Wet algemene verzekering bijzondere ziektekosten BES

Hoofdstuk

I

Algemene Bepalingen

Artikel

1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Onze Minister: Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b.

    Uitvoeringsorgaan: de Stichting Bureau Ziektekostenvoorzieningen, bedoeld in artikel 10, eerste lid;

  • c.

    Fonds: het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten, bedoeld in artikel 18, eerste lid;

  • d.

    Indicatiecommissie: de Indicatiecommissie Bijzondere Ziektekosten, bedoeld in artikel 12, eerste lid;

  • e.

    [vervallen]

  • f.

    Inspecteur:

    • i.

      ten aanzien van de werkgever, die hetzij zijn woonplaats, hetzij zijn vestigingsplaats, of bij gebreke daarvan zijn vaste inrichting of vaste vertegenwoordiger heeft

      • 1.

        in het openbaar lichaam Bonaire: de Inspecteur der Belastingen op Bonaire;

      • 2.

        in het openbaar lichaam Curaçao: de Inspecteur der Belastingen op Curaçao;

      • 3.

        in één van de overige openbare lichamen: de Inspecteur der Belastingen op Sint Maarten;

    • ii.

      ten aanzien van de verzekerde, die bij het begin van het desbetreffende jaar of bij de aanvang van zijn premieplicht in de loop van dat jaar, zijn woonplaats heeft:

      • 1.

        in het openbaar lichaam Bonaire: de Inspecteur der Belastingen op Bonaire;

      • 2.

        in het openbaar lichaam Curaçao: de Inspecteur der Belastingen op Curaçao;

      • 3.

        in één van de overige openbare lichamen: de Inspecteur der Belastingen op Sint Maarten;

  • g.

    toezichthouder: de toezichthouder, bedoeld in artikel 40, eerste lid;

  • h.

    ingezetene: degene die blijkens inschrijving in het bevolkingsregister van een der openbare lichamen, metterwoon in Curaçao, Sint Maarten of de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba gevestigd is;

  • i.

    instelling: een instelling die zich jegens het Uitvoeringsorgaan heeft verbonden om onder bij overeenkomst, bedoeld in artikel 13, te bepalen voorwaarden, behandeling, verpleging of verzorging te verlenen;

  • j.

    zorgverlener: een medische beroepsbeoefenaar of andere deskundige die zich jegens het Uitvoeringsorgaan heeft verbonden om onder bij overeenkomst, bedoeld in artikel 13, te bepalen voorwaarden, behandeling, verpleging of verzorging te verlenen;

  • k.

    chronische zieke: degene die als gevolg van een ziekte of een complicatie ervan of door ouderdom dermate verpleeg- of zorgbehoeftig is geworden, dat deze zich in zowel sociaal, maatschappelijk als economisch opzicht, niet meer als zelfstandig individu in de samenleving kan handhaven;

  • l.

    psychiatrisch zieke: degene die door een combinatie van persoonlijke en maatschappelijke factoren in psychische nood verkeert;

  • m.

    gehandicapte: degene die in een nadelige positie verkeert door een stoornis of een beperking die de normale rolvervulling van die persoon begrenst of verhindert; onder stoornis wordt verstaan iedere afwezigheid of afwijking van een psychologische, fysiologische of anatomische structuur of functie; onder beperking wordt verstaan iedere vermindering of afwezigheid van de mogelijkheid van een voor de mens normale activiteit;

  • n.

    lichamen: rechtspersonen, maat- en vennootschappen, andere verenigingen van personen, ondernemingen van publiekrechtelijke rechtspersonen en doelvermogens;

  • o.

    prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie: het door het Centraal Bureau voor de Statistiek vastgestelde afgeleide prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie in Curaçao, Sint Maarten of de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba.

Artikel

2

Artikel

3

Behoudens hetgeen in deze wet ten aanzien van de heffing en de invordering van premies is bepaald, wordt in de uitvoering van de in deze wet geregelde verzekering voorzien door het Uitvoeringsorgaan.

Hoofdstuk

II

Kring der verzekerden

Artikel

4

Hoofdstuk

III

Aanspraken

Artikel

5

Artikel

6

Artikel

7

Artikel

8

Artikel

9

Het Uitvoeringsorgaan vordert van degene die, zonder daartoe gerechtigd te zijn, aanspraken heeft doen gelden, alsmede van degene die met wetenschap daarvan zijn medewerking daaraan heeft verleend, het bedrag aan ten onrechte of te veel verleende zorg terug.

Hoofdstuk

IV

Uitvoering

§

1

Uitvoeringsorgaan

Artikel

10

Artikel

11

§

2

Indicatiecommissie Bijzondere Ziektekosten

Artikel

12

§

3

Instellingen en zorgverleners

Artikel

13

Artikel

14

Het Uitvoeringsorgaan stelt kwaliteitseisen vast voor instellingen en zorgverleners die worden gehanteerd bij het aangaan van de in artikel 13, eerste lid, bedoelde overeenkomsten. Deze kwaliteitseisen behoeven de goedkeuring van Onze Minister.

Artikel

15

Onze Minister stelt, gehoord het Uitvoeringsorgaan, eens per vier jaren per instelling het jaarlijkse totaalbedrag vast van de ten laste van het Fonds komende middelen ter dekking van de kosten van de ingevolge deze wet door die instelling te verlenen zorg.

Artikel

16

Elke bepaling in de in artikel 13, eerste lid, bedoelde overeenkomsten, die in strijd is met deze wet of de daarop berustende bepalingen is nietig.

§

4

Toezicht op het Uitvoeringsorgaan

Artikel

17

Hoofdstuk

V

Dekking van de kosten

Artikel

18

Artikel

19

Onze Minister geeft jaarlijks, gehoord het Uitvoeringsorgaan, een aanwijzing voor het totaal van de ten laste van het Fonds komende besteedbare middelen ter dekking van de kosten van de ingevolge deze wet te verlenen zorg.

Artikel

20

Artikel

21

Artikel

22

Artikel

23

De Minister van Financiën is bevoegd, met inachtneming van het vastgestelde premiepercentage, bedoeld in artikel 20, eerste lid, de ingevolge deze wet verschuldigde premie te doen berekenen volgens tabellen. Bij het opstellen van deze tabellen en voor de toepassing daarvan bepaalt de Minister van Financiën de door hem nodig geachte afrondingen.

Artikel

24

Artikel

25

Artikel

26

Indien de premie geheel of gedeeltelijk niet binnen de voorgeschreven termijn door de werkgever is afgedragen, kan de niet of te weinig afgedragen premie door middel van een aanslag, op te leggen ten name van de werkgever, door de Inspecteur nageheven worden, zolang niet sedert het einde van het kalenderjaar, waarin de premieschuld is ontstaan, vijf jaren zijn verstreken. De werkgever is gerechtigd het nageheven bedrag te verhalen op zijn werknemer voor zover het betrekking heeft op van de werknemer ten onrechte niet ingehouden premie.

Artikel

27

Artikel

28

Artikel

29

Artikel

30

Artikel

31

Artikel

32

Hoofdstuk

VI

Bezwaar en beroep

Artikel

33

Artikel

34

Artikel

35

Artikel

36

Artikel

37

Tegen een beschikking van het Uitvoeringsorgaan staat voor belanghebbende binnen zes weken na de dag waarop deze is gegeven, beroep open bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, Sint Maarten of de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba.

Artikel

38

[vervallen]

Artikel

39

Hoofdstuk

VII

Toezicht en opsporing

Artikel

40

Artikel

41

Artikel

42

Artikel

43

Toezichthouders zijn bevoegd inlichtingen te verlangen, voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs nodig is.

Artikel

44

Artikel

45

Artikel

46

Hoofdstuk

VIII

Strafbepalingen

Artikel

47

Artikel

48

Artikel

49

Degene, die niet voldoet aan een der verplichtingen opgelegd in artikel 27 wordt gestraft, hetzij met hechtenis van ten hoogste zes maanden, hetzij met een geldboete van ten hoogste de vijfde categorie, hetzij met beide straffen.

Artikel

50

Artikel

51

Degene, die op grond van de bij of krachtens deze wet vastgestelde bepalingen gehouden is inlichtingen of gegevens te verstrekken, een aangifte of mededeling te doen of een verklaring af te leggen en daarbij opzettelijk een valse opgave doet dan wel opzettelijk in strijd met bedoelde gehoudenheid iets verzwijgt, wordt gestraft, hetzij met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren, hetzij met een geldboete van ten hoogste de zesde categorie, hetzij met beide straffen

Artikel

52

Degene, die op andere wijze dan door het valselijk opmaken of vervalsen van een geschrift, dat bestemd is tot bewijs van enig feit te dienen opzettelijk een opgave doet in strijd met de waarheid, zulks met het oogmerk om aldus de verlening van zorg of een uitgebreidere verlening van zorg te verkrijgen, wordt gestraft, hetzij met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren, hetzij met een geldboete van ten hoogste de zesde categorie, hetzij met beide straffen.

Artikel

53

Overtredingen van bepalingen van een krachtens deze wet vastgesteld algemene maatregel van bestuur, voor zover uitdrukkelijk als strafbaar feit in de zin van dit artikel aangeduid, worden gestraft, hetzij met hechtenis van ten hoogste zes maanden, hetzij met een geldboete van ten hoogste de vijfde categorie hetzij met beide straffen.

Artikel

55

[vervallen]

Artikel

56

Een administratieve boete vervalt, indien degene die haar heeft belopen, wegens het feit op grond waarvan boete is verschuldigd, onherroepelijk is veroordeeld, is vrijgesproken of is ontslagen van rechtsvervolging.

Hoofdstuk

X

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel

57

Artikel

58

Zolang de Landsontvanger nog niet over de mogelijkheid beschikt tot dwanginvordering over te gaan, geschiedt de dwanginvordering op verzoek van de Landsontvanger door de Eilandsontvanger. Artikel 27, vierde lid, is van toepassing.

Artikel

59

Het Uitvoeringsorgaan is voor de bij of krachtens deze wet opgedragen taken geen winstbelasting verschuldigd.

Artikel

60

Alle ingevolge deze wet opgemaakte of overgelegde stukken, verzoekschriften en beschikkingen, zijn vrij van recht van zegel en formaliteit van registratie.

Artikel

61

Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van deze wet en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van deze wet de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Artikel

62

Artikel

63

Het meerjarenbeleidsplan, bedoeld in artikel 11, eerste lid, wordt voor de eerste keer vastgesteld binnen zes maanden na de inwerkingtreding van deze wet.

Artikel

66

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1997.

Artikel

67

Deze wet kan worden aangehaald als: Wet algemene verzekering bijzondere ziektekosten BES.