Wet van 29 januari 2025, houdende regels omtrent gegevensverwerking in de persoonsgerichte aanpak van radicalisering en terroristische activiteiten
Wet gegevensverwerking persoonsgerichte aanpak radicalisering en terroristische activiteiten
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het noodzakelijk is een beter juridisch kader te scheppen voor de gegevensverwerking in de persoonsgerichte aanpak van radicalisering en terroristische activiteiten;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel
1
Definities
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a.
radicalisering: het proces dat uiteindelijk kan leiden tot terroristische activiteiten of tot extremistische activiteiten, zijnde activiteiten waarbij personen of groepen vanuit ideologisch motief bereid zijn in ernstige mate de wet te overtreden of activiteiten te verrichten die de democratische rechtsstaat ondermijnen;
b.
gemeente van verblijf: gemeente waarin de betrokkene verblijft of voor het laatst heeft verbleven onderscheidenlijk gevestigd is.
Artikel
2
Instandhouding en doel van casusoverleggen
1
De burgemeester van de gemeente van verblijf van een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in verband kan worden gebracht met radicalisering of terroristische activiteiten bevordert de afstemming van maatregelen ten aanzien van die persoon en draagt daartoe zorg voor casusoverleg tussen de deelnemers.
2
Deelnemers van een casusoverleg ten behoeve van de persoonsgerichte aanpak van radicalisering en terroristische activiteiten verwerken gezamenlijk gegevens voor zover dat noodzakelijk is voor de uitoefening, afstemming en coördinatie van de inzet van hun wettelijke taken en bevoegdheden en daaraan gerelateerde noodzakelijke werkzaamheden op het terrein van strafrechtelijke en bestuursrechtelijke handhaving alsmede begeleiding en zorg- en hulpverlening in het belang van het voorkomen, verminderen en bestrijden van radicalisering en terroristische activiteiten.
Artikel
3
Deelnemers
1
Als deelnemers aan het casusoverleg worden aangewezen:
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de wettelijke taken en bevoegdheden van de deelnemers en daaraan gerelateerde noodzakelijke werkzaamheden waarvoor gegevens kunnen worden verwerkt binnen het casusoverleg.
3
De burgemeester van de gemeente van verblijf, de politie en het openbaar ministerie kunnen bepalen dat zij op incidentele basis derden laten deelnemen aan het casusoverleg, indien deze derden over deskundigheid beschikken die noodzakelijk is bij de aanpak van een specifieke casus en zij gelet op hun onderscheidene wettelijke of publieke taken en bevoegdheden een rol kunnen spelen bij het opstellen, uitvoeren of evalueren van het integrale plan van aanpak, bedoeld in artikel 6, eerste lid. De derden krijgen uitsluitend toegang tot de persoonsgegevens die in het casusoverleg worden verwerkt voor zover dat noodzakelijk is voor het doel van het casusoverleg.
4
Bij toepassing van het derde lid zijn de artikelen die bij of krachtens deze wet van toepassing zijn op alle deelnemers, genoemd in het eerste lid, van overeenkomstige toepassing op de derden, met uitzondering van artikel 12, eerste lid. De deelnemers, genoemd in het eerste lid, zien erop toe dat derden die op incidentele basis deelnemen aan het casusoverleg voldoen aan de Algemene verordening gegevensbescherming en het bepaalde bij of krachtens deze wet.
Artikel
4
Te verstrekken categorieën persoonsgegevens
Tenzij naar het oordeel van de deelnemer zwaarwegende redenen zich daartegen verzetten, verstrekt elke deelnemer aan de deelnemers van het casusoverleg de navolgende categorieën persoonsgegevens, voor zover die noodzakelijk zijn met het oog op het doel van het casusoverleg, en de gegevens betrekking hebben op een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in verband kan worden gebracht met radicalisering of terroristische activiteiten, waarop een aanmelding van een casus betrekking heeft:
a.
identificerende en contactgegevens;
b.
het burgerservicenummer;
c.
een omschrijving van de signalen die kunnen duiden op radicalisering;
d.
de naam en de contactgegevens van de deelnemer die de signalen heeft ingebracht;
e.
persoonsgegevens die noodzakelijk zijn voor het opstellen, uitvoeren of evalueren van het integrale plan van aanpak, bedoeld in artikel 6, eerste lid;
gegevens over personen met wie betrokkene een sociale relatie onderhoudt, voor zover die gegevens relevant zijn bij het opstellen, uitvoeren of evalueren van het integrale plan van aanpak, bedoeld in artikel 6, eerste lid.
Artikel
5
Weging voorafgaand aan casusoverleg
1
Een deelnemer kan een casus voor overleg aanmelden bij de politie, het openbaar ministerie of de burgemeester van de gemeente van verblijf, naar aanleiding van gedragingen van een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in verband kan worden gebracht met radicalisering of terroristische activiteiten of een situatie waarin deze verkeert, die verband houden met het doel van het casusoverleg, en daartoe gegevens verwerken.
2
Een ieder kan een melding doen bij de politie, het openbaar ministerie of de burgemeester van de gemeente van verblijf over een natuurlijke persoon of rechtspersoon als bedoeld in het eerste lid.
3
De politie, het openbaar ministerie en de burgemeester van de gemeente van verblijf analyseren gezamenlijk de aanmelding en komen tot een eensluidende beoordeling of de aanmelding van een casus in overeenstemming is met het doel van het casusoverleg. Zij houden daarbij rekening met objectieve criteria, waaronder de mate waarin betrokkene bereid is geweld toe te passen of te propageren, de mate waarin betrokkene vasthoudt aan extremistische denkbeelden, zijn sociale relaties, de mate van identificatie met een extremistische groep of ideologie, en zijn zelfredzaamheid. Bij de analyse van de aanmelding kunnen zij de overige deelnemers raadplegen.
4
Indien de aanmelding in overeenstemming is met het doel, kunnen de politie, het openbaar ministerie en de burgemeester van de gemeente van verblijf overgaan tot verzameling en uitwisseling van, alsmede samenvoeging met andere relevante gegevens die beschikbaar zijn bij de deelnemers, teneinde te beoordelen welke deelnemers en welke derden, bedoeld in artikel 3, derde lid, moeten worden betrokken in het casusoverleg. Hierbij kunnen zij de overige deelnemers raadplegen.
5
De politie, het openbaar ministerie en de burgemeester van de gemeente van verblijf bepalen welke deelnemers en welke derden, bedoeld in artikel 3, derde lid, gelet op hun onderscheidene taken en bevoegdheden, moeten worden betrokken in het casusoverleg met het oog op het doel van het casusoverleg, en daarbij gegevens mogen verwerken.
6
Indien de casus niet wordt voorgelegd aan het casusoverleg, wordt de deelnemer die de casus heeft aangemeld, daarover geïnformeerd.
7
Voor de toepassing van dit artikel zijn de artikelen 4 en 8 van overeenkomstige toepassing op de verstrekking van persoonsgegevens door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente van verblijf aan de politie, het openbaar ministerie en de burgemeester van de gemeente van verblijf.
Artikel
6
Werkwijze casusoverleg
1
Bij het casusoverleg kunnen de betrokken deelnemers overgaan tot het verder verzamelen en uitwisselen van en samenvoegen met andere relevante gegevens, om gezamenlijk de casus te analyseren. Indien dit naar het oordeel van de betrokken deelnemers noodzakelijk is met het oog op het doel van het casusoverleg, kunnen de deelnemers in afstemming afspraken maken over een integraal plan van aanpak met interventies die ten aanzien van een betrokkene worden ingezet, en kunnen zij daartoe gegevens verwerken.
2
Indien de deelnemers afspraken hebben gemaakt over interventies die ten aanzien van een betrokkene worden ingezet, kunnen de betrokken deelnemers gegevens verwerken die met het oog op het doel van het casusoverleg, noodzakelijk zijn voor de uitvoering, evaluatie en zo nodig het bijstellen van die afspraken alsmede voor het beslissen over afsluiting van de casus.
3
Indien de deelnemers van het casusoverleg de casus afsluiten, worden de persoonsgegevens die in de casus zijn opgenomen, na afsluiting afgeschermd voor de deelnemers totdat uitvoering wordt gegeven aan de verplichting tot vernietiging of anonimisering, bedoeld in artikel 9.
Artikel
7
Informatieverstrekking tussen casusoverleggen
1
De deelnemers die ter uitvoering van deze wet persoonsgegevens bewaren betreffende een natuurlijke persoon of rechtspersoon die in die gemeente verblijft of heeft verbleven, onderscheidenlijk in die gemeente is gevestigd, en die in verband kan worden gebracht met radicalisering of terroristische activiteiten, kunnen de hem betreffende persoonsgegevens verstrekken aan de deelnemers van hetzelfde soort casusoverleg van een andere gemeente van verblijf of waarin de gevolgen van de radicalisering van betrokkene merkbaar zijn of waarin personen verblijven met wie betrokkene een sociale relatie onderhoudt.
2
De gegevensverstrekking ingevolge het eerste lid vindt niet plaats voor zover zwaarwegende redenen zich daartegen verzetten naar het oordeel van de deelnemers die deze persoonsgegevens oorspronkelijk hebben ingebracht.
Artikel
8
Bijzondere categorieën persoonsgegevens en persoonsgegevens van strafrechtelijke aard
1
Gelet op artikel 9, eerste lid, onderdeel g, van de Algemene verordening gegevensbescherming, kunnen de gegevens die op grond van deze wet worden verwerkt, voor zover noodzakelijk voor het doel van het casusoverleg, persoonsgegevens bevatten waaruit ras of etnische afkomst, politieke, religieuze of levensbeschouwelijke overtuigingen blijken, alsmede gegevens over gezondheid.
Vernietiging of anonimisering van persoonsgegevens
De persoonsgegevens die door de deelnemers van het casusoverleg gezamenlijk worden verwerkt, worden vernietigd of geanonimiseerd zodra zij niet langer noodzakelijk zijn voor het doel van het casusoverleg, en worden in ieder geval uiterlijk vijf jaar na de datum van laatste verwerking verwijderd uit de systemen van de deelnemers van het casusoverleg of geanonimiseerd, tenzij een wettelijk voorschrift daaraan in de weg staat of de verwerking noodzakelijk is voor de instelling, uitoefening of onderbouwing van een rechtsvordering.
Artikel
10
Terugmelding onjuistheden
Mocht gedurende de gegevensverwerking blijken dat persoonsgegevens onjuist zijn, dan worden deze onverwijld gecorrigeerd en wordt een melding gedaan aan de organisatie waarvan de persoonsgegevens afkomstig zijn, opdat ook in haar gegevensbestanden kan worden gecontroleerd of de persoonsgegevens juist zijn geregistreerd en na validatie de gegevens kunnen worden gecorrigeerd.
Artikel
11
Informatieverstrekking aan betrokkenen
Indien de deelnemers hun verplichting de betrokkene te informeren, bedoeld in artikel 14 van de Algemene verordening gegevensbescherming, buiten toepassing laten voor zover zulks naar hun oordeel noodzakelijk en evenredig is ter waarborging van een of meer van de belangen, bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming, stellen zij daarvan een schriftelijke motivering op ten behoeve van een casusoverleg. Zij geven de schriftelijke motivering ter inzage van de commissie, bedoeld in artikel 15, ten behoeve van de uitoefening van haar taak, bedoeld in dat artikel.
Artikel
12
Gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijkheid
1
De deelnemers van het casusoverleg, genoemd in artikel 3, eerste lid, zijn gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijken als bedoeld in artikel 26, eerste lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming voor de verwerking van persoonsgegevens in het casusoverleg.
2
De deelnemers wijzen één van de functionarissen voor gegevensbescherming van de deelnemende overheidsinstanties of overheidsorganen aan die als coördinerend functionaris voor gegevensbescherming voor het casusoverleg optreedt.
3
De deelnemers wijzen personeel aan ten behoeve van de inzet in het casusoverleg, dat in dienst blijft van de betreffende deelnemers. Een private deelnemer wijst ten behoeve van de inzet in het casusoverleg slechts personen aan die niet tevens worden belast met commerciële werkzaamheden voor die private partij.
4
Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over:
a.
de respectievelijke verantwoordelijkheden van de deelnemers met betrekking tot de uitoefening van de rechten van betrokkene en hun respectieve verplichtingen om de informatie te verstrekken, bedoeld in artikel 14 van de Algemene verordening gegevensbescherming;
b.
de aanwijzing van een deelnemende overheidsinstantie of deelnemend overheidsorgaan als contactpunt voor betrokkenen voor de uitoefening van de rechten op grond van hoofdstuk III van de Algemene verordening gegevensbescherming.
Artikel
13
Autorisaties en betrouwbaarheidsvereisten
1
Uitsluitend door de deelnemers geautoriseerde personen hebben toegang tot de systemen waarin de deelnemers gezamenlijk persoonsgegevens verwerken. De deelnemers onderhouden een systeem van autorisaties dat voldoet aan de vereisten van zorgvuldigheid en evenredigheid. Geautoriseerd worden slechts personen die zijn aangewezen ten behoeve van de inzet in het casusoverleg en die zijn belast met:
a.
de uitvoering van de gegevensverwerking voor het doel van het casusoverleg,
b.
de toetsing op rechtmatigheid, of
c.
het onderhoud of de ondersteuning van de systemen.
2
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de betrouwbaarheidsvereisten aan geautoriseerde personen als bedoeld in het eerste lid.
Artikel
14
Informatiebeveiliging en logging
1
Binnen het casusoverleg worden persoonsgegevens uitsluitend verwerkt in systemen waarvoor een adequaat beveiligingsniveau geldt. Daarbij worden persoonsgegevens beveiligd ten minste volgens door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde richtlijnen.
2
De deelnemers dragen zorg voor de vastlegging langs elektronische weg (logging) van verwerkingen van persoonsgegevens in geautomatiseerde systemen van het casusoverleg overeenkomstig de door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde richtlijnen voor informatiebeveiliging. De vastgelegde gegevens worden uitsluitend gebruikt voor de controle van de rechtmatigheid van de gegevensverwerking, voor interne controles, ter waarborging van de integriteit en de beveiliging van de persoonsgegevens en voor gerechtelijke procedures.
3
Alle deelnemers dragen zorg dat elke andere verwerking, of vastlegging langs elektronische weg (logging) van verwerkingen, van bij het casusoverleg verkregen persoonsgegevens, uitsluitend plaatsvindt in systemen waarvoor een adequaat beveiligingsniveau geldt dat voldoet aan of vergelijkbaar is met de richtlijnen, bedoeld in het eerste onderscheidenlijk tweede lid.
Artikel
15
Rechtmatigheidsadviescommissie
De deelnemers stellen een gezamenlijke rechtmatigheidsadviescommissie in, die tot taak heeft de rechtmatigheid van de verwerking van persoonsgegevens in de casusoverleggen structureel te beoordelen bij nieuwe verwerkingen en wijziging in verwerkingen en om voorstellen aan het casusoverleg te doen om onrechtmatigheden op te lossen. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld omtrent de werkwijze en de samenstelling van de rechtmatigheidsadviescommissie, de wijze van benoeming en ontslag van haar leden.
Artikel
16
Gegevensbeschermingsaudits
1
Het casusoverleg doet de uitvoering van de bij of krachtens deze wet gegeven regels en de Algemene verordening gegevensbescherming controleren door middel van het periodiek doen verrichten van privacy audits.
2
Het casusoverleg zendt een afschrift van de controleresultaten van de privacy audits aan de Autoriteit persoonsgegevens.
3
Indien uit de controleresultaten blijkt dat niet wordt voldaan aan het bij of krachtens deze wet bepaalde, laat het casusoverleg binnen een jaar een hercontrole uitvoeren op die onderdelen die niet voldeden aan de gestelde voorwaarden. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.
4
Een ieder die betrokken is bij een controle als bedoeld in dit artikel is verplicht tot geheimhouding van de persoonsgegevens waarover hij de beschikking heeft gekregen, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of zijn taak daartoe noodzaakt.
5
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over de inhoud en wijze van uitvoering van controle, bedoeld in het eerste en derde lid.
Artikel
17
Geheimhouding
Eenieder die betrokken is bij de werkzaamheden van het casusoverleg en daarbij de beschikking krijgt over persoonsgegevens, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift voorziet in de bevoegdheid of verplichting om de gegevens te verstrekken of voor zover de gegevensverstrekking noodzakelijk is voor het afleggen van verantwoording door een medewerker aan de deelnemer die hem heeft aangewezen voor de inzet in het casusoverleg.
Artikel
18
Jaarverslag
1
Een casusoverleg doet jaarlijks verslag van de effectiviteit en bruikbaarheid van de uitgewisselde gegevens, voor zover dit de verwezenlijking van de doeleinden van het casusoverleg niet onmogelijk dreigt te maken of ernstig in het gedrang dreigt te brengen. Meerdere casusoverleggen kunnen beslissen om één gezamenlijk jaarverslag uit te brengen.
2
Het jaarverslag wordt bekendgemaakt door plaatsing op internet.
Artikel
19
Nadere waarborgen
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over de waarborgen.
Wijzigt de Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden.
Artikel
24
Evaluatiebepaling
Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.
Artikel
25
Inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
Artikel
26
Citeertitel
Deze wet wordt aangehaald als: Wet gegevensverwerking persoonsgerichte aanpak radicalisering en terroristische activiteiten.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te
’s-Gravenhage
Willem-Alexander
De Minister van Justitie en Veiligheid,D.M. vanWeel
De Minister van Justitie en Veiligheid,D.M. vanWeel