoring

1.2 Aardolie- en gasraffinaderijen.

BREF Aardolie- en aardgasraffinaderijen

BREF Koelsystemen

BREF Organische bulkchemie

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

REF Cross media & economics

REF Monitoring

BREF Grote stookinstallaties (vanaf 50 MW)

BREF Op- en overslag bulkgoederen

1.3 Cokesfabrieken.

BREF Primair ijzer en staal

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

1.4 Installaties voor het vergassen en vloeibaar maken van steenkool.

BREF Grote stookinstallaties

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2. Productie en verwerking van metalen

2.1 Installaties voor het roosten of sinteren van ertsen, met inbegrip van zwavelhoudend erts.

BREF Non-ferro metalen

BREF Primair ijzer en staal

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.2 Installaties voor de productie van ijzer of staal (primaire of secundaire smelting), met inbegrip van uitrusting voor continugieten met een capaciteit van meer dan 2,5 ton per uur.

BREF Primair ijzer en staal

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.3a Installaties voor verwerking van ferrometalen door warmwalsen met een capaciteit van meer dan 20 ton ruwstaal per uur.

BREF Ferrometaalbewerking (warmwalsen)

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.3b Installaties voor verwerking van ferrometalen door smeden met hamers met een slagarbeid van meer dan 50 kilojoule per hamer, wanneer een thermisch vermogen van meer dan 20 MW wordt gebruikt.

BREF Smederijen en gieterijen

BREF Ferrometaalbewerking

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.3c Installaties voor verwerking van ferrometalen door het aanbrengen van deklagen van gesmolten metaal, met een verwerkingscapaciteit van meer dan 2 ton ruwstaal per uur.

BREF Ferrometaalbewerking (aanbrengen van deklagen)

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.4 Smelterijen van ferrometalen met een produktiecapaciteit van meer dan 20 ton per dag.

BREF Smederijen en gieterijen (gieterijen)

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.5 a/b Installaties:

a. voor de winning van ruwe non-ferrometalen uit erts, concentraat of secundaire grondstoffen met metallurgische, chemische of elektrolytische procédés;

b. voor het smelten van non-ferrometalen, met inbegrip van legeringen, inclusief terugwinningsprodukten (affineren, vormgieten) met een smeltcapaciteit van meer dan 4 ton per dag voor lood en cadmium of 20 ton per dag voor alle andere metalen per dag.

BREF Non ferrometalen

BREF Smederijen en gieterijen

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

2.6 Installaties voor oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen door middel van een elektrolytisch of chemisch procédé, wanneer de inhoud van de gebruikte behandelingsbaden meer dan 30 m3 bedraagt.

BREF oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

3. Minerale industrie

3.1 Installaties voor de produktie van cementklinkers in draaiovens met een produktiecapaciteit van meer dan 500 ton per dag, of van ongebluste kalk in draaiovens met een produktiecapaciteit van meer dan 50 ton per dag, of in andere ovens met een produktiecapaciteit van meer dan 50 ton per dag.

BREF Cement en kalk

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

3.2 Installaties voor de winning van asbest en de fabricage van asbestprodukten.

Geen BREF beschikbaar. Fabricage van asbest en asbestproducten verboden binnen Nederland en de rest van de EU.

3.3 Installaties voor de fabricage van glas, met inbegrip van installaties voor de fabricage van glasvezels, met een smeltcapaciteit van meer dan 20 ton per dag.

BREF Glas en minerale wol

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

3.4 Installaties voor het smelten van minerale stoffen, met inbegrip van installaties voor de fabricage van mineraalvezels, met een smeltcapaciteit van meer dan 20 ton per dag.

BREF Glas en minerale wol

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

3.5 Installaties voor het fabriceren van keramische produkten door middel van verhitting, met name dakpannen, bakstenen, vuurvaste stenen, tegels, aardewerk of porselein, met een produktiecapaciteit per kilo van meer dan 75 ton per dag, en/of een ovencapaciteit van meer dan 4 m3 en met een plaatsingsdichtheid per oven van meer dan 300 kg/m3.

BREF Keramische industrie

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4 Chemische industrie

4.1 a t/m f Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals:

a. eenvoudige koolwaterstoffen (lineaire of cyclische, verzadigde of onverzadigde, alifatische of aromatische),

b. zuurstofhoudende koolwaterstoffen, zoals alcoholen, aldehyden, ketonen, carbonzuren, esters, acetaten, ethers, peroxyden, epoxyharsen,

c. zwavelhoudende koolwaterstoffen,

BREF Organische bulkchemie

BREF Organische fijnchemie

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Grote stookinstallaties (vanaf 50 MW)

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

d. stikstofhoudende koolwaterstoffen, zoals aminen, amiden, nitroso-, nitro- en nitraatverbindingen, nitrillen, cyanaten, isocyanaten,

e. fosforhoudende koolwaterstoffen,

f. halogeenhoudende koolwaterstoffen.

4.1 g Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals organometaalverbindingen.

Geen BREF beschikbaar

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.1 h Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals kunststof-basisprodukten (polymeren, kunstvezels, cellulosevezels).

BREF Polymeren

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.1 i Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals synthetische rubber.

BREF Polymeren

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.1 j Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals kleurstoffen en pigmenten.

BREF Organische fijnchemie

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.1 k Chemische installaties voor de fabricage van organisch-chemische basisprodukten, zoals tensioactieve stoffen en tensiden.

Geen BREF beschikbaar

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.2 a Chemische installaties voor de fabricage van anorganisch-chemische basisprodukten, zoals van gassen, zoals ammoniak, chloor of chloorwaterstof, fluor of fluorwaterstof, kooloxiden, zwavelverbindingen, stikstofoxiden, waterstof, zwaveldioxide en carbonyldichloride.

BREF Chloor Alkali

BREF Anorganische bulkchemicaliën - ammoniak, zuren en kunstmest

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Anorganische Bulkchemie – vast en overig

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.2 b Chemische installaties voor de fabricage van anorganisch-chemische basisprodukten, zoals van zuren, zoals chroomzuur, fluorwaterstofzuur, fosforzuur, salpeterzuur, zoutzuur, zwavelzuur, oleum en zwaveligzuur.

BREF Non-ferrometalen

BREF Anorganische bulkchemicaliën – ammoniak, zuren en kunstmest

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.2 c Chemische installaties voor de fabricage van anorganisch-chemische basisprodukten, zoals van basen, zoals ammoniumhydroxide, kaliumhydroxide en natriumhydroxide.

BREF Chloor Alkali

BREF Anorganische bulkchemicaliën – ammoniak, zuren en kunstmest

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Anorganische Bulkchemie -vast en overig

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.2 d/e Chemische installaties voor de fabricage van anorganisch-chemische basisprodukten, zoals

d. van zouten, zoals ammoniumchloride, kaliumchloraat, kaliumcabonaat, natriumcarbonaat, perboraat, zilvernitraat;

e. van niet-metalen, metaaloxiden of andere anorganische verbindingen, zoals calciumcarbide, silicium en siliciumcarbide.

BREF Anorganische bulkchemicaliën – vast en overig

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.3 Chemische installaties voor de fabricage van fosfaat-, stikstof- of kaliumhoudende meststoffen (enkelvoudige of samengestelde meststoffen).

BREF Anorganische bulkchemicaliën – ammoniak, zuren en kunstmest

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.4 Chemische installaties voor de fabricage van basisprodukten voor gewasbescherming en van biociden.

BREF Organische fijnchemie

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.5 Installaties voor de fabricage van farmaceutische basisprodukten die een chemisch of biologisch procédé gebruiken.

BREF Organische fijnchemie

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

4.6 Chemische installaties voor de fabricage van explosieven.

BREF Organische fijnchemie

BREF Anorganische fijnchemicaliën

BREF Koelsystemen

BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

5 Afvalbeheer

5.1 Installaties voor de verwijdering of nuttige toepassing van gevaarlijke afvalstoffen als bedoeld in de lijst van artikel 1, lid 4, van Richtlijn 91/689/EEG, in de zin van de bijlagen II A en II B (handelingen R1, R5, R6, R8 en R9) van Richtlijn 2006/12/EG en van Richtlijn 75/439/EEG van de Raad van 16 juni 1975 inzake de verwijdering van afgewerkte olie met een capaciteit van meer dan 10 ton per dag.

BREF Afvalbehandeling

BREF Afvalverbranding

Voor storten zie onder 5.4

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

5.2 Installaties voor de verbranding van stedelijk afval in de zin van Richtlijn 89/369/EEG van de Raad van 8 juni 1989 ter voorkoming van door nieuwe installaties voor de verbranding van stedelijk afval veroorzaakte luchtverontreiniging en Richtlijn 89/429/EEG van de Raad van 21 juni 1989 ter vermindering van door bestaande installaties voor de verbranding van stedelijk afval veroorzaakte luchtverontreiniging, met een capaciteit van meer dan 3 ton per uur.

BREF Afvalverbranding

BREF Afvalbehandeling

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

5.3 Installaties voor de verwijdering van ongevaarlijke afvalstoffen in de zin van bijlage II A van Richtlijn 2006/12/EG, rubrieken D8, D9, met een capaciteit van meer dan 50 ton per dag.

BREF Afvalbehandeling

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

5.4 Stortplaatsen die meer dan 10 ton per dag ontvangen of een totale capaciteit van meer dan 25 000 ton hebben, met uitzondering van stortplaatsen voor inerte afvalstoffen.

Geen BREF

De eisen aan stortplaatsen op grond van Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen kunnen als BBT beschouwd worden

6. Overige activiteiten

6.1 Industriële installaties voor:

a. de fabricage van papierpulp uit hout of uit andere vezelstoffen

b. de fabricage van papier en karton met een produktiecapaciteit van meer dan 20 ton per dag.

BREF Papier en pulp

BREF Koelsystemen

BREF Grote stookinstallaties (vanaf 50 MW)

BREF Op- en overslag bulkgoederen

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.2 Installaties voor de voorbehandeling (wassen, bleken, merceriseren) of het verven van vezels of textiel met een verwerkingscapaciteit van meer dan 10 ton per dag.

BREF Textielindustrie

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.3 Installaties voor het looien van huiden met een verwerkingscapaciteit van meer dan 12 ton eindprodukten per dag.

BREF Leerlooierijen

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.4 a Abattoirs met een produktiecapaciteit van meer dan 50 ton per dag geslachte dieren.

BREF Slacht- en destructiehuizen

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.4 b Bewerking en verwerking voor de fabricage van levensmiddelen op basis van:

– dierlijke grondstoffen (andere dan melk) met een produktiecapaciteit van meer dan 75 ton per dag eindprodukten;

BREF Voedingsmiddelen, dranken en zuivel

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

– plantaardige grondstoffen met een produktiecapaciteit van meer dan 300 ton per dag eindprodukten (gemiddelde waarde op driemaandelijkse basis).

6.4 c Bewerking en verwerking van melk, met een hoeveelheid ontvangen melk van meer dan 200 ton per dag (gemiddelde waarde op jaarbasis).

BREF Voedingsmiddelen, dranken en zuivel

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.5 Installaties voor de destructie of verwerking van kadavers en dierlijk afval met een verwerkingscapaciteit van meer dan 10 ton per dag.

BREF Slacht- en destructiehuizen

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.6 a Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan 40 000 plaatsen voor pluimvee.

BREF Intensieve pluimvee- en varkenshouderij

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.6 b Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan 2 000 plaatsen voor mestvarkens (van meer dan 30 kg).

BREF Intensieve pluimvee- en varkenshouderij

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.6 c Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan 750 plaatsen voor zeugen.

BREF Intensieve pluimvee- en varkenshouderij

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.7 Installaties voor de oppervlaktebehandeling van stoffen, voorwerpen of produkten, waarin organische oplosmiddelen worden gebruikt, in het bijzonder voor het appreteren, bedrukken, het aanbrengen van een laag, het ontvetten, het vochtdicht maken, lijmen, verven, reinigen of impregneren, met een verbruikscapaciteit van meer dan 150 kg oplosmiddel per uur, of meer dan 200 ton per jaar.

BREF Oppervlaktebehandeling met organische oplosmiddelen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

6.8 Installaties voor de fabricage van koolstof (harde gebrande steenkool) of elektrografiet door verbranding of grafitisering.

BREF Non-ferrometalen

BREF Koelsystemen

BREF Op- en overslag bulkgoederen

BREF Energie-efficiëntie

REF Cross media & economics

REF Monitoring

Tabel 2. Nederlandse informatiedocumenten over BBT

Circulaire energie in de milieuvergunning

oktober 1999

InfoMil.nl

Handreiking wegen naar preventie bij bedrijven

februari 2006

InfoMil.nl

Werkboek wegen naar preventie bij bedrijven

april 2006

InfoMil.nl

Handreiking (co-)vergisting van mest

april 2005

InfoMil.nl

NeR Nederlandse emissierichtlijn lucht

september 2008

InfoMil.nl

Nederlandse richtlijn bodembescherming (NRB)

juni 2003

InfoMil.nl

Handreiking methaanreductie stortplaatsen

april 2007

Senternovem.nl

/ROBstortplaatsen

Beleidslijn IPPC-omgevingstoetsing ammoniak en veehouderij

juni 2007

InfoMil.nl

Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS):

PGS 7: Opslag van vaste minerale anorganische meststoffen

oktober 2007

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 9: Vloeibare zuurstof opslag van 0,45–100 m3 en erratum

oktober 2007

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 12: Ammoniak: opslag en verlading

juli 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 13: Ammoniak: toepassing als koudemiddel voor koelinstallaties en warmtepompen

februari 2009

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 15: Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen en errata

december 2008

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 16: Autogas LPG

juli 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 18: Distributiedepots voor LPG

juli 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 19: Opslag van propaan, Richtlijn voor brandveilige, arbeidsveilige en milieuveilige stationaire opslag van propaan

juni 2008

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 22: Toepassing van propaan

september 2008

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 23: Propaan, vulstations van propaan- en butaanflessen

juli 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 24: Propaan, vulstations voor spuitbussen met propaan, butaan en dimetylether als drijfgas

juli 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 28: Vloeibare aardolieproducten – Afleverinstallaties en ondergrondse opslag

maart 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 29: Richtlijn voor bovengrondse opslag in

verticale cilindrische tanks

oktober 2008

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

PGS 30: Vloeibare aardolieproducten: buitenopslag in kleine installaties

juni 2005

publicatiereeksgevaarlijkestoffen.nl

BBT-documenten water

Landbouw

Afvalwaterproblematiek van champignonteeltbedrijven, aanvullende nota

februari 1989

CIW.nl

Afvalwaterproblematiek glastuinbouw

maart 1993

CIW.nl

Afvalwaterproblematiek van landbouwloonbedrijven

december 1994

CIW.nl

Recirculatie drainagewater van grondgebonden glastuinbouwbedrijven

januari 1996

CIW.nl

Afvalwaterproblematiek van witloftrekkerijen

maart 1996

CIW.nl

Afvalwaterproblematiek boomteelt en vaste plantenteelt

oktober 1996

CIW.nl

Aansluiten glastuinbouw op de riolering

december 1998

CIW.nl

Beoordelingsmethode emissiereducerende maatregelen. Lozingsbesluit open teelt en veehouderij

maart 2003

CIW.nl

Recirculeren van spoelwater. Gevolgen voor de microbiologische kwaliteit van spoelwater

september 2003

CIW.nl

Goed gietwater. Beoordelingskader voor verplichte aanleg van een gietwatervoorziening bij grondgebonden glastuinbouwbedrijven

januari 2004

CIW.nl

Achtergronddocument glastuinbouw t.b.v. KRW-decembernota 2005, eindversie

augustus 2005

CIW.nl

Bodemsanering + bagger

Lozingen uit tijdelijke baggerspeciedepots

april 1998

CIW.nl

Riooloverstorten

Riooloverstorten deel 1: Knelpuntcriteria riooloverstorten

juni 2001

CIW.nl

Riooloverstorten deel 2: Eenduidige basisinspanning

juni 2001

CIW.nl

Riooloverstorten deel 3: Model voor vergunningverlening riooloverstorten

december 2001

CIW.nl

Riooloverstorten deel 4a: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, spoor 1

september 2002

CIW.nl

Riooloverstorten deel 4b: Nadere uitwerking monitoring riooloverstorten, fase B

januari 2003

CIW.nl

Scheepvaart

Waterverontreinigingsproblematiek bij het stralen en conserveren bij scheepswerven voor beroepsvaart en grote jachten

april 1991

CIW.nl

Industriële activiteiten

Afvalwaterproblematiek bij vatenwasserijen

april 1993

CIW.nl

Integrale aanpak van risico's van onvoorziene lozingen

februari 2000

CIW.nl

Verwerking waterfractie gevaarlijke en niet-gevaarlijke afvalstoffen

april 2001

CIW.nl

Offshore

februari 2002

CIW.nl

Integrale bedrijfstakstudie tankautoreiniging

april 2002

CIW.nl

Instrumentarium

Meten en bemonsteren van afvalwater

maart 1998

CIW.nl

Handboek Wvo-vergunningverlening

mei 1999

CIW.nl

Het beoordelen van stoffen en preparaten voor de uitvoering van het emissiebeleid water

mei 2000

CIW.nl

Normen voor het Waterbeheer

mei 2000

CIW.nl

Emissie – immissie

juni 2000

CIW.nl

Milieunormen in perspectief

september 2002

CIW.nl

Standaardisatie Wvo-vergunningen

mei 2003

CIW.nl

Lozingseisen Wvo-vergunningen

november 2005

CIW.nl

Warmtelozing

CIW beoordelingssystematiek warmtelozingen

november 2004

CIW.nl

Oplegnotitie BREF

Oplegnotitie BREF Chlooralkaliproducerende industrie

november 2002

CIW.nl / InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF IJzer- en staalproducerende industrie

april 2004

CIW.nl / InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Pulp- en papierindustrie

april 2004

CIW.nl / InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Ferrometaalbewerkende industrie

april 2004

CIW.nl / InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Cement en kalk

augustus 2005

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Glasproducerende industrie

augustus 2005

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Afgas- en afvalwaterbehandeling

augustus 2005

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Non-ferro metaal

augustus 2005

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Raffinaderijen

februari 2006

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Afvalbehandeling

augustus 2006

Infomil.nl

Oplegnotitie BREF Intensieve pluimvee- en varkenshouderij

juli 2007

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Afvalverbranding

maart 2007

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Grote stookinstallaties

oktober 2007

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Smederijen en gieterijen

juni 2008

InfoMil.nl

Oplegnotitie BREF Keramische industrie

juni 2008

InfoMil.nl