Regeling In- en uitvoer landbouwgoederen

De Minister van Landbouw en Visserij,
Overwegende, dat, onder intrekking van het In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1963, een nieuw besluit houdende regelen ten aanzien van de in- en uitvoer van bepaalde landbouwgoederen tot stand is gebracht (In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980 (Stb. 758);
Overwegende, dat derhalve de op het besluit gebaseerde bestaande uitvoeringsvoorschriften ter zake van die in- en uitvoer opnieuw dienen te worden vastgesteld en in bepaalde opzichten te worden herzien;
Gelet op artikel 2 tot en met 11, 13, 17 en 19 van het In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980, alsmede op de artikelen 2, 4 en 5 van de Invoerbeschikking landen 1981 onderscheidenlijk het Invoerbesluit landen 1981;
In overeenstemming met de Staatssecretaris van Financiën,

Besluit:

Hoofdstuk

I:

Algemene Bepalingen

Artikel

1

Voor de toepassing van het bij of krachtens deze regeling bepaalde wordt voor zover van toepassing overgenomen de terminologie van de Douanewet en wordt voorts verstaan onder:

a.
productschap:

het productschap of hoofdproductschap dat in kolom 2 van bijlage I en in kolom 2 van bijlage II ten aanzien van het in kolom 1 vermelde goed of ten aanzien van de desbetreffende handeling met betrekking tot dat goed als bevoegde instantie is aangemerkt;

b.
lidstaten:

lidstaten van de Gemeenschap;

c.
Algemene Inspectiedienst:

Algemene Inspectiedienst van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;

d.
basisverordeningen:

de verordeningen opgenomen in bijlage I, eerste kolom;

e.
uitvoeringsbepalingen:

de door de Raad van de Europese Unie of de Commissie van de Europese Gemeenschappen voor de toepassing van de basisverordeningen vastgestelde in het Publicatieblad van de Gemeenschap bekendgemaakte verordeningen of besluiten;

f.

: verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 april 1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten (PbEG L 102);

g.
producten, basisproducten, verwerkte producten, goederen, rechten bij invoer, lidstaat van uitvoer, vaststelling vooraf van de restitutie, gedifferentieerde restitutie, gedifferentieerd gedeelte van de restitutie, uitvoer, controle-exemplaar T5, exporteur, voorschot op de restitutie, voorfinanciering van de restitutie, in het kader van een inschrijving vastgestelde restitutie, restitutienomenclatuur, uitvoercertificaat:

hetgeen voor de toepassing van verordening 800/1999 daaronder wordt verstaan;

h.

verordening (EG) nr. 615/98 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 maart 1998 houdende bijzondere uitvoeringsbepalingen voor het stelsel van uitvoerrestituties met betrekking tot het welzijn van levende runderen tijdens het vervoer ervan (PbEG L 82).

Artikel

2

Artikel

3

De Belastingdienst is belast met de verificatie van de in deze regeling voorgeschreven aangiften, documenten, bij die aangiften overgelegde formulieren en overige bescheiden, het nader onderzoek ter zake, de grondige opneming van de goederen en schatting van gegevens, tenzij ter zake anders is bepaald.

Artikel

4

Artikel

5

Vervallen

Artikel

6

Uitvoer van goederen waarvoor aanspraak wordt gemaakt op restitutie of waarvoor ontheffing van de invoerheffing is verleend of aangevraagd, wordt voor de toepassing van de Douanewet aangemerkt als uitvoer van goederen met teruggaaf van belasting.

Artikel

7

Artikel

8

Vervallen

Artikel

9

Artikel

10

Vervallen

Artikel

11

De in deze regeling voor de toepassing van het Invoerbesluit landen 1981 gestelde regelen hebben slechts betrekking op de goederen aangewezen in de bij het besluit behorende bijlage.

Artikel

12

Bijlage I en bijlage II kunnen bij regeling van de Minister buiten overeenstemming met de Minister van Financiën worden gewijzigd.

Artikel

13

Hoofdstuk

II:

Formaliteiten

Paragraaf

1

Bepalingen met betrekking tot de invoer

Artikel

14

Vervallen

Artikel

15

Artikel 20, eerste lid, van verordening 800/1999, wordt niet toegepast in het in het eerste lid, onder b, van het in dat artikel genoemde geval, indien het restitutiebedrag voor de betrokken aangifte niet hoger is dan 500 EURO.

Artikel

15a

Vervallen

Artikel

16

Vervallen

Artikel

17

Vervallen

Paragraaf

2

Bepalingen met betrekking tot de uitvoer

A.

Uitvoer Algemeen

Artikel

18

Als de procedure van de depotregeling, bedoeld in artikel 45, wordt gevolgd, behoeft het voorfixatiecertificaat niet te worden overgelegd.

Artikel

19

Vervallen

Artikel

19a

Vervallen

Artikel

20

Artikel

21

Bij de toepassing van paragraaf 2 van Hoofdstuk V wordt:

  • a.

    op de aangifte tot plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots als bedoeld in artikel 530, eerste lid, van de Toepassingsverordening communautair douanewetboek, vermeld dat vooruitbetaling van restitutie wordt verzocht;

  • b.

    het exemplaar nr. 0 van de aangifte als bedoeld onder a terstond na de aanvaarding van de aangifte door de Belastingdienst aan het betreffende produktschap toegezonden;

  • c.

    in het geval entreposering heeft plaatsgevonden, op het formulier L, bedoeld in artikel 39 van de Douaneregeling, vermeld dat vooruitbetaling van restitutie heeft plaatsgevonden, zulks met verwijzing naar de aangifte als bedoeld onder a;

  • d.

    in het geval onder douanecontrole is geplaatst, op het formulier L als bedoeld in artikel 19, vermeld dat vooruitbetaling van restitutie heeft plaatsgevonden, zulks met verwijzing naar datum en nummer van het bij de ondercontrolestelling overgelegde aanmeldingsformulier als bedoeld in artikel 32.

Artikel

22

Vervallen

Artikel

22a

Uit de aangifte als bedoeld in artikel 21, onder a, dan wel uit begeleidende of nagezonden stukken blijkt in geval bij de aangifte een uitvoer- of voorfixatiecertificaat wordt overgelegd, dat niet hier te lande is afgegeven, de instantie die het certificaat heeft afgegeven alsmede het nummer van het betrokken certificaat, terwijl bovendien een fotokopie daarvan moet worden meegezonden naar het betreffende produktschap.

Artikel

23

De rijksbelastingdienst stelt van de aangifte ten uitvoer of van de aangifte ten doorvoer onderscheidenlijk het vervullen van de formaliteiten ter zake van:

  • a.

    het bereiken van bijzondere bestemmingen, als bedoeld in artikel 79, of

  • b.

    b. het onder douanecontrole plaatsen van basisprodukten, bedoeld in artikel 86a, of

  • c.

    het entreposeren van goederen in de zin van het bepaalde in artikel 86, overeenkomstig de uitvoeringsbepalingen en met inachtneming van de gebruiksaanwijzing in voorkomend geval aantekening op het overgelegde certificaat.

Artikel

24

Vervallen

Artikel

25

Vervallen

Artikel

26

Vervallen

B.

Uitvoer c.q. doch met verplichting tot betaling van uitvoerheffing of waarvoor uit andere hoofde artikel 27 van Verordening (F)(G) nr 223/77 is toegepast

Artikel

27

Vervallen

Artikel

28

Vervallen

Artikel

29

Vervallen

Artikel

30

Vervallen

Paragraaf

3

Bijzondere Aangiften

Artikel

31

Artikel

31a

Van

  • entreposering hier te lande van goederen met het oog op het verkrijgen van vooruitbetaling van restitutie, of

  • de opslag van goederen in een zich hier te lande bevindend erkend bevoorradingsdepot als bedoeld in artikel 97 met het oog op toekenning van restitutie bij wijze van voorschot wordt, ook indien het douanegoederen betreft, aangifte gedaan als bij of krachtens de Douanewet ter zake van de uitvoer is voorgeschreven. Het in de onderhavige regeling met betrekking tot de aangifte ten uitvoer in paragraaf 2, onder A, bepaalde is met betrekking tot die aangifte van overeenkomstige toepassing.

Artikel

32

Artikel

33

Vervallen

Artikel

34

Artikel

34a

De betalingsaangifte voor het plaatsen van basisprodukten onder douanecontrole wordt gedaan door een volledig en naar waarheid ingevuld formulier, overeenkomstig het in bijlage VII opgenomen model, in drievoud te overleggen.

Artikel

34b

De betalingsaangifte voor het plaatsen van basisprodukten onder douanecontrole gaat vergezeld van de voorraadstaat van de dag voor de dag van de overlegging van de betalingsaangifte. De voorraadstaat bevat per opslaglocatie waar de basisprodukten onder douanecontrole worden geplaatst de volgende gegevens:

  • a.

    de totale voorraad van basisprodukten van dezelfde GN-code, als de basisprodukten die onder douanecontrole worden geplaatst, op die locatie aanwezig en

  • b.

    de voorraad van aanwezige basisprodukten van vorenbedoelde GN-code waarvoor verplichtingen uit eerdere onder douanecontrole plaatsingen gelden.

Artikel

34c

Hoofdstuk

III:

Vergunningen/certificaten

Paragraaf

1

Algemene Regelen

Artikel

35

Artikel

36

Onverminderd het bepaalde in paragraaf 4 van dit hoofdstuk is van het verbod tot invoer of uitvoer zonder vergunning als bedoeld in de artikelen 2, juncto artikel 14, en 3 juncto de artikelen 15 en 16, van het besluit, alsmede van het verbod tot invoer zonder vergunning als bedoeld in artikel 2 van het Invoerbesluit landen 1981 voor wat betreft landbouwgoederen in de zin van dat besluit, vrijgesteld:

  • a.

    de invoer uit het vrije verkeer van andere Lid-Staten niet zijnde België of Luxemburg alsmede de uitvoer naar zodanige Lid-Staten van goederen die vallen onder de in kolom 1 van bijlage 1 genoemde basisverordeningen;

  • b.

    de invoer met voorwaardelijke vrijstelling van heffing in actief veredelingsverkeer van goederen welke zijn aangewezen in kolom 3 van bijlage I, alsmede de uitvoer van goederen ter zuivering van bovengenoemde voorwaardelijke vrijstelling voor actief veredelingsverkeer, voor zover aan de voorwaarden die door de uitvoeringsbepalingen aan de vrijstelling worden gesteld, met inachtneming van het bepaalde in de Beschikking actief veredelingsverkeer landbouwgoederen 1986, is voldaan.

  • c.

    de invoer anders dan uit het vrije verkeer van de Gemeenschap onderscheidenlijk de uitvoer of doorvoer naar landen of gebieden die geen deel uitmaken van de Gemeenschap van de onder a bedoelde verordeningen vallende goederen, waarvoor bij zodanige invoer, uitvoer of doorvoer ingevolge die verordeningen geen invoercertificaat onderscheidenlijk geen uitvoercertificaat behoeft te worden overgelegd.

Artikel

37

Vervallen

Artikel

38

Met betrekking tot de in kolom 1 van bijlage II aangewezen goederen is het in kolom 2 vermelde produktschap bevoegd tot:

  • a.

    het verlenen van invoer- en uitvoervergunningen als bedoeld in de artikel 2 en 3 van het besluit, alsmede invoervergunningen als bedoeld in artikel 2 van het het Invoerbesluit landen voor wat betreft landbouwgoederen;

  • b.

    het verlenen van vrijstelling of ontheffing als bedoeld in artikel 13 van het besluit van het verbod tot invoer onderscheidenlijk uitvoer zonder vergunning;

  • c.

    het verbinden van vergunningen, vrijstellingen of ontheffingen als bedoeld in evengenoemd artikel van voorschriften of beperkingen als bedoeld in artikel 5 van de wet;

  • d.

    het bepalen van de in artikel 4 van de wet bedoelde gegevens die bij het aanvragen van zodanige vergunningen of ontheffingen dienen te worden verstrekt, en

  • e.

    het intrekken van zodanige vergunningen of ontheffingen op de voet van het bepaalde van artikel 9 van de wet.

Paragraaf

2

Certificaten

Artikel

40

Artikel

41

Artikel

41A

Artikel

42

Artikel

43

Artikel

44

Artikel

45

In afwijking van het bepaalde in de artikelen 35 en 41 en onverminderd het bepaalde in artikel 96, vierde lid, onderdeel c, houdt het produktschap op verzoek van belanghebbende het voorfixatiecertificaat onder zich, onderscheidenlijk neemt het produktschap voorfixatiecertificaten in bewaring, en boekt daarop de uitvoer af aan de hand van het terugontvangen formulier L, bedoeld in artikel 39 van de Douaneregeling, een en ander met inachtneming van de uitvoeringsbepalingen.

Er mag slechts worden afgeboekt op het certificaat waarnaar is verwezen in het formulier L, bedoeld in artikel 39 van de Douaneregeling, of in artikel 84, derde lid, dan wel in de maandstaat, als bedoeld in artikel 96, tweede lid, onderdelen c en d.

Paragraaf

3

Vergunningen

Artikel

46

Artikel

47

Artikel

48

Paragraaf

4

Bijzondere bepalingen

Artikel

49

Vervallen

Artikel

49a

Hennep

In afwijking van de artikelen 40 tot en met 45 geeft het productschap de in artikel 35, eerste lid, onder a, bedoelde invoercertificaten en uittreksels daarvan slechts af voor:

  • 1.

    ruwe hennep van post 53 02 10 00 van de gecombineerde nomenclatuur indien deze voldoet aan de voorwaarden van artikel 5 bis van Verordening (EG) nr. 1251/1999 (PbEG L 160);

  • 2.

    zaaizaad voor de inzaai van henneprassen van post 1207 99 20 van de gecombineerde nomenclatuur indien deze vergezeld gaat van het bewijs dat het gehalte aan tetrahydrocannabinol niet hoger is dan het in artikel 5 bis van Verordening (EG) nr. 1251/1999 vastgestelde gehalte;

  • 3.

    niet voor inzaai bestemd hennepzaad van de post 1207 99 91 van de gecombineerde nomenclatuur indien:

    • a.

      de importeur door het productschap is erkend;

    • b.

      de importeur zich ertoe verbindt zorg te dragen voor de verstrekking aan het productschap van de in artikel 17 bis van Verordening (EG) 245/2001 (PbEG L 35) bedoelde verklaringen binnen de aldaar gestelde termijn en onder de door het productschap gestelde voorwaarden;

    • c.

      de administratie van de importeur voldoet aan de door het productschap gestelde eisen;

    • d.

      de importeur toelaat dat, indien zulks de Algemene Inspectiedienst of het productschap nodig voorkomt, wordt overgegaan tot controle op de naleving van hetgeen bij of krachtens Verordening 1673/2000 (PbEG L 193) is bepaald; en

    • e.

      de importeur zodanige maatregelen treft dat ook zijn afnemers aan het onder c en d gestelde voldoen.

Artikel

49b

Biologische producten

In de gevallen waarin ten aanzien van producten waarop aanduidingen voorkomen die verwijzen naar de biologische productiemethode als bedoeld in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PbEG L 198), een controlecertificaat als bedoeld in artikel 11, eerste lid, onder b van voornoemde verordening is voorgeschreven, geldt in afwijking van artikel 35, eerste lid, onder a, het invoercertificaat dat in voorkomend geval ingevolge de basisverordening of de uitvoeringsbepalingen bij de invoer moet worden overgelegd slechts als vergunning indien bij het doen van de aangifte ten invoer, naast het certificaat tevens het bovengenoemde controlecertificaat, ingevuld en afgegeven overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EG) nr. 1788/2001 (PbEG L 243), wordt overgelegd.

Artikel

50

Olijfolie

Artikel

50a

Artikel

51

Vervallen

Artikel

52

Fokdieren van zuiver ras

Artikel

53

Wijn

In de gevallen waarin het transport binnen Nederland van de goederen bedoeld in artikel 1, tweede lid, van Verordening (EEG) nr. 822/87 (Pb.E.G. nr. L 84), vergezeld moet gaan van een handelsdocument of een erkend handelsdocument, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel d juncto onderdeel e van verordening (EEG) nr. 2238/93 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1993 betreffende de begeleidende documenten voor het vervoer van wijnbouwprodukten en de in de wijnsector bij te houden registers (PbEG L 200), is al naar het geval het gestelde onder a of b van toepassing:

  • a.

    de in artikel 36, onder a, onderscheidenlijk artikel 36, onder c, bedoelde vrijstelling geldt slechts ingeval bij het doen van aangifte ten invoer het in de aanhef genoemd handelsdocument of erkend handelsdocument wordt overgelegd;

  • b.

    in afwijking van artikel 35, eerste lid, onder a, geldt het certificaat dat in voorkomend geval ingevolge de basisverordening of uitvoeringsbepalingen bij de invoer van de in de aanhef bedoelde goederen moet worden overgelegd slechts als vergunning, indien bij het doen van aangifte ten invoer naast het certificaat tevens het in de aanhef genoemde handelsdocument of erkend handelsdocument wordt overgelegd.

Artikel

54

Wijn

In de gevallen waarin ten aanzien van goederen als bedoeld in artikel 70, eerste lid, eerste volzin van Verordening (EEG) nr. 822/87 (Pb.E.G. nr. L 84) een document als bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 3590/85 (Pb.E.G. nr. L 343) is voorgeschreven, geldt in afwijking van artikel 35, eerste lid, onder a, het invoercertificaat dat in voorkomend geval ingevolge de basisverordening of de uitvoeringsbepalingen bij de invoer moet worden overgelegd slechts als vergunning indien bij het doen van de aangifte ten invoer naast het certificaat tevens het bovengenoemde document, ingevuld overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 3590/85, wordt overgelegd.

Artikel

55

Wijn

Artikel

56

Hop(bellen)

De in artikel 36, onder a, bedoelde vrijstellingen gelden voor wat betreft de in artikel 2 van verordening (EEG) nr. 1679/71 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juli 1971, houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector hop (PbEG L 175). genoemde produkten slechts indien en voor zover bij het doen van de aangifte ten invoer wordt overgelegd, al naar gelang van het bij of krachtens die verordening bepaalde, hetzij een certificaat als bedoeld in artikel 3 van die verordening, hetzij een factuur als bedoeld in artikel 7 van Verordening (EEG) nr. 3076/78 (Pb. E.G. nr. L 367).

Artikel

57

Hop(bellen)

De in artikel 36, onder c, bedoelde vrijstelling geldt

  • a.

    voor wat betreft hopbellen van post ex 1210 van de gecombineerde nomenclatuur slechts indien en voor zover bij het doen van de aangifte ten invoer wordt overgelegd hetzij een gelijkwaardigheidsverklaring of een uittreksel daarvan, als bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 3076/78, hetzij een verklaring als bedoeld in artikel 4 van die verordening.

  • b.

    voor wat betreft andere produkten van post ex 1210 van de gecombineerde nomenclatuur dan onder a, genoemd, alsmede voor wat betreft plantesappen en plantenextracten van hop van post 1302 1300 van de gecombineerde nomenclatuur slechts indien en voor zover bij het doen van de aangifte ten invoer wordt overgelegd een gelijkwaardigheidsverklaring of een uittreksel daarvan, als bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 3076/78.

    De onder a, laatstgenoemde verklaring wordt afgegeven door het produktschap. De verklaring wordt eerst afgegeven nadat uit een monsteronderzoek is gebleken, dat de onder a, genoemde produkten voldoen aan de bij en krachtens artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 1696/71 vastgestelde milieukwaliteitseisen.

    Het monsteronderzoek geschiedt door het Rijkskwaliteitsinstituut voor Landen Tuinbouwprodukten te Wageningen; dit instituut brengt de uitslag van het onderzoek ter kennis van het produktschap.

Artikel

58

Vervallen

Artikel

59

Pootaardappelen

Artikel

59a

Vervallen

Artikel

59b

Artikel

59c

Vervallen

Artikel

59d

De in artikel 36, onder c, bedoelde vrijstelling geldt voor artikel 10, tweede lid, van verordening (EG) nr. 2449/96 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 18 december 1996 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van bepaalde jaarlijkse tariefcontingenten voor produkten van de GN-codes 0714 10 91, 0714 10 99, 0714 90 11 en 0714 90 19, van oorsprong uit andere derde landen dan Thailand (PbEG L 333), en artikel 4, derde lid, van verordening (EG) nr. 2781/1999 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 27 december 1999 houdende opening en vaststelling van de wijze van beheer van een communautair tariefcontingent voor 2000 voor producten van de GN-codes 0714 10 10, 0714 10 91 en 0714 10 99, van oorsprong uit Thailand (PbEG L 334), onder de volgende voorwaarden:

  • a.

    de in te voeren hoeveelheden maniok overtreffen de hoeveelheden die door de afgegeven invoercertificaten worden gedekt met 2% of minder;

  • b.

    er is ingevolge genoemde verordeningen bij het productschap een zekerheid gesteld;

  • c.

    bij het doen van de voor het surplus afzonderlijk benodigde aangifte ten invoer is een formulier L, dan wel een formulier zekerheidstelling, als bedoeld in artikel 37 van de Douaneregeling overgelegd waaruit blijkt dat de zekerheid bij het productschap is gesteld.

Artikel

59e

Vervallen

Artikel

59f

Vervallen.

Artikel

59g

Vervallen

Hoofdstuk

IV:

Heffingen bij invoer

Artikel

60

Vervallen

Artikel

61

Vervallen

Artikel

62

Artikel

62a

Vervallen

Artikel

63

Naast de vormen van zekerheid die zijn toegestaan in artikel 193 van het Communautair douanewetboek kunnen als vormen van zekerheid worden aanvaard:

  • storting van geld, niet zijnde Nederlands geld, of deponering van de door de ontvanger als betaalmiddel erkende cheques of andere waardepapieren, welke niet luiden in Nederlandse valuta;

  • hypotheek of

  • verpanding van goederen, waardepapieren of vorderingen.

Artikel

64

Van het stellen van de zekerheid, bedoeld in artikel 62, bij het produktschap wordt door de aangever aan de inspecteur van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake de douane, mededeling gedaan door overlegging van een formulier zekerheidstelling, dan wel van een op beide exemplaren van het formulier L, bedoeld in artikel 37 van de Douaneregeling, gestelde verklaring van het produktschap, houdende vermelding van de hoeveelheid en soort goed alsmede het bedrag waarvoor de zekerheid is gesteld en zonodig de tijdsduur waarvoor zij geldt.

Artikel

65

Van het stellen van de zekerheid bij het produktschap door degene, die met toepassing van de regeling bijzondere bestemmingen de goederen heeft overgenomen, wordt aan de inspecteur van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake de douane, mededeling gedaan door een, op een van de exemplaren van het Overdrachtsformulier Bijzondere bestemmingen, onderscheidenlijk op de extra kopie van het controle-exemplaar T 5, gestelde verklaring van het produktschap, houdende vermelding van de hoeveelheid en soort goed waarvoor zekerheid is gesteld en zonodig de tijdsduur waarvoor zij geldt.

Artikel

66

Vervallen

Artikel

67

Vervallen

Artikel

68

Vervallen

Artikel

69

Vervallen

Artikel

70

Vervallen

Artikel

71

Vervallen

Artikel

72

Artikel

73

De beschikking tot terugbetaling of kwijtschelding van landbouwheffingen bij invoer, bedoeld in artikel 886 van de toepassingsverordening Communautair douanewetboek, wordt door het produktschap gegeven voor ieder van de heffingen afzonderlijk in de gevallen, waarbij het produktschap de mededeling, bedoeld in artikel 221, eerste lid, van het Communautair douanewetboek, doet.

Artikel

74

Het produktschap is belast met de invordering van de landbouwheffingen bij invoer in de gevallen, waarbij het produktschap de mededeling, bedoeld in artikel 221, eerste lid, van het Communautair douanewetboek, doet.

Artikel

75

Vervallen

Artikel

76

Vervallen

Artikel

77

Vervallen

Hoofdstuk

V:

Restitutie bij uitvoer

Paragraaf

1

Algemene Regelen

Artikel

78

Artikel

79

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt met uitvoer gelijkgesteld het bereiken van bijzondere bestemmingen binnen de Gemeenschap, die als zodanig voor de verlening van restitutie in de basisverordeningen of uitvoeringsbepalingen zijn aangewezen.

Artikel

80

Artikel

80a

Artikel

81

Artikel

82

Behoudens het bepaalde in paragraaf 2 van dit hoofdstuk wordt de restitutie berekend overeenkomstig de gedane aangifte ten uitvoer, in voorkomend geval zoals deze achteraf is gewijzigd ingevolge artikel 81, eerste lid, en met inachtneming van hetgeen is bevonden of vastgesteld:

  • bij de verificatie van de aangifte of van het daarop afgegeven document en

  • in voorkomend geval – aan de hand van het terugontvangen controle-exemplaar T 5 als bedoeld in het derde lid van artikel 80;

  • bij een ingesteld nader onderzoek van zodanige aangifte, zodanig document of zodanige controle-exemplaren;

  • bij onderzoek van de door belanghebbende of ambtshalve overgelegde overige bescheiden ten bewijze van de door het goed bereikte bestemming en het voldoen aan de overige voor de toekenning gestelde voorwaarden dan wel

  • ingevolge andere wettelijke bepalingen

De genoemde verrichtingen geschieden, in voorkomend geval in afwijking van het ter zake bij of krachtens de Douanewet bepaalde met inachtneming van hetgeen dienaangaande in de basisverordeningen of uitvoeringsbepalingen is voorgeschreven.

Artikel

82a

Als wordt geconstateerd dat een exporteur een hogere restitutie heeft gevraagd dan die welke geldt voor de uitgevoerde of de ten uitvoer aangegeven goederen, worden administratieve sancties op de voet van het bepaalde in de artikelen 51 en 52 van verordening 800/1999 opgelegd.

Artikel

82b

Voor de marktdeelnemers, als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van verordening (EG) nr. 1469/95 van de Raad van de Europese Unie van 22 juni 1995 betreffende de maatregelen die moeten worden genomen ten aanzien van bepaalde begunstigden van uit het EOFGL, afdeling Garantie, gefinancieerde verrichtingen, kunnen de in artikel 3, eerste lid, onder a, b en c, van die verordening bedoelde maatregelen en de ten uitvoering daarvan gestelde maatregelen worden genomen.

Artikel

83

Artikel

84

Artikel

85

Paragraaf

2

Voorfinanciering

Artikel

86

Artikel

86a

De regeling tot plaatsen onder douanecontrole van basisprodukten staat open voor de exporteur, die voorafgaande toestemming heeft van het produktschap.

Artikel

87

Artikel

88

Het produktschap kan, indien het dat nodig acht, aanvullend op de verplichtingen, bedoeld in artikel 87, eerste lid en tweede lid, nadere verplichtingen opleggen aan de exporteur.

Artikel

89

Artikel

90

Artikel

90a

Artikel

90b

Artikel

90c

De voorafgaande toestemming, bedoelde in artikel 86a, kan te allen tijde door het produktschap onder opgave van reden worden ingetrokken.

Artikel

90d

De ontheffing, bedoeld in artikel 89, eerste lid, kan te allen tijde door het produktschap onder opgave van reden worden ingetrokken.

Artikel

90e

Artikel

90f

De exporteur die basisprodukten onder douanecontrole heeft geplaatst, meldt de voorgenomen verwerking van die basisprodukten bij de in artikel 32 bedoelde inspecteur op een zodanig tijdstip dat laatstbedoelde uiterlijk één werkdag voor de aanvang van die voorgenomen verwerking.

Artikel

90g

Artikel

90h

De melding, bedoeld in artikel 90f, geschiedt schriftelijk, onder vermelding van:

  • a.

    het nummer en de datum van de betalingsaangifte, bedoeld in artikel 32, waarbij de te verwerken basisprodukten onder douanecontrole zijn geplaatst;

  • b.

    de verwerkingslocatie of verwerkingslocaties waar de verwerking plaats zal vinden en

  • c.

    per verwerkingslocatie wordt de verwerkingsperiode aangegeven.

Artikel

90j

Artikel

90k

Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing bij equivalentie van tussenproducten als bedoeld in artikel 28, vierde lid, van verordening 800/1999.

Artikel

90l

Artikel

91

De indiening van de aangifte als bedoeld in artikel 21, onder a, door middel waarvan het verzoek wordt gedaan tot vooruitbetaling van de restitutie wegens entreposering, brengt voor degene die daarin als exporteur is aangeduid de verplichting mede om de voor uitvoer aangegeven goederen in ongewijzigde staat, als bedoeld in de uitvoeringsbepalingen, en binnen de daarin vastgestelde termijnen:

  • het grondgebied van de Gemeenschap te doen verlaten of binnen de Gemeenschap een bijzondere bestemming als bedoeld in artikel 79 te doen bereiken en

  • van een en ander op de voorgeschreven wijze te doen blijken.

Artikel

92

Ingeval entreposering van de goederen plaatsvindt in een andere lidstaat, wordt het bewijs dat de goederen na entreposering in ongewijzigde staat achtereenvolgens zijn uitgeslagen en hetzij zijn uitgegaan uit de Gemeenschap hetzij een bijzondere bestemming, als bedoeld in artikel 79, hebben bereikt, geleverd door een controle-exemplaar T 5, houdende de volgende gegevens:

  • de soort en de hoeveelheid van de uitgeslagen goederen;

  • de datum van uitslag;

  • het uitgaan van de goederen uit de Gemeenschap, dan wel het bereiken van een bijzondere bestemming, als bedoeld in artikel 79.

Artikel

93

Paragraaf

3

Proviandering

Artikel

94

toepassingsgebied

In aanvulling op dan wel in afwijking van de bepalingen van deze regeling en onverminderd het bepaalde in verordening 800/1999, gelden de volgende bepalingen bij levering voor proviandering, als bedoeld in titel III van genoemde verordening, waarbij aanspraak op restitutie of een voorschot daarop wordt gemaakt dan wel de Beschikking actief veredelingsverkeer 1986 wordt toegepast.

Artikel

95

aanvulling gebruikelijke procedure

– Bij levering voor proviandering van zeeschepen en luchtvaartuigen in de Gemeenschap, als bedoeld in artikel 36, eerste lid, onder a, van verordening 800/1999, alsmede voor boor- en produktieplatforms en marine- en hulpschepen, als bedoeld in artikel 44 van genoemde verordening, dient de exporteur, ter verkrijging van de restitutie danwel afboeking in het veredelingsverkeer, op de aangifte ten uitvoer alsmede in vak 44 van het formulier L, bedoeld in artikel 39 van de Douaneregeling, te vermelden: ‘Bestemd voor boordproviand’ alsmede de naam en de vlag van het zee-, marine- of hulpschip of het registratienummer van het luchtvaartuig, boor- of produktieplatform.

Artikel

95a

Het aanvullend bewijs als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel a, van verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988, houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwprodukten (PbEG L 331), wordt geleverd door een voor uitvoer afgetekend controle-exemplaar T 5.

Artikel

96

maandstaatprocedure

Artikel

97

voorschot bij inslag in depot hier te lande

Artikel

97a

Levering in een derde land, al dan niet via een aldaar gelegen bevoorradingsdepot geschiedt volgens de navolgende procedure

  • a.

    op de aangifte ten uitvoer, alsmede op het formulier L, als bedoeld in artikel 19. dient al naar gelang het geval te worden vermeld: ‘bestemd voor boordproviand directe leverantie’, dan wel ‘bestemd voor boordproviand entrepotopslag’;

  • b.

    de restitutie wordt eerst toegekend nadat

    • overeenkomstig het bepaalde in artikel 45 van verordening 800/1999 is bewezen dat de op het formulier L, als bedoeld in artikel 19. vermelde goederen feitelijk aan boord zijn gebracht;

    • volledige gegevens over de aan boord geleverde produkten zijn verstrekt aan het produktschap, alsmede gegevens omtrent de leveringsdatum, de naam en de vlag van het schip of het registratienummer van het luchtvaartuig;

    • ten genoegen van het produktschap is aangetoond dat de als boordproviand geleverde hoeveelheden overeenstemmen met de normale behoeften van de bemanningsleden en de passagiers van het betrokken schip of luchtvaartuig;

  • c.

    Indien de in artikel 45, derde lid, onderdeel a en b, tweede gedachtestreepje, van verordening 800/1999 voorgeschreven documenten niet kunnen worden overgelegd, kan het produktschap, in overeenstemming met de Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken van het Ministerie van Landbouw en Visserij, op een met redenen omkleed schriftelijk verzoek van de exporteur toestaan, dat het bewijs wordt geleverd met een door de scheepskapitein of een andere scheepsofficier van dienst respectievelijk door een beambte van de luchtvaartmaatschappij ondertekend certificaat van ontvangst, dat is voorzien van een scheepsstempel respectievelijk het stempel van de luchtvaartmaatschappij.

  • d.

    op goederen, welke niet zijn bestemd voor directe leverantie als bedoeld in artikel 45 van verordening 800/1999 vindt artikel 97 geen toepassing.

Artikel

98

voorschot bij inslag in depot andere Lid-Staat:

Artikel

99

voorschot andere Lid-Staat inslag hier te lande

Artikel

100

boor- en produkieplatforms, marine- en hulpschepen

Artikel

101

proviandering derde landen

Artikel

101a

uitslag bevoorradingsdepot

Artikel

101b

administratieverplichting

Artikel

101c

toestemming en erkenningen

Artikel

101d

toezicht en correctie

Artikel

101e

toezicht bestemming depotgoederen

Hoofdstuk

VI:

Heffingen bij uitvoer

Artikel

102

Vervallen

Artikel

103

Artikel

104

Naast de vormen van zekerheid die zijn toegestaan in artikel 193 van het Communautair douanewetboek kunnen als vormen van zekerheid worden aanvaard:

  • storting van geld, niet zijnde Nederlands geld, of deponering van de door de ontvanger als betaalmiddel erkende cheques of andere waardepapieren, welke niet luiden in Nederlandse valuta;

  • hypotheek en

  • verpanding van goederen, waardepapieren of vorderingen.

Artikel

105

Van het stellen van de zekerheid, bedoeld in artikel 103, bij het produktschap wordt door de aangever aan de inspecteur van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake de douane, mededeling gedaan door overlegging van een op beide exemplaren van het formulier L, bedoeld in artikel 39 van de Douaneregeling dan wel op het formulier zekerheidstelling, gestelde verklaring van het produktschap houdende vermelding van de hoeveelheid en de soort van het goed waarop de zekerheid betrekking heeft en zo nodig de tijdsduur waarvoor zij geldt.

Artikel

106

Artikel

107

De beschikking tot terugbetaling of kwijtschelding van landbouwheffingen bij uitvoer, bedoeld in artikel 886 van de toepassingsverordening Communautair douanewetboek, wordt door het produktschap gegeven voor ieder van de heffingen afzonderlijk in de gevallen, waarbij het produktschap de mededeling, bedoeld in artikel 221, eerste lid, van het Communautair douanewetboek, doet.

Artikel

108

Het produktschap is belast met de invordering van de landbouwheffingen bij uitvoer in de gevallen, waarbij het produktschap de mededeling, bedoeld in artikel 221, eerste lid, van het Communautair douanewetboek, doet.

Artikel

109

Artikel

110

Vervallen

Artikel

111

Vervallen

Hoofdstuk

VII:

Subsidies bij invoer

Artikel

112

Artikel

113

Vervallen

Artikel

114

Van douanegoederen, welke ten invoer zijn aangegeven, wordt de subsidie berekend overeenkomstig de gedane aangifte ten invoer, en met inachtneming van hetgeen bij de verificatie van die aangifte of van het daarop afgegeven document, bij een ingesteld nader onderzoek van zodanige aangifte, van zodanig document, dan wel ingevolge andere wettelijke bepalingen is bevonden of vastgesteld.

Artikel

115

Hoofdstuk

VIII:

Bijzondere bepalingen

Artikel

116

Jonge mannelijke runderen en rundvlees

  • 1.

    Indien ingevolge het bepaalde bij of krachtens verordening (EG) nr. 1254/1999 van de Raad van de Europese Unie van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (PbEG L 160) het bedrag van de aldaar bedoelde heffing voor jonge mannelijke runderen met een levend gewicht van ten hoogste 300 kg en voor goederen, vallend onder de posten 0202 2030 of 0202 30, afhankelijk is van de vervulling of nakoming van voorwaarden of bepalingen die ten aanzien van het betreffende goed in genoemde verordening of haar uitvoeringsvoorschriften zijn voorgeschreven, is de importeur van dat goed gehouden tot het naleven van de door het produktschap met inachtneming van het bepaalde in die Verordening en haar uitvoeringsvoorschriften, ter verzekering van die heffing gestelde regelen.

  • 2.

    De in het vorige lid bedoelde regelen kunnen betrekking hebben op het trekken van monsters, het voeren van een administratie en het verstrekken van gegevens, nodig voor de oplegging van de heffing.

  • 3.

    Het produktschap stelt regelen volgens welke het vrijstelling verleent aan landbouwheffingen bij invoer, ten belope van het jaarlijks door de Raad toegekende en aan Nederland toevallende aandeel in het in het kader van het General Agreement on Tariffs and Trade (G.A.T.T.) geopende tariefcontingent voor de invoer uit landen of gebieden die geen deel uitmaken van de Gemeenschap van bevroren rundvlees van post 0202 van de gecombineerde nomenclatuur.

Artikel

116a

Het productschap kan regels stellen op grond waarvan het vrijstelling verleent van de landbouwheffingen bij invoer in het kader van:

  • a.

    verordening (EG) nr. 1143/98 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 2 juni 1998 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor een tariefcontingent voor niet voor de slacht bestemde koeien en vaarzen van bepaalde bergrassen, van oorsprong uit bepaalde derde landen, en tot wijziging van verordening (EG) nr. 1012/98 (PbEG L 159) en,

  • b.

    verordening (EG) nr. 1081 1999 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 26 mei 1999 betreffende de opening en de wijze van beheer van communautaire tariefcontingenten voor stieren, koeien en vaarzen, niet bestemd voor de slacht, van bepaalde bergrassen, houdende intrekking van verordening (EG) nr. 1012/98 en houdende wijziging van verordening (EG) nr. 1143/98 (PbEG L 131).

Artikel

116b

Fokdieren van zuiver ras

Artikel

116c

Vervallen

Artikel

117

Vervallen

Artikel

117a

Artikel

117b

De importeurs en exporteurs van zaaizaad van elke soort en van elke rassengroep waarvoor steun is vastgesteld en van elke maïshybridensoort en sorghohybridensoort geven jaarlijks in het kalenderjaar volgend op het oogstjaar, als bedoeld in verordening (EEG) nr. 3083/73 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 14 november 1973 betreffende het verstrekken van de nodige gegevens voor de toepassing van verordening (EEG) nr. 2358/71 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector zaaizaad (PbEG L 314), voor 1 september de door hun ingevoerde hoeveelheden uit en uitgevoerde hoeveelheden naar de in voorgenoemde verordening bedoelde derde landen door aan het produktschap.

Artikel

117c

Vervallen

Artikel

117e

Artikel

117f

Degene die voornemens is dieren voor een controle als bedoeld in artikel 2 van verordening 615/98/EG aan te bieden doet daarvan een voorafgaande melding overeenkomstig het bepaalde in bijlage X.

Hoofdstuk

IX:

Slotbepalingen

Artikel

118

Artikel

119

De in artikel 38 aan de produktschappen toegekende bevoegdheden zijn krachtens artikel 11 van de wet overgedragen aan het bestuur van het in kolom 1, van bijlage II, als bevoegde instantie aangemerkte produktschap.

Artikel

120

Artikel

122

Het uitoefenen van de bevoegdheden waartoe de Belastingdienst in deze beschikking bevoegd wordt verklaard en het verrichten van de handelingen die de rijksbelastingdienst voor de toepassing van deze beschikking moet verrichten, zijn aan deze dienst opgedragen op de voet van het bepaalde in de artikelen 5, vierde lid, 6, vierde lid, 8, derde lid en 13, tweede lid, van het besluit.

Artikel

122a

Vervallen

Artikel

123

Met inachtneming van het bepaalde in het eerste lid van het volgende artikel, worden de volgende beschikkingen ingetrokken:

  • de Overdrachtsbeschikking In- en uitvoerwet 1968;

  • de Heffingsbeschikking invoer agrarische alcohol 1976;

  • de Beschikking landbouw-uitvoerheffingen 1979;

  • de Uitvoeringsbeschikking landbouwheffingen- en -restitutieregime 1968;

  • de Beschikking Landbouwheffingen- en -restitutieregime 1968–II;

  • de Modellenbeschikking in- en uitvoerdocumenten 1968;

  • de Modellenbeschikking in- en uitvoerdocumenten landbouwgoederen 1963 I;

  • de Vrijstellingsbeschikking landbouwgoederen 1963–I;

  • de Vrijstellingsbeschikking landbouwgoederen E.E.G. 1968 I;

  • de Vrijstellingsbeschikking landbouwgoederen BENELUX 1970;

  • de Vrijstellingsbeschikking scheepsleveranciers-entrepot landbouwgoederen 1963–I;

  • de Restitutiebeschikking fokvee 1975;

  • de Vrijstellingsbeschikking landbouwgoederen 1977 (landen).

Artikel

124

Vervallen

De Minister van Landbouw en Visserij, G. J. M. Braks

Bijlage

I

Goederen vallende onder de volgende basisverordening

Bevoegd produktschap

Goederen onderworpen aan de overlegging van een formulier L bij invoer

Goederen onderworpen aan de overlegging van een formulier L bij uitvoer

a.

verordening (EEG) nr.

Hoofdproductschap

alle goederen die

alle goederen, die

1766/92 van de Raad

Akkerbouw

vallen onder vo.

vallen onder vo.

van de Europese

(EEG) nr. 1766/92

(EEG) nr. 1766/92

Gemeenschappen van 30

juni 1992 houdende

een

gemeenschappelijke

ordening der markten

in de sector granen

(PbEG L 181);

b.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

17023051 en

17023051 en

2730/75 (Pb.E.G. no.

Akkerbouw

17023059, glucose

17023059, glucose

L 281), voor wat

en glucosestroop

en glucosestroop

betreft glucose en

bevattende in droge

bevattende in droge

glucosestroop;

toestand 99 of meer

toestand 99 of meer

gewichtspercenten

gewichtspercenten

zuivere glucose

zuivere glucose

c.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

alle goederen die

alle goederen die

1418/76 (Pb.E.G. no.

Akkerbouw

vallen onder Vo

vallen onder Vo.

L 166), houdende de

(EEG) no. 1418/76

(EEG) no. 1418/76

marktordening in de

sector rijst;

d.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

alle goederen die

alle goederen die

1785/81 (Pb.E.G. no.

Akkerbouw

vallen onder Vo

vallen onder Vo

L 177), houdende de

(EEG) no. 1785/81

(EEG) no. 1785/81

marktordening in de

met uitzondering

met uitzondering

1212/9200, sector

van de posten

van 1212/9110,

suiker;

2303 2011 tot en

1212/9190 en

met 2303 2090

suikerbieten, vers,

Bietenpulp,

gedroogd of in

uitgeperst

poeder en

suikerriet (ampas)

suikerriet.

en andere afvallen

2303 2011 tot en

van de

met 2303 2090.

suikerindustrie

Bietenpulp,

uitgeperst

suikerriet (ampas)

en andere afvallen

van de

suikerindustrie

e.

vervallen

f.

Vo. (EEG) No. 822/87

Hoofdproductschap

alle goederen die

2204. Wijn van

(Pb. EG No. L 84),

Akkerbouw,

vallen onder Vo

verse druiven, wijn

houdende de

(EEG) no. 822/87

waaraan alcohol is

marktordening in de

met uitzondering

toegevoegd

sector wijn, met

van de posten

daaronder begrepen:

uitzondering van de

0806/1091 en

druivemost andere

posten 0806, 1091 en

0806/1099 alsmede

dan bedoeld bij

0806, 1099 alsmede

2009/6011 t/m

post 2009/6011 t/m

2009, 6011 t/m 2009,

2009/6090

2009 6011, met

6090

uitzondering van de

post 2204 3010 en

goederen waarvoor

geen restitutie

wordt aangevraagd

g.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

de posten 53 02 10

1673/2000 (PbEG L

Akkerbouw

00, 1207 99 20 en

193), houdende de

1207 99 91.

marktordening in de

sector vezelvlas en

hennep;

h.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

1696/71 (Pb.E.G. no.

Akkerbouw

L 175), houdende de

marktordening in de

sector hop;

i.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

=- de posten

-100,7

2358/71 (Pb.E.G. no.

Akkerbouw

1005/1011 t/m

sorgohybride voor

L 246), houdende de

1005/1019

zaaidoeleinden*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

marktordening in de

maïshybriden voor

sector zaaizaad;

zaaidoeleinden*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

j.

verordening (EG) nr.

Hoofdproductschap

603/95 van de Raad

Akkerbouw

van de Europese Unie

van 21 februari 1995

houdende een

gemeenschappelijke

ordening der markten

in de sector

gedroogde

voedergewassen (PbEG

L 63);

k.

vervallen

l.

vervallen;

m.

verordening (EG) nr.

Hoofdproductschap

de producten

1222/94 van de

Akkerbouw

bedoeld in vo.

Commissie van de

(EEG) 1224/94

Europese

Gemeenschappen van 30

mei 1994 tot

vaststelling van de

gemeenschappelijke

uitvoeringsbepalingen

voor de regeling

aangaande de

toekenning van

restituties bij

uitvoer en de

criteria voor de

vaststelling van het

restitutiebedrag

betreffende bepaalde

landbouwproducten,

uitgevoerd in de vorm

van goederen die niet

onder bijlage II van

het Verdrag vallen

(PbEG L 136);

n.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

827/68 (Pb.E.G. no. L

Akkerbouw

151), houdende de

marktordening voor

bepaalde bijlage II-

produkten, voorzover

het betreft de

produkten opgenomen

onder A van het

aanhangsel bij deze

bijlage;

o.

verordening (EEG) nr.

Hoofdproductschap

1765/92 van de Raad

Akkerbouw

van de Europese

Gemeenschappen van 30

juni 1992 tot

instelling van een

steunregeling voor

producenten van

bepaalde

akkerbouwgewassen

(PbEG L 181);

II

a.

Verordening (EEG) no.

Productschap Vee

alle goederen die

alle goederen die

2759/75 (Pb.E.G. no.

en Vlees

vallen onder Vo

vallen onder Vo

L 282), houdende de

(EEG) no. 2759/75

(EEG) no. 2759/75

marktordening in de

met uitzondering

sector varkensvlees;

van goederen

bedoeld bij de

posten 02063031,

02064991 en

02090030 alsmede

15010011 en

15010019

b.

verordening (EG) nr.

Productschap Vee

de goederen genoemd

de goederen genoemd

1254/99 van de Raad

en Vlees

in vo. (EG)

in vo. (EG)

van de Europese Unie

1254/1999

1254/1999, alsmede:

van 17 mei 1999

- 01021000 levende

houdende een

runderen

gemeenschappelijke

(huisdieren),

ordening der markten

fokdieren van

in de sector

zuiver ras.

rundvlees (PbEG

- 16025090 en

L 160);

16029069 andere

bereidingen en

conserven, vlees of

slachtafvallen van

runderen bevattend.

c.

verordening (EG) nr.

Productschap Vee

alle goederen die

alle goederen die

2467/98 van de Raad

en Vlees

vallen onder vo.

vallen onder vo.

van de Europese Unie

(EG) nr. 2467/98

(EG) nr. 2467/98**Zie artikel 19, eerste lid, van de beschikking.

van 3 november 1998

houdende een

gemeenschappelijke

ordening der markten

in de sector schapen-

en geitenvlees (PbEG

L 312);

d.

Verordening (EEG) no.

Productschap Vee

827/68 (Pb.E.G. no. L

en Vlees

1151), houdende de

marktordening voor

bepaalde bijlage II

produkten, voorzover

het betreft de

produkten opgenomen

onder B van het

aanhangsel bij deze

bijlage.

III

a.

Verordening (EEG) no.

Productschap

alle goederen die

alle goederen die

2771/75 (Pb.E.G. no.

Pluimvee en

vallen onder Vo

vallen onder Vo

L 282), houdende de

Eieren

(EEG) no. 2771/75

(EEG) no. 2771/75

marktordening in de

sector eieren;

b.

Verordening (EEG) no.

Productschap

alle goederen die

alle goederen die

2777/75 (Pb.E.G. no.

Pluimvee en

vallen onder Vo

vallen onder Vo

L 282), houdende de

Eieren

(EEG) no. 2777/75

(EEG) no. 2775/75,

marktordening in de

met uitzondering

sector slachtpluimee;

van de goederen van

post 02090090 en

van post 15010090

c.

Verordening (EEG) no.

Productschap

alle goederen die

2783/75 (Pb.E.G. no.

Pluimvee en

vallen onder Vo

L 282), houdende de

Eieren

(EEG) no. 2783/75

handelsregeling voor

ovo-albumine en

lactoalbumine;

d.

Verordening (EEG) no.

Productschap

827/68 (Pb.E.G. no. L

Pluimvee en

151), houdende de

Eieren

marktordening voor

bepaalde bijlage II-

produkten, voor zover

het betreft produkten

opgenomen onder C van

het aanhangsel bij

deze bijlage;

IV

a.

verordening (EG) nr.

Productschap

alle goederen,

alle goederen

1255/1999 van de Raad

Zuivel, doch voor

genoemd in artikel

genoemd in artikel

van de Europese Unie

de onder vo. (EG)

1 van vo. (EG)

1 van vo. (EG)

van 17 mei 1999

1255/1999

1255/1999

1255/1999

houdende een

vallende goederen

gemeenschappelijke

van post 23091011

ordening der markten

t/m 23091070 en

in de sector melk en

23099031 t/m

zuivelproducten (PbEG

23099091;

L 160);

Hoofdproductschap

Akkerbouw

b.

Verordening (EEG) no.

Productschap

17021010 lactose

17021010 lactose

2730/75 (Pb.E.G. no.

Zuivel

(melk-suiker) en

(melk-suiker) en

L 281) voor wat

melksuikerstroop,

melksuikerstroop,

betreft lactose en

bevattende in droge

bevattende in droge

melksuikerstroop;

toestand 99 of meer

toestand 99 of meer

gewichtspercenten

gewichtspercenten

zuivere lactose

zuivere lactose

c.

verordening (EG) nr.

Productschap

2921/90 van de

Zuivel

Commissie van de

Europese

Gemeenschappen van 10

33147

betreffende de

steunverlening voor

ondermelk die tot

caseïne en caseïnaten

wordt verwerkt (PbEG

L 279);

V

a.

Verordening (EEG) no.

Hoofdproductschap

- 07099039 olijven,

- 1509 1010,

136/66 (Pb.E.G. no. L

Akkerbouw, doch

vers of gekoeld,

1509 1090 en

172), houdende de

voor de goederen

bestemd voor het

1509 9000,

marktordening in de

van posten

vervaardigen van

olijfolie en

sector oliën en

1202/1090 en

olie

fracties daarvan,

vetten;

1202/2000,

ook indien

grondnoten,

geraffineerd, doch

bestemd voor

niet chemisch

consumptie:

gewijzigd daarvan

Productschap

met olijfolie of

Tuinbouw

fracties daarvan,

bedoeld bij post

1509, daaronder

begrepen

- 0709 9031

olijven, bestemd

voor andere

doeleinden dan het

vervaardigen van

olie

- 0711 2010

olijven, bestemd

voor andere

doeleinden dan het

vervaardigen van

olie

- 07112090 olijven

in water, waaraan

voor het voorlopig

verduurzaamen zout,

zwavel of andere

stoffen zijn

toegevoegd, doch

niet speciaal

bereid voor dade

het vervaardigen

van olie

- 1509 1010,

1509 1090 en

1509 9000,

olijfolie en

fracties daarvan,

ook indien

geraffineerd, doch

niet chemisch

gewijzigd,

1510 0010 en

1510 0090, andere

olie en fracties

daarvan,

uitsluitend

verkregen uit

olijven, ook indien

geraffineerd, doch

niet chemisch

gewijzigd, mengsels

of fracties

daarvan, bedoeld

bij post 1509,

daaronder begrepen

- 15220031 en

15220039 afvallen,

afkomstig van de

bewerking van

vetstoffen of van

dierlijke of

plantaardige was,

welke olie bevatten

die de kenmerken

van olijfolie

heeft.

- 1515 90 59 en

1515 90 99 met

uitzondering van de

goederen welke

staan vermeld in de

bijlage van

verordening (EEG)

nr. 2828/93 van de

Commissie van de

Europese

Gemeenschappen van

15 oktober 1993 tot

vaststelling van

gemeenschappelijke

bepalingen voor de

controle op het

gebruik en/of de

bestemming van

ingevoerde

produkten van de

GN-codes 1515 90 59

en 1515 90 99 (PbEG

L 258), zoals deze

laatstelijk is

gewijzigd bij

verordening (EG)

nr. 2206/94 van de

Commissie van de

Europese

Gemeenschappen van

34586

(PbEG L 236).

-0,255682448

perskoeken van

olijven en andere

bij de winning van

olijfolie verkregen

afvallen

b.

Verordening (EEG) no.

Productschap Vee

827/68 (Pb.E.G. no. L

en Vlees

151), houdende de

marktordening voor

bepaalde bijlage II

produkten opgenomen

onder D van het

aanhangsel bij deze

bijlage

VI

a.

verordening (EG) nr.

Productschap

alle goederen

alle goederen

2200/96 van de Raad

Tuinbouw

genoemd in artikel

genoemd in artikel

van de Europese Unie

1 van vo. (EG)

1 van vo. (EG)

van 28 oktober 1996

2200/96*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

2200/96*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

houdende een

- ex 070700

- ex 080510 zoete

gemeenschappelijke

komkommers

sinaasappelen,

ordening der markten

in de sector groenten

en fruit (PbEG

L 297);

b.

Vo. (EEG) nr. 404/93

Productschap

ex 0803 Bananen,

(PbEG nr. L 47),

Tuinbouw

met uitzondering

houdende een

van "plantains",

Gemeenschappelijke

vers*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

ordening in de sector

bananen;

c.

verordening (EG) nr.

Productschap

de goederen genoemd

de goederen genoemd

2201/96 van de Raad

Tuinbouw

in artikel 1,

in artikel 1,

van de Europese Unie

eerste lid, letters

eerste lid, letter

van 28 oktober 1996

a en b, van de vo.

b, van vo. (EG)

houdende een

(EG) 2201/96*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

2201/96*Zie artikel 15, eerste lid, van de beschikking.

gemeenschappelijke

ordening der markten

in de sector

verwerkende producten

op basis van groenten

en fruit (PbEG

L 297);

d.

Verordening (EEG) no.

Productschap

de posten 0806/1091

de posten 2009/6011

822/87 (Pb. EG no. L

Tuinbouw

en 0806/1099

t/m 2009/6090

84), houdende de

druiven, andere dan

ongegist druivesap

marktordening in de

voor tafelgebruik;

(met inbegrip van

sector wijn, voor wat

de posten 2009/6011

druivemost) zonder

betreft de goederen

t/m 2009/6090

toegevoegde

van post 0806/1091 en

ongegist druivesap

alcohol, ook indien

0806/1099 alsmede de

(met inbegrip van

met toegevoegde

posten 2009/6011 t/m

druivemost) zonder

suiker

2009/6090

toegevoegde

alcohol, ook indien

met toegevoegde

suiker

e.

Verordening (EEG) no.

Productschap

827/68 (Pb.E.G. no. L

Tuinbouw

151), houdende de

marktordening voor

bepaalde bijlage II-

produkten voorzover

het betreft de

produkten opgenomen

onder E van het

aanhangsel bij deze

bijlage

VII

a.

verordening (EEG) nr.

De goederen genoemd

De goederen genoemd

3759/92 van de Raad

in vo. (EEG)

in vo. (EEG)

van de Europese

3759/92

3759/92

Gemeenschappen van 17

33939

houdende een

gemeenschappelijke

ordening der markten

in de sector

visserijproducten en

producten van de

aquacultuur (PbEG

L 388);

b.

Verordening (EEG) no.

Productschap Vis

827/68 (Pb.E.G. no. L

voor producten

151), houdende de

waarvoor geen

marktordening voor

financiering uit

bepaalde bijlage II-

de afdeling

produkten, voor zover

Garantie van het

het betreft de

Europees

produkten opgenomen

Oriëntatie- en

onder F van het

Garantiefonds

aanhangsel bij deze

voor de Landbouw

bijlage.

wordt aangevraagd

VIII

Verordening (EEG) no.

Produktschap

234/68 (Pb.E.G. no. L

Tuinbouw

55), houdende de

marktordening in de

sector levende

planten en produkten

van de bloementeelt

IX

Goederen, die niet

Het produktschap

de goederen die met

de goederen die met

vallen onder de

dat de

toepassing van het

toepassing van het

hierboven genoemde

vrijstelling van

gestelde onder

gestelde onder

verordeningen en/of

de in kolom I

kolom 1 worden

kolom 1 worden

die niet zijn

bedoelde heffing

ingevoerd

uitgevoerd.

opgenomen in de

heeft verleend

hierboven staande

kolommen 3 of 4, en

die worden in- of

uitgevoerd ter

zuivering van een

verleende

vrijstelling van een

uitvoer- of

invoerheffing

G.N.-code

Omschrijving

A. (Hoofdproductschap Akkerbouw)

ex. 0713

Gedroogde zaden van peulgroenten, ook indien gepeld

(bij voorbeeld spliterwten), andere dan bestemd voor

zaaidoeleinden

714

Maniokwortel, arrowroot (pijlwortel), salepwortel,

aardperen, bataten (zoete aardappelen) en dergelijke

wortels en knollen met een hoog gehalte aan zetmeel of

aan inuline, vers of gedroogd, ook indien in stukken of

in pellets; merg van de sagopalm:

0714 20 00

- bataten (zoete aardappelen)

0714 90

- andere:

0714 9090

- andere

902

Thee

1106

Meel en gries, van gedroogde zaden van peulgroenten

bedoeld bij post 0713, van sago en van wortels en

knollen bedoeld bij post 0714; meel, gries en poeder

van vruchten bedoeld bij hoofdstuk 8:

1106 10 00

- meel en gries van gedroogde zaden van peulgroenten

bedoeld bij post 0713

1108

Zetmeel en inuline:

1108 20 00

- inuline

1213 00 00

Stro en kaf van graangewassen, onbewerkt, ook indien

gehakt, gemalen, geperst of in pellets

1214

Voederrapen, voederbieten, voederwortels, hooi,

luzerne, klaver, hanekammetjes (esparcette),

voederkool, lupine, wikke en dergelijke voedergewassen,

ook indien in pellets:

ex. 1214 10 00

- luzernemeel en luzerne in pellets, andere dan

kunstmatig door middel van een warmtebehandeling

gedroogde luzerne

1214 90

- andere:

1214 90 10

- mangelwortels (voederbieten), voerrapen en andere

voederwortels

ex. 1214 90 90

- andere, met uitzondering van luzerne, hanekammetjes

(esparcette), klaver, lupine, wikke en andere

dergelijke voedergewassen, kunstmatig gedroogd door

middel van een warmtebehandeling

1801 00 00

Cacaobonen, ook indien gebroken, al dan niet gebrand

1802 00 00

Cacaodoppen, cacaoschillen, cacaovliezen en andere

afvallen van cacao

2301

Meel, poeder en pellets van vlees, van slachtafvallen,

van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere

ongewervelde waterdieren, ongeschikt voor menselijke

consumptie; kanen:

2301 10 00

- meel, poeder en pellets van vlees of van

slachtafvallen; kanen

2302

Zemelen, slijpsel en andere resten van het zeven, van

het malen of van andere bewerkingen van granen of van

peulvruchten, ook indien in pellets:

2302 50 00

- van peulvruchten

2303

Afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen,

bietenpulp, uitgeperst suikerriet (ampas) en andere

afvallen van de suikerindustrie, bostel

(brouwerijafval), afvallen van branderijen, ook indien

in pellets:

2303 10

- afvallen van zetmeelfabrieken en dergelijke afvallen:

- afvallen van maïszetmeelfabrieken (met uitzondering

van ingedikt zwelwater), met een gehalte aan proteïnen,

berekend op de droge stof:

2303 1019

- van niet meer dan 40 gewichtspercenten

2303 1090

- andere

2303 30 00

- bostel (brouwerijafval) en afvallen van branderijen

2307 00

Wijnmoer; ruwe wijnsteen:

2307 00 90

- ruwe wijnsteen

2308

Plantaardige zelfstandigheden en plantaardig afval,

plantaardige residuen en bijprodukten, ook indien in

pellets, van de soort gebruikt voor het voederen van

dieren elders genoemd noch elders onder begrepen:

2308 10 00

- eikels en wilde kastanjes

- andere:

2308 90 30

- draf (droesem) van vruchten, andere dan druiven

ex 2308 90 90

- andere, met uitzondering van eiwitconcentraten

verkregen uit sap van luzerne en van gras, en met

uitzondering van kunstmatig gedroogde produkten

uitsluitend verkregen uit vast afval en sap, afkomstig

van de bereidingen van vorenbedoelde eiwitconcentraten

2309

Bereidingen van de soort gebruikt voor het voederen van

dieren:

2309 10

- honde- en kattevoer, opgemaakt voor de verkoop in het

klein:

2309 10 90

- ander

2309 90

- ander:

2309 90 10

- visperswater en perswater van zeezoogdieren

("solubles")

- andere:

- andere:

2309 90 99

- andere met uitzondering van eiwitconcentraten,

verkregen uit sap van luzerne en gras

B. (Productschap Vee en Vlees)

101

Levende paarden, ezels, muildieren en muilezels:

- paarden:

0101 11 00

- fokdieren van zuiver ras

0101 19

- andere:

0101 19 90

- andere

0101 20

- ezels, muildieren en muilezels

102

Levende runderen:

0102 90

- andere:

0102 90 90

- andere

103

Levende varkens:

0103 10 00

- fokdieren van zuiver ras

- andere:

0103 91

- met een gewicht van minder dan 50 kg:

0103 91 90

- andere

0103 92

- met een gewicht van 50 kg of meer:

0103 92 90

- andere

0106 00

Andere levende dieren

203

Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren:

- vers of gekoeld:

0203 11

- hele en halve dieren:

0203 11 90

- andere

0203 12

- hammen en schouders, alsmede delen daarvan, met been:

0203 12 90

- andere

0203 19

- ander:

0203 19 90

- ander

- bevroren:

0203 21

- hele en halve dieren:

0203 21 90

- andere

0203 22

- hammen en schouders, alsmede delen daarvan, met been:

0203 22 90

- andere

0203 29

- ander:

0203 29 90

- ander

0205 00 00

Vlees van ezels, van muildieren of van muilezels, vers,

gekoeld of bevroren

206

Eetbare slachtafvallen van runderen, van varkens, van

schapen, van geiten, van paarden, van ezels, van

muildieren of van muilezels, vers, gekoeld of bevroren:

0206 10

- van runderen, vers of gekoeld:

0206 10 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- van runderen, bevroren:

0206 22

- levers:

0206 22 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 29 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

0206 30

- van varkens, vers of gekoeld:

0206 30 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 30 90

- andere

- van varkens, bevroren:

0206 41

- levers:

0206 41 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 41 99

- andere

0206 49

- andere:

0206 49 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 49 99

- andere

0206 80

- andere, vers of gekoeld:

0206 80 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 80 91

- van paarden, van ezels, van muildieren en van

muilezels

0206 90

- andere, bevroren:

0206 90 10

- bestemd voor de vervaardiging van farmaceutische

produkten

- andere:

0206 90 91

- van paarden, van ezels, van muildieren en van

muilezels

208

Ander vlees en andere eetbare slachtafvallen, vers,

gekoeld of bevroren

210

Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld,

gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van

slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie:

- vlees van varkens:

0210 11

- hammen en schouders, alsmede delen daarvan, met been:

0210 11 90

- andere

0210 12

- buik en buikspek:

0210 12 90

- ander

0210 19

- ander:

0210 19 90

- ander

0210 90

- andere, meel en poeder van vlees of van

slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie

daaronder begrepen:

- vlees:

ex. 0210 90 20

- ander dan van pluimvee

- slachtafvallen:

0210 90 80

- andere dan van pluimvee

ex. 0410 00 00

Eetbare produkten van dierlijke oorsprong, elders

genoemd noch elders onder begrepen

0504 00 00

Darmen, blazen en magen van dieren, andere dan die van

vissen, in hun geheel of in stukken

511

Produkten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch

elders onder begrepen; dode dieren van de soorten

bedoeld bij hoofdstuk 1 of 3, niet geschikt voor

menselijke consumptie:

0511 10 00

- rundersperma

- andere:

0511 99

- andere:

0511 99 90

- andere

1602

Andere bereidingen en conserven, van vlees, van

slachtafvallen of van bloed:

- van varkens:

1602 41

- hammen en delen daarvan:

1602 41 90

- andere

1602 41

- schouders en delen daarvan:

1602 42 90

- andere

1602 49

- andere, mengsels daaronder begrepen:

1602 49 90

- andere

1602 90

- andere, bereidingen van bloed van dieren van alle

soorten daaronder begrepen:

- andere:

1602 90 31

- van wild of van konijn

- andere:

- andere:

- andere:

1602 90 99

- andere

ex. 1603 00

Extracten en sappen van vlees

C. (Productschap Pluimvee en Eieren)

210

Vlees en eetbare slachtafvallen, gezouten, gepekeld

gedroogd of gerookt; meel en poeder van vlees of van

slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie:

0210 90

- andere, meel en poeder van vlees of van

slachtafvallen, geschikt voor menselijke consumptie

daaronder begrepen:

- vlees:

ex. 0210 9020

- van pluimvee

- slachtafvallen

- andere:

ex. 0210 90 80

- van pluimvee (andere dan levers)

0407 00

Vogeleieren in de schaal, vers, verduurzaamd of

gekookt:

0407 00 90

- andere

408

Vogeleieren uit de schaal en eigeel, vers, gedroogd,

gestoomd of in water gekookt, in een bepaalde vorm

gebracht, bevroren of op andere wijze verduurzaamd, ook

indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen:

- eigeel:

0408 11

- gedroogd:

0408 11 90

- ander

0408 19

- ander:

0408 19 90

- ander

- andere:

0408 91

- gedroogd:

0408 91 90

- andere

0408 99

- andere:

0408 99 90

- andere

1602

Andere bereidingen en conserven, van vlees, van

slachtafvallen of van bloed:

1602 20

- van levers van dieren van alle soorten:

1602 20 10

- van ganzen en van eenden

D. (Productschap Vee en Vlees)

1502 00

Rund-, schape- of geitevet, ruw of gesmolten, ook

indien geperst of met behulp van oplosmiddelen

geëxtraheerd:

1502 00 10

- bestemd voor ander industrieel gebruik dan voor de

vervaardiging van produkten voor menselijke consumptie

1503 00

Varkensstearine, spekolie, oleostearine, oleomargarine

en talkolie, niet geëmulgeerd, niet vermengd, noch op

andere wijze bereid

E. (Productschap Tuinbouw)

801

Kokosnoten, paranoten en cashewnoten, vers of gedroogd,

ook zonder dop of schaal

802

Andere noten, vers of gedroogd, ook zonder dop of

schaal, al dan niet gepeld:

0802 90

- andere:

0802 90 30

- arecanoten (of betelnoten) en colanoten

804

Dadels, vijgen, ananassen, advokaten, guaves, manga's

en manggistans, vers of gedroogd:

0804 10 00

- dadels

0804 40

- advokaten

0804 50 00

- guaves, manga's en manggistans

0904 t/m 0910

Specerijen

1106

Meel en gries, van gedroogde zaden van peulgroenten

bedoeld bij post 0713, van sago en van wortels of

knollen bedoeld bij post 0714; meel, gries en poeder

van vruchten bedoeld bij hoofdstuk 8:

1106 30

- meel, gries en poeder van vruchten bedoeld bij

hoofdstuk 8

ex. 1211

Planten, plantedelen, zaden en vruchten, vers of

gedroogd, ook indien gesneden, gebroken of in

poedervorm, welke al dan niet na be- of verwerking

bestemd zijn voor menselijke consumptie

1212

Sint-jansbrood, zeewier en andere algen, suikerbieten

en suikerriet, vers of gedroogd, ook indien in

poedervorm; vruchtepitten, ook indien in de steen en

andere plantaardige produkten (ongebrande

chichoreiwortels van de variëteit "Cichorium intybus

sativum" daaronder begrepen) hoofdzakelijk gebruikt

voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders

onder begrepen:

1212 10

- sint-jansbrood, sint-jansbroodpitten daaronder

begrepen

1212 20 00

- zeewier en andere algen

1212 30 00

- pitten van abrikozen, van perziken of van pruimen,

ook indien in de steen

- andere:

1212 99

- andere:

1212 99 90

- andere

2206 00

Andere gegiste dranken (bijvoorbeeld appelwijn,

perewijn, honingdrank)

- andere:

2206 00 91

- mousserend

- niet mousserend, in verpakkingen inhoudende:

2206 00 93

- niet meer dan 2l

2206 00 99

- meer dan 2l

F. (Productschap Visvoor producten waarvoor geen financiering uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw wordt aangevraagd)

ex. 1603 00

Extracten en sappen, van vis, van schaaldieren, van

weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren

Bijlage

II

Goederen

(Hoofd)Produktschap

070190

Aardappelen, vers of gekoeld met uitzondering

Akkerbouwprodukten

van pootaardappelen

2207

Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een

Akkerbouwprodukten

alcoholvolumegehalte van 80% vol. of meer;

ethylalcohol en gedistilleerde dranken,

gedenatureerd, ongeacht het gehalte.

22089091 en

Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een

Akkerbouwprodukten

22089099

alcoholvolumegehalte van minder dan 80% vol.

Bijlage

IIIa

Bijlage

IIIb

Bijlage

IIIc

Bijlage

IV

Vervallen

Bijlage

IVa

Vervallen

Bijlage

Va

Bijlage

VI

Vervallen

Bijlage

VII

Bijlage

VIIIa

Bijlage

VIIIb

Bijlage

IX

Vervallen

Bijlage

X

Plaats van uitgang

De voorafgaande melding

De voorafgaande melding

wordt gedaan bij

wordt gedaan uiterlijk:

A.

Buitengrensinspectieposten

het Hoofd van de

14.00 uur op de tweede

- luchthaven Schiphol

buitengrensinspectiepost

werkdag voorafgaand aan de

- luchthaven Maastricht-

dag van overlading

Aachen airport

B. Overige plaatsen van

uitgang

De Voedsel en Waren

a. 14.00 uur op de tweede werkdag

de haven van Leeuwarden-

Autoriteit

voorafgaand aan de dag van overlading

Harlingen

indien de overlading plaatsvindt op een

- de haven van Amsterdam

tijdstip dat is gelegen op maandag tot en

- de haven van Breskens

met vrijdag van 07.00 uur tot 18.00 uur of op

zaterdag van 07.00 uur tot 12.00 uur, met

dien verstande dat de periode kan

aanvangen om 06.00 uur indien de

werkzaamheden zich tenminste

aangesloten uitstrekken tot 08.00 uur.

b.14.00 uur op de vijfde werkdag voorafgaand

aan de dag van overlading indien de

overlading plaatsvindt buiten de onder a.

genoemde tijden.

de haven van Roosendaal-

Moerdijk